Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Gebed om liefde

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Gebed om liefde

13 minuten leestijd Arcering uitzetten

, , En dit bid ik God, dal uw Hefde nog meer en meer overvloedig worde in erkentenis en alle gevoelen. Opdat gij beproeft de dingen, die daarvan verschillen, opdat gij oprecht zijt en zonder aanstoot te geven tot de dag van Christus. Vervuld met vruchten der gerechtigheid, die door Jezus Christus zijn tot heerlijkheid en prijs van God.'' Fil. 1 : 9—11

Haar belang

De dank voert de boventoon in Paulus' gebed voor de gemeente van Filippi. Toch is die dank niet het een en al. De vragen blijven. De noden blijven immers. Nooit IS een gemeente hier op aarde volmaakt. Dat geldt voor ieder gelovige apart net zo goed. Er is veel reden tot danken maar er blijft minstens zoveel reden tot smeken en bidden. Voor een ander en voor onszelf. Een christenmens heeft zijn schaapjes nooit op het droge. Hij kan nooit zeggen: Nu ben ik er. Nu heb ik het. Een christen is niet in het zijn, maar in het worden. We zijn als gelovigen veroordeeld tot levenslange afhankelijkheid.

Paulus dankt niet alleen voor de gemeente, hij bidt ook. En waarvoor bidt hij dan? Hij bidt voor die Filippenzen, dat hun liefde nog meer en meer overvloedig worde. Het is heel de Bijbel door duidelijk, welk een centrale plaats de liefde heeft in het christelijke geloven en leven. Al in het Oude Testament, dat zo uitvoerig handelt over Gods wetten en inzettingen, wordt gezegd, dat de liefde de vervulling van alles is. Dat heeft de Heere Jezus duidelijk onderstreept.

Wel heel radikaal drukt de apostel Paulus het uit, als hij zegt, dat de gehele wet in één ding wordt vervuld, namelijk in de liefde. Dat de liefde het voornaamste van alles is komt ook heel indringend naar voren in het bekende hoofdstuk 1 Kor. 13. Daar somt Paulus allerlei geweldige dingen op. Dingen waar we als christenen vaak met bewondering naar kijken. Wie zou de talen der mensen en der engelen niet willen spreken? Wie zou niet zeer vereerd zijn met de gave der profetie, zodat je al de verborgenheden en de wetenschap wist? En wat zou het niet geweldig zijn als je zo'n geloof had, dat je bergen verzette en alles wat je had, uitdeelde tot onderhoud der armen. Als je zover eens zou kunnen komen, dan zou je toch wel bijna volmaakt zijn. En toch, zegt de apostel van de Heere Jezus Christus: Zonder de liefde is het wind, ijdelheid. Het betekent helemaal niets. Geloof, hoop en liefde, die blijven tenslotte over, als gestalten van het christelijke leven, maar de meeste van die is de liefde.

Het is goed om daar altijd weer een dikke streep onder te zetten. Ook wij willen nog wel eens van allerlei dingen onder de indruk raken. Grote koliekten en veel kerkgangers. Grote woorden en stoere daden. Het stille, soms simpele gebaar van de liefde vergeten we. Maar dat is niet van het koninkrijk van God. Dat is van het koninkrijk van de mens, van de vrome mens weliswaar, maar toch van de mens. De Farizeën stonden op de hoeken van de straten te bidden, maar Jezus ging naar het kruis. Dat is liefde, ja de liefde bij uitstek, de goddelijke liefde. Niet de liefde, die vraagt, die eist, die grof of fijnzinnig naar bevrediging zoekt. Niet de liefde, die tenslotte toch nog op zichzelf is gericht. Er moet ook onder ons nog zoveel voor liefde doorgaan, wat het helemaal niet is. We doen wel lief, maar we zijn niet bereid de ander te aanvaarden zoals hij is, hij moet wel precies worden, zoals wij vinden, dat hij moet zijn. We zijn niet werkelijk bereid een streep door ons eigen ik te halen. Met al onze zogenaamde lievigheid blijven we kleine tyrannen en proberen we de ander dienstbaar te maken aan onszelf.

Echte liefde is offer. Niet een offer om wat terug te krijgen. Maar een offer zonder meer. Echte liefde, dat is wat Paulus schrijft, dat Christus voor ons is gestorven toen wij nog zondaren waren. Wie zal dat wonder ooit begijpen: God, Die alles te eisen had. God, Die alles kon vragen. God heeft gegeven. Hij heeft alles gegeven, wat Hij had. Hij heeft Zijn Zoon gegeven tot in de bittere en smadelijke dood van het kruis. Dat is de liefde van God in Christus. Dat mag ook enigszins de christelijke liefde zijn. Christus' liefde werkt aanstekelijk. Ze doodt onze zelfzucht en ontsteekt ons hart in de gloed van de liefde.

Daar gaat het om voor onszelf en voor de gemeente. Die grote koliekten, die kerkgangers, die mooie kerkgebouwen, die prachtige orgels, het is allemaal best wel goed, maar de liefde is het eigen merk van kerk en christenzijn.

Laten we daar op gericht zijn. Laat dat ook in ons gebed de voorrang hebben. Dat de stille zegen van de liefde zich ook over ons leven spreidt, ons bindt aan Hem. Die ons zo onuitsprekelijk heeft liefgehad.

Paulus bidt voor de gemeente van Filippi, dat hun liefde meer en meer overvloedig mag worden. Hij heeft gedankt voor de liefde van de Filippi. Voor hun hartelijk meeleven met hem. Nu bidt hij dat dat mag toenemen. Van deze liefde is er immers nooit genoeg. Van deze liefde krijg je ook nooit genoeg. Van de liefde die eist, die gulzig naar bevrediging zoekt, kun je tenslotte walgen. Van deze liefde niet. Ze kan en ze mag altijd maar meer overvloediger worden, opdat wij, zoals Paulus het voor de Efeziërs bidt, in de liefde geworteld en gegrond zijn en samen met al de heiligen begrijpen welke de lengte en de breedte en de diepte en de hoogte is van de liefde van Christus.

Haar gestalte

We lezen in onze tekst, hoe de apostel, dat nog wat verder invult. Met andere woorden, hij laat zien, welke gestalte, welke vorm die liefde aan moet nemen. Hij schrijft in alle erkentenis en alle gevoelen, opdat ge beproeft de dingen, die daar van verschillen. In alle erkentenis, dat heeft iets met kennis te maken. Dat hoort u zoal aan het woord. En dat kan ons wel een beetje verbazen, dat de liefde hier door de apostel Paulus zo in verband

gebracht wordt met kennis. Denkt u maar aan de woorden: de kennis maakt opgeblazen, maar de liefde sticht. Daar staat de liefde tot eigenlijk lijnrecht tegenover de kennis?

Zo is het ook maar al te vaak. Een bepaald soort kennis verstoort de liefde. Dan achten wij ons mijlenver verheven boven dat eenvoudige, domme volk.

We kunnen denken aan een bepaald peil van ontwikkeling, dat mensen bereiken. Ze voelen zich er wijs mee. Je kunt ook denken aan Bijbelkennis, of aan dogmatische kennis of kennis inzake allerlei bevindelijke gestalten en wegen. Op mensen, die daar wat minder in thuis zijn, kijken we laag neer. Zo maakt de kennis opgeblazen. We staan bol van eigendunk. Laten we daar maar goed beducht op zijn. Eer we het weten zitten we in die strik gevangen.

Maar dat wil nog niet zeggen, dat liefde zonder kennis is. Integendeel, liefde tot God en tot onze naaste is niet alleen maar een gevoel. Daar hoort kennis bij, helder inzicht in wat de HEERE ons geeft en wat Hij van ons vraagt.

Liefde tot God heeft dus niets te maken met wat vage sentimentaliteit. Mensen laten soms hun hele geloofsleven opgaan in wat gevoeligheden. Ze zijn zo dankbaar, of ze voelen zich zo afhankelijk maar om het klare Woord van God geven ze eigenlijk niet. Nee liefde heeft alles te maken met helder inzicht in de beloften en geboden des HEEREN.

En daar hoort direkt nog wat anders bij. Hier staat in alle gevoelen. Er wordt ook wel vertaald: fijngevoeligheid of takt. Het is dus niet zo, dat als je de tien geboden maar uit je hoofd kent, dat je dan klaar bent. Dat je er dan op los kunt. Dat je in alle situaties en omstandigheden gered bent. Dat je voor jezelf en voor alle andere mensen de oplossing klaar hebt. Begrijpt u mij goed, zonder de kennis van die tien geboden kan het niet. Het christenleven is geen vaag en kleurloos verhaal, waar je alle kanten mee op kunt. Maar het is wel telkens weer een heel spannende vraag, hoe die tien geboden in de praktijk van het leven en in de omgang met mensen moeten worden toegepast. Het is telkens weer een spannende vraag, hoe ze tot gelding kunnen komen in verschillende situaties.

En zoals situaties verschillend zijn, zo zijn mensen verschillend. Juist als je serieus rekening wilt houden met de beloften van God kun je niet alles maar over een kam scheren. Kun je niet het koste ten koste van alles bepaalde principes er door drammen. Dat lijkt allemaal wel mooi en vroom, maar dat is het helemaal niet. Voor de toepassing van de geboden van God hebben we alle gevoel nodig. Gevoel voor omstandigheden, gevoel voor mensen, takt, fijngevoeligheid. Je zou haast ook kunnen zeggen intuïtie. Op een andere plaats spreekt dezelfde apostel over: geestelijk inzicht. Als er een ding nodig is in het moderne leven, dan is het dit wel: liefde, die de gestalte heeft van helder en klaar inzicht en van alle gevoel, alle fijngevoeligheid. Het leven is er niet eenvoudiger op geworden.

Onze roeping is het onderscheiden van wat ook nu de goede en welbehaaglijke wil van God is. Daarbij blijft ons geen ander gebed over dan het gebed om overvloedige liefde in kennis en gevoelen. Dat hebben we nodiger dan enig ding. Als kerk, als gemeente, als vader en moeder. Wat hebben onze kinderen ook niet veel te vragen. Telkens weer moet je een antwoord hebben, een weg wijzen in de wirwar van deze tijd. Wat loop je ook niet persoonlijk tegen de vragen op. Daarom liefde in erkentenis en alle gevoelen, HEERE geef ons dat. Maak ons Uw wegen bekend, leer ons Uw paden.

Dat gebed blijft ons over. Maar dat gebed is niet zonder grond niet zonder belofte. De HEERE zal de zondaars onderwijzen in de weg. Hij laat ons niet aan onszelf over. In Christus zijn al de schatten der wijsheid en der kennis Gods. Wie op Hem vertrouwt komt niet beschaamd uit. Die mag ondervinden, hoe de HEE-RE door Zijn Heilige Geest leidt in alle waarheid. Hij zal het uit Christus nemen en het ons verkondigen. Hij zal maken, dat ons werk in der waarheid zal zijn.

Zo leren wij ook beproeven de dingen, die daarvan verschillen. Want het komt echt niet allemaal op hetzelfde neer. Het is niet allemaal om het even, wat je doet. Integendeel. Er is dat wat God behaagt en er is dat wat God niet behaagt. Er is dat wat overeenstemt met de liefde tot God en de liefde tot de naaste. En er is dat, wat daar niet mee overeenstemt. Dat wat voortkomt uit der verderfelijke bron van eigenliefde. Als we leven uit de liefde kunnen we niet maar zonder meer aan alles meedoen. We kunnen en willen niet gelijkvormig zijn aan de wereld. We maken onderscheid en we zoeken de dingen, die daarvan verschillen. Een christenmens is anders, leeft anders, oordeelt anders. Oordeelt naar de maatstaf der liefde in erkentenis en alle gevoelen.

Haar zegen, grond en doel

Paulus bidt voor de gemeente om vermeerdering van hun liefde in kennis en fijngevoeligheid, zodat we met onderscheid in het leven zullen staan. Dat zal dan resulteren in een bepaalde levenshouding. Die levenshouding wordt hier getypeerd als oprecht en zonder aanstoot te geven en in vers 11 als vervuld zijn met vruchten der gerechtigheid. Stuk voor stuk prachtige aanduidingen van de christelijke levenshouding. Oprecht heeft naar de grondtekst met de zon te maken. We kunnen denken aan een kristallen glas, dat het zonlicht weerkaatst. Het licht is helder en klaar. Het wordt niet vertroebeld en verdonkerd. Zo mag een christen zijn, oprecht als helder kristal. Een zuivere ziel. Wat is het anders troebel bij ons van binnen, wat zijn er een bijbedoelingen. Wat doen we ons vaak mooi en vroom voor, alleen maar om onze eigen duistere doelstellingen te bereiken. De zonde is een groot stuk verwarring en verduistering. Daar wil de HEERE ons van reinigen. Hij wil het glas van ons leven zo slijpen, dat Zijn licht en doorheenschijnt helder en klaar.

En zonder aanstoot te geven. Dat wil zeggen, zonder dat er iets op ons is aan te merken door de HEERE. Het zijn eigenlijk al heel oude zaken, die Paulus hier aan de orde stelt. Zo heeft de HEERE het al aan Abraham voorgehouden bij de verbondssluiting. Wandel voor Mijn aangezicht en wees oprecht, en Ik zal Mijn verbond oprichten tussen Mij en tussen u en tussen uw zaad na u in hun geslachten. Wees als een volkomen lam. Laat de HEERE geen genoegen hoeven te nemen met het gebrekkige, met dat waar wat op is aan te merken. Voor Hem is het beste toch niet goed genoeg. Hij is het gans volkomene waard.

Paulus bidt voor de gemeente dat ze door de liefde een onberispelijk, een gaaf geschenk mag zijn voor de HEERE. Vervuld met vruchten der gerechtigheid. Als een boom, die groen en fris gewenste vruchten draagt.

En dan niet met de bedoeling, dat wij daar wat mee worden. Paulus schrijft tot heerlijkheid en prijs van God. Als een appelboomgaard er goed bijstaat, dan zeggen we wat heeft deze fruitteler goed en deskundig voor z'n gewas gezorgd. Maar zo mag het nu met ons ook zijn. We mogen ons licht laten schijnen voor de mensen, opdat ze aan onze Vader, die in de hemelen is verheerlijken. Het gaat er niet om dat onze naam met eerbied en respekt wordt genoemd. Het gaat alleen maar om de Naam des HEEREN. Zijn Naam moet eeuwig eer ontvangen.

Daar is de liefde allemaal goed voor. Dat werkt de liefde uit in ons leven. U zegt misschien, hoe kom ik er ooit aan. Ik

gaat over mijzelf. Ik val mijzelf altijd weer tegen. Ik val de HEERE altijd weer tegen. Ik geef aanstoot keer op keer. Belijd dat maar eerlijk voor God. En weet dat u het het zelf niet hoeft op te brengen. Hier staat die zijn door Jezus Christus. De vruchten der gerechtigheid. Ja, heel dat christelijk leven is door en uit Hem. Hij is niet alleen het model ervan. Dat ook. Zijn leven was helder als kristal. Het licht van Gods heilige en zuivere wil straalde er door heen. Hij was zonder aanstoot te geven. Het heilig en volkomen Lam van God. Hij was vol van de vruchten der gerechtigheid. Hij heeft al de gerechtigheid der goddelijke wet volkomen vervuld. Hij is ook de bron. Al wat u ontbreekt dat is in Hem. Ja dieper nog al wat tegen u getuigt, heeft Hij weggedragen.

Bij Hem kunnen we ermee terecht. Bij Hem is vergeving van al onze ongerechtigheid. Bij Hem liggen de vruchten voor ons klaar. Vruchten der gerechtigheid. Hij verwierf ze en Hij past ze ook toe door Zijn Heilige Geest in ons leven. Heiligmaking, christelijk leven, dat leren wij aan de voet van het kruis. Wie in Hem blijft, die draagt veel vrucht.

HEER', ai, maak mij Uwe wegen. Door Uw woord en Geest bekend; Leer mij, hoe die zijn gelegen. En waarheen G' Uw treden wendt. Leid mij in Uw waarheid, leer IJv'rig mij Uw wet betrachten; Want Gij zijt mijn heil, o HEER', 'k Blijf U al de dag verwachten.

K.

W.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 november 1991

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's

Gebed om liefde

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 november 1991

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's