Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Zoon onderworpen?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Zoon onderworpen?

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

De kroning van de Koning

De viering van de Hemelvaartsdag — niet ten onrechte „het stiefkind onder de feestdagen" genoemd — is omgekeerd evenredig aan de betekenis van dit heilsfeit. Met Zijn hemelvaart deed Christus intrede in de hemelse heerlijkheid. Hoewel Hij rijk was heeft Hij de hemel arm verlaten, maar Hij is naar de hemel teruggekeerd met de grootste en rijkste schatten, verdiend en verworven door Zijn bitter lijden en sterven: verzoening, leven, vrede en zaligheid.

Voor Hemzelf was de hemelvaart de kroon op Zijn werk. In Zijn vernedering heeft Hij gebeden: Vader, verheerlijk Mij met de heerlijkheid die Ik bij U had eer de wereld was." Dat gebed werd bij de hemelvaart verhoord. De hemelpoorten zijn voor Hem opengegaan en de engelen hebben gezongen: Verhoogt, o poorten, nu de boog, rijst, eeuwige deuren, rijst omhoog, opdat de Koning in moog' rijden". In het huis van de Vader stond de stoel der ere voor Hem gereed. Hij Die zo diep vernederd was is uitermate verhoogd en heeft een Naam gekregen boven alle naam (Fill. 2:9).

Wiens Rijk geen einde zal hebben

Zo is aan Christus gegeven alle macht, in hemel en op aarde (Matth. 28 : 18). Maar zal dat nu tot in alle eeuwigheid zo blijven óf duurt dat Rijk van Christus slechts tot Zijn wederkomst? Op die vraag zijn in de loop der eeuwen verschillende antwoorden gegeven. Reeds in de Oude Kerk was het Marcellus van Ancyra (overleden in 373), die een verhandeling schreef over 1 Cor. 15 : 24 en 28: Daarna zal het einde zijn, wanneer Hij het Koninkrijk aan God en de Vader zal overgegeven hebben: anneer Hij zal teniet gedaan hebben alle macht en kracht... En wanneer Hem alle dingen onderworpen zullen zijn, dan zal ook de Zoon Zelf onderworpen worden aan Hem Die Hem alle dingen onderworpen heeft, opdat God zij alles en in allen". Hij kwam tot de conclusie niet alleen dat het Rijk van Christus een einde zou nemen, maar ook dat de menselijke natuur van de Middelaar zou ophouden te bestaan.

Zijn opvattingen werden bestreden door Basilius de Grote. Later werd in de Geloofsbelijdenis van Nicea aan de woorden „en zal wederkomen met heerlijkheid om te oordelen de levenden en de doden" een zin toegevoegd: „Wiens rijk geen einde zal hebben". In deze zin lag een stilzwijgende veroordeling van het gevoelen van Marcellus.

Tijdelijk of eeuwig Koningschap

In de tijd van de Reformatie laaide de discussie over het Koningschap van Christus opnieuw op. De Socinianen leerden dat Christus door de Vader was aangesteld tot tijdelijk stadhouder, en dat Hij dus aan het einde der eeuwen zijn bevoegdheid weer zal overdragen, zoals een veldheer na de overwinning zijn macht teruggeeft aan de vorst. Dat de Zoon van God onderworpen zou worden aan de Vader gebruikten ze als argument voor hun opvatting dat de Zoon niet van hetzelfde Wezen is als de Vader! Ook onder de Gereformeerden w r as echter verschil van inzicht. Zo oordeelde Calvijn dat het Koningschap van Christus tijdelijk was, met het oog op de verwerving en de

toepassing van het heil. Latere theologen meenden dat er onderscheid zal zijn in de wijze van regeren, maar dat het Koningschap van Christus toch eeuwig is.

„Het verschil is gemakkelijk in die zin op te lossen", aldus H. Bavinck,

„dat het middelaarschap der verzoening, en dus in zover ook het profetisch, priesterlijk en koninklijk ambt van Christus een einde neemt: God zal Koning en alles en in allen wezen. Maar wat blijft is het middelaarschap er vereniging. Christus blijft Profeet, Priester en Koning, zoals dit met de menselijke natuur vanzelf gegeven, in het Beeld Gods opgesloten, en het hoogst en rijkst in Christus als Beeld Gods verwezenlijkt is. Christus is en blijft het Hoofd der gemeente, uit Wie alle leven en zaligheid haar eeuwig toevloeit. Wie dit wilde ontkennen zou ook moeten komen tot de leer dat de Zoon eenmaal Zijn menselijke natuur zou afleggen en vernietigen, en daarvoor ontbreekt in de Schrift alle grond". (H. Bavinck, Gereformeerde Dogmatiek, deel 3, pag. 480—481).

Messiaans intermezzo

Toen Bavinck deze laatste woorden neerschreef kon hij nog niet weten dat dit door de Oude Kerk verworpen gevoelen van Marcellus in onze eeuw opnieuw tot leven zou worden gebracht, namelijk in de theologie van Prof. Dr. A. A. van Ruler. Deze Utrechtse theoloog, overleden in 1970, was zonder enige twijfel een groot en oorspronkelijk denker, die in de verdediging van de Gereformeerde theologie een tussenpositie wilde innemen tussen Kuyper en Barth, en als zodanig door velen van ons is gewaardeerd.

Desondanks zullen we zijn opvatting over het , , Messiaans intermezzo" moeten afwijzen. Dat houdt — kort gezegd — in dat Christus aan het einde der eeuwen Zijn Messianiteit zal afleggen, en weer de Logos zal zijn, zoals Hij dat was voor Zijn menswording. De vereniging tussen dc Goddelijke en de menselijke natuur van Christus zal dan ophouden te bestaan. Het Middelaarschap van Christus was slechts een „intermezzo". Het is al meer dan eens opgemerkt dat het zogenaamde Messiaans intermezzo niet zomaar een ongelukkig incident is in Van Ruler's theologie, maar dat het alles te maken heeft met de struktuur van die theologie, die de neiging heeft het werk van de Middelaar te relativeren, omdat ze eigenlijk ook de zonde niet serieus neemt. Het zou ons echter te ver voeren om daar al te diep op in te gaan.

Met zijn opvatting dat Christus bij de voleinding aller dingen Zijn menselijke natuur zal afleggen komt Van Ruler op gespannen voet te staan met de in Chalcedon (451) uitgesproken belijdenis dat de twee naturen van Christus „ongescheiden" zijn. Maar van meer gewicht is wat we Bavinck reeds hoorden zeggen: „daarvoor ontbreekt in de Schrift alle grond". Integendeel.

„Wie de tekening van het nieuwe Jeruzalem in Openbaring 21 en 22 beschotm^t, moet wel tot de conclusie komen dat de Messias, in de benaming van het Lam, een blijvende plaats behoudt na de vernieuwing van hemel en aarde" (W. H. Velema, Confrontarie met Van Ruler, pag. 94).

De bevoegdheid teruggegeven

Intussen zijn hiermee nog niet alle problemen opgelost rondom de moeilijke teksten uit 1 Corinthe 15. Dat Christus het Koninkrijk zal teruggeven aan de Vader (vers 24) hoeft ons niet zozeer te verwonderen: de heerschappij van Christus in de tijd tussen Zijn hemelvaart en Zijn wederkomst behoort nog helemaal tot Zijn Middelaarswerk, maar wanneer de voleinding der eeuwen is aangebroken is dat Middelaarswerk voltooid en kan Christus het Koningschap, dat Hij van de Vader ontvangen heeft, weer aan de Vader teruggeven.

Dat de Zoon Zelf onderworpen wordt (vers 28) schijnt grotere problemen op te leveren. Toch wordt hier met andere woorden eigenlijk hetzelfde gezegd. De Zoon heeft immers het Vv^erk voltooid dat de Vader Hem had opgedragen. Aan de uitvoering van het heilswerk ontbreekt dan niets meer. Hij houdt niet op de Zoon te zijn, maar Hij beëindigt Zijn Middelaarswerk en daarom kan Hij Zijn bevoegheden teruggeven. Het Rijk van Christus is nu weer volledig het Koninkrijk van God, en God Zelf is alles en in allen. Maar de herinnering aan het grote werk der verlossing blijft tot in eeuwigheid, want de lofzang van de gezaligden richt zich op , , Hem Die op de troon zit cn

het Lam".

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 juni 1987

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's

De Zoon onderworpen?

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 juni 1987

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's