Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het verzet tegen en de verdediging van het vieren van Ch ristelijke feestdagen, met name het Kerstfeest

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het verzet tegen en de verdediging van het vieren van Ch ristelijke feestdagen, met name het Kerstfeest

8 minuten leestijd

Verzet

Het gebeurde op de tweede kerstdag van het jaar 1672 in Sluis (Staats-Vlaanderen). De predikant Jac. Koelman (1632—1695) zag een stampvolle kerk voor zich. Hij begon met te vragen: oe komt dat? Niet omdat gij begerig zijt naar het heil, dan zoudt gij ook op de wekelijkse godsdienstoefeningen wel in groten getale opkomen. Neen, het is uw voorliefde voor feestdagen, die niet anders zijn dan paapse en afgodische hoogtijden. Maar zoals het Israël niet goed ging toen het rookte op de hoogten, zo zal het ook u niet goed gaan als gij vast houdt aan deze half-heidense, half-joodse dagen. Met het oog daarop had ook zijn tekst gekozen: alaten 4 : 10, 11, Gij onderhoudt dagen, en maanden, en tijden, en jaren. Ik vrees voor u, dat ik niet enigszins tevergeefs aan u gearbeid heb. Zijn boek „Reformatie omtrent de feestdagen" was een uitwerking van deze preek.

Koelman wilde één ding: et afschaffen van de feestdagen. Ze waren hem een doorn in het oog. Welke argumenten geeft hij? Naar zijn mening was uit Galaten 4 : 9—11 af te leiden dat God de feestdagen had afgeschaft. Zij behoorden tot de zwakke eerste beginselen die de kerk eigen was, zolang zij nog een kind was. Bovendien zijn de feestdagen nergens in de bijbel voorgeschreven. Hij vatte ze daarom op als menselijke inzettingen. Wij moeten hierbij bedenken dat de feestdagen aanleiding gaven tot ongerechtigheden en ook dat het Koelman ging om de zondag en de rechte viering en heiliging van die dag. De heilsfeiten konden op de Dag des Heeren worden herdacht. De viering van de feestdagen riep de schijn op alsof men het slechts op die dagen deed. Volgens Koelman waren de christelijke feestdagen van recente datum. In de dagen van de apostelen bestonden ze niet en ook de eerste christelijke gemeente kende ze niet. Kortom, allerlei overwegingen dreven hem om de strijd aan te binden tegen de feestdagen. Voor Koelman stond het vast dat ze een paaps overblijfsel waren. Ze voerden terug naar Rome en van God af. Daarom zag hij het liefst dit paaps zuurdesem uit de kerk verwijderd.

Synoden

Voor het Gereformeerd Protestantisme vormde het kerstfeest gedurende de 16e en de 17e eeuw een probleem. De synode van Dordrecht anno 1574 besloot alleen de zondag te vieren en het volk tot afschaffing van het kerstfeest te vermanen. Op de zondag voor 25 december zou dan over de geboorte van Christus worden gepreekt. (Ook Calvijn herdacht op de zondag voor het kerstfeest het wonder van de Vleeswording).. De feestdagen waren in ons land dus eerst niet in ere. Vooral de „tweede dagen" niet. De synode te Dordrecht in het jaar 1578 heeft het besluit van 1574 weer ingetrokken. Er kwam ruimte voor de christelijke feesten. De bekende grote synode, gehouden in Dordrecht in 1618—1619 heeft geoordeeld dat de feestdagen in gebruik zouden blijven.

Verdediging

Franciscus Ridderus (1620—1683) was een voorstander van de feestdagen. Hij liep het gevaar met zijn standpunt uitgemaakt te worden voor een voorstander van paapse superstitiën (bijgelovige praktijken) en afgoderijen. Ook leefde toen de opvatting dat wegblijven uit de kerk op feestdagen godzaliger was dan naar de kerk te gaan. In zijn „Weegschale der feestdagen" heeft hij de motieven van Koelman om de feestdagen af te schaffen onderzocht. Voor de duidelijkheid geeft hij aan hoe hij over de feestdagen spreekt. Niet op de manier zoals ze in de paapse kerk in misbruik zijn, maar zoals die in onze Nederlandse kerken doorgaans worden onderhouden en volgens het oordeel van de eerste christelijke kerk.

De feestdagen zijn gedachtenisdagen. Men komt in de kerk om God te danken voor Zijn weldaden. Op het kerstfeest is het tot stichting van de gemeente als men samenkomt om de Heere te loven in verband met de geboorte van Jezus. Dit gedenken kan God niet mishagen. Ridderus voert hiermee een sterk argument aan voor handhaving van de christelijke feestdagen. Wat is er op tegen eens per jaar de heilsfeiten, die onze verlossing hebben bewerkt te gedenken? De apostel Paulus schrijft in 2 Timotheüs 4 : 2: redik het Woord; houdt aan tijdelijk, ontijdelijk. Geen dagen zijn daarvan uitgesloten. Het past ons elke dag stil te staan bij de heilsfeiten. Het is daarom niet verboden dit op de feestdagen te doen.

Oorsprong

De christelijke feestdagen kregen van de tegenstanders het etiket: Ze zijn paaps en ze zijn ingesteld in de plaats van de heidense feestdagen. Ridderus vond deze beschuldiging ongegrond, want feestdagen hebben niets te maken met paapse heilige dagen. Paaps is het een groot aantal feestdagen te houden ter ere van gestorven heiligen, ter ere van patronen en steden, ter ere van relikwieën. Paaps is het wanneer we de feestdagen vermengen met superstitiën en afgoderijen.

Feestdagen zijn zeer oud. Ze zijn niet door Christus of door de apostelen ingesteld, maar werden al in de oude kerk onderhouden. De kerk, kort na de apostelen, was gewoon behalve de Dag des Heeren, ook de christelijke feestdagen te vieren. Tertullianus anno .139 sprak van de feestdagen. De kerk had ze dus in gebruik voor het pausdom bestond. Het pausdom heeft die dagen bezoedeld. De gewoonte van de oude kerk mogen we niet lichtvaardig verwerpen. De reformatoren hadden bezwaar tegen de paapse feestdagen. De reformatie wilde terug naar de oude kerk. Het vieren van de feestdagen op de wijze van de oude kerk wees zij niet af. Calvijn zegt in zijn verklaring van Galaten 4 : 10: ls wij heden onderscheid der dagen hebben, zo werpen wij geen strik van noodwendigheid over de consciëntiën; wij maken ook geen onderscheid tussen de dagen, alsof de één heiliger ware dan de ander, en wij stellen daarin geen godsdienst, maar wij bevorderen alleen de orde en eendrachtigheid. Zo is dan de onderhouding bij ons vrij en zuiver van alle bijgelovigheid. Luther merkt bij dezelfde tekst op: ij onderhouden de Dag des Heeren, de geboorte van Christus, Pasen en dergelijke feestdagen, ongedwongen. Wij belasten de gewetens niet met die plechtigheden, en leren ze ook niet zoals de valse apostelen en papisten, dat ze noodzakelijk zijn tot gerechtigheid, of dat wij door haar kunnen voldoen aan de zonden, maar opdat alles ordelijk en zonder opschudding in de kerk zou toegaan, en opdat de uitwendige eendracht niet verbroken wordt, zoals eertijds gebeurde, toen Victor, de roomse bisschop alle kerken van Azië in de ban gedaan heeft, om geen andere oorzaak, dan dat zij de Paasdag op een andere tijd vierden dan de roomse kerk.

Ridderus kon zich voor de verdediging van de feestdagen beroepen op zowel de oude kerk als op de Reformatoren. Met de laatsten was hij van mening dat afschaffing veel beroerten zouden oproepen in de kerk en in het land. Koelman zal beïnvloed zijn uit Schotland en Engeland.

Ridderus vond het dwaas de feestdagen zwakke eerste beginselen te noemen. Daaronder worden de Joodse ceremoniën verstaan. De ceremoniën waren afbeeldingen van de komst van de Messias. Op de feestdagen wordt gesproken over de vervulling van de schaduwen van de ceremoniën.

Dat de feestdagen geen Goddelijke instelling hebben was volgens Ridderus geen aanleiding ze af te schaffen. Er zijn wel meer dingen in de kerk die niet rechtstreeks door God zijn ingezet en die we toch houden. In navolging van de Reformatoren wilde hij ook niet aan de feestdagen de consciëntie verbinden. Het is paaps de feestdagen voor heiliger te houden dan de Dag des Heeren.

Verwereldlijking

Erasmus heeft erop gewezen dat het volk op geen dagen meer

snoodheden bedreef dan op de feestdagen. Ze werden misbruikt en veronthéiligt. De kerken van de Reformatie waren wars van alle losbandigheid die op deze dagen vaak tot uiting kwam. Men gaf zich over aan uitspattingen als Kermissen, spelen, eten en drinken enz. Vanwege dit misbruik pleitten de tegenstanders van de feestdagen voor het afschaffen ervan. Ridderus liet zich niet van zijn stuk brengen. Zijn antwoord was nuchter: Het misbruik van goede dingen neemt het goed gebruik niet weg. Zo'n argument kan ook tegen de Dag des Heeren gebruikt worden. En bij het gros van de gelovigen was het misbruik niet aanwezig. In die tijd waren de kerken net als nu op de feestdagen propvol. Zij die anders nooit in de kerk kwamen kregen onderwijs vanuit het Woord. Over de grote massa mensen op eerste kerstdag wordt verschillend gedacht.

Negatieve geluiden: Je ziet ze anders nooit. Ridderus was blij dat ze er waren. Hij had de ervaring dat de onkerkelijken onder het Woord geraakt werden en veranderden tot goede christenen.

De kerstdagen staan voor de deur. Het vieren van de feestdagen is een eeuwenoude gewoonte die niet af te keuren is. Maar christe-Hjke kerstfeestviering blijft een probleem. Centraal staat de geboorte van Jezus. De Zoon van God wilde geboren worden als een hulpeloos Kind om zondaren te redden. Dit grote heilsfeit gedenken we als gemeente in het Huis des Heeren. Kerstfeest is Christusfeest. De zuivere toon op de feestdagen is het instemmen met 2 Korinthe 9 : 15. Doch Gode zij dank voor Zijn onuitsprekelijke gave.

Een andere feestviering in welke vorm dan ook is verwerpelijk. Het kerstfeest viert men niet met schijn. De kerstsfeer moet van birmen zijn.

Moerkapelle.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 25 december 1984

Gereformeerd Weekblad | 22 Pagina's

Het verzet tegen en de verdediging van het vieren van Ch ristelijke feestdagen, met name het Kerstfeest

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 25 december 1984

Gereformeerd Weekblad | 22 Pagina's