Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Omdat of inzover?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Omdat of inzover?

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Niet alleen in onze tijd is de strijd gevoerd over het gezag van de belijdenis in de kerk. Die strijd is er alle eeuwen door geweest. Onze vaderen hebben reeds op het Convent van Wezel de Nederlandse Geloofsbelijdenis en de Heidelbergse Ca-

techismus erkend en aanvaard als formulieren van enigheid. Men beleed daarmee, dat het geloof dat in deze belijdenisgeschriften beleden werd, naar de Schrift is. En men bepaalde dan ook dat van de predikanten instemming met de belijdenis zou worden gevraagd.

Toen enkele jaren daarna in 1571 de eerste Synode van de Hervormde Kerk in Nederland gehouden werd te Emden, schreef deze synode ondertekening van de belijdenis voor. Men aanvaardde de belijdenis omdat ze overeenkwam met de Bijbel.

Daarmee werd de belijdenis niet op één lijn gezet met de Bijbel, maar daarmee werd wel gezegd, dat men de belijdenisgeschriften aanvaardde als uitdrukking van het geloof der Hervormde Kerk, omdat ze de waarheid van Gods Woord duidelijk omschreven. Het gezag van de belijdenisgeschriften is dan ook een afgeleid gezag, een aan de Schrift onderworpen gezag.

Onze gereformeerde vaderen hebben dan ook de belijdenisgeschriften voor gezaghebbend gehouden totdat uit Gods Woord bewezen zou zijn, dat er iets in stond dat met de Schrift in strijd was. Wanneer dat bewezen was zou zo'n artikel natuurlijk in schriftuurlijke zin veranderd moeten worden.

Heel anders was de opvatting van de remonstranten. Zij stelden van te voren de belijdenis als discutabel en daar hebben de gereformeerde belijders zich met kracht tegen verzet. Men had ten allen tijde echter het recht om gravamina (bezwaren) tegen de belijdenisgeschriften in te dienen, waarover de kerk dan zou oordelen. Men moest zich dan echter aan het oordeel der kerk onderwerpen.

De remonstranten wilden echter vrijheid hebben om in de kerk te leren wat men wilde, ook al kwam men in strijd met de belijdenis. En zij noemden zich ook gereformeerd! Merkwaardige overeenkomst met onze dagen.

De remonstranten wildeïi de belijdenis eigenlijk alleen aanvaarden inzover re zij overeenkwam met de Heilige Schrift. We begrijpen dat hiermee de ruimte gegeven was tot het verkondigen van allerlei ongereformeerde leringen. Vooral ook omdat ieder ook weer zijn eigen opvattingen heeft over de Heilige Schrift.

Deze strijd heeft de kerk telkens weer in beroering gebracht. De gereformeerden stonden op het standpunt dat de belijdenisgeschriften aanvaard moesten worden omdat ze in overeenstemming waren met de Schrift en de meer remonstransgezinden hebben steeds vastgehouden aan het inzover. Toen eenmaal de leervrijheid openlijk toegestaan werd na 1816 heeft dat geleid tot de bekende quia (omdat) en quatenus (inzover) strijd uit de dertiger jaren van de vorige eeuw.

Als gereformeerde belijderes houden we vast aan het omdat. We aanvaarden de belijdenisgeschriften omdat ze in overeenstemming zijn met de Heilige Schrift. We stellen echter de mogelijkheid open van het indienen van gravamina. Maar dan in de kerkelijke weg. Men moet niet een leer gaan verkondigen in strijd met de belijdenis, maar men moet, indien men bezwaren heeft tegen de belijdenis, deze in de kerkelijke weg laten behandelen. Maar voordat de kerk deze bezwaren erkend heeft mag men ze niet in prediking of onderwijs verbreiden.

Dat nu ons bezwaar tegen verschillende leden van de confessionele vereniging, dat ze zich niet houden aan hun eigen statuten, daar deze ook spreken van omdat. Vandaar dat we ook de vraag gesteld hebben of alle leden die grondslag nog wel aanvaarden?

Ds. Groenewoud heeft in het blad van de confessionele vereniging op deze vraag een antwoord gegeven, dat ons niet bevredigt. Zijn antwoord hinkt op twee gedachten. Hij zou het „omdat" willen handhaven en toch ruimte willen geven voor het „inzover". Naar onze mening hebben de oprichters van de confessionele vereniging het laatste niet bedoeld.

Overigens leze men het antwoord van Ds. Gr. zoals we dat om het belang van de zaak geheel in de rubriek Persschouw hebben doen opnemen.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 9 mei 1953

Gereformeerd Weekblad | 8 Pagina's

Omdat of inzover?

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 9 mei 1953

Gereformeerd Weekblad | 8 Pagina's