Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

HET BOEK DANIËL

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

HET BOEK DANIËL

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

(16)

DANIËL VERHOOGD

Toen viel de koning Nebukadnezar op zijn aangezicht en aanbad Daniël; en hij zeide, dat men hem met spijsoffer en*liefelijk reukwerk een drankoffer doen zou. De koning antwoordde Daniël en zeide: Het is de waarheid dat ulieder God een God der goden is, en een Heere der koningen, en Die de verborgenheden openbaart, dewijl gij deze verborgenheid hebt kunnen openbaren.

Toen maakte de koning Daniël groot, en hij gaf hem vele grote geschenken, en hij stelde hem tot een heerser over het ganse landschap van Babel, en een overste der overheden over alle wijzen van Babel. Toen verzocht Daniël van de koning; en hij stelde Sadrach, Mesach en Abednego over de bediening van het landschap van Babel; maar Daniël bleef aan de poort des konings. Daniël 2 : 46—49.

Met grote vrijmoedigheid heeft de jonge Daniël gesproken tot de machtige koning Nebukadnezar bij de uitlegging van de droom. Hij heeft niets achtergehouden. Hij heeft het duidelijk doen uitkomen, dat de Heere, de God van Israël regeert en dat alle machten der aarde aan Hem onderworpen zijn. Het Koninkrijk van God zal zegevieren over alle wereldse rijken, ook over het gouden rijk van Nebukadnezar. Ja de heerschappij zal zijn op de schouders van Christus, aan zijn heerschappij zal geen einde komen, Hij zal niet rusten voordat alle knie zich voor Hem buigt en alle tong belijdt dat Hij de Heere is.

En hoe heeft koning Nebukadnezar dit alles opgenomen?

Het zou geen wonder zijn geweest wanneer hij opgestoven was om deze jonge man, die hem de val van de wereldmacht voorspelde, zijn toorn te doen ondervinden. Maar het tegendeel is waar. Hij is diep onder de indruk: „Toen viel de koning Nebukadnezar op zijn gezicht en aanbad Daniël; en hij zeide, dat men hem met

spijsoffer en liefelijk reukwerk een dankoffer zou doen (vers 46).

De koning ziet Daniël aan als een bovennatuurlijk wezen, als een god; hij valt voor hem neer met het gelaat ter aarde om hem hulde te betonen en hij gelast hem offers te brengen. Zo wil hij Daniël goddelijke verering toebrengen. Maar het is duidelijk dat deze profeet Gods dat niet kan toestaan, zoals verschillende eeuwen later Paulus en Barnabas op één van hun zendingsreizen dit aan de bewoners van Lystra niet konden toestaan, die ook dachten, dat deze mannen goden waren. Het staat wel niet met zoveel woorden in dit Schriftgedeelte, maar uit het verband wordt het ons toch wel duidelijk, dat Daniël de koning weliswaar niet heeft kunnen weerhouden van zijn huldebetoon door voor hem neer te vallen, maar toch wel van het brengen van de offers aan hem. Daniël zal er nog eens op gewezen hebben, hoe de Heere God hem de droom van de koning en zijn uitlegging heeft geopenbaard, en dat Nebukadnezar derhalve geen hulde moet brengen aan Daniël, maar aan de God van Daniël. En dat heeft de koning ook wel begrepen, want we lezen immers: De koning antwoordde Daniël en zeide: Het is de waarheid dat ulieder God een God der goden is, en een Heere der koningen, en Die de verborgenheden openbaart, terwijl gij deze verborgenheid hebt kunnen openbaren (vers 47).

Neen, Nebukadnezar breekt hier niet met zijn heidense afgoden om nu voortaan de Heere God te gaan dienen, maar hij erkent wel, dat Diens macht uitgaat boven die van zijn eigen goden. Vandaar dat hij Hem noemt de God der goden. Bovendien betuigt hij dat deze God de Opperheer is van alle koningen. Hij aanvaardt dus hetgeen Daniël gesproken heeft en hij buigt voor het Woord, dat God hem heeft laten bekendmaken. Zo moet de Heere lof worden bereid uit de mond van deze heiden, die van de Heere ook zegt dat Hij verborgenheden openbaart, zodat Daniël het geheim heeft kunnen onthullen, dat voor alle wijzen van Babel verborgen was.

Wanneer we koning Nebukadnezar zo de lof des Heeren horen verkondigen, dan moeten wij wel beschaamd staan, die dikwijls vergeten om de Heere te loven, terwijl zijn barmhartigheden en ontfermingen toch elke dag nieuw zijn en zijn koninklijke leiding ook in ons leven zo duidelijk openbaar komt.

Zo heeft de Heere God dus de eer gekregen van de koning van Babel.

Maar dan zal ook Daniël niet vergeten worden. De koning vervult zijn beloften, die hij aan de wijzen heeft gedaan toen hij hen verzocht hem zijn droom en de uitlegging bekend te maken. Hij vereert Daniël met kostbare geschenken en maakt hem groot door hem met een gewichtig ambt te bekleden en hij stelt hem tot heerser over het ganse landschap van Babel. Natuurlijk staat hij onder verantwoordelijkheid van de koning zelf. Hij wordt grootvizier in het rijk van Babel, te vergelijken met het ambt van minister-president. Bovendien wordt hij aangesteld tot voorzitter van het college der wijzen van Babel, daar hij immers heeft getoond boven alle wijzen van het land uit te gaan: Toen maakte de koning Daniël groot en hij gaf hem vele grote geschenken, en hij stelde hem tot een heerser over het ganse landschap van Babel, en een overste der overheden over alle wijzen van Babel (vers 48).

Daniël vergeet echter zijn drie joodse vrienden niet. Door zijn hoge ambt is hij in de gelegenheid om ook voor hen benoemingen in hoge posities te bewerkstelligen. Zij waren één geweest in de nood en in het gebed. Zij zullen nu ook één zijn in ere en hoogheid. Daniël draagt hen derhalve aan de koning voor opdat deze hen zal benoemen in bepaalde functies. We kunnen begrijpen, dat Daniël in zijn hoge ambt behoefte heeft aan mannen waar hij op rekenen kan en die voor hem volkomen betrouwbare en bevriende medewerkers zijn. De koning willigt het verzoek van zijn grootvizier in en hij benoemt de drie vrienden van Daniël als hoofden van verschillende departementen van dienst, waarvan Daniël de opperleiding heeft. Toen verzocht Daniël van de koning; en hij stelde Sadrach, Mesach en Abednego over de bediening van het landschap van Babel; maar Daniël bleef aan de poort des konings (vers 49).

Zo is er al een knecht van de Koning der koningen aan het hof van de koning Nebukadnezar. Zo komt er al iets zichtbaar van die Steen, die losgemaakt wordt zonder handen en die dat grote beeld zal verbrijzelen. Het begint klein met die steen. Hij wordt immers als Kind geboren in Bethlehem, maar Hij wordt de grote Koning, Die alle macht heeft in de hemel en op de aarde.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 25 december 1960

Gereformeerd Weekblad | 24 Pagina's

HET BOEK DANIËL

Bekijk de hele uitgave van zondag 25 december 1960

Gereformeerd Weekblad | 24 Pagina's