Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Iets over jaartelling en kalender I.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Iets over jaartelling en kalender I.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Toen na den Pinksterdag weldra het Christendom zich ging verbreiden in de Grieksch-Romeinsche wereld van het Romeinsche Keizerrijk, was er nog geen sprake van een Christelijke jaartelling. Dat wil zeggen, men rekende niet onder de Christenen vanaf de geboorte van Christus. Wij willen over dit onderwerp een artikel schrijven, omdat het toch wel van belang is van deze dingen iets af te weten. Veelal heeft men met de vragen over jaartelling en kalender nooit kennis gemaakt.

I. De Kalender.
Wij moeten twee dingen onderscheiden. Namelijk de kalender en de aera. Dat wil zeggen de lengte en indeeling van het jaar en de telling der jaren. In den kalender gaat het over de lengte en de indeeling van het jaar. Bij de tijdrekening of aera gaat het over de vraag van welk punt des tijds men het getal der jaren rekent.
De chronologie in de H. S. laten wij dus hier geheel rusten; een overigens zeer ingewikkeld vraagstuk, zoowel wat aera als kalender aangaat.
Hoe was het met den jaaromvang omstreeks den tijd van de geboorte van den Heere Christus? In Rome en het grootste deel van het Romeinsche Rijk gold de Juliaansche kalender, het zoogenaamde Julische jaar. Julius Caesar heeft aandacht geschonken aan het kalenderjaar, want er bestond dienaangaande hopelooze verwarring in zijne dagen. Hij maakte gebruik van het zonnejaar. Onder een zonnejaar verstaan wij den tijd, die er verloopt tusschen de ééne voorjaarsnachtevening (21 Maart), het lentepunt, tot het volgende lentepunt, waar zon en aarde weer in denzelfden stand staan tegenover elkaar. Deze tijd nu bedraagt 365 dagen, 5 uren, 48 minuten en 46 seconden. Deze vaste periode wordt ook wel tropisch jaar genoemd. Het maanjaar is ruim elf dagen korter. De wijze, waarop de Israëlieten het maanjaar in overeenstemming zochten te brengen met het zonnejaar blijve hier rusten.
Nu liet Julius Caesar in 46 v. Chr. naar onze tijdrekening, den kalender in orde brengen met behulp van den Alexandrijnschen wiskundige Sosigenes en voor de toekomst vaststellen. 1)
Hij voerde het schrikkeljaar in, omdat nu eenmaal in de praktijk met volle dagen moet worden gerekend. En het jaar duurt ongeveer 36534 dag. Zoo bepaalde hij, dat drie opeenvolgende jaren 365 dagen en het vierde 366 dagen zou tellen en die meerdere dag werd toegevoegd aan Februari, die dan 29 dagen telt. Het Juliaansche jaar telde dus gemiddeld 365 dagen en 6 uren. De werkelijke lengte van het zonnejaar bedraagt echter 11 minuten en 14 seconden minder. Deze kleine fout zou later hersteld moeten worden, ook al verliepen er nog vele eeuwen, voor dit is geschied. Paus Gregorius de XlIIe heeft hierin verandering gebracht, zooals wij later hopen te zien.
Sedert 44 v. Chr. werd ook de maand Quintilius, ter eere van Julius Caesar, voortaan Julius geheeten en in 8 v. Chr. werd de maand Sextilis, ter eere van keizer Augustus, naar diens naam Augustus geheeten. Zoo hebben wij nog die zelfde maandnamen uit dien tijd. Ook het getal dagen in de verschillende maanden behielden wij. Als begin van het jaar geld de eerste Januari. Dit alles vond de Christelijke Kerk en nam het over. Met de namen der dagen ging het anders, zooals wij weten. In dezen Juliaanschen Kalender voegde nu de Kerk de zevendaagsche week en haren geheelen feestcyclus in. De week van zeven dagen had zij van Israël overgenomen. De Romeinen toch hadden een week van acht dagen. Den laatsten dag ging de landman naar de markt en werd ook recht gesproken.
Het is echter merkwaardig, dat men reeds in den keizertijd bij de Romeinen vindt overgenomen de Joodsche Sabbathviering, zonder den Joodschen godsdienst natuurlijk. 2)
In een bewaard fragment van een kalender uit den tijd van keizer Augustus worden naast de dagen van de achtdaagsche week reeds die van de zevendaagsche vermeld.
Beide manieren van tellen vinden we nog in 354 n. Chr. Langzaam verdwijnt dan de achtdaagsche week.
In de Christelijke Kerk was van meet af de zevendaagsche week in gebruik met den dag des Heeren verbonden. Er schijnt genoegzame grond te zijn om aan te nemen, dat deze Christelijke week zich volkomen zonder onderbreking aan de Joodsche heeft aangesloten. Zoo vierde men b.v. te Rome (het tijdsverschil van ongeveer 1/2 uur buiten beschouwing gelaten) den Zondag op denzelfden dag als te Jeruzalem, dus op een dag, die op den Joodschen Sabbath volgde.
De vaststelling van de Christelijke feesten in het kader van den Juliaanschen Kalender kunnen we hier laten rusten. Een andere kwestie houdt ons thans bezig.

II. De jaartelling of aera.
Het zou van groote beteekenis zijn geweest en veel verwarring en moeilijkheden hebben voorkomen, wanneer de Christelijke Kerk behalve het Juliaansche jaar ook een algemeen aangenomen jaartelling of aera had gevonden bij haar intrede in het Romeinsche wereldrijk. Maar helaas zoo is het niet. Te Rome bestond geen algemeen erkende aera of jaartelling destijds. Ja, de eerstvolgende eeuwen nog niet. Men telde óók onder de keizers de jaren naar de consuls, die in het ambt stonden. En ook hierin was nog verschil tusschen Oosten en Westen van het Romeinsche Rijk. Al met al nog een zeer ingewikkelde historie bovendien, deze wijze van tellen der jaren. Wie wel eens zulk een „chronicon heeft ingezien, kan zich daarvan een voorstelling maken.
Was er geen consul, dan noemde men dat jaar: na het consulaat jaar één of twee, enz. (post consulatum). In het Oost- Romeinsche Rijk was de laatste consul in 541 (uitgedrukt in onze tijdrekening dan) na Chr. Flavius Basilius Junior. Maar nog tot 566 werden de jaren geteld 1—25 na het consulaat van Basilius (post consulatum Basilii).
De lezer zal wel begrijpen, dat de kwestie van de jaartelling niet zoo eenvoudig is als men wellicht dacht.
Nu vindt men bij sommige schrijvers weer anders geteld naar zoogenoemde Olympiaden, en ook wordt wel geteld van de stichting der stad Rome. Nergens echter waren deze jaartellingen officieel ingevoerd en ze werden voor het burgerlijk leven niet gebruikt. Ze komen alleen in wetenschappelijke werken voor en dan nog niet steeds op dezelfde wijze gebruikt.

a. Vanaf de stichting der stad Rome.
Nu is die jaartelling vanaf de stichting der stad Rome voor ons van belang, omdat wij daarmee in aanraking komen bij onze christelijke tijdrekening en het geboortejaar van den Heere Jezus. Daarom zeggen wij over die telling iets meer.
M. Terentius Varro, een der geleerdste Romeinen van zijn tijd (100 v. Chr.) 3) stelde een aera op, die hierop berust, dat hij telt vanaf de stichting van de stad Rome. In onze tijdrekening omgerekend komt dit hierop neer, dat het jaar 1. na Christus het 754ste was na de stichting der stad Rome. Dus onze jaartelling, die echter eeuwen later pas ontstaat, raakt in haar beginpunt aan het jaar 754 na de stichting der stad (ab urbe condita: a.u.c.). Deze telling kwam in eere mede hierdoor, omdat keizer Claudius in het jaar 800 dezer aera een eeuwfeest gaf. Tacitus en Dio Cassius nemen haar over en sedert bleef zij in gebruik bij de geleerden.
We vergeten echter niet, dat er tal van andere tijdrekeningen waren in die eeuwen, die wij voor het groote meerendeel onbesproken laten. Maar op een paar moeten wij toch wijzen.

b. De Seleucidische Aera.
Deze werd ook door de Christenen later gebruikt, vooral in Syrië, maar ook elders. Bij de Christenen in Syrië is ze nog in gebruik.
Naar onze jaartelling gerekend was het naar die Seleucidische telling 312 bij den aanvang van onze Christelijke jaartelling. Seleucus Nicator gebood, dat de jaren geteld zouden worden vanaf zijn overwinning bij Gaza op Demetrius Poliorkes in 312 vóór Christus. Door deze overwinning toch en de daarop gevolgde verovering van Babel had hij den grond gelegd tot zijn groot Rijk. 4)
Na invoering van den Juliaanschen Kalender, die dus betrekking heeft op de lengte van het jaar en niet op de telling der jaren, werd 1 October als Nieuwjaarsdag gekozen voor deze aera. Door de Joden onder Syrische heerschappij werd deze jaartelling gevolgd. Zoo vinden we haar gebruikt in de eerste Boeken der Maccabeën. Het eerst boek begint met 1 Nisan, dus voorjaar 312 vóór Christus; het tweede met een datum in den herfst. 5)
De Joden gebruikten deze Seleucidische aera tot in de elfde eeuw onzer jaartelling.

c. Nog enkele andere Tijdrekeningen.
Nog een paar wijzen van tijdrekening noemen wij slechts: Aera van de stad Antiochië; aera Caesariana; Alexandrijnsche aera; aera diocletiana, door latere Christenen wel genoemd: ,,de martelaarsjaartelling", omdat keizer Diocletianus de Christenen wreed heeft vervolgd (aera martyriana). In Egypte en omstreken behielden de Christenen deze tijkrekening tot in de 8e eeuw toe.
Dan is er verder nog de Spaansche aera, terwijl de Paaschtafels van Hippolytus (230 na Chr.) en anderen met al de ingewikkelde vragen hieraan verbonden,, ook behooren bij het materiaal der chronologie.
Het kan duidelijk zijn, dat de tijdrekening dus alles behalve eenvormig was en men steeds door allerlei omrekeningen te weten moest komen hoe de verhouding was.
Ik kom nu aan de Christelijke tijdrekening, doch daarover de volgende maal.


1) Fr. Lübker: Reallexikon des classischen Alterthums. 5e Aufl. Art. Julii S. 566 (annus confusionus geheeten).
2) P. R. E. 3e Aufl. Art. Zeitrechnung, kirchliche, aangehaald uit het beroemde werk van Ludwig Ideler: Handbuch der mathematischen und technischen Chronologie, Ile Bnd. S. 175 ff.
3) Lübker, Art. Terentii, p. 1135, 4e.
4) E. Schürer, Geschichte des Judischen Volkes, etc. III Bnd. (laatste druk) Bnd. I S. 165 ff. Litteratur over de Seleuciden en hun geschiedenis.
5B) idem. I. S. 32 ff. eveneens met uitgebreide litt. (deze aera heet in de Boeken der Macc.: anni regni Graecorum).

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 12 februari 1938

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's

Iets over jaartelling en kalender I.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 12 februari 1938

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's