Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Kleine Kroniek

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kleine Kroniek

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Prof. Velema over „Godsverduistering''

In het blad Koers van 5 juli is het eerst deel opgenomen van een lezing van prof dr. W. H. Velema over „Gereformeerd spiritualiteit. Licht in de duisternis? " He is een duidelijke uiteenzetting, waarvan het begin aan u doorgeef:

, , De term Godsverduistering is, voor zover ons bekend, voor het eerst gebruikt door de Jood Martin Buber. In Nederland is hij bekend geworden doordat prof. Berkhof hem in Trouw heeft gebruikt. Vooral door het boek van prof. Graafland heeft de term binnen de gereformeerde gezindte bekendheid gekregen. Onlangs vertelde een ouderling van een vakante gemeente mij, dat de term elke zondag wel een keer door een gastpredikant wordt gebruikt.

Laat ik eerst weergeven wat in het gewone spraakgebruik onder Godsverduistering wordt verstaan. Ik volg hierbij in hoofdlijn de omschrijving van Graafland. Hij geeft een duidelijke verwoording van wat Godsverduistering voor veel mensen betekent. God is weggevallen. Het is ook niet meer nodig, dat Hij er is. Gods afwezigheid in onze samenleving wordt niet ' e e t ik eens meer als een gemis gevoeld. Voor degenen die toch nog van Zijn diensten gebruik willen maken, kan gezegd worden, dat Hij met pensioen is gegaan. Hij is er nog wel, maar zonder enige verplichting Zijnerzijds - een soort vrije-tijds-werker, op Wie door sommigen nog een beroep wordt gedaan.

Zelf formuleer ik het graag zo, dat voor het levensgevoel (in dit verband een uiter-mate belangrijk gegeven) God overbodig en onnodig is geworden. Dat noem ik de vanzelfsprekend geworden onvanzelfsprekendheid van God in onze samenleving. God hoort er niet meer bij. Men weet er Hem ook geen plaats meer te geven. Hij valt buiten het ervaringsplaatje van de hedendaagse mens.

Hier moet iets aan toegevoegd worden. De term Godsverduistering roept de herinnering op aan maansverduistering - zelf preekte ik op Goede Vrijdag over Godsverduistering in relatie tot de zonsverduistering op Golgotha. De genoemde analogie wekt de indruk van een natuurgebeuren, een stand van zaken die over ons komt en ons overkomt, zonder dat we er iets aan kunnen doen. We moeten maar rustig afwachten of dit verschijnsel voorbij gaat. De omslag in de cultuur - waar aan de Godsverduistering wordt geweten - is dan een soort natuurgebeuren, een lot dat we lijdzaam moeten ondergaan.

Ik concludeer: Godsverduistering is aanduiding van de ervaring van mensen, dat God er in hun gevoelsleven en in de samenleving niet meer is. Hij is voor mensen onnodig en overbodig geworden. Zijn bestaan is voor onze blik even duister als de maan op het moment van de maansverduistering.

Het is opmerkelijk dat in de boven gegeven omschrijving een aantal vragen niet aan de orde komen. Ze worden dus ook niet beantwoord. Centraal staat wel het feit dat niet ingegaan wordt op de vraag, waardoor deze Godsverduistering wordt veroorzaakt. Voorzover men nog een oorzaak aanwijst, is dat de reeds genoemde omslag in de cultuur. Hiermee is echter niets verklaard, wel een feit gesignaleerd. De omslag in de cultuur is in een tamelijk lange geschiedenis voorbereid. Zij komt niet zomaar uit de lucht vallen. Welke krachten hebben die omslag teweeggebracht? Aan welke factoren moeten we denken, als we deze omslag willen duiden? De term Godsverduistering geeft op deze vragen geen antwoord.

Laat ik het probleem nog wat mogen preciseren. Ligt de oorzaak bij ons mensen? Ligt de schuld ervan bij God? Of moeten we naar beiden kijken? Is God Zelf in het verschijnsel Godsverduistering actief en de mens passief? Of is het precies omgekeerd?

Het maakt uiteraard nog wel enig verschil of men de oorzaak bij God zoekt dan wel of men de mens in gebreke stelt. Misschien is het wel karakteristiek voor de term Godsverduistering dat deze vraag er niet in aan de orde komt.

Dat maakt voor ons het gebruik van de term ook zo dubieus. Men zegt er iets mee over God, zonder dat men de openbaring ter sprake brengt; zonder dat men ingaat op de vraag hoe God de mens wil ontmoeten en wat nodig is voor de kennis van God.

Het khnkt heel simpel: God is in het donker gehuld, aan het oog onttrokken. Wie dat feit met de term Godsverduistering aanduidt, suggereert op zijn minst, dat God Zelf er de oorzaak van is. Hij wijst op geen enkele wijze in de richting van de mens, wiens schuld het zou zijn, dat God voor hem donker is geworden. De vraag wordt niet gesteld, het feit wordt gemeld. Daarmee wordt in elk geval de suggestie gewekt dat de oorzaak aan Gods kant ligt, dat Hij is verduisterd. Of Hij er Zelf schuld aan heeft, dan wel of het Hem ook is overkomen, weten we niet. Hij is in het duister gehuld!

Ik concludeer: In de term Godsverduistering ontbreekt elke aanwijzing over de oorzaak van het verschijnsel. De term suggereert dat er met God iets is gebeurd, al of niet door Zijn toedoen, zodat Hij uit het gezichtsveld van de mensen is verdwenen.

Wanneer we letten op bijbelse gegevens in verband met dit verschijnsel, moeten we zeggen dat de term in de Bijbel niet voorkomt. We lezen in de Bijbel wel over de duisternis waarin de mens door zijn zonde tegenover God komt te staan. Met name Efeziërs 4:18 „verduisterd in hun verstand, vervreemd van het leven Gods, om de onwetendheid die in hen heerst, om de verharding van hun hart". In Romeinen 1 : 21 spreekt Paulus erover dat het duister is geworden in hun onverstandig hart.

We zullen het verschijnsel Godsverduistering stellig in verband moeten brengen met dit bijbelse spreken over duisternis die de harten van mensen is binnen gekomen. Het is opmerkelijk dat deze duisternis samenhangt met de vervreemding van (het leven van) God.

In het algemeen moet erop gewezen worden, dat de zonde duisternis bewerkt. Zij is niet alleen een werk van de duisternis, naar het woord van Paulus in Efeziërs 5:11 (zie ook 1 Johannes 1 : 5—6), de zonde bewerkt ook duisternis. God laat de zonde haar gang gaan (zoals Paulus dat in Romeinen 1 beschrijft). De zonde heeft een duisternis bewerkende en versterkende kracht. Er is nog een andere kant aan het probleem. In Deuteronomium 31 : 16, 17 en 18 zegt de HEERE dat Hij als straf op Israëls zonden Zijn aangezicht gans zal verbergen. Waar God Zijn aangezicht verbergt, wordt het donker en leeg. Daar kan men God niet meer vinden. Deze verberging is vooral de straf over het verlaten van God en over het verbreken van het verbond.

Wij komen in de Bijbel de zaak van de Godsverduistering dus wel tegen. Zij wordt ons beschreven, niet als een cultureel natuurverschijnsel, maar als een oordeel dat mensen over zich halen. Een oordeel dat inherent verbonden is aan het leven in de zonde. Wie het licht veracht, komt in de geestelijke duisternis terecht. Hij kent God niet (meer), vervreemdt steeds verder van Hem, en is van het leven met God losgesneden.

Bovendien verbergt God opzettelijk Zijn aangezicht voor hen die Hem gekend hebben, maar die de afgoden verkiezen boven de dienst van de levende God, en die het verbond verbroken hebben.

Beide feiten komen we in onze tijd tegen. Zonder ons land het Israël van het Westen te noemen, kunnen we wel zeggen dat de kennis van God in duisternis is veranderd. De vervreemding van het leven met God, van Zijn geboden en de bijbelse normen en waarden, leidt tot die duisternis, waaruit God juist Europa in de eerste eeuwen van onze jaartelling - en wat ons land betreft vanaf de komst van Willibrord - heeft verlost.

Het is de radicale secularisatie, onder invloed van de opgekomen heerschappij

van wijsbegeerte, wetenschap, techniek en organisatie, die het oude heidendom in een post-christelijk gewaad doet herleven. De duisternis is door mensen zelf gezocht en veroorzaakt.

Tegelijk daarmee voltrekt God aan ons Zijn oordeel door Zijn aangezicht te verbergen. Het gaat om een duisternis in de tweede macht, daar ze met het wezen van de zonde is gegeven, en daar ze door God als oordeel over het loslaten van Zijn Woord en gebod wordt voltrokken.

Ik concludeer: Godsverduistering komt als term in de Bijbel niet voor. Wel lezen we over de duisternis waarin mensen met hun zonden terecht komen. Deze duisternis betekent dat ze van (het leven met) God zijn vervreemd. We lezen ook over de verberging van Gods aangezicht over Israël, dat zich tot de afgoden wendt, en het verbond met God verbreekt. In beide voltrekt God aan mensen het oordeel over hun zonde.

Ingrijpender

Hier ligt ook het verschil tussen de God-is-dood-theologie en het verschijnsel Godsverduistering. Het eerste was een kwestie van de theologie, een bij uitstek binnenkerkelijke aangelegenheid, al werkten er uiteraard invloeden van buitenaf mee. Godsverduistering is een verschijnsel dat heel onze cultuur stempelt en de samenleving doortrekt. Zij gaat aan de gereformeerde gezindte niet voorbij.

Het moge zo zijn dat de gereformeerde gezindte nog van bijbelse noties weet in de tijd van Godsverduistering, daarmee is de gereformeerde gezindte niet aan de invloed van het verschijnsel Godsverduistering onttrokken. Het komt erop aan, dat de gereformeerde gezindte de juiste bijbelse houding tegenover het verschijnsel Godsverduistering vindt. Deze houding zal allereerst uitkomen in de duiding én benoeming van het verschijnsel. Hoe reageert de gereformeerde gezindte op Godsverduistering?

Ik concludeer: Godsverduistering is breder en ingrijpender dan de God-isdood-theologie. Godsverduistering raakt de hele cultuur en de samenleving, terwijl de God-is-dood-theologie vooral een binnenkerkelijke aangelegenheid was. De gereformeerde gezindte wordt door de Godsverduistering niet onaangetast gelaten. Het komt erop aan, hoe zij daarop reageert."

ÏVie het gehele artikel wil lezen, alsook het vervolg, leze de betreffende nummers van Koers. Een blad dat ik nog eens graag in uw belangstelling wil aanbevelen. Het zou veel meer abonnees kunnen en moeten hebben.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 augustus 1991

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's

Kleine Kroniek

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 augustus 1991

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's