Zonde aangewezen en beleden

Een zwarte bladzijde in het leven van David. Was hij maar niet in Jeruzalem gebleven. Dat is trouwens ook onbegrijpelijk, want er is oorlog met de Ammonieten. Zou de koning, als legeraanvoerder, daar niet bij moeten zijn? David zit veilig in Jeruzalem. Veilig? Op het oorlogsveld is het misschien wel veiliger dan hoog en droog in zijn paleis…
Satan is ook in de heilige stad en hij gaat rond als een briesende leeuw.

Kijken
David wandelt op het dak van zijn paleis. Zijn ogen dwalen over de huizen en tuinen en dan ziet hij iets wat hij niet mag zien: Bathséba, bezig zich te baden. Wat had David moeten doen? Naar binnen gaan, biddend wend mijn ogen af, dat zij geen ijdelheid zien.
Maar hij doet het niet. Hij kijkt.
Daar begint het mee: alleen maar kijken. Je weet in onze goddeloze samenleving vaak niet waar je kijken moet. Zelfs op bushokjes en billboards zie je slecht geklede mensen. En in ons zondige hart verwekt het begeerte.
Zo is David gevallen, hij heeft de zonde niet gezocht, de zonde overrompelde hem, en toen zocht David de zonde. Hij laat Bathséba halen, hij bedrijft overspel, probeert de zonde te verdoezelen, laat Uria doden. Misschien is het ergste wel dat hij ‘gewoon’ verder leeft. Hoe zou het geweest zijn met zijn gebedsleven, met zijn tempelgang? Kun je dat begrijpen? Dat is nu een kind van God! Of… voel jij het: zo ben ik, nergens te goed voor. Als de Heere mij niet had vastgehouden…

Aangewezen
Heeft de Heere jouw zonden en ellende al eens aangewezen? Nee?
Hoor dan hoe de Heere dat doet en smeek om ontdekking. Daar komt Nathan. Wat een wonder: de Heere stuurt hem om Zijn dwaalzieke schaap terug te brengen.
Nathan vertelt dat verhaal van die rijke man, die het ene ooilammetje van de arme man genomen had, om voor te zetten aan onverwachts bezoek. En nog begrijpt David het niet! Hij wordt woedend: “die man heeft de dood verdiend en het geroofde moet viervoudig terug.” Dat laatste is Bijbels, met dat eerste wil hij nog een mens doden. Als David het nog niet begrijpt gaat Nathan hem met de vinger aanwijzen: Gij zijt die man. Heeft de Heere jou zo al eens aangewezen? Heeft Hij de schuld in ons leven opengelegd? Er moet ontdekkend gepreekt worden, maar liefst voor een ander. Totdat de Heilige Geest Zijn licht laat schijnen over ons leven. Dan wordt het: gij zijt die man, die vrouw, die jongen, dat meisje.
Nathan is uitgesproken. Hoe zal David reageren? Hoe reageren wij als onze zonde voor ogen wordt gesteld? Als de wet gelezen wordt, of de preek over je boezemzonde gaat? Ik laat me de les niet lezen, waar bemoei jij je mee? Of we wijzen naar de omstandigheden of we geven een ander de schuld.
Maar het wonder in deze geschiedenis is, dat David buigt. Ik heb gezondigd tegen de HEERE. Ben jij al zondaar geworden voor God? Is de zonde je bitter geworden? Weten wij van de werkingen van Gods Geest die ons doen zien wie we geworden zijn, na onze diepe val? Gezondigd tegen een goeddoend God.
De Heere geve die belijdenis, heel persoonlijk: ik heb gezondigd tegen de HEERE. Opdat ook in ons leven vernomen mag worden: De HEERE heeft ook uw zonde weggenomen; gij zult niet sterven.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen