Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Als lichten in de wereid

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Als lichten in de wereid

12 minuten leestijd Arcering uitzetten

De apostel Paulus vermaant de gemeente van Christus te Filippi dat zij onberispelijk dient te zijn en niet te bestraffen, ja te schijnen als lichten in de wereld. Als ambtsdrager in de gemeente Gods heeft hij nimmer geschroomd de vinger bij de wonde te leggen. Hij heeft zijn ambtelijke verantwoordelijkheid voor de gemeente verstaan, en zó te verstaan gegeven dat een christen niet doen en laten kan wat hij wil. Hij, die christen, is aan Christus verbonden op een manier dat hij de zalving van Christus deelachtig is. (H.C. Zondag 12). Dat is te zeggen wie waarlijk christen is, heeft deel aan de Heilige Geest. Die Geest, die op Christus rust en wel zonder mate, hebben de christenen enigermate ontvangen. Echter hebben zij zoveel van die Geest ontvangen dat Hij hun leert, in alle waarheid leidt en als de geschonken Trooster mij onderwijst hoe ik het beeld van Christus moet gelijkvormig worden.

worden. Een leven met Christus, door de Geest, zal zich ontegenzeggelijk aftekenen in een christelijke levensstijl. We zullen maar niet er op los en er Oip raak leven. U kunt niet zeggen, (wat zo vaak wel gezegd wordt), een christelijke levensstijl.? Waar maak je je druk over, het is de buitenkant maar. Het komt op het innerlijke aan. Soms moet dat wel gezegd worden. Jezus sprak ook de farizeërs aan op het reinigen van het buitenste van de drinkbeker, zonder er op te letten dat het binnenste vol roof en boosheid was. Een opgepoetste drinkbeker, een uiterlijk godsdienstig leven is nog geen garantie dat er een wedergeboren hart achter klopt. Maar daar wil ik het nu niet over hebben.

Als je niet met oogkleppen voor door het leven gaat, dan vraag je jezelf af: Waar is er nog sprake van een christelijke levensstijl. Dat is nauwelijks meer te verkopen. Daar halen velen in de gemeente zelfs hun schouders over op. We zijn gewend geraakt aan het verleggen van de grenzen, en ontwennen al langer hoe meer aan het leven naar de geboden Gods. Er is een tijd geweest dat een slordige levenswandel van een christen opzien baarde en opspraak gaf. In onze tijd kun je bijna van alles verwachten, helaas ook van mensen die zich tot de christelijke gemeente wensen te rekenen. Ik spreek nu

sterk generaliserend, maar toch... christenen die de weg van Gods geboden willen lopen, met vallen en opstaan, worden zeldzaamheden. Worden door de eigen gemeenteleden beschouwd als zonderlingen. O, die? Die moet je niet rekenen, die is nog zo hopeloos ouderwets. Die wil in zijn leven Gods geboden als zijn richtsnoer zien. Heb je ooit zoiets gehoord? Een christen die een christen wil zijn. Dat is toch helemaal uit de tijd. Zo wordt er gesproken, gespot, niet alleen door de wereld, maar door kerkmensen onderling. Door christenen die met elkaar onder de verkondiging van het evangelie verkeren. Slordige christenen schijnen een gewoon verschijnsel te zijn in de kerk.

We willen om te beginnen nu maar eens gaan luisteren hoe de Bijbel ons de christelijke levensstijl aanreikt. De Schrift gebruikt hievoor het veelzeggende woord heiligmaking. Als we de verbanden nagaan waarin dit woord wordt gebruikt dan kunnen we spreken over een drievoudige verantwoordelijkheid. Eerst de verantwoordelijkheid van de gemeente van Christus in haar geheel. Vervolgens gaat het om de verantwoordelijkheid die elke christen persoonlijk heeft. Tenslotte is er ook sprake van de verantwoordelijkheid die de ambtsdragers hebben ten opzichte van het geheel der gemeente. Graag zou ik eerst willen ingaan op de verantwoordelijkheid binnen het geheel van de gemeente Gods. We moeten ons wel bewust zijn, of beter bewust worden dat de heiligmaking de levensstijl van de gemeente dient te bepalen. Anders gezegd, de christelijke levensstijl moet zijn voedingsbron in de heiligmaking vinden. Met stijl bedoelen we de uiterlijke vormgeving van het geheel, terwijl heiligmaking tot de innerlijke levensverbinding met Christus behoort. Christus zelf gebruikt hiervoor het beeld van de wijnstok en de ranken. (Joh. 15). De rank kan geen vrucht dragen als ze niet in de wijnstok blijft. Heiligmaking buiten de verbinding met Christus om is onmogelijk. Een christelijke levensstijl kan zonder heiligmaking zo gemakkelijk tot uiterlijkheden vervallen. Het bovengenoemde houdt in dat de heiligmaking wèl de christelijke vormgeving van het leven bepaalt.

. Op de eerste plaats wijst de Schrift ons op het feit dat de gemeente in haar geheel geroepen wordt tot heiligmaking. Het is de wil van God. (1 Thess. 4:3). Wij dienen als we ons met de naam van Christus laten noemen de vrede en de heiligmaking na te jagen (Hebr. 12 : 14). De heiligmaking moet ook voleindigd worden in de vreze Gods (2 Kor. 2:7). Het komt er in de heiliging van het leven op aan dat we bevrijd worden van de besmetting der zonde, zoals wij in de rechtvaardigmaking bevrijd zijn van de schuld en de straf der zonde. En de ernst van de heiligmaking is, dat wij onberispelijk zullen zijn, geroepen worden tot reinheid. Geloof, liefde en heiligmaking worden op één lijn gezet. (1 Tim. 2 : 15). Het gaat om een leven toegewijd aan de Heere.

Het is zó'n wezenlijk bestanddeel van het leven van een christen, dat zonder heiligmaking niemand de Heere kan zien. Ons Doopsformulier spreekt over de afwassing van onze zonden en de dagelijkse vernieuwing van ons leven. De verhouding van rechtvaardiging en heiliging is er een van boom en vrucht. In Christus hebben we niet alleen vergeving der zonden, door het geloof in Hem, maar ook de vernieuwing des levens. Ze liggen in het leven der genade inéén gevouwen. Op enkele van de vele misvattingen mag ik u misschien even wijzen. Vaak laat men de heiliging aan de rechtvaardiging vooraf gaan. Zodra de eerste lichtstralen van Gods genade in het hart doorbreken, zodra men daardoor ontdekt dat we op de weg der zonde niet langer kunnen voortgaan, gaat men een ingetogen leven leiden. En verandert veel, ja ten diepste alles in de mens, nu hij leert vragen: wat wilt Gij dat ik doen zal? Dit ingetogen leven als heiligmaking te beschouwen, beneemt ons het rechte zicht op de heiliging des levens. Diep in ons hart zit de neiging om het nu zélf te gaan doen. Zelf het bij God in orde te maken, heilig voor de Heere te leven. Maar het „doen", vooral het zélf willen doen, zit ons dwars. Het komt nogal eens voor dat men een wettisch ingericht leven voor heiligmaking aanziet. Dat is de omgekeerde weg. Het is reinigmaking en zaligheid in onszelf zoeken, inplaats van in Christus, zoals ons Doopsformulier op grond van de Schrift ons zegt. Zullen we voor de vergeving der zonden, voor de rechtvaardiging Christus onmiskenbaar nodig hebben, voor de heiligmaking niet minder. De bron der heiliging ligt in dezelfde Christus, waarin ook de grond van onze rechtvaardiging en vrijspraak ligt. De rank in de Wijnstok draagt vrucht.

Waar hebben we dan die heiliging of reinigmaking wel te zoeken? In Christus, dus buiten onszelf. Hij getuigt in Joh. 17 : 19: k heilig Mijzelf voor hen, opdat ook zij geheiligd mogen zijn in waarheid. „Christus is niet alleen voor zijn volk gestorven, maar heeft ook heilig voor hen geleefd" (Dr. H. J. jager). Het wil méér zeggen dan dat Christus de heiliging heeft voorgeleefd. Een overigens niet te verwaarlozen element. Christus heeft ons een voorbeeld nagelaten opdat wij Zijn voetstappen zouden navolgen. Of het ook op de heiliging des levens aankomt. Maar Christus is meer dan Voorbeeld, Hij is ook Borg en ook Zijn heiligheid is een borgtochtelijke heiligheid. Nu zijn we bij de eigenlijke bron van de heiliging. Maar uit Hem zijt gij in Christus Jezus, die ons geworden is wijsheid van God, en rechtvaardigheid en heiligmaking en verlossing (1 Cor. 1 : 30). Uit God is ons bestaan, aan Hem hebben wij het geestelijk leven te danken. En dat leven heb

ben wij in Christus. Maar het is het oude leven niet meer, het leven van voor de bevrijding en de verzoening onzer schuld. Het is het leven dat we in Christus hebben, dat ons in de vrijspraak op grond van Zijn volbracht werk ten deel viel. Het is u uit genade gegeven om in Christus te geloven. In Hem zijn we wijs, rechtvaardig, heilig en verlost.

Ik zou graag willen dat u goed op de volgorde lette. Dat behoedt ons voor een heiligmaking die meer uit onszelf opkomt, en een poging is om door anders te gaan leven vrede met God te krijgen. Hetzelfde vinden we ook in 1 Corinthe 6 : 11. Maar gij zijt afgewassen, gij zijt geheiligd, gij zijt gerechtvaardigd in de naam van onze Heere Jezus Christus en door de Geest van onze God. De heiliging is net zo goed een gave Gods als het geloof dat is en als de rechtvaardiging dat is. Daarom dienen wij een tweede misverstand recht te zetten. Men krijgt wel eens de indruk dat mensen van de gedachte zijn, als ik eenmaal maar weet dat ik rechtvaardig voor God ben, dan staat de wagen vast op het spoor. Dan loopt het met die heiligmaking haast vanzelf. Of we vatten de heiligmaking uitsluitend op als een taak die wij hebben te vervullen. De gedachte leeft sterk onder ons dat Gód rechtvaardigt, maar dat w 7 e onszelf moeten heiligen. Dan krijgt de heiliging op die manier het karakter van een nieuwe wet, die ons terugvoert in de slavernij. Wat zou de' verlossing van de zonde dan nog betekenen? De heiliging verliest op deze wijze haar genadekarakter. Het , , u uit genade gegeven" valt er uit weg. Om ons te heiligen heeft de Heere ook de Heilige Geest aan de gemeente gegeven. Ook van de heiliging geldt het in niet mindere mate dan van de rechtvaardiging. God geeft ze, in Christus hebben we haar, door de Heilige Geest wordt ze ons geschonken, door het geloof worden we haar deelachtig. Het nu volgende is niet zozeer een misverstand, maar een misstand.

Het kan niet onkend worden dat in de prediking wel eens te weinig aandacht wordt geschonken aan de heiliging des levens. Iemand wijst er terecht op „dat de gemeente liever de prediking van de rechtvaardiging van de goddeloze hoort verkondigen, dan dat de heiliging des levens nadrukkelijk aan de orde komt" (H. J. de Jager). Ik denk dat we dit moeten toestemmen. De prediking van de rechtvaardiging is uitermate vertroostend, spreekt van de radicale vergeving van onze schuld en brengt ons tot de rust in Christus' verzoenend middelaarswerk. De prediking van de heiliging zal veel meer ons gebrek, onze onvolkomenheid, onze zwakheid, verdorvenheid en onreinheid laten zien. Ieder die de Heere oprecht vreest zal het besef omdragen dat er zoveel aan de heiliging des levens ontbreekt.

Dit laatste maakt de eigenlijke strijd uit in het leven des geloofs. Daarom is het een groot manco als de heiliging in de prediking onderbedeeld w T ordt. Niet voor niets legt de Bijbel zo'n geweldige nadruk op heiligheid en heiliging des levens. Ze dient immers om ons gelijkvormig te maken aan het evenbeeld van Christus. Het is Gods grote doel dat Hij in de wedergeboorte van de zondaar op het oog heeft. Calvijn heeft eens geschreven: „wie rechtvaardiging en heiliging vaneen scheurt, scheurt om zo te zeggen Christus uiteen. In Hem hebben wij de verlossing door Zijn bloed en de vergeving van onze misdaden. In Hem hebben we ook onze heiligheid, in de eerste plaats als een toegerekende heiligheid. Maar dat blijft niet zonder uitwerking in ons leven. Het is ook een daadwerkelijke heiligheid, ik bedoel een heiligheid die kenbaar is uit de daden.

Wie Christus als zijn heiligheid voor God ziet, hoeft niet langer krampachtig, angstig te jagen naar heiliging alsof tenslotte de zaligheid van hem zelf afhing. Maar hij moet wel jagen naar heiligmaking. Ik denk dat Paulus het bijzonder evenwichtig heeft gezegd in Filippenzen 3 : 12. Niet dat ik het airede gekregen heb, of airede volmaakt ben; maar ik jaag er naar of ik het ook grijpen mocht, waartoe ik van Christus Jezus gegrepen ben. Ik heb de laatste woorden onderstreept om de bedoeling van de apostel duidelijk te maken. Hij weet zich door Christus gegrepen, wat zoveel zeggen wil als: ij weet zich in Christus geborgen. En omdat hij dit weet, daarom jaagt hij naar het doelwit van de roeping Gods, die van Boven is in Christus Jezus. Twee dingen dus, de wetenschap dat hij in Christus gerechtvaardigd en dies heilig is, en het jagen naar de heiligmaking, naar de volkomenheid als

goddelijke opdracht. We moeten ons niet alleen in Christus heilig weten, maar door de kracht van Zijn Heilige Geest gedreven weten. Gode dankbaarheid voor al Zijn weldaden bewijzen. Leven tot eer van Zijn Naam.

Waar onze oude mens met Christus is gestorven en dagelijks sterft, zullen wij als nieuwe mensen hebben te wandelen en vernieuwd worden naar het evenbeeld van Christus van dag tot dag. Hoe zouden we, waar het om zulke belangrijke zaken gaat, de heiligmaking in prediking en levenspraktijk buiten beschouwing durven laten? Zeker we zullen zorgvuldig de grenzen aan moeten geven tussen een wettisch leven en het leven van de heiligmaking. En als ik één scherpe grens mag trekken, wel dan zie ik die lopen over Golgotha. Bij het kruis van Christus valt de scheiding. Komt de heiligmaking uit onszelf voort, uit óns streven om de hemel te verdienen of neemt het zijn uitgangspunt in Christus, in het geroepen zijn, in het gegrepen zijn, in het gerechtvaardigd zijn? Buiten de kennis van Christus om kan er zelfs van heiliging niet eens sprake zijn.

En het is op zijn minst opvallend in de Schrift dat de gemeente als gehéél op haar roeping tot heiligmaking aangesproken wordt. Heiliging is niet alleen maar een persoonlijke zaak, maar hoe komen wij als gemeente op de ander over. En hoe ziet onze christelijke levensstijl er uit; althans hoe behoort zij er uit te zien?

Hierover wil ik de volgende keer met u nadenken.

K. a. Z.

H. V.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 december 1984

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's

Als lichten in de wereid

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 december 1984

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's