Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Klonk er zen engelengezang in Efratha?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Klonk er zen engelengezang in Efratha?

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Is dat niet een wat wonderlijke vraag: lonk er een Engelenzang in Efratha.? Het Kerstevangelie meldt het ons toch duidelijk: En van stonde aan was er met de engel een menigte des hemelsen heirlegers, prijzende God en zeggende: re zij God in de hoogste hemelen, en vrede op aarde, in de mensen een welbehagen" (Luc. 2 : 13, 14). De eeuwen door was het een heerlijk voorwerp voor schilders, dichters, musici, om de zingende engelen in Efratha's velden uit te beelden en na te bootsen. V/at zou ontkenning van het zingen der engelen aan het Kerstfeest een stuk romantiek ontnemen. Hoewel, het is te vrezen dat de romantiek rondom het Kerstfeest het diepste geheim, het wonder en de verwondering van het Kerstgebeuren maar verstikt-

Een andere vraag is echter: Zou ontkenning van het zingen der engelen ook niet een stuk diepte uit het Kerstfeest en uit de verwondering van het Kerstfeest wegnemen?

Zeggen of zingen

Verplaatsen wij ons in gedachten naar de engelen in de velden van Efratha. Een engel des Heeren heeft grote blijdschap verkondigd: Heden is geboren de Zaligmaker, Welke is Christus de Heere, in de stad Davids. En zie, van stonde aan is daar met de engel een menigte des hemelsen heirlegers, pryzende God en zeggende...

Is dat hetzelfde als: zingende? Dat staat er immers niet, menen sommigen. En dus zongen zij niet! Reden om bezwaar te maken tegen de gedachte dat de Engelenzang gezongen is, en tegen de gewoonte om op Kerstfeest de Engelenzang na te zingen.

De vraag rijst: erbiedt de tekst het ons om voor het woord "zeggende" te lezen "zingende".? Ik wijs vooreerst op de beschrijving van de Lofzang van Maria: En Maria zeide: ijn ziel maakt groot den Heere..." (Luc. 1 : 46). Vergelijk hier eens mede de Lofzang van Hanna in 1 Sam. 2 : 1, "Toen aanbad Hanna en zeide: ijn hart springt van vreugde op in den HEERE...". Ik wijs op de Lofzang van Zacharias: En Zacharias werd vervuld met de Heihge Geest en profeteerde, zeggende: eloofd zij de Heere, de God Israëls..." (Luc. 1 : 67). Ik wijs ook op de Lofzang van Simeon: Zo nam hij hetzelve in zijn armen en loofde God en zeide: u laat Gij, Heere, Uw dienstknecht gaan in vrede naar Uw Woord..." (Luc. 2 : 28). Zie verder ook de samenhang van de woorden "zingen" en "zeggen" in Ex. 15 : 1; Richt. 5 : 1; 2 Sam. 22 : 1, 2 e.a. Bewijs genoeg om het woord "zeggen" niet te zien als tegenstelling tot "zingen".

Laten de bewoordingen van het Kerstevangelie dus zeer wel toe, dat de engelen in Efratha's velden inderdaad gezongen hebben, de inhoud van hun woorden wijst nog duidelijker op het karakter van een hemelse hymne, een lofzang ter ere van het wonder van de Kerstnacht. Let eens op het poëtisch parallelisme: "Ere (of heerlijkheid)" tegenover "Vrede"; "God" tegenover "de mensen"; "in den hoge" tegenover "op aarde". Is dit niet een dichterlijke ontboezeming van eer en aanbidding? Een lofzang uit de mond der engelen!

Aanbiddend bezongen

Een lofzang! Geen wonder! Steeds hadden deze heilige engelen in de hemel vertoefd, in de gemeenschap met Christus in al Zijn heerlijkheid, rijkdom en majesteit. Zij zijn bekend geweest met de verschrikkelijke val van de kwade engelen en van de mens. Zij hebben geweten van een weg ter verlossing, voor zondaren ontsloten in Christus. Gabriël mocht het immers prediken aan Jozef en Maria en aan Zacharias. Zij hebben dus iets verstaan, niet doorgrond, van het geheimenis van de Vleeswording des Woords, bij de geboorte van Christus in de Kerstnacht. Vol verwondering en aanbidding zijn zij begerig geweest om in deze dingen in te zien, die zij niet konden bevatten (1 Petr. 1 : 12). 't Bleef ook voor hen een aanbiddelijk heilgeheim. Zij zagen het, maar doorgrondden 't niet. Zij konden het slechts bezingen.

Hoe hebben de engelen bewonderd en nooit uit-gewonderd het ondoorgrondelijk geheim van de verlossing en herschepping van zondaren door God in Christus. Verlorenen worden gezaligd, vijanden worden met God verzoend, goddelozen gerechtvaardigd. In en door Christus wil de heilige God onreine schuldige mensenkinderen aanzien als rein en heilig. Hoe kan dat? Dat kan om Christus' wil, Die in het vlees gekomen is. Ziedaar in de Kerstnacht het grootste wonder aller wonderen. Kan het anders, dan dat in heilige jubel de engelen ervan zingen?

Ere zij God

Wat zingen de engelen? "Ere zij God!" We mogen ook lezen: Ere is God! Het grondwoord betekent ook: heerlijkheid. Het woord duidt op die heerlijke blinkende lichtglans, waarmee de hoge God in Zijn reinheid en heerlijkheid en majesteit Zichzelf heeft bedekt en bekleed. Hij is zo onvergelijkelijk hoog en rein en heerlijk. De engelen zingen ervan, gelijk weleer de Psalmdichter: "Hem dekt met majesteit der wolken donkerheid, Hij vestigt Zijnen Troon op heil'ge rijksgeboön, vol recht en wijs beleid." Zo woonde de Heilige eertijds boven het verzoendeksel: Zijn goddelijke glans en gloed bedekt en omhuld in de wolk. Het wijst ons op God in Zijn hoge ongenaakbaarheid. Wie kan voor Hem bestaan, levend voor eigen rekening in schuld en zonden? Hij is een verterend vuur en een eeuwige gloed bij Wie niemand wonen kan.

En juist die majesteit, maar ook die reinheid van de heilige en rechtvaardige God, wijzen erop, dat het werk der verlossing van zondaren door Jezus Christus niet plaats kan vinden op een onreine, onheilige, onrechtvaardige manier. "Heerlijkheid is God", Hij is blinkende reinheid, heiligheid en rechtvaardigheid. Maar hier wil diezelfde blinkende God in Christus afdalen, om in gemeenschap te treden met Zijn onreine, onheilige volk. Hij wil hen in Christus zaligmaken op een reine, heilige, rechtvaardige, heerlijke wijze: Door recht! "Sion zal door recht verlost worden." Daarom is het beide waar, wat de Engelenzang bejubelt: Heerlijkheid is God, maar ook: Ere zij God! Kan dat bejubelen van het heilgeheim iets anders zijn dan een lofzang?

Vrede op aarde

Want in Christus schept Hij "Vrede op aarde". Niet de vrede waar het de wereldpolitiek om gaat (Joh. 14 : 27). Het is hier blijkbaar de vrede tussen een schuldige ziel en een vertoornd Rechter. Dc Heilige en Rechtvaardige wil door Christus een vlak veld maken tussen Zichzelf en de zondaar: rede. Zodat degenen die in Christus Jezus zijn het mogen zeggen: ij zijn niet meer onder de toorn, maar onder de genade! De ware vrede is: erzoening met God. Van nature zijn wij toch kinderen des toorns, vanwege de zonde liggend onder de vloek. De goddelozen, zegt mijn God, hebben geen vrede. En er is geen weg tot behoud buiten dit Kind van Bethlehem. Want in dit arme kleine Kindeke in Bethlehems kribbe zien wij: od-geopenbaard-in-het-vlees. Dat betekent dat kinderen des toorns, dat vijanden Gods, dat mensen die in en door de val van Adam voorgoed afscheid hebben genomen van God, weer zalig kunnen worden. Goddelozen worden in Hem gerechtvaardigd, vijanden met God verzoend. Dat is vrede, op een reine, heilige, rechtvaardige wijze.

Als Borg kwam Hij in de kribbe. Als Borg reisde Hij van Bethlehem naar Gethsemané. Van Gethsemané naar Golgotha. Daar vermorzelde Hij satans kop. Daar doofde Hij de vloek. Daar dempte Hij al de ongerechtigheden van Zijn volk in de diepten der zee. Dit zwakke Kind van Bethlehem, Hij is toch machtiger dan de keizer. Dit Kind is de langbeloofde Vredevorst. Hij schept vrede, zonder krenking van Gods deugden. Genade door recht, en vrede door verzoening. "Ere zij God in de hoogste hemelen, en vrede op aarde!" Kan dat bejubelen van het heilgeheim iets anders zijn dan een lofzang?

ïn de mensen een welbehagen

Dat is toch niet te doorgronden! De Heilige en Heerlijke neemt een welgevallen in de mensen, in kinderen des toorns, maar dan alleen om de Zoon van Zijn eeuwig welbehagen. Dat wonder kunnen zelfs de engelen niet begrijpen of doorgronden. Zij zijn als de gouden Cherubim op dat verzoendeksel in het Heilige der Heiligen. Zij staan daar verwonderend en aanbiddend met de ogen starende naar dat wonder van de verzoening. En hun roemtaal klimt Godverheerlijkend op tot die eeuwige Fontein der zaligheid: het goddelijke welbehagen van eeuwigheid. "In de mensen een welbehagen", dat is dat goddelijke welbehagen, dat Hem van eeuwigheid bewoog om in Christus naar zondaren om te zien. Neen, dan gaat het dus niet om mensen "van goede wille", zoals Rome en de oecumene het welbehagen vertalen. Het Griekse woord "eudokia" betekent hier niet de goede wil van de mensen, maar het eeuwige welbehagen Gods, dat zich in Christus richt op de mensen. Het is dan ten diepste het goddelijke welgevallen dat de Rechtvaardige neemt in Christus' zelfofferande tot verzoening van de schuld. God heeft welbehagen in de mensen, wier schuld door het Offer van Christus is verzoend en afbetaald. Dat is het wonder van het geloof. Want de rechtvaardige zal door het geloof leven. Doch indien iemand zich onttrekt, Mijn ziel heeft in hem geen behagen (Hab. 2).

Ondoorgrondelijk heilgeheim! "Degene die niet werkt, maar gelooft in Hem, Die de goddeloze rechtvaardigt, wordt zijn geloof gerekend tot rechtvaardigheid" (Rom. 4 : 5). Kan het eenvoudiger? Maar ook: an het aanbiddelijker? "In de mensen een welbehagen!" Kan dat bejubelen van het heilgeheim iets anders zijn dan een lofzang?

Schoner dan de engelenzang

Toch ontbreekt er iets aan de engelenzang. Wat dat is? De bevinding! O, zij bejubelen het wonder der verlossing uit beschouwing. Zij zien dat Kindeke in de kribbe. Zij zien hoe zondaren zalig worden. Maar die zondaren zelf, die zalig worden, zij zien niet alleen dat Kindeke in de kribbe. Dat Kindeke ligt in hun hart verklaard. Zij mogen het heil van Kerstfeest niet alleen beschouwen, zij mogen het ondervinden. "Want de HEERE heeft een welgevallen aan Zijn volk; Hij zal de zachtmoedigen versieren met heil. Dat Zijn gunstgenoten van vreugde opspringen om die eer; dat zij juichen op hunne legers" (Ps. 149 : 4, 5). Wie zijn dat? Het zijn de verbrokenen

van hart en dc verslagenen van geest, die door genade alle hoop op zichzelf en op alle eigengerechtigheid leerden verliezen. Die als armen van geest leerden hopen op het Evangehe der genade, dat Zijn grondslag vindt in het Vleesgeworden Woord. Christus is immers gekomen om aan de armen het Evangelie te verkondigen, om te genezen die verbroken zijn van harte, om de gevangenen te prediken loslating en de blinden het gezicht, om de verslagenen heen te zenden in vrijheid, om te prediken het aangename jaar des Heeren (Luc. 4 : 18, 19). Mogen wij daarbij zijn.? Dan zal de verloste zondaar instemmen met de Engelenzang. Hij zal haar overstemmen. Want schoner dan de Engelenzang klinkt de jubel van een verloste zondaar. Heere, leer mij wenen bij mijn schuld. Leer mij bidden uit de diepten. Leer mij zingen bij de kribbe. Laat mij eeuwig roemen voor de troon.

Wouterswoude.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 25 december 1983

Gereformeerd Weekblad | 20 Pagina's

Klonk er zen engelengezang in Efratha?

Bekijk de hele uitgave van zondag 25 december 1983

Gereformeerd Weekblad | 20 Pagina's