Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Zacharias en Elisabeth

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Zacharias en Elisabeth

9 minuten leestijd

(Lukas 1)

In het gebergte van Judea woonden twee mensen: Zacharias en Elisabeth. Dit echtpaar was niet zo jong meer. Men heeft berekend, dat ze ongeveer 50 jaar waren. Door hun intogen manier van leven, dwongen zij respect af en waren ongetwijfeld zeer gezien. Iemand schreef dat hij deze mensen met genoegen tot buur zou hebben gehad. Waar ze precies woonden, weten we niet zo goed. De bijbel duidt de plaats summier aan als: , , een stad in Judea". De kanttekeningen op de Statenbijbel noemen als mogelijke woonplaats: Kiriath-Arbe, een vlek in het gebergte van Juda, ten zuiden van Jeruzalem. Maar er zijn ook uitleggers, die aan nog andere plaatsen denken, waar Zacharias en Elisabeth misschien gewoond hebben.

Wat wél vast staat is, dat de tijd waarin zij leefden, een donkere tijd was. De vorst die de Joden regeert is Herodes. Als mén hem noemde, dan duidde men hem aan als de , , grote", Herodes de Grote. Als hij al groot was, dan was het in wreedheid en heerszucht. Staatkundig ging het slecht, godsdienstig was het niet veel beter. Bij alle godsdienstige nauwgezetheid, in de eredienst in Israël, was het in hoofdzaak vormendienst. Het wezen ontbrak er aan, het hart was er niet bij. Ondanks dit godsdienstig verval, zijn er nog mensen als Zacharias en Elisabeth. Stillen in den lande, die tegen alles in bleven uitzien naar de aangekondigde verlossing in de komende Messias.

Zacharias, zijn naam betekent...: , , de Heere gedenkt". Elisabeth, haar naam betekent...: , , God is een eed". In beide namen wordt heengewezen naar de trouw van God. En wat in hun namen werd uitgedrukt, werd in hun leven bewaarheid.

Zacharias was priester en wel van de dagorde van Abia. Ook Elisabeth was uit een priestergeslacht, namelijk uit dat van Aaron. De orde van Abia was de achtste. In 1 Kronieken 24 vers 10, kan men lezen, dat de priesters waren ingedeeld in vier-en-twintig groepen of klassen (dagorden). Elke groep moest een week dienst doen, zodat ze tweemaal per jaar telkens één week in de tempel hun taak te vervullen hadden. Regelmatig wisselden zij elkander af volgens een vastgesteld dienstrooster. Het lot bepaalde wat ieder te doen had.

Van deze twee mensen geeft de Schrift een schoon getuigenis: , Zij waren beiden rechtvaardig voor God, wandelende in al de geboden en rechten des Heeren, onberispelijk" (vers 6). Beiden, man en vrouw, vreesden de Heere met een oprecht hart. Niet, dat ze zonder zonden waren. Dat ze met hun gerechtigheid voor God konden bestaan. Neen... ze waren zondaar met alle zondaren. Daar waren ze, door de ontdekkende werking van de Heilige Geest, ook achter gekomen. Want God vrezen zonder kennis van je zonden, is een onmogelijke zaak. Ook Paulus was onberispelijk naar de rechtvaardigheid die naar de Wet is (Fil. 3 : 6), maar zocht zijn gerechtigheid buiten zichzelf in Christus. Met de apostel zochten ook deze oudtestamentische vromen hun gerechtigheid in Hem, Wiens komst nabij was, de Heere Jezus Christus. Ze hebben in geloof de belofte van God door de profeten aan de vaderen geschied, omhelsd en daaruit troost geput. Dat deed hen wandelen in de vreze des Heeren en gaan in de weg van Zijn geboden en rechten.

„Als zo man en vrouw samen God vrezen en hun wandel richten naar het Woord van God, is dit de beste voorwaarde voor een gelukkig huwelijksleven. O, hoe eerwaardig is de eerekroon der godsvrucht bij echtelieden die in de vreeze Gods, samen oud mogen worden.”

(J. H. Gunning J.Hzn. „De morgenstond nadert”)

Echter... aards geluk is nooit volmaakt. Ook Zacharias en Elisabeth hebben dat ondervonden. Want bij alle zegeningen die ze ontvingen, was er één zaak die aan hun geluk ontbrak...: , , zij hadden geen kinderen". Dat was met name voor Elisabeth een pijnlijke zaak. Kinderloosheid werd in Israël gezien als een smaad. Als een straf. Men kon dan geen draagster zijn van de komende Messias. Zacharias en Elisabeth hebben daar zeker menigmaal met elkaar over gesproken. Ze zullen ook vurig om de kinderzegen hebben gebeden. Maar het leven ging verder en het bleef zoals het was. Intussen zijn ze zo oud geworden, dat kinderzegen uitgesloten moest worden geacht. Het bidden om een zoon verstomde. Ze hebben zich bij de gang van zaken moeten neerleggen.

Maar dan zal blijken, dat de Heere een verrassend God is. Wat onmogelijk is bij de mensen, is mogelijk bij God. De Heere zal dit bejaarde echtpaar gedenken in genade en hen alsnog de begeerde zoon schenken.

Eén van de meest eervolle en begeerde arbeid van de priesters, was het bedienen van het reukofferaltaar. Vanwege het groot aantal priesters was bepaald, dat één persoon slechts éénmaal in zijn leven het reukwerk op het reukofferaltaar mocht aansteken. Het reukofferaltaar stond mét de tafel der toonbroden en de gouden kandelaar in het Heihge. Er breekt in het leven van Zacharias een dag aan, dat het lot hem aanwijst om in het Heilige van de tempel het reukofferaltaar te bedienen. Het zal een dag voor hem worden die hij zijn hele leven lang niet meer zal vergeten! Want als Zacharias in stille toewijding zijn ambtswerk verricht, krijgt hij hoog bezoek. Uit de hemelse gewesten is een gezant van God neergekomen. Ineens ziet Zacharias aan de rechterkant van het altaar een Engel staan. Schrik en vrees doen hem huiveren. , , En Zacharias hem ziende, werd ontroerd en vrees is op hem gevallen" (vers 12). Een Engel brengt iets van de hemelse wereld mee en daarop is de mens niet ingesteld. Zelfs niet als hij bezig is in heilige dienst... Bovendien... deze Engel is niet zo maar een Engel. Het is de Engel Gabriel. Dat is de Engel die voor God staat (vers 19). Die dicht bij de troon van God, tot Zijn dienst gereed staat; vlak in Zijn nabijheid Hem dient.

De Engel stelt Zacharias gerust. Er is voor de oude priester geen reden om te vrezen. Integendeel... deze hemelse boodschapper brengt een goede tijding. Hij mag in naam van God aan Zacharias zeggen, dat de vroeger opgezonden gebeden om een zoon, zijn verhoord. Het scheen, alsof in het leven van dit echtpaar de Heere de belofte uit Leviticus 26 vers 9: , , En Ik zal Mij tot u wenden, en zal u vruchtbaar maken en vermenigvuldigen", niet gedacht. Maar... God is die belofte niet vergeten. Kohlbrugge heeft in dit verband treffend opgemerkt: , , God de Heere heeft een goed geheugen. Zoals Hij het gebed geeft, zo geeft Hij ook de verhoring. Hij is nog nooit te laat gekomen". Wat niet mo­ gelijk scheen, wat tegen de natuurlijke verwachting inging, dat zal de Heer e, de Almachtige doen... Elisabeth zal moeder worden van een zoon. En de naam van deze zoon zal zijn: Johannes (d.i.: , , Jehovah begenadigt"). Deze Johannes, wiens geboorte velen zal verblijden, zal een bijzondere plaats innemen in Israël. Hij zal groot zijn voor de Heere. Vervuld van de Heilige Geest, zal hij als een tweede Elia het volk oproepen tot bekering. Voorloper zal hij zijn, wegbereider van de Messias, heraut van de komende Koning.

De reactie van Zacharias is verbluffend. Hij kan wat de Engel zegt niet geloven. Dat kan toch niet waar zijn? Hij maakt bedenkingen. , , Ik ben oud en mijn vrouw is verre op haar dagen gekomen" (vers 18). Zacharias wil een teken zien: , , Waarbij zal ik dit weten? " Een teken als voorwaarde om te geloven. Zoals later Thomas, één van de twaalven, eerst de tekenen in het lichaam van zijn Meester wilde zien en betasten zou hij ooit geloven. Ongeloof... het is genoemd de grootste zonde. God niet geloven op Zijn Woord. Hem onbetrouwbaar achten. Kan iets erger zijn? Zacharias had aan het woord van de Engel genoeg moeten hebben. Want dat Woord was het Woord van God Zelf. Zacharias vraagt een teken. Welnu... hij zal een teken ontvangen. Dit teken... tot de geboorte van Johannes een feit zal zijn, zal hij niet kunnen spreken. Hij zal 9 maanden niet de zegen over het volk kunnen uitspreken. Elk woord dat hij kwijt wil, moet hij opschrijven.

Zacharias verlaat eindelijk de tempel. Hij moet nu over het wachtende en biddende volk de zegen uitspreken uit Numeri 6 : 23—27. Maar zijn stomheid maakt het hem onmogelijk. De mensen denken dat Zacharias blijkbaar in de tempel een gezicht of verschijning heeft gezien. Thuis gekomen, kan hij Elisabeth alleen door middel van het geschreven woord op de hoogte stellen van de opzienbarende dingen die hem waren overkomen. De reactie van zijn vrouw zal vol verwondering en blijdschap zijn geweest. Samen hebben zij in heihge stilte de belofte van God verwacht.

De Heere maakte Zijn belofte waar. Elisabeth raakte in blijde verwachting. Vijf maanden lang onttrekt zij zich aan omgang met anderen. Zij wil in stilte zich verwonderen over de onverdiende trouw van de Heere... Die zegent als alle verwachting is vergaan. Dankbaar looft Elisabeth de Heere, Die haar had aangezien en haar smaadheid onder de mensen had weggenomen. En als haar tijd gekomen is, baart Elisabeth een zoon. Wie ervan hoort, is er blij mee.

Na acht dagen wordt het jonksken besneden en krijgt hij een naam. De mededehng van EHsabeth, dat hij Johannes zal heten, wekt veel verwondering. Maar Zacharias bevestigt de naamgeving, als hij opschrijft: , , Johannes is zijn naam". En dan krijgt de oude priester zijn spraakvermogen terug. Zijn mond wordt geopend, zijn tong losgemaakt, zijn hart vervuld met de Heihge Geest en hij gaat profeteren. Aangegrepen door de geest der profetie getuigt hij van de dingen, die God hem geeft te zien. , , Geloofd zij de Heere, de God van Israël, Want Hij heeft Zijn volk bezocht en het verlossing bereid". Met het kind in de armen spreekt hij: , , Gij kindeken zult een profeet des Allerhoogsten genoemd worden, want gij zult voor het aangezicht des Heeren heengaan om zijn wegen te bereiden"... , , door de innerlijke bewegingen der barmhartigheid onzes Gods, met welke ons bezocht heeft de Opgang uit de hoogte". De Opgang uit de Hoogte, Jezus de Zoon van God, de Heilige; de Zon der Gerechtigheid, Die beschijnen zal degenen, die gezeten zijn in duisternis en schaduw des doods, om hun voeten te richten op de weg des vredes". Nu de heraut van de Koning er is, zal de komst van de Heilvorst Zelf niet lang meer op zich laten wachten. Dat geschiedde dan ook in diezelfde dagen.

B.

H.H.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 december 1996

Gereformeerd Weekblad | 24 Pagina's

Zacharias en Elisabeth

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 december 1996

Gereformeerd Weekblad | 24 Pagina's