Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Bethlehem

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Bethlehem

6 minuten leestijd

Nadert men Bethlehem, dan ziet men dit daar liggen op de top van een berg en tegen de helling aan, omgeven door olijfen wijngaarden. Alle huizen liggen er vlak bij elkaar. Men komt aan tussen het stadje en de Geboortekerk. Voor deze laatste ligt een groot plein met aan de rechterkant het Armeense klooster. Met het Grieks-Orthodoxe, dat zuid-oostelijk en het Rooms-Katholieke, dat noordelijk van de Geboortekerk ligt, vormen deze gebouwen één groot complex. Van de drie toegangsdeuren van de Geboortekerk is er nog maar één zichtbaar. In de tijd van de Saracenen zijn de Christenen uitermate bevreesd geweest, dat hun vijanden de kerk als stal zouden gebruiken. Om deze reden hebben zij de twee rechterdeuren geheel en de linkerdeur vrijwel dichtgemetseld. In deze laatste is het lage poortje, waardoor men niet dan gebukt kan binnengaan. Uit het felle licht komt men dan ineens in een donker voorportaal en vandaar in het grote, ruime schip van de kerk, waarin niets staat. Er is stilte en aanbidding in dit gebouw. Aan beide zijden van het middenschip aan iedere kant zijn nog twee lagere schepen, zodat deze kerk een indruk heeft van grote ruimte. Onder het koor is de geboortegrot als crypt. Men kan erin afdalen langs twee smalle trappen aan weerskanten van het koor.

Al van oudsher zijn de Christenen naar de grot van deze kerk gekomen om de geboorte van Christus te gedenken. Reden voor keizer Hadrianus om er een Tammuzbos omheen te planten en bij de kribbe de klaagzangen voor hem te laten klinken. Maar dit schijnt spoedig te zijn verdwenen bij gebrek aan vereerders. De Christenen bleven de plaats bezoeken. Origenes (185—252) vertelt, dat „de heidenen zelf, aan wie het horen willen, steeds weer vertellen, dat in deze grot een zekere Jezus geboren is, die de Christenen vereren en bewonderen". Deze grot, ongeveer een rechthoek (12.30x3.15 m.) wordt verlicht door drieënvijftig lampen, daar opgehangen door de verschillende kerken. De vloer en wanden zijn met wit marmer bedekt. In het oostelijk deel ziet men tussen de twee trappen, die zich hier naar elkander buigen, een ronde nis, waarin nog resten van mozaiek zijn. Op de bodem ligt wit marmer, waarin een vergulde zilveren ster schittert. Hieromheen branden dag en nacht vijftien lampen in een halve cirkel, laag opgehangen tegen de muur. Blauwe damasten gordijnen van een prachtig weefsel omlijsten de nis, waar Jezus ter wereld kwam.

Vier stappen hiervandaan daalt men drie treden af naar „de wieg", een voederbak in de rots. de plaats waar de herders de jonggeborene kwamen aanbidden. Hier ziet men nog aan de wanden en de zoldering de rots, zoals die alle eeuwen geweest is. Op Kerstmis gaan allen in een lange optocht langs deze heilige plaatsen, waar Hij mens werd. die voor allen gekomen is om hen leven en blijdschap terug te geven.

Begrijpelijk is. dat de Christenen reeds eeuwen — het oudste bericht dateert van 254 — uit Jeruzalem naar deze plaats komen om het geboortefeest van Christus te vieren.

Dan gaat de tocht naar de oude stad. waar herinneringen aan Ruth en David opkomen.

Ruth! In deze smalle straten zijn dus de vrouwen de huizen uitgelopen, toen zij een niet dadelijk herkende vrouw met een jongere moeizaam naar boven zagen komen. En zij hebben tegen elkander gezegd: „Is dat niet Naomi? " Eerst fluisterend en onzeker, daarna met een gevoel van overtuiging. Geboeid hebben zij in het volgend jaar Ruths romance gevolgd.

En David, die hier door de straten placht te gaan, in de velden met zijn kudden rondtrok, er gevaar zag dreigen en het bestreed: die hier later zijn residentie vestigde. Toentertijd had de stad. die vermoedelijk op dezelfde plaats lag als nu, een oppervlakte van 300 bij 150 meter.

Een half uur ten noorden van Bethlehem — men is dan eerst dwars door een dal gegaan — bevindt zich een heuvel met ruïnes. Daar heeft een kerk gestaan, de bergerie, de herderskerk. Vroeger lagen hier de ruïnes van Migdal Eder (Genesis 35:21, de toren der kudden), de resten van een „hoge plaats" (offerplaats) der Joden, of een Kanaanitisch heiligdom op een hoge rots, boven een grot, het landschap dominerend.

Deze velden der herders, die door muurtjes van opgestapelde stenen, een kunst op zichzelf, van elkaar worden gescheiden, zijn nu nog weideplaatsen. Het is er vredig gebied. De Y.M.C.A. heeft er een kampeerterrein. Op Kerstmis houden zij hier diensten, die velen met blijdschap meemaken. Voor degenen, die juist soberheid het oorspronkelijk gebeuren het sterkst doen beleven, is dit een weldaad.

Voor Bethlehem splitst zich de weg: rechtdoor gaat hij naar Hebron. links naar Bethlehem, rechts naar Beit-Djalah, het belangrijkste dorp in de omgeving, dat geheel christelijk is en zeer welvarend, temidden van uitgestrekte wijn-en olijfgaarden.

Vlak bij de splitsing ligt ter rechterzijde van de weg het graf van Rachel. Rachel kreeg bij Bethlehem — maar een andere plaats ten noorden van Jeruzalem ware ook denkbaar — haar tweede zoon Benjamin, maar zij overleefde zijn geboorte niet. Jacob begroef haar op die plaats, richtte er een gedenkteken op (Genesis 35 : 16—20). Het was bij Bethlehem Efratha; Bethlehem betekent huis des broods; Ephrata: ol vruchten, dus namen die ongeveer hetzelfde uitdrukken.

Rachel, de vrouw, van wie Jacob zo veel hield, is altijd tot de verbeelding van haar volk blijven spreken. Het treffendst komt dit uit in Jeremia 31 : 15: oor, te Rama klinkt een klacht, bitter geween. Rachel weent om haar kinderen, ze weigert zich te laten troosten over haar kin-

deren, omdat er geen meer is. En dan komt de vertroosting: Er is hoop voor uw toekomst, luidt het woord des Heeren, de kinderen zullen terugkeren naar hun gebied.

Verwonderlijk is het niet. dat deze woorden van toepassing leken te zijn op de kindermoord van Bethlehem en dat zij Vondel aanleiding gaven tot zijn onvergelijkelijk gedicht:

O Kerstnacht, schoner dan de dagenl Hoe kan Herodes 't licht verdragen, dat in uw duisternisse blinkt en wordt gevierd en aangebeden! Zijn hoogmoed luistert naar geen reden, hoe schel die in zijn oren klinkt.

Hij poogt d'Onnooz'le te vernielen door 't moorden van onnooz'le zielen, en wekt een stad-en landgeschrei in Bethlehem en op den akker en maakt de geest van Rachel wakker, die waren gaat door beemd en wei.

Bedrukte Rachel, schort dit waren: uw kind'ren stierven, martelaren en eerstelingen van het zaad, dat uit uw bloed begint te groeien en heerlijk tot Gods eer zal bloeien en door geen tirannie vergaat.

(Uit: Dr. G E. te Lintum: Jordanië, halfbroeder van Israël).

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 25 december 1957

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's

Bethlehem

Bekijk de hele uitgave van woensdag 25 december 1957

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's