Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Israël, een volk op weg naar huis

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Israël, een volk op weg naar huis

12 minuten leestijd

Het volk Israël staat de laatste tijd in toenemende mate in het middelpunt van de belangstelling. Dat komt natuurlijk ook, omdat steeds meer de politieke spanningen in de volkerenwereld in verband beginnen te staan met dit volk. Vooral in de laatste weken blijkt Israël wel heel duidelijk in het brandpunt van de wereldgeschiedenis te liggen en dat het smeulend vuur in het Midden-Oosten weldra in een uitslaande brand zal overgaan schijnt welhaast onvermijdelijk te zijn. Maar vooral trekt Israël de aandacht van de kerk, omdat de vraag niet meer te onderdrukken is of wij hier te doen hebben met een teken Gods, met een aanvankelijke vervulling van de profetie. Israël is voor ons immers niet maar een volk zonder meer, maar is het volk Gods in zeer bijzondere zin. Het draagt de duidelijke sporen van zijn verwerping, maar is toch het uitverkoren volk gebleven. De hele geschiedenis van het joodse volk is vol van oordeel en bewaring beide, 't Is het volk waarop iedereen 't altijd heeft voorzien gehad, maar dat nooit geheel kon worden uitgeroeid. Wij kunnen er van overtuigd zijn, dat de rol van dit volk in de wereldgeschiedenis nog niet is uitgespeeld, het heeft nog steeds een grote plaats in de plannen, die God met deze wereld heeft. Daarom zal het ook steeds een grote plaats blijven innemen in het hart van allen, die de Heere vrezen en zijn gangen in het licht van de Schrift hebben leren onderzoeken. Het is tekenend, dat ieder volk, dat de Joden probeerde uit te roeien, daarmee eigenlijk zelfmoord bleek te hebben gepleegd. De nederlaag van Duitsland en de moord op zes millioen Joden hangen ten nauwste samen. Wanneer Rusland (eventueel met behulp van Syrië) de staat Israël zou aanvallen, betekent dat — naar mijn overtuiging — het begin van het einde van het russische rijk. Zelfs Rusland zal het gevaar waaraan het zich dan blootstelt niet kunnen overleven. Het blijft gelden: wie mijn volk aanrandt, randt mijn oogappel aan.

Er is nu een staat Israël. Die naam is op zichzelf al opmerkelijk, het volk en het land dragen bewust dezelfde naam. Een Jood zou beslist protesteren wanneer iemand zeggen zou, dat de Joden weer in Palestina wonen. Israël woont in Israël. Daarmee wordt uitgedrukt, dat dit volk en dit land bij elkaar behoren. De verscheuring van de band tussen volk en land hebben de Joden altijd als een hard lot gevoeld, als een ballingschap. Israël is een volk, dat alleen op de voorvaderlijke bodem zichzelf kan zijn. Dit is het land, dat de Heere aan Abraham en zijn zaad gegeven heeft om dat erfelijk te bezitten en de bijbel spreekt in dat verband nadrukkelijk van een eeuwige erfenis. Hun ballingsoord is de wereld, maar hun thuis is alleen in Israël. Daarom spreken wij nu over de Joden als over een volk op weg naar huis.

Wie de jonge staat Israël bezoekt, wordt getroffen door de geestdrift, waarmee men zich aan de opbouw van het nieuwe vaderland heeft gewijd. Er is in een korte tijd een geheel nieuwe samenleving geboren. Vroeger leek het in Palestina wel, alsof het leven er na de tijd van de Bijbel was blijven stilstaan, maar in de laatste 25 jaar is er meer veranderd dan alle 2000 jaar bij elkaar.

De oude toestanden zijn er net zo zeldzaam geworden als Marken en Volendam in ons land. Het is niet waar, dat het oude volk weer in het oude land zou wonen, maar er woont een nieuw volk in een nieuw land. De geestdrift is te verklaren uit het feit, dat Israël sterk overtuigd is, dat Gods hand dit land voor zijn volk ontsloten heeft en dat daar een grote toekomst wacht. De komst in dit land was immers de vervulling van een lang gekoesterde droom. Velen hebben bij hun komst in Israël gezegd, in elk geval gedacht: dit is het ogenblik waar ik tot dusver voor heb geleefd. Geen wonder, dat men zich met een welhaast verbijsterend enthousiasme aan de opbouw van deze nieuwe staat heeft gewijd. Als mensen, die voordien bekende intellectuelen waren nu dagelijks landarbeid verrichten, voelen zij dat helemaal niet aan als een vernedering maar veeleer als een bevrijding. Vandaar ook, dat het mensentype sterk gewijzigd is. Vroeger zag men de ietwat gebogen Joden, die nogal achterdochtig alles om hen heen goed in de gaten hielden. Dat kwam, omdat ze zich — terecht of ten onrechte — altijd wat bedreigd voelden in een samenleving, waar ze innerlijk buiten stonden. Dat wekte enerzijds argwaan, het gevoel van: wij moeten goed op onze tellen passen. Als gevolg daarvan heeft het woord „Jood" een nogal ongunstige betekenis gekregen. Anderzijds werd daaruit het gevoel geboren van steeds te leven onder 'n onafwendbare dreiging, waartegen niet veel te beginnen viel. Zo kreeg de Jood in de ballingschap iets passiefs, waarin hij zich gelaten schikte onder het harde lot. Daardoor was het Hitier mogelijk zo ontelbaar vele slachtofers onder hen te maken.

Welnu, dit mensentype zal men in de staat Israël niet meer aantreffen. Men vindt daar wel mensen, die weten wat ze willen en die energiek aan de slag gegaan zijn. Mensen ook, die zich door de teleurstellingen niet laten ontmoedigen. Het lijkt alsof het joodse volk nu pas zichzelf geworden is, men zoekt blijmoedig en doelbewust zijn weg. Het valt vooral op, dat er nu in Israël een jeugd is, die ondanks de blijvende dreiging hoge verwachtingen van de toekomst heeft. Men schermt er misschien wel wat al te gretig mee, dat de jeugd „gezond" is, maar daar is dan ook wel enige reden toe. Het westerse probleem van de zgn. asfaltjeugd kent Israël niet. Het lijkt alsof het joodse volk nu pas begint te leven en het nu opgroeiende volk is heel anders dan wij ze hier in het Westen ooit gekend hebben. Wel zijn de ouderen geneigd een te grote plaats voor de jongeren in te ruimen, waardoor de jeugd wat al te onafhankelijk tegenover de ouden komt te staan.

Het is nu eenmaal altijd gevaarlijk als de jongeren wat al te zeer in de watten worden gelegd. Men vertelt ter illustratie het volgende: Toen de ouderen in Israël kwamen kenden ze maar twee woorden in het Iwrith (de nieuwe taal van Israël) namelijk het woord bewakasja (alstublieft) en het woord toda-rabba (dank u wel). Maar de jeugd kent het Iwrith volledig, behalve juist deze woorden.

Het contrast tussen Israël en de Arabieren is in het oog lopend groot en wordt nog met de dag groter. De Arabieren worden verlamd door het wantrouwen en komen daardoor tot nauwelijks enige activi-

tcit. Vandaar dat bij hen een verregaande armoede en een geringe mate van ontwikkeling valt op te merken. Leerplicht bestaat daar niet, evenmin als dienstplicht. Het zou ook niet kunnen, omdat ze geen burgerlijke stand kennen en een soldaat gemakkelijk zou kunnen deserteren en dan onvindbaar zou zijn. De arabische staten zijn onze tijd ver ten achter, terwijl in Israël het moderne leven op volle toeren draait en men daar te maken heeft met een intellectueel hoogstaand volk. Daarom is de arabische opwinding van de laatste tijd voor een groot gedeelte uit angst en onmacht te verklaren. De grote mond van Egype. Syrië en de anderen is een uiting van hun minderwaardigheidsgevoelens. Daarbij komt de prettige zekerheid, dat Rusland in een eventueel conflict niet neutraal zal blijven en dat de westerse mogendheden belang hebben bij de olie.

In Israël wordt sterk de nadruk gelegd op de landbouw en de veeteelt. Men heeft al te zeer gezien, dat de grote stad een moreel en geestelijk gevaar oplevert, dan dat men de groei van grote steden zou willen bevorderen. De grootste plaats is Tel-Aviv met 350.000 inwoners, naar onze begrippen niet eens zo erg groot. Men bevordert de groei van het platteland en aan de kinderen wordt al de kunst van het tuinieren bijgebracht. Landarbeid is zelfs een onderdeel van de militaire opleiding, die gedurende 2 jaar zowel voor jongens als voor meisjes verplicht is. Wie in Israël woont moet beslist een koe kunnen melken en met een ploeg om kunnen gaan. Men stuurt dus bewust aan op een agrarische samenleving. Regelmatig stuurt men kooplieden naar o.a. Leeuwarden voor de import van fries stamboekvee. Verder wordt veel werk gemaakt van de bebossing van het land en de bevloeiing van de akkers.

Merkwaardig is, dat Israël over veel vruchtbare streken blijkt te beschikken, hetgeen vooral te danken is aan het feit, dat Palestina onder de Turken jarenlang vrijwel braak gelegen heeft. Zo wordt het letterlijk vervuld, dat de woestijn zal bloeien als een roos. De exploitatie van de Dode Zee is ook een veelbelovend project, waarbij ongekende hoeveelheden mineralen (vooral potas voor bemesting) ter beschikking komen. Dat schijnt een nieuwe bron van welvaart te zijn.

Als wij over de landbouw spreken, kunnen wij niet zwijgen over de kiboets, een landbouwkolonie, die wel wat lijkt op een communistische samenlevingsvorm. Maar het verschil met 't communisme is, dat de menselijke vrijheid erin gewaarborgd blijft.

Men zou ook aan socialisme kunen denken, maar men kan beter spreken van een vorm, die een geheel eigen karakter draagt. De kiboets is een grote boerderij, waar mannen en vrouwen gemeenschappelijk de akkers bewerken en verder in sterke mate samenleven. Men eet daar in een grote eetzaal en ieder gezin heeft de beschikking over één kamer, waar men slaapt en bij elkaar kan zijn. Alle huishoulijk werk wordt centraal geregeld. Zodoende zijn ook de vrouwen vrij vqor de arbeid op het land. De kinderen leven daar bij elkaar en mogen elke dag gedurende een vastgestelde tijd in het vertrek van hun ouders zijn. De inkomsten komen in één kas, waaruit alle betalingen worden gedaan en ieder van het noodzakelijke wordt voorzien. Niemand heeft voor zichzelf de beschikking over geld. Is er een kind, dat de gave heeft om te studeren dan wordt dat door de kiboets betaald.

Men heeft zich van deze kiboets veel voorgesteld, maar naderhand bleken er toch wel veel bezwaren mee verbonden te zijn. Vooral de centrale verzorging en opvoeding van de kinderen, waardoor het huisgezin niet voldoende tot zijn recht kon komen, wekte steeds meer critiek. Men komt er daarom steeds meer op terug en men vindt tegenwoordig kiboetsim van allerlei verschillende type. Het varieert van de sterk links georiënteerde kiboets tot die van het type van de vrij normale dorpsgemeenschap.

De bevolking van de staat Israël vertoont een grote verscheidenheid; er wonen Joden uit vrijwel alle werelddelen, die ieder hun eigen beschaving hebben en hun eigen verleden. Er zijn de gecultiveerde Joden uit West-Europa, Joden uit Polen, maar ook die uit aziatische en afrikaanse landen. Het is een zware taak dit bonte geheel te doen samengroeien tot één volk. Vandaar dat men zo sterk de hoop gevestigd heeft op de jeugd; daaruit zal immers het éne volk van de toekomst moeten groeien. Ook de motieven van de komst naar Israël zijn zeer verschillend. Men stelt wel de veelzeggende vraag: komt u uit Duitsland of uit idealisme? Er is ook een grote verscheidenheid op godsdienstig gebied; tot het orthodoxe Jodendom behoort ongeveer 13%, maar de invloed van deze groep is veel groter dan het getal. De orthodoxie heeft immers de wetgeving vrij diepgaand bepaald.

De sabbat wordt algemeen gevierd; het hele openbare leven wordt er door beheerst. Alle werk ligt dan stil en ook is er dan geen verkeer. Er is volstrekte sabbatsrust. Verder is belangrijk de terugkeer tot de bijbel; iedere school in Israël is een school met de bijbel. Natuurlijk wordt met de bijbel in dit verband het Oude Testament bedoeld. Dat is in het onderwijs het hoofdvak en wordt op iedere school intensiever bestudeerd dan op enige chr. school in ons vaderland.

Het Joodse volk wordt doorkneed in de bijbel en overal ontmoet men in het openbare leven bijbelteksten. De staatsomroep begint elke dag met schriftlezing. Men kan niet in Israël leven zonder dagelijks met de bijbel in aanraking gebracht te worden.Ook de zeer linkse Mappam-scholen zijn scholen met de bijbel. Alleen moet wel bedacht worden, dat voor de bijbel deze ruime plaats wordt ingeruimd om op die manier te komen tot een volk met een gemeenschappelijke cultuur. Het Oude Testament wordt gezien als het document van de nationale cultuur, .niet zozeer als het Woord van God. Dat beslist ook over de wijze, waarop de bijbel onderwezen wordt. De kern van de Schrift, de Messias, staat daarin niet centraal, laat staan dat het zou gelezen worden in het licht van de Messias Jezus. De Messiasverwachting is juist niet zo sterk als wij wel zouden wensen; die bestaat meer in het bouwen van het messiaanse rijk, dan in de verwachting van de Messias zelf. En het humanisme is te sterk, dan dat men zou uitzien naar een Verzoener van de zonde. Zo is er ook wel belangstelling voor de figuur van Jezus van Nazareth, maar dan als een voortreffelijk leraar en niet als de Zaligmaker der zondaren. Zo is er van een wezenlijke terugkeer tot het Oude Testament nauwelijks sprake.

De gebeden van de Kerk mogen zich vermenigvuldigen voor de nog steeds blinde synagoge, opdat ze haar Messias moge leren zoeken en dienen. Hoe lang het duren zal voordat dit volk werkelijk God naar zijn Woord zal dienen is ons onbekend. Misschien moeten er voor het zover is nog veel rampen komen over het hoofd van dit geslagen volk. Maar zeker is, dat, wanneer de volheid der heidenen zal zijn ingegaan, dat alsdan geheel Israël zal zalig worden. Dat betekent, dat in het einde der tijden Israël als volk een christelijk volk zal zijn. Het heeft vele dwaalwegen bewandeld en is daar voor en na zwaar voor getuchtigd, maar toch is het — naar Gods belofte < — een volk op weg naar huis. En het is op weg via het aardse Jeruzalem naar het Jeruzalem, dat vrij is. hetwelk is ons aller moeder.

Huizen.

S. Gerssen.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 22 december 1956

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's

Israël, een volk op weg naar huis

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 22 december 1956

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's