Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

KLEINE KRONIEK

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

KLEINE KRONIEK

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wat wist Jozef?

Meestal neem ik in deze rubriek gedeelten over uit artikelen die pas verschenen zijn. Dit keer grijp ik echter terug op het kerstnummer van , , De Saambinder" (kerkelijk weekblad der Gereformeerde Gemeenten in Nederland en Noord-Amerika), dat op 22 december 1994 verscheen. Hierin schrijft ds. A. Moerkerken een artikel over bovenvermelde titel, waarin een helder overzicht wordt geboden van de verschillende uitleggingen die gegeven worden van Mattheüs 1 : 18 en 19: , Want als Maria, Zijn moeder, met Jozef ondertrouwd was, eer zij samengekomen waren, werd zij zwanger bevonden uit de Heilige Geest. Jozef nu, haar man, alzo hij rechtvaardig was, en haar niet wilde openbaarlijk te schande maken, was van wil haar heimelijk te verlaten". Ds. Moerkerken gaat in op de vraag: ebben Jozef en Maria over deze dingen samen gesproken?

„Als ik het goed zie, zijn er van deze woorden minstens drie opvattingen. Daar is in de eerste plaats de gedachte, dat Jozef op zeker moment heeft gemerkt, dat zijn ondertrouwde vrouw in verwachting was, waarna hij met haar heeft gesproken, maar Maria's verklaring van haar zwanger zijn niet heeft geloofd. Deze verklaring heeft als voordeel, dat wij ons dit heel goed kunnen voorstellen. Zowel het spreken van de beide jonge mensen met elkaar als ook het ongeloof van Jozef komen ons heel verklaarbaar voor. Welke jonge man zou zó iets geloven, als zijn bruid het hem vertelde? Ook wat er verder staat, zou dan wel te verklaren zijn. We kunnen deze woorden overigens alleen verstaan, als we beseffen, dat onder oud Israël de ondertrouw iets heel anders was als onze verkering of verloving. Volgens de oude opvatting zijn twee jonge mensen, die met elkaar ondertrouwd zijn, eigenlijk al man en vrouw, al heeft de formele huwelijksvoltrekking nog niet plaatsgevonden. Men leze maar eens teksten als Deuteronomium 22 : 23 en 24. In dit licht wordt ook duidelijk, dat Jozef in vers 19 de man van Maria wordt genoemd en Maria in vers 20 de vrouw van Jozef. Toen Jozef nu merkte, dat Maria zwanger was en hij haar woorden niet geloofde, kon hij twee dingen doen. Hij kon haar , , openbaarlijk te schande maken" of haar „heimelijk verlaten”.

Wat wordt hiermee bedoeld? Een ondertrouwde vrouw, die zich had schuldig gemaakt aan overspel, moest naar Deuteronomium 22 met de dood worden bestraft. Nu werd die wet in de tijd rond Christus' geboorte niet meer uitgevoerd binnen het Jodendom. In de praktijk kwam het erop neer, dat Jozef zijn ondertrouwde vrouw kon wegzenden, haar een scheidbrief geven dus. Dat kon ook weer op twee manieren plaatsvinden: óf door het gerecht erin te mengen door een aanklacht in te dienen en getuigen op te roepen, óf zonder het gerecht erin te mengen door Maria zonder getuigen een , , onderhandse" scheidbrief te geven. Jozef werd van tweeën gedrongen; hij wilde Gods Wet houden, want hij was rechtvaardig; anderzijds had hij zijn , , vrouw" zo lief, dat hij haar niet voor een openbare vernedering over had.

Toch heeft deze verklaring ook wel iets tégen. In de eerste plaats: aar staat dat eigenlijk, dat Jozef en Maria over deze dingen hebben gesproken? Al kunnen wij ons moeilijk voorstellen, dat zij het niet hebben gedaan, zou Gods Woord van zo'n hoogst belangrijk gesprek niets hebben vermeld? Dan is er nog iets: rijgen wij uit Mattheüs I : 20 niet stellig de indruk, dat de engel Jozef in zijn droom van een nieuw feit op de hoogte stelt, wanneer hij zegt: , Jozef, gij zone Davids! Wees niet bevreesd Maria, uw vrouw, tot u te nemen; want hetgeen in haar ontvangen is, dat is uit de Heilige Geest"? En, om nog iets tegen deze verklaring te noemen: aarom zou de engel dan tegen Jozef zeggen, dat hij niet bevreesd moet zijn? Zouden wij niet veel meer verwachten, dat hij niet weigerachtig, of niet ongelovig moest zijn in zulk geval?

Er is nog een tweede verklaring. Ook die gaat uit van de gedachte, dat Jozef en Maria na de openbaarwording van Maria's zwangerschap met elkaar hebben gesproken, en dat Jozef zijn bruid wel geloofde, maar dat hij niet met haar durfde trouwen. Het aantrekkelijke van deze opvatting is ook ditmaal, dat wij het ons wel enigszins voor kunnen stellen. Welk een huiver en schroom moet Jozef hebben bezet, toen hij bemerkte. Wie de grote Bewerker was van Maria's bevruchting! Was er voor hem, zondig mensenkind, in zulk een huwelijk nog wel plaats? Zou het niet veel eerbiediger zijn, van Maria afstand te doen? Bij deze verklaring wordt ook het , , wees niet bevreesd" van de engel duidelijk. En toch... ook hier zijn bezwaren. Opnieuw moeten we vragen: waarom is dan het gesprek tussen Jozef en Maria niet vermeld? Men wijst op het feit, dat vers 18 vermeldt, dat Maria zwanger bevonden werd uit de Heilige Geest. Dit verklaart men zo, dat zij door Jozef zwangtx bevonden werd en dat ook Jozef na veel vragen tot de ontdekking kwam, dat deze zwangerschap van de Heilige Geest was. Maar dat staat er natuurlijk niet... We kunnen ons veel beter in Calvijns mening vinden, dat deze woorden alleen maar zeggen willen, dat Maria's zwangerschap onder de mensen bekend werd terwijl de werking van de Heilige Geest de mensen verborgen bleef. Het grootste bezwaar tegen deze opvatting is echter, dat dan de mededeling van de engel in vers 20 (, , hetgeen in haar ontvangen is, dat is uit de Heilige Geest") in feite onbegrijpelijk wordt. Dat wist Jozef immers volgens deze verklaring al! Dat was voor hem nu juist de grote moeilijkheid! Elke verklaring die dit poogt op te lossen komt mij gewrongen voor.

Dit brengt ons tot de derde verklaring, die onder ons ook het meest aanvaard is. Deze luidt, dat Jozef en Maria over 't geheimenis van Maria's zwan-gerschap niet hebben gesproken, ook niet nadat Jozef het had ontdekt. Aan de grootste verwarring ten prooi, wist Jozef niet, wat hij toen doen moest. Toen heeft de Heere Zélf het geheimenis bekend gemaakt, door ook aan Jozef een bijzondere openbaring te doen toekomen in de droom. Het grote bezwaar, dat altijd weer tegen deze opvatting wordt ingebracht is, dat het psychologisch bijna onverklaarbaar is, dat beide jonge mensen over deze dingen met elkaar niet zouden hebben gesproken. We moeten echter verschillende dingen bedenken. In de eerste plaats: de openheid, waarmee onze generatie over deze dingen pleegt te spreken, behoeft er in de tijd van Jozef en Maria nog niet te zijn geweest. Vervolgens wijst Calvijn erop, dat Maria niet alleen door , , vrouwelijke schaamte" belet werd haar man te kennen te geven dat zij zwanger was uit de Heilige Geest, maar dat zij door de werking van Gods bestuur weerhouden werd om dit te doen! Want - en nu komt een punt van wezenlijk belang - wie zou haar woorden ooit hebben geloofd? Calvijn zegt heel terecht, dat Jozef zou hebben gedacht dat zij de spot met hem dreef en dat de mensen er als om een fabel om zouden hebben gelachen.

Deze verklaring lijkt ons nog altijd de beste. Jozef heeft zijn , , verloofde" van overspel verdacht. Zou hij haar nu toch huwen, dan was hij bevreesd (hiermee is ook dit woord van de engel uit vers 20 verklaard) zich te verontreinigen, als hij het overspel van zijn vrouw door de vingers zag (zo zegt weer Calvijn). Alleen bij déze verklaring krijgt de boodschap van de engel in de droom de volle inhoud en betekenis: hetgeen in Maria ontvangen is, dat is uit de Heilige Geest! Hiermee wordt door de engel niets verklaard; er wordt alleen iets geopenbaard. Daarmee moeten Gods kinderen het doen, alle eeuwen door. Maar dat is voor het heilbegerig hart ook voldoende. We hopen met het bovenstaande iets te hebben bijgedragen tot een beter verstaan van een gedeelte uit de Heilige Schrift, dat al vaak vragen heeft opgeroepen.”

Inderdaad is het verhelderend om de verschillende opvattingen zo naast elkaar te zien staan. In de loop der jaren heb ik in Adventspreken nu eens de ene, dan weer de andere opvatting gevolgd, maar neig nu toch naar de door collega Moerkerken als derde genoemde.

Intussen blijft het een aangrijpend geheimenis dat God zó mens onder de mensen is geworden. Wonderlijk, juist omdat Hij zo , , heel gewoon " bij ons kwam, de Zoon van God als Mensenzoon...

J.H.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 december 1995

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's

KLEINE KRONIEK

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 december 1995

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's