Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Banier der volken

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Banier der volken

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Want het zal geschieden ten zeiven dage, dat de heidenen naa Isaï, Die staan zal tot een Banier der volken, zullen vragen, en Z lijk zijn. Jesaja 11 : 10

, , En hij is met niets begonnen..." Dat wordt weieens opgemerkt, bijvoorbeeld bij het jubileum van een zakenman, die het vèr heeft gebracht. Een grote aannemer, of een grote industrieel, die een miljoenenzaak heeft, en veel personeel, en die bekend is tot in het buitenland toe. Dan wordt er een terugblik gegeven op zijn leven, en hoe het allemaal gegaan is, en dan zegt men: , , Weet je wat nu het mooiste is? Toen hij begon, toen had hij helemaal niets. Hij heeft de zaak van de grond af opgebouwd. Hij is met niets begonnen".

Een klein begin... Dat geldt ook van de Messias. Dat takje, uit die afgehouwen tronk, is een boom geworden, waarin alle vogels zich kunnen nestelen. De Banier der volken, we zien haar als

1) hoogtepunt

De Wortel van Isaï. Daarmee wordt niemand anders bedoeld dan HU, de Zoon van David, Die Davids troon beklom. Davids Zoon en Davids Heere, Die Zich zó diep heeft vernederd.

De Wortel van Isaï - dat heeft betrekking op Zijn Menswording, Zijn komst in het vlees. Zoals een Wortel diep in de aarde zit, zo wilde Hij Zich diep verbergen in de gestalte van een dienstknecht. En zoals een Wortel zeer diep in de grond afdaalt, zo wilde Hij zeer diep afdalen in onze menselijke natuur.

En dan wordt Hij niet genoemd de Wortel van David, maar de Wortel van Isaï... Daar ligt immers het begin van Davids geslacht. En door de eeuwen heen is dat huis bijna tot niet geworden. De grote boom van Davids huis is omgehakt, maar de Wortel is gebleven.

Een wortel. Dat is niet veel. Daar is ook niets heerlijks of begeerlijks aan. Een vormloos stuk hout, dat bovendien nog voor een deel in de grond zit. Het schamel restant van wat eens een fraaie boom was. Daar is niets van te verwachten.

En nu horen we tot onze verwondering: die Wortel, die onaanzienlijke Wortel, zal staan tot een Banier der volken.

Een banier, een vaandel, een standaard, een vlag. Dat is het herkenningsteken, het symbool van een leger. Zo'n banier werd voor allerlei doeleinden gebruikt. Om soldaten te werven voor het leger. Of om die soldaten te verzamelen. Om hen op te roepen tot de strijd. Of om hen voor het gevecht moed in te spreken. Want het vaandel was het nationale symbool. Als je onder dat vaandel streed, dan streed je onder de ogen van de koning zelf.

Die banier wordt geplaatst op een hoog punt, op de top van een berg of een heuvel, zodat iedereen haar kan zien. Hij zal staan tot een Banier der volken. De volken, verspreid over de hele wereld, zullen deze Banier kunnen waarnemen.

Hij is al hoog opgericht in de eeuwige Vrederaad, toen de Vader beloofde, deze Banier te zullen geven. Hoog opgericht in de volheid des tijds, toen de Zoon van David ons vlees en bloed aannam.

Maar gaat u vooral kijken op Golgotha, daar kunt u de Banier opgericht zien. Zoals Mozes de slang in de woestijn verhoogd heeft, zo is de Zoon des mensen - letterlijk! - verhoogd aan het kruis. Daèr heeft God Hem voorgesteld tot een Verzoening voor de zonden door het geloof in Zijn bloed.

En deze Banier is verhoogd in de hemelvaart. God heeft Hem immers uitermate verhoogd en Hem een Naam gegeven boven alle naam. En nu staat deze Banier hoog opgericht in de hemel. Daar is aller oog op Hem gericht.

Maar ook hier op aarde wordt deze Banier verhoogd. In het Woord dat van Hem getuigt. U kunt geen bladzijde van de bijbel opslaan of u ziet de kruisbanier wapperen. Want het zijn de Schriften die van Hem getuigen.

En de Banier wordt hoog opgericht in de verkondiging van het Evangelie. Wat de dienaren van het Woord doen is niets anders dan de Banier van het Kruis opheffen. Uitroepen de enige Naam Die onder de hemel gegeven is.

En door deze prediking, door het opheffen van de Banier, worden soldaten geworven voor het leger. Deze Banier trekt mensen aan uit alle geslachten en talen en ar de Wortel van Zijn volken rust en zal heer-Natiën. Waar deze Banier wordt hoog gehouden, daar zullen ze aankomen, door Goddelijk Hcht geleid, om deze Koning te dienen, onder deze Banier te strijden.

Deze Banier staat! Hij zal staan. Hij is niet van Zijn plaats te krijgen. Hoeveel, stormen zijn er al over deze Banier heengegaan? Hoeveel wapens zijn er tegen deze Banier opgericht? Maar zij staat nog steeds. Ze zal opgericht blijven tot de laatste soldaat toegevoegd is aan het grote leger. Ze zal wapperen, net zolang tot de volheid der heidenen zal zijn ingegaan. Als alle andere banieren allang vergaan zullen zijn, alle machten die zich verzetten tegen God en Christus, dan zal deze Banier er nog staan, en zij zal blijven staan ook!

Dat is een troost voor de soldaten van Christus, die zo vaak het onderspit moeten delven, nederlagen lijden. Ook al bezwijken wij in de strijd. Hij is onze roem, de kracht van onze kracht. En moeten we straks door de doodsjordaan heen, dan staat die Banier er nóg! Wees gegroet, kruis, onze enige Hoop! We gaan de Banier zien als

2) middelpunt

De heidenen zullen naar deze Banier vragen. Ze zullen Hem zoeken. Daar worden ze trouwens toe opgewekt, aangespoord. Zoekt de Heere terwijl Hij te vinden is.

Vreemd toch, dat naar die Banier gezocht, gevraagd moet worden! Zij staat zo hoog verheven, dat iedereen haar kan zien. Niemand hoeft toch te vragen waar de Banier is. Wie de Banier is? En toch worden we voortdurend aangespoord om haar te zoeken.

Daar komt iets openbaar van onze vervreemding en verblinding. Duizenden en nogeens duizenden scharen zich immers onder een andere banier? Rondom de banier van de god van deze eeuw. Rondom de banier van de satan, de overste van deze wereld.

Er is niemand die uit zichzelf naar deze Banier zoekt, naar deze Banier vraagt. Al wordt zij nóg zo hoog opgeheven, al worden we nog zo aangespoord om haar te

oeken, niemand komt uit zichzelf naar e Banier toe.

Dat is onze ellende, dat we de Banier niet zien, en niet willen zien. Dit is het oordeel, dat het Licht in de wereld gekomen is en de mensen hebben de duisternis liever gehad dan het Licht.

Wanneer de Heilige Geest je daaraan ontdekt, dan schaam je je weg. Maar daar lijft het niet bij. Je gaat naar de Banier vragen! Je gaat de Banier zoeken. Je houdt het niet meer uit onder eigen vaandel. Je wil geen ogenblik langer strijden tegen de Heere. Je wilt dienst nemen in Zijn leger.

Op de Pinksterdag vragen ze in Jeruzalem: wat moeten we doen, mannen broeders? En op de weg van Damascus ligt er één die vraagt: Heere, wat wilt Gij dat ik doen zal?

Al die mensen, die de banier van de satan moe geworden zijn en die iets gezien hebben van de heerlijkheid van de Banier er volken, die gaan vragen naar de Wortel van Isaï.

Zoekt u Hem ook? Vraagt u ook naar de banier? U kunt die Banier vinden in het Woord, in de verkondiging van het Evangelie, in de binnenkamer, in het gebed. En Hij heeft beloofd: gij zult Mij zoeken èn vinden, wanneer gij naar Mij zult vragen met uw ganse hart.

Kan iedereen zomaar naar die Banier toelopen? Die Banier is toch niet voor alle mensen? Leest u eens goed wat er staat: een Banier der volken. Dat was wat voor Israël, het volk van het Verbond! Hij gaf aan Jacob Zijn wetten, zo heeft Hij aan geen volk gedaan! En nu krijgt dat Verbondsvolk te horen: het is niet alleen voor ullie, het is ook voor de heidenen! Hij heeft immers die muur tussen joden en heidenen afgebroken? En komende heeft Hij door het Evangelie vrede verkondigd, u die verre waart en die, die nabij waren.

Een Banier der volken. Nu wordt er geen volk uitgesloten. De Filistijn, de Tyriër, de Moren. Uit alle geslachten zullen ze komen. Waarom zou er ook voor u geen plaats zijn onder deze Banier? Heidenen, mensen die de ware God niet kennen, die geen behoefte en geen begeerte hebben om Hem te dienen, gaan vragen naar de Banier, zullen aangetrokken worden door deze Banier.

Wanneer gaat dat gebeuren? Tenzelven dage, zegt de profeet. Dat is in de volheid des tijds, in de dagen van de Messias. Dat is dus vandaag! Nu is het de dag der zaligheid. Heden, zo gij Zijn stem hoort.

Stel het vooral niet uit, doe het vandaag, want u weet niet of er nog een morgen komt. Meld je aan onder deze Banier. Neem vandaag nog dienst in het grote vrijwilligersleger. Schaar je om deze Koning, het stralende middelpunt van dat leger!

Nu gaan we de Banier nog zien als

3) rustpunt

En Zijn rust zal heerlijk zijn. Betekent dat, dat het heerlijk zal zijn bij Hem te rusten? Is het de rust die Hij geeft? Nee, het is allereerst de rust die Hij heeft. Eigenlijk staat er: Zijn rustplaats zal heerlijk zijn.

Zoals de Heere, de God van Israël, Zich thuis voelde op de berg Sion, waarvan Hij zei:

Hier zal Ik wonen naar Mijn lust, Hier is in eeuwigheid Mijn rust.

Menselijk voorgesteld: de Heere is op zoek naar een plaats waar Hij kan wonen, waar Hij kan blijven. En die plaats vond Hij in het Oude Testament op de berg Sion. Waar Hij woonde boven de lofzangen van Israël.

De Banier, die zo hoog is opgericht, heeft ook een plaats gevonden. Waar mensen onder die Banier komen, daar is Zijn woonplaats, Zijn rustplaats. Waar een hart voor de Heere opengaat, waar een mens zijn knieën buigt en vraagt naar de Heere en Zijn sterkte, daar wil Hij wonen, daar is Zijn rust.

Daar vertoeft Hij met Zijn liefde, daar breidt Hij Zijn vleugels uit. Daar woont Hij zelf, daar wordt Zijn heil verkregen. Zo iemand Mij liefheeft - heeft Hij Zelf gezegd - die zal Mijn Woord bewaren en Mijn Vader zal hem liefhebben, en wij zullen tot Hem komen en zullen woning bij Hem maken.

Kunt u dat geloven, u die deze Banier zoekt, dat de Heere Zich bij u thuis voelt, dat Hij bij u Zijn rust vindt? Dat is toch ongelooflijk, dat de heilige God wil wonen bij zo'n ellendige zondaar als ik ben? Wij hebben alles gedaan om Hem buiten de deur te zetten en buiten de deur te houden, en toch komt Hij graag binnen, en Hij blijft, ondanks alle overlast die we Hem aandoen.

Zijn rust zal heerlijk zijn. Daar is Hij nu voor naar deze aarde gekomen. Een balling voor geworden. Die nog geen steen had om Zijn hoofd op neer te leggen. Ver van de troon der tronen, wilt G'onder mensen wonen! Daar vindt Hij Zijn rust.

En waar HIJ rust vindt, daar vinden WIJ ook rust. Ons onrustige hart, dat nergens rust kon vinden, vindt de rust bij Hem Die zegt: komt herwaarts tot Mij... Ik zal u rust geven. Daar wordt de rust geschonken!

• Is Zijn rustplaats ook ónze rustplaats al geworden? Waar HIJ Zich thuis voelt, voelen WIJ ons daar ook thuis?

Wij leven in een onrustige wereld, in een onrustige maatschappij. Alles is in beroering en in beweging. Maar daar is de rust voor vermoeiden van hart.

Hij heeft hier gerust in het graf, toen Hij had uitgeroepen: het is volbracht. En nu rust Hij in de hemel van al Zijn arbeid. En er blijft een rust over voor het volk van God. Voor heidenen die leerden vragen naar Hem en rust vonden onder Zijn Banier.

En van hen allen zal straks gelden: zalig zijn de doden die in de Heere sterven... opdat zij rusten van hun arbeid.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 december 1990

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's

De Banier der volken

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 december 1990

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's