De charismatische beweging
(1)
Er zijn enkele lezers van ons blad die gelezen hebben over de zogenaamde „charismatische beweging" en die nu de vraag stellen of we daar niet eens iets over willen schrijven, daar ze eigenlijk niet goed begrijpen wat men daaronder verstaat en hoe we dat vanuit schriftuurlijk en gereformeerd standpunt over moeten denken? Nu ligt het niet in onze bedoeling om over de charismatische beweging thans al uitvoerig te gaan schrijven, maar we kunnen het verlangen van onze lezers naar enige voorlichting zeer goed begrijpen. Daarom willen we in het kort er een en ander over zeggen.
Er is in bijna alle kerken, niet alleen in ons land maar over de hele wereld, bij verschillende mensen een gevoel van ingezonkenheid van het geloofsleven. Trouwens, velen keren de kerk de rug toe, en al laat men zich dan nog niet schrappen als kerklid, men leeft toch niet meer mee. Dat is vooral ook in rooms katholieke landen het geval. Daar is de kerk lange tijd een stevig bolwerk geweest, maar de verwarring is daar in de laatste jaren nog veel groter geworden dan in de reformatorische kerken waar toch ook wel het een en ander aan de hand is.
Ook in ons eigen land is de rooms-katholieke kerk zeer verzwakt. Men krijgt te maken met een dreigend priester tekort, verschillende kerken worden overbodig, en het kerkbezoek daalt zeer sterk. Datzelfde kan ook van verschillende protestantse kerken gezegd worden in die plaatsen waar het evangelie van Gods genade niet zuiver meer gebracht wordt en waar men de gereformeerde belijdenis van de kerk loslaat. Men heeft naar allerlei wegen en middelen gezocht om de teruggang te stuiten, maar tot nu toe heeft dat niet veel geholpen. Het is steeds duidelijker aan het openbaar komen dat de enige remedie is het Woord Gods zuiver te verkondigen en de rijke Christus voor de arme zondaar te verkondigen, zodat de souvereine genade Gods in Christus Jezus verkondigd wordt. Zeker, dan zal de afval ook groot kunnen worden, want dat zal een teken zijn dat ons verkondigd dat de laatste dagen aangebroken zijn. Maar dan zal er toch altijd een „rest" overblijven, zoals de Schrift dat ook duidelijk stelt, want de Heere zal altijd Zijn volk en kerk bewaren, hoe klein en gering die kerk ook worden kan. In dit verband herinnert onze Neder-
landse Geloofsbelijdenis aan de dagen van Elia, die immers van mening was dat hij alleen nog overgebleven was om de Heere te dienen. Maar toen zei de Heere God: Ik heb er nog zevenduizend die de knie voor Baal niet gebogen hebben.
Maar bij alle middelen die men aanwendt om het verval van de kerk en de afval van het geloof te stuiten is nu ook nog gekomen de zogenaamde charismatische beweging, die de vernieuwing beoogt van de bestaande kerken door een verbreiding van een bepaalde leer over de doop met de Heilige Gees^ en bepaalde geestesgaven (charismata) die aan de gemeente zullen worden uitgedeeld.
Niet alleen onder de protestanten maar ook onder de roomsen is er een soort pinksterbeweging ontstaan en in die kring heeft men voor het eerst horen spreken van de „charismatische beweging". Ze spreken graag over een „charismatische vernieuwing" van de gehele kerk wanneer de Heilige Geest de geestesgaven uitstort in het midden van een kerk en wanneer men veel meer leeft bij en uit die geestesgaven. In het maandblad „Vuur" hebben protestanten en roomsen zich verenigd. En samen trachten zij de gedachten van de „charismatische beweging" te verbreiden. In de diepste grond der zaak hebben we hier nu ook te maken met een pogen om tot een nieuwe eenheid te komen, een nieuwe oecumene. Het is immers wel duidelijk dat de oecumenische beweging van onze dagen vastgelopen is in veel politiek geharrewar. De eerste geestdrift is gedoofd nu men bemerkt dat de oecumenische beweging zoals ze in de Wereldraad van Kerken belichaamd is, verstrikt is geraakt in een bepaalde politieke ideologie. En men moet allerwege constateren dat de oecumene op dit ogenblik aan invloed inboet. We hebben ons steeds verzet tegen een eenheid ten koste van de waarheid en we zullen dat ook blijven doen. Maar daarom te meer willen wij u wijzen op een groot gevaar dat van die charismatische beweging op ons aankomt. Want zij komt uit een geheel andere invalshoek tot ons. Tegenover de oecumene van Genève zijn we wel gewapend, maar vooral in onze kringen is het werk van de Heilige Geest steeds bijzonder naar voren gekomen. Wist men in veel kerken met de Heilige Geest en Zijn werk eigenlijk geen raad, wij hebben altijd geweten dat we het werk van de Heilige Geest nodig hebben tot geloof en bekering, dat Hij ons hart vernieuwen moet en dat Hij het werk van de Heere Jezus Christus aan ons uitdeelt en aan onze harten toepast.
Vandaar dat het in onze kringen goed overkomt wanneer er gesproken wordt over de gaven van de Heilige Geest en over het het werk van de Heilige Geest. Toch moeten we hier wel bijzonder voorzichtig zijn. Want er dreigt een groot gevaar. En wel dit gevaar dat de Heilige Geest losgemaakt wordt van het Woord Gods. De Heere Jezus Christus heeft ons duidelijk geleerd dat de Heilige Geest het alles uit Hem zou nemen om het ons te geven. De Heilige Geest en Zijn werk kunnen we dan ook altijd toetsen aan het Woord dat God ons geschonken heeft. In alle bewegingen van de laatste jaren die we hebben moeten afwijzen is immers duidelijk openbaar gekomen dat de opvattingen die in die kringen heersten in strijd waren met de Bijbel, met het geopenbaarde Woord van God. Wanneer men het werk van de Heilige Geest losmaakt van het Woord komt men op een uiterst gevaarlijke weg. Vroeger zeiden onze vaderen: men begint in de Geest en men eindigt in het vlees. We hebben in ons land de geschiedenis van de Wederdopers en hun inwendige licht. We weten wat er allemaal van terechtgekomen is. Men is inderdaad in het vlees geëindigd toen Jan van Leyden zijn koninkrijk Gods in Münster stichtte. Wanneer we dan ook duidelijk kunnen opmerken dat de charismatische beweging wel sterk de nadruk legt op de Heilige Geest en op de gaven van de Heilige Geest, maar daarbij nogal los omspringt met het Woord van God en zich echt niet door dat Woord laat binden, dan is grote voorzichtigheid geboden. Trouwens elke beweging, maar dan ook de charismatische beweging, moet getoetst worden aan het Woord Gods. Maar deze beweging weigert die toetsing aan het Woord. En men zoekt de eenheid in de Geest. Kardinaal Suenens van België heeft zich geopenbaard als een warm voorstander van de charismatische beweging, maar hij heeft daarbij nadrukkelijk verklaard dat hij niet samen op weg kan gaan met hen die onverkort blijven vasthouden aan het Woord Gods. Hij gebruikt dan het woord „fundamentalisten" en hij bedoelt daarmee mensen die het hele Woord Gods aanvaarden als geschreven door mensen die geïnspireerd zijn door de Heilige Geest. Maar daarom is het terstond al duidelijk dat we hier te maken hebben met een beweging die uiterst gevaarlijk is, daar men zich niet wil houden aan het Woord, maar aan de andere kant zeer de nadruk legt op de Heilige Geest. Men legt vooral de nadruk op de doop met de Heilige Geest. En men
zegt dan: ik heb de ervaring van de doop niet de Heilige Geest. Het is niet helemaal duidelijk wat men daar dan mee bedoelt. Maar men komt in een soort extase, die zich dan uiten kan in de zogenaamde „tongentaal". Maar wanneer men die Geest losmaakt van het Woord Gods, is dat de Heilige Geest dan nog wel? Dan komen er veel „geesten" aan te pas, die vanuit het Woord Gods moeten worden afgewezen.
Hier heeft de charismatische beweging een geheel verkeerde wortel. De Heere heeft Zich in Zijn Woord aan ons geopenbaard. En daar is de ware eenheid waar we gezamenlijk buigen voor het Woord Gods en ons willen laten leiden door de Heilige Geest. Het bekende psalmvers is ons hier uit het hart gegrepen: „Heere, maak ons uwe wegen, door Uw Woord en Geest bekend..." We kunnen niet spreken van een eenheid in de Geest wanneer men niet één is in het Woord. Hier vindt men de kern al van onze bezwaren tegen de charismatische beweging.
Ongemerkt hebben we echter onze ruimte al volgeschreven. Daarom hopen we in een volgend nummer ons oordeel over deze beweging af te ronden.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 20 juli 1974
Gereformeerd Weekblad | 8 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 20 juli 1974
Gereformeerd Weekblad | 8 Pagina's