Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

EEN DAG VAN GOEDE BOODSCHAP

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

EEN DAG VAN GOEDE BOODSCHAP

10 minuten leestijd

Handelingen 2 : 1—4.

Een dag van goede boodschap is voor ons zondaren aangebroken, als wij het Pinksterfeest weer mogen beleven. Dat is de dag, waarop wij er aan herinnerd worden, dat in vervulling is gegaan deze belofte des Heeren: , Zo zegt de Heere, uw Maker, en uw Formeerder van de moederschoot af, Die u helpt: rees niet, o Jakob! mijn knecht en gij Jeschurun, die Ik uitverkoren heb. Want zie, Ik zal water gieten op de dorstige en stromen op het droge, Ik zal Mijn Geest op uw zaad gieten, en Mijn zegen op uw nakomelingen. En zij zullen uitspruiten tussen het gras, als de wilgen aan de waterbeken. Deze zal zeggen: k ben des Heeren. en die zal zich noemen met de naam van Jakob, en gene zal met zijn hand schrijven: k ben des Heeren, en zich noemen met de naam van Israël" (Jes. 44 : 2-—5).

Elk van de vierdagen van de Kerk des Heeren, die aan het Pinksterfeest vooraf gaan, brengt ernstige vragen met zich. Alles immers wat op die dagen is geschied tot redding van zondaren, legt ons de tot zelfonderzoek dringende vraag voor: , , Hebt gij hier ook deel aan? " Wie geeft ons het recht, wie de vrijmoedigheid, om op dat alles de hand te leggen en te zeggen: dat is ook voor mij geschied? Ja, nog sterker, hoe komen wij er toe naar al die goederen des heils ook maar te begeren? Wie zal er ons tot in het diepst van ons hart van overtuigen, dat wij een Zaligmaker nodig hebben?

Zo zien wij, dat het bij al die vierdagen is: ragen en nog eens vragen. En ongelukkig zijn wij, als er geen antwoord is, want het zijn levensvragen. Al zoeken wij zelf ons leven lang, al zoekt het menselijk geslacht alle eeuwen door, dat antwoord vinden wij niet. Aan onze zijde is het dus afgesneden. Indien er geen hulp komt in deze nood, dan gaan wij allen verloren. Maar gelukkig! De Heere God, Die zoveel heeft gedaan, zal Zijn werk voleindigen. Het is niet zo, dat de Heere veel doet, doch het nu verder aan ons overlaat. Neen! Hij volvoert het ganse werk. Aan het einde van de rij der feesten komt dan ook het Pinksterfeest, waarop wij herdenken de uitstorting van de Heilige Geest. Die Geest is het, Die het volbrachte verlossingswerk toepast aan de harten. En daar het waar is, wat Gods Woord ons verzekert, dat niemand kan zeggen Jezus de Heere te zijn, dan door de Heilige Geest, dan geeft het Pinksterfeest alleen ons het antwoord op al onze vragen. Goddelijke heerlijkheden worden ons door elke vierdag verkondigd, doch er in delen, er van genieten kunnen wij eerst door middel van de Heilige Geest, Die het oog ontsluit en het hart opent, Die wat voorwerpelijk is verworven, onderwerpelijk ons deel maakt, Die leer maakt tot leven. Daarom is het zulk een groot voorrecht, dat wij nog weer met elkander mogen behandelen de geschiedenis van de uitstorting van die Geest, die ons is opgetekend in Handelingen 2 : 1-—4:

En als de dag van het Pinksterfeest vervuld werd, waren zij allen eendrachtiglijk bijeen.

En er geschiedde haastiglijk uit de hemel een geluid als van een geweldige, gedreven wind, en vervulde het gehele huis, waar zij zaten.

En van hen werden gezien verdeelde tongen als van vuur, en het zat op een iegelijk van hen.

En zij werden allen vervuld met de Heilige Geest, en begonnen te spreken met andere talen, zoals de Geest hun gaf uit te spreken.

Zegenend was de Heere Jezus ten hemel gevaren. Nu brak de tijd aan, waarop Zijn discipelen als Zijn getuigen, als Zijn apostelen, uit moesten gaan, om in de gehele wereld te prediken in Zijn naam bekering en vergeving van zonden.

Doch, hoewel zij vol waren van al de heerlijke gebeurtenissen, die zij in de laatste weken hadden mogen beleven, hoewel de verrezen Heiland hun verstand had geopend, zodat zij de Schriften verstonden, toch moeten zij nog wachten op de volledige uitstorting van de Heilige Geest met al Zijn gaven en krachten. Alleen aangedaan met kracht uit de hoogte, met de kracht van die Geest, konden zij gezanten van Christus zijn. Daarop wachtende vinden wij de discipelen bijeen op de dag van het Pinksterfeest. Op die dag zou naar Gods raad en welbehagen plaats vinden de uitstorting van de Heilige Geest. Als wij dit wondere gebeuren van Gods genade met elkander overdenken, nl. de uitstorting van de Heilige Geest, dan vragen wij achtereenvolgens:1. Hoe werd zij verwacht? 2. Onder welke tekenen greep zij plaats? 3. Wat werkte zij uit?

Het was Pinksterfeest in Jeruzalem. De Joden vierden het feest van de voleindigde tarweoogst. In de straten van Jeruzalem was het ongewoon druk. Naar het voorschrift van de wet immers waren vele kinderen van Abraham opgekomen naar de tempelstad.

Terwijl buiten op de straten de feesthoudende menigte dooreen woelt, heerst er een weldadige rust en vrede in de opperzaal, waarheen wij in de geest zijn gegaan. Daar is bijeen een schare van omtrent 120 personen, die de verschijning van de Heere Jezus hebben liefgehad. Onder hen treffen wij verschillende bekenden aan, zoals Petrus, Jacobus, Johannes en Thomas, met de vrouwen, en Maria de moeder des Heeren, en vele andere vrienden en vriendinnen van de Heere Jezus.

Zij waren daar bijeen in gehoorzaamheid aan het bevel van hun Meester, om niet van Jeruzalem te scheiden, maar daar te verwachten de belofte des Vaders. Vandaar, dat het niet slechts rustig was in de opperzaal, maar dat er ook een stille vrede was in hun harten. Zo is het immers altijd tot op onze dagen toe, als wij niet onze eigen wegen gaan, maar wandelen in het spoor van de geboden des Heeren.

Gaan degenen, die van Christus zijn, op eigenwillig gekozen wegen, dan hebben zij geen vrede. Die verderfelijke paden voeren hen hoe langer hoe verder af van de goede Herder, zodat zij later, als de Herder ze weer opzoekt, en terecht brengt, biddend klagen:

Gun leven aan mijn ziel, dan looft mijn mond Uw trouwe hulp; stier mij in rechte sporen; Gelijk een schaap heb ik gedwaald in 't rond, Dat, onbedacht, zijn herder heeft verloren; Ai, zoek Uw knecht, schoon hij Uw wetten schond; Want hij volhardt naar Uw geboön te horen.

Hun geliefde meester wist wel, wat goed was voor de Zijnen. Dat hadden zij reeds zo menigmaal ondervonden, vooral in de laatste dagen. Hun vertrouwen is Hij zo ten volle waardig. En dus scheidden zij niet van Jeruzalem. Hij had het Zelf beloofd, dat daar tot hen zou komen de andere Trooster, in die stad, waar Hij was bespot, des doods waardig was verklaard en uitgeworpen. Van welk een rijke genade spreekt ons dit alles. Jeruzalem, de bloedstad, zou zijn de plaats, waar de Heilige Geest werd uitgestort, en waar het goede werk van de prediking van Jezus Christus en Die gekruisigd, en uit de doden opgewekt en opgestaan, zou beginnen. Ja, de grote Profeet en Leraar had het Zelf gezegd: Alzo is er geschreven, en alzo moest de Christus lijden, en van de doden opstaan ten derde dage, en in Zijn Naam gepredikt worden bekering en vergeving der zonden onder alle volken, beginnende van Jeruzalem. En gij zijt getuigen van deze dingen. En zie, Ik zend de belofte Mijns Vaders op u; maar blijft gij in de stad Jeruzalem, totdat gij zult aangedaan zijn met kracht uit de hoogte" (Lukas 24 : 46—49).

Eendrachtig zijn te Jeruzalem bijeen allen, die de verschijning van de Heere Jezus Christus hebben liefgehad. Grote verschillen zijn er in deze gemeenschap. Verschillen in karakter, in aanleg, in leeftijd, in wegen en leidingen. Doch zij zijn één in liefde tot de Heere Jezus, één zijn zij in de wetenschap, dat zij zondaren zijn, voor wie de Zaligmaker leed en stierf en nu leefde, om altijd voor de Zijnen te bidden. Eén zijn zij ook in de heerlijke verwachting van de uitstorting van de Heilige Geest.

Wat was dat een gelukkig, een benijdenswaardig gezelschap daar in die opperzaal te Jeruzalem! Samengesnoerd waren zij door de zoete banden van geloof, hoop en liefde. Zulke samenkomsten zijn een profetie en een voorsmaak van de eenheid, van de samenbinding, die er eens zal zijn onder alle verlosten in de triumferende Kerk in de hemel.

Ach, dat al die verdeeldheid en scheiding zelfs onder degenen, die behoren tot het volk van God, ons maar diep smarte! Dan zal er uit zulke bedroefde harten een vurig smeekgebed opstijgen tot God in de hemel. Dan zal er wel eens, uitziende naar en biddend om de eendracht des geloofs en der liefde, gezongen worden:

Waar liefde woont, gebiedt de Heer' de zegen, Daar woont Hij Zelf, daar wordt Zijn heil ver-En 't leven tot in eeuwigheid. [kregen,

De discipelen en discipelinnen van de lijdende en van de levende Verlosser waren, toen de dag van het Pinksterfeest vervuld werd, allen eendrachtig bijeen. Met een eenparig en vurig verlangen verbeidden zij de komst van de beloofde Trooster. En dus brachten zij de wachtenstijd niet door in ledigheid en werkeloosheid. Neen! de Heere maakt de Zijnen innerlijk werkzaam. W r ij lezen in Zijn Woord deze opwekkende en bemoedigende woorden: , , Werkt uws zelfs zaligheid met vreze en beven; want het is God, Die in u werkt beide het willen en het werken, naar Zijn welbehagen."

Door de genade Gods waren de vergaderden in de opperzaal te Jeruzalem eendrachtig volhardende in het bidden en smeken. De beloften van de uitstorting van de Heilige Geest waren hun daarbij tot opwekking en tot troost. Van die beloften mochten zij ook gebruik maken in hun bidden en smeken als een pleitgrond. Petrus herinnerde in Zijn Pinksterrede aan de belofte, die de Heere de profeet Joël te spreken had gegeven: , , En het zal zijn in de laatste dagen (zegt God), Ik zal uitstorten van Mijn Geest op alle vlees; en uw zonen en uw dochteren zullen profeteren, en uw jongelingen zullen gezichten zien, en uw ouden zullen dromen dromen. En ook op mijn dienstknechten en op mijn dienstmaagden zal Ik in die dagen van Mijn Geest uitstorten, en zij zullen profeteren."

Wat is dat een voorrecht, als wij door Gods genade zoveel houvast mogen hebben aan Zijn beloften, dat zij ons tot een pleitgrond mogen zijn, als wij in ons gebed toegaan tot de troon der genade! Dan kunnen wij niet ophouden met bidden, met zoeken, met kloppen. Dan wordt het met Jakob te Pniël: , .Ik zal U niet laten gaan, tenzij dat Gij mij zegent."

Op het gebed, maar niet óm hun gebed, is de Heilige Geest uitgestort op de vergaderde broeders en zusters in de Heere in de opperzaal te Jeruzalem. O, welk een verhoring van het gebed van schuldige zondaren is dat geweest! De hemelen zijn gescheurd en de enige en drieënige God is in de uitstorting van de Heilige Geest nedergekomen, om woning te maken in het midden van Zijn strijdende Kerk.

En nu zullen wij persoonlijk aan dat wonderlijke, ondoorgrondelijke heilsfeit van de uitstorting des Heiligen Geestes alleen deel krijgen ook in de weg van het bidden en smeken. De Heere Jezus Zelf verzekert: , Indien dan gij, die boos zijt, weet uw kinderen goede gaven te geven, hoeveel te meer zal de hemelse Vader de Heilige Geest geven dengenen, die Hem bidden" (Lukas 11 : 13). Wat is dat rijk, als wij aan deze of dergelijke beloften uit Gods Woord in het geloof houvast mogen krijgen, om daarop biddend en smekend te pleiten! Hoe menigmaal heeft de Heere Zich al aan arme bedelaars geopenbaard als de grote Hoorder van het gebed! Hun bede heeft Hij nimmer afgewezen.

Welk een genadige bevinding is het, als de onwederstandelijke kracht des Heiligen Geestes zich openbaart in ons hart, als dat onwillige hart gewillig wordt gemaakt, en komt onder de leiding van de Heilige Geest! Zij het onze bede:

Och, schonkt Gij mij de hulp van Uwe Geest, Mocht die mij op mijn paan ten Leidsman strekken!

Z.

S. v. D.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 16 mei 1959

Gereformeerd Weekblad | 8 Pagina's

EEN DAG VAN GOEDE BOODSCHAP

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 16 mei 1959

Gereformeerd Weekblad | 8 Pagina's