Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Hoe Jezus wordt gevonden

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Hoe Jezus wordt gevonden

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

Des anderen daags wederom stond Johannes en twee uit zijn discipelen. En ziende op Jezus, daar wandelende, zeide hij: Zie, het Lam Gods! En die twee discipelen hoorden hem dat spreken en zij volgden Jezus. En Jezus Zich omkerende en ziende hen volgen zei tot hen: Wat zoekt gij? En zij zeiden tot Hem: Rabbi (hetwelk is te zeggen, overgezet zijnde, Meester) waar woont Gij?

Hij zei tot hen; Komt en ziet! Zij kwamen en zagen waar Hij woonde en bleven die dag bij Hem. En het was omtrent de tiende ure. (Joh. 1 : 35—40)

Gods werk is groot, maar het begint vaak in het klein. Abraham, de stamvader van Israël, wordt als een éénling geroepen uit Ur der Chaldeeën. David, de latere koning van Israël, wordt geroepen van achter de schapen. Jezus brengt Zijn jeugd door in Nazareth, in een uithoek van het land. En Zijn openbaar optreden begint niet in Jeruzalem, in de stad van de grote Koning, maar aan de oever van de Jordaan. En daarbij is Hij niet omringd door een grote schare volgelingen. In eerste instantie is Hij zelfs helemaal alleen.

Waarom doet Hij dat zo? Omdat van Hem geschreven was: Hij zal niet schreeuwen, noch Zijn stem verheffen, noch Zijn stem op de straat laten horen.

Waarom komt Zijn Rijk zo onopgemerkt, zo zonder ophef? Omdat van dat Rijk is geprofeteerd: niet door kracht, noch door geweld, maar door Mijn Geest zal het geschieden.

In het tweede gedeelte van Johannes 1 zien we mensen aarzelend, voorzichtig, schuchter, hun voeten zetten Oip de weg achter Jezus. Zien we hun ogen opengaan voor het Lam Gods.

1) Op Jezus zien

Des anderen daags. Hij is er wéér, Johannes de Doper. Hij is er verschenen met zijn aangrijpende prediking: bekeert u, want het Koninkrijk der hemelen is nabij gekomen. En toen ze hem vroegen: bent u de Messias? heeft hij geantwoord: nee, maar Hij is wel in aantocht! En toen kwam er een dag dat hij Hem openlijk aanwees: zie, het Lam Gods dat de zonde der wereld wegneemt.

Dat was gisteren. En nu, vandaag, staat johannes daar wéér.. Hij heeft een kring van discipelen om zich heen. In ieder geval is Andreas er bij, en Johannes, de latere evangelist. Ze zijn onder de indruk gekomen van de prediking van Johannes de Doper. Ze hebben het geloofd dat het Koninkrijk komt. Ze hebben er hun netten en hun schepen voor in de steek gelaten.

Dat kan dus, ook als we nog jong zijn. Want die twee zijn nog jong. Rond de 20 jaar misschien. Is er een jongere die dit leest? Dat kan, dat het Woord zo ineens met kracht in je leven komt. Je kunt er niet meer van los komen.

Deze twee ook. Ze kennen Jezus nog niet. Maar ze zijn niet bij Johannes vandaan te krijgen. Ze drinken zijn woorden in als water. En dan komt die dag. Die dag die ze nooit meer zullen vergeten.

Daar loopt Jezus te wandelen. Schijnbaar doelloos... Maar daar loopt een Profeet te wachten op leerlingen. Een Koning op onderdanen. Een Bruidegom op Zijn Bruid. En Johannes is toch de vriend van de Bruidegom? Hij moet toch de Bruid bij de Bruidegom brengen? En dan steekt hij zijn wijsvinger uit en houdt hij zijn korte, allesomvattende preek: zie, het Lam Gods!

Een prediking die elke Israëliet moest aanspreken. Elke morgen en elke avond werd er immers een lam geslacht? Maar al die lammeren konden uiteindelijk de zonde niet verzoenen.. Geen slachtvee, geen altaren... Niet de lammeren, maar hèt Lam. Hij, van Wie de profeet heeft gezegd: als een Lam is Hij ter slachting geleid en als een Schaap dat stom is voor het aangezicht van Zijn scheerders.

Op dit Lam hebben de eeuwen gewacht. Daar is Hij dan, zegt Johannes. Het Lam Gods. De Heere heeft Zichzelf een Lam ten brandoffer voorzien. Alle andere lammeren werden door mensen op het altaar gelegd. Dit is het Lam door God Zelf beschikt.

Een korte, krachtige preek: zie, het Lam Gods! Vandaag zouden sommigen het te kort, anderen te oppervlakkig vinden. Is hij nü al klaar? Heeft hij anders niets te zeggen? Zo weinig vermanend, zo weinig ontdekkend...

Dat dacht u maar! Er is geen vermanender, er is geen ontdekkender prediking dan deze: zie, het Lam Gods! Of kijkt u niet aan het Lam voorbij? Kijkt u niet langs het Lam heen? Dan zegt déze prediking u, indien u het bloed van dit Lam onrein acht, dat er geen slachtoffer meer overblijft voor uw zonde.

Weet u wie van deze prediking houden? Mensen die schuld hebben. Die geprobeerd hebben wat af te lossen, maar de schuld werd almaar groter. En toen hoorden ze: zie, het Lam Gods. Ze hadden dat al zo vaak gehoord, maar toen drong het nauwelijks dóór. Was hun schuld toen nog niet groot genoeg?

Maar nu horen ze het: zie, het Lam Gods. En ze springen op van vreugde: O God, er is een Lam! Er is een middel om van de schuld af te komen.

Die twee discipelen zagen die vinger van Johannes uitgestrekt, ze hoorden die korte preek. En ineens waren ze niet meer te houden! Ze liepen zomaar bij Johannes vandaan naar Jezus toe. Ze hebben Johannes niet eens bedankt voor het genoten onderwijs. Maar dat vindt Johannes niet erg. Hij heeft toch geen andere taak dan de Bruid bij de Bruidegom te brengen? Als die elkaar vinden, dan is het goed. Hij moet wassen, zegt hij zelf, ik minder worden!

2) achter Jezus gaan

Zij volgden Jezus. Wat een rijke vrucht op die korte preek. Nog maar nèt heeft Johannes Hem aangewezen of die twee discipelen gaan achter Hem aan.

Bent u ook al achter Hem aangekomen? Hij wordt aangewezen en aangeprezen als het Lam Gods. En u wordt geroepen Hem te zien en Hem te volgen. Je kunt toch niet elke keer horen „Zie, het Lam Gods" en dan blijven zitten waar je zit?

Jamaar, kan dat wel en mag dat wel? Een mens zal toch eerst moeten weten...

Wat zouden deze twee jonge discipelen weten? Nog héél weinig. Ze weten dat de Messias komt. Maar dat weten ze van Zijn Persoon, van Zijn werk? Eén ding weten ze: als Hij komt, dan moeten wij erbij zijn!

Ze weten nog weinig. Daarom worden ze ook leerlingen. Want volgelingen zijn leerlingen. Mensen die zelf niets weten, maar die onderwijs nodig hebben. En bij wie moe-

ten ze dan anders zijn dan bij Hem? Later zal een andere discipel het zeggen: Tot wie zullen we anders heengaan? Gij hebt de woorden des eeuwigen levens.

Ze volgen Hem. En terwijl Hij op hen stond te wachten is het nu alsof Hij doorloopt, alsof Hij verder gaat. En toch blijven ze volgen. Hoe komt dat? Omdat ze getrokken worden! Niemand komt tot Hem tenzij de Vader hem trekt. Ze worden met onweerstaanbare kracht naar Hem toegetrokken.

En dan keert Hij Zich om. Hij liep immers op hen te wachten? Op Zijn eerste discipelen, Hem door de Vader gegeven. Hij kijkt hen eens aan. Leerlingen die leraren zullen worden. Discipelen die apostelen zullen worden. Vissers, die Hij zal maken tot vissers der mensen,

Ze komen achter het Lam aan. Dat wil zeggen: ze gaan achter Hem de weg naar het kruis. Het is maar goed dat ze dat nog niet weten. Jezus zégt dat ook niet. Hij schrikt Zijn eerste discipelen niet af. Sommige mensen doen dat: wacht maar, het lijkt nu nog wel mooi, maar het zal zo niet blijven. Er zullen nog wel andere tijden komen.

Zo spreekt Jezus niet. Wat zoekt gij? vraagt hij. De eerste vraag die Johannes uit Zijn mond heeft opgetekend. Weet je wat je bij Mij zoekt en wat je bij Mij kunt vinden? De preek van de Doper was een ontdekkende preek: zie, het Lam Gods. Maar deze vraag van Jezus is een ontdekkende vraag: war zoekt gij?

Wat zoekt ü? U zoekt vooruit te komen in de wereld, de kost te verdienen voor uw gezin. Zoekt u anders niets? Of zoekt u, als u sterven moet, in de hemel te komen? Of zoekt u Jezus? Maar wat zoekt u dan bij Hem? Hoeveel mensen hebben Hem gezocht toen Hij op aarde was? En wat zochten ze bij Hem? Genezing van ziekte, verzadiging met brood, verlossing van de Romeinen.

Wie zoekt Hem omdat hij of zij zonder Hem niet leven kan? Omdat Hij het Lam is dat ons van onze zonden afhelpt? Dat is het wat u bij Jezus zoeken moet: vergeving, verzoening van uw schuld. En wie dat zoekt

— nee, wie Hèm zoekt — die zal vinden! Die twee jonge mannen hebben op die vraag niet gerekend. Wéét de Heere dan niet wat ze zoeken? Waarom vraagt Hij het dan? Om hen aan de praat te krijgen! Aan een zieke vraagt Hij: wilt gij gezond worden? Aan een blinde: wat wilt gij dat Ik u doen zal?

Nu, mannen, wat is jullie antwoord? En dan zeggen ze, een beetje stuntelig: Rabbi, waar woont Gij? Hebben ze anders niet te vragen? Of is het verlegenheid? Heere, zie als 't aan woorden mij ontbreekt, wat d' overdenking in mij spreekt...

En toch, als we goed luisteren horen we méér. Rabbi, zeggen ze, Meester! Dat is toch een belijdenis? LIeere, U bent toch de Profeet Die in de wereld komen zou? Waar

kunnen we dan Uw onderwijs volgen? Dat is de vraag van de Bruid: Zeg mij aan, Gij Die mijn ziel liefheeft, waar Gij weidt, waar Gij de kudde legert in de middag.

Komt en ziet! zegt de Heere Jezus. Als u naar de dokter wilt moet u van tevoren een afspraak maken. Als u de Heere Jezus nodig hebt kunt u meteen terecht. Elk uur van de dag kunnen nieuwe leerlingen op Zijn school worden ingeschreven. Er wordt geen „stop" afgekondigd. Niemand wordt uitgeloot. Behalve mensen die alles al weten. Die kan de hoogste Profeet niet gebruiken. Maar wie Hem nederig valt te voet zal van Hem zijn wegen Ieren.

Komt en ziet! Weet u waar Hij woont? Op de lofzangen van Israël. In het heiligdom waar het volk vergaderd is. Daar wordt Zijn onderwijs genoten. Daar wordt de rust geschonken.

Zoekt u Hem waar u Hem vinden kunt. Welgelukzalig de mens die naar Hem hoort, dagelijks wakend aan Zijn poorten!

3) bij Jezus blijven

De eerste dag op school bij de hoogste Profeet... johannes weet later nog wel wat er die dag besproken is, maar hij vertelt het niet. Zou hij liever, net als moeder Maria, al die woorden bewaren in zijn hart? Het is ook onuitsprekelijk. Hèm gevonden te hebben, het Lam Gods, de hoogste Profeet. Daar kunnen we nauwelijks over spreken. Daar kunnen we alleen van zingen: Beminnelijk Vorst, Uw schoonheid, hoog te loven, gaat al het schoon der mensen vèr te boven. Genade is op Uw lippen uitgestort.

Op zijn oude dag weet Johannes nog precies hoe laat het toen was. Omtrent de tiende ure. Vier uur in de middag.

Hebt u in uw leven ook van die onvergetelijke ogenblikken? Het moment waarop iemand stierf die u lief was. Het moment waarop u voor het eerst uw levensgezel of gezellin ontmoette.

Maar ze zijn er ook in het leven van het geloof. De onvergetelijke momenten, Nee, niet dat het altijd nodig is plaats en tijd aan te wijzen. Maar er zijn wel plaatsen waar we gedenktekenen mogen oprichten. En uren die we nooit meer vergeten. Uren van droefheid naar God en van vreugde in God. Uren waarin we Zijn nabijheid mochten ervaren. Uren waarin we worstelden om de zegen, net als Jacob in Pniël. Uren waarin we mochten zeggen: tot hiertoe heeft de Heere geholpen.

Geen leed zal ze ooit uit mijn geheugen wissen! En midden in de verdrukking mogen we onszelf of een ander bemoedigen en zeggen: 'k Zal gedenken hoe voor dezen ons de Heer' heeft gunst bewezen.

Ze bleven die dag bij Hem. Maar ze konden het niet voor zichzelf houden. W 7 ant ze zullen uit de volheid van 't gemoed, gedachtig aan die milde overvloed van Uwe gunst die roemen bij elkeen! Straks gaan ze naar elkaar toe: wij hebben gevonden!

Daar kunt u het aantoetsen. Het is in de binnenkamer begonnen, maar het komt op de straat terecht. Het zal van de daken gepredikt worden. Dan gaan aarzelende mensen, schuchtere mensen naar elkaar toe: komt, maakt God met mij groot! Hij is het waard om door ons geprezen te worden.

Zelf ben je leerling en dat blijf je. Met een onvoldoende voor alle vakken. Maar met een Meester Die je nooit wegens wangedrag van school stuurt. Die telkens opnieuw met je begint. Zo'n Meester mag je aanprijzen aan anderen! Dan ga je, net als de Doper, van jezelf afwijzen en naar Hem wijzen: Zie, het Lam Gods! Om samen met al die anderen het Lam te volgen, waar het ook heengaat.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 januari 1981

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's

Hoe Jezus wordt gevonden

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 januari 1981

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's