De gelijkenis van de boze wijngaardeniers
MEDITATIE
„Maar de landlieden, de zoon ziende, zeiden onder elkander: Deze is de erfgenaam, komt, laat ons hem doden, en zijn erfenis aan ons behouden. En hem nemende, wierpen zij hem uit, buiten de wijngaard, en doodden hem." Matth. 21 : 38-39
en gelijkenis is soms net een spiegel. Terwijl de Heere Jezus aan het vertellen is, komen we tot de ontdekking dat het over onszelf gaat. Neem nu deze geUjkenis van de boze wijngaardeniers. Jezus houdt ons een ontdekkende spiegel voor. Ik hoop dat we niet onwiUig ons hoofd afwenden maar eerhjk een blik in deze spiegel zullen werpen. Dan kan het niet anders of we schrikken van ons eigen spiegelbeeld. Dat is nu net de bedoeüng van deze gehjkenis. Jezus wil ons heilzaam laten schrikken, opdat we ons aan het begin van de hjdenstijd verootmoedigen omdat wij van nature mensen zijn die Hem verwerpen.
Jezus verteh deze gehjkenis terwijl Hij Zich in de tempel bevindt te midden van de overpriesters en de ouderUngen van het volk (vs. 23). Het is eigenhjk een hj densaankondiging. Op een aangrijpende wijze wordt getekend hoeveel zorg de Heere aan Zijn volk besteedt, maar ook hoe afwijzend er op Zijn goedheid wordt gereageerd. God vergehjkt Zichzelf met iemand die een wijngaard plant. Een heer des huizes wordt hij genoemd. Kosten noch moeiten worden gespaard. Er wordt een sterke omheining neergezet om dieven en roofdieren de toegang te beletten. Verder wordt er een wijnpersbak uitgehouwen in een rots, terwijl er ook een (uitkijk)toren wordt gebouwd. Het is in één woord een modelwijngaard. Als het geheel klaar is gaat de heer uit de gehjkenis op reis. Ver weg. Naar het buitenland. En de zorg voor de wijngaard laat hij over aan pachters. Over enige tijd zullen zij de pacht in de vorm van vruchten moeten betalen.
Volgens vers 43 is de wijngaard het Koninkrijk van God. En met de pachters wordt Israël bedoeld. God heeft er van Zijn kant alles aan gedaan om Israël een vruchtbaar volk te laten zijn. Gaat u maar na: Hij heeft het volk Zijn verkiezende üefde verklaard. Hij heeft ook het genadeverbond opgericht. Israël heeft Gods beloften en geboden ontvangen. Bovendien is de dienst van de verzoening gegeven. Wat heeft de Heere een zorg aan Zijn volk besteed. Waartoe? Nu, opdat het Hem zou dienen en vrezen. Dat is de pacht die God verlangt. En om dan maar meteen de hjnen door te trekken naar onszelf: God heeft ook de gemeente van het nieuwe verbond een kostbare wijngaard toevertrouwd, namehjk Zijn heil, Zijn Koninkrijk. En Hij heeft ons, ja u en mij als pachters aangesteld. We zijn immers opgenomen in het verbond. Bij onze doop heeft de Heere ons alles toegezegd wat we nodig hebben om voor Hem te leven. VaderUjke zorg, de vergeving door Jezus' bloed en de levendmaking door de Heihge Geest. We hebben ook het evangelie ontvangen, de prediking zondag aan zondag, en de gemeente waartoe we behoren. We moeten voor onszelf eens nagaan hoeveel moeite God al heeft gedaan om óns vruchtbaar te laten zijn voor Hem. In Jesaja 5:4 vraagt de Heere: "wat zou Ik nog meer moeten doen? " En nu mag Hij toch rekenen op pacht in de vorm van bekering en een toegewijd leven waarin de vrucht van de Geest openbaar komt zoals hefde en blijdschap, goedheid en vrede dragen. Dat heeft de Heere toch aan ons verdiend! Of niet?
In de geUjkenis breekt het moment aan dat de pacht wordt geïnd. Die heer verschijnt niet zelf maar stuurt zijn knechten. Die worden nota bene als indringers behandeld. De één krijgt een pak slaag, een ander wordt zelfs gedood, en een derde wordt bekogeld met stenen zodat ook hij sterft. Hetzelfde lot ondergaat een volgende deputatie die de baas van de wijngaard stuurt. Het kan niet anders of Jezus bedoeft de profeten die God gezonden heeft. Dienstknechten die tot Israël kwamen om de pacht. Volgens afspraak! Volgens de regel van het verbond. En die regel luidt dat ze de Heere hun God zullen gehoorzamen. De proleten hebben het vöH^êmaan^ïnüöa te dienen. Om zich te bekeren van de afgoden. En om niet langer Gods geboden opzij te schuiven. Waren ze welkom? Wie een beetje thuis is in het Oude Testament weet het antwoord. De profeten hebben het zwaar te verduren gehad. Elia moest vluchten voor Achab, Jeremia is in een modderige kuil geworpen, en ene Zacharia is in de tijd van koning Joas gestenigd. De pachters weigerden te betalen. Oftewel: God werd Zijn eer onthouden.
God stuurt Zijn dienstknechten nóg. Ze vragen naar de pacht en roepen ons tot geloof en bekering. Hoe worden ze door ons behandeld? Nee, wij maken het niet zo bont als de pachters in de gehjkenis. Een dominee zal niet gauw gemolesteerd worden. En er moet heel wat gebeuren voordat een ouderhng ergens de deur wordt uitgezet. Maar gaat het vandaag misschien op een beleefde manier? Toe, kijk eens in de spiegel van deze gehjkenis. Ziet u niet iets bekends aan die pachters? Precies, de onwil om vruchtbaar te zijn voor God. En als er dan op een huisbezoek wordt doorgevraagd naar wat de prediking in ons leven uitwerkt, dan beginnen we maar gauw over iets anders. Want zo'n vraag is te lastig, te persoonhjk. Of we leggen een indringende preek die de wonde plek in ons leven aanwijst naast ons neer Want als we werkehjk serieus nemen wat we hebben gehoord, dan moet er wel iets veranderen in ons leven. En dat willen we nu net niet. We lopen Uever met een grote boog om Jezus heen en gaan bekering uit de weg. Wat kunnen we ons ook ergeren als in de prediking de punten op de i van de levensheiliging worden gezet. Als duidehjk wordt dat God ons héle bestaan voor Zich opeist. Zo'n boodschap moeten we niet. En ondertussen herhaalt de gehjkenis zich. Het ergste is dat de pacht uit bhjft! God komt niet aan Zijn eer
Luister: Jezus vertelt verder. Nu komen we bij het meest aangrijpende van de gehjkenis. De heer van de wijngaard nlemfeen nieuw initiatief. Hij zendt... zijn zoon! Normaal zou dat ondenkbaar zijn. Wie stuurt er nu zijn zoon nadat tal van knechten zijn gedood? Wie durft dit risico aan? Wat zou het begrijpehjk geweest zijn als de eigenaar van de wijngaard voor de harde hjn had gekozen en bijvoorbeeld een pohtiemacht gezonden had! Opvallend is het geduld van deze man. En zijn geduld staat voor Gods geduld. Bent u wel eens verwonderd over de lankmoedigheid van de Heere? Hoe vaak komt Hij niet met een nieuwe aanmaning tot ons! Door middel van de prediking of via andere roepstemmen. In de gehjkenis wordt de zoon gezonden die tevens de erfgenaam van de wijngaard is. Het is duidehjk datjezus het over Zichzelf heeft. Hij is de Gezondene van de Vader Door Hem te sturen gaat God tot het uiterste. Opvallend is in vers 37 het "ten laatste". Dat wil zeggen: na aUes wat Hij al ondernomen heeft. Al die profeten door de eeuwen heen. En nu, ten laatste zendt God Zijn eniggeboren Zoon, Zijn gehefde (vgl. Luk. 20:13), in Wie Hij een welbehagen heeft. Dat is het hele evangehe. Wat een hefde van de Vader Die zover is gegaan. Maar we verwonderen ons niet minder over de bereidwilhgheid van de Zoon. Zeker als we letten op Zijn ontvangst door de "pachters".
In de gehjkenis zien de wijngaardeniers hem naderen. Meteen ontstaat er druk overleg en het besluit om Hem te doden is gauw genomen. We horen als het ware de geestehjke leiders bezig zoals we dat lezen in Johannes 11:53: "van die dag af raadslaagden zij tezamen dat zij Hem doden mochten." En terwijl Jezus verteU hoe de zoon wordt weggewerkt om buiten de wijngaard gedood te worden, zien we de hjdensgeschiedenis voor ons. Jezus Die Jeruzalem wordt uitgeleid om buiten de poort gekruisigd te worden. Wat moet het Christus veel hebben gekost om deze gehjkenis te vertellen. Hij schildert nota bene Zijn eigen weg. Hij weet wat Hem te wachten staat. En toch vervolgt Hij Zijn weg. Hij is van harte bereid om de beker van het Ujden leeg te drinken. Hij wil niet anders dan de opdracht van Zijn Vader volbrengen. Om zó Diens toorn over de zonde te dragen opdat de verzoening een feit zal zijn. En de redding van verloren mensen. Over de liefde en de gewiUigheid van Christus raken we niet uitgedacht. Het gaat om een wonder dat we nooit klein krijgen, maar dat alleen maar groter wordt naarmate we het meer leren verstaan.
Ontdekkend is ondertussen de houding van de pachters. Weet u waar het bij hen op vastzit? Ze wülen niet onderworpen zijn aan de eigenaar van de wijngaard. Herkent u het niet? Deze gelijkenis is een spiegel. Van nature leven we graag voor onszelf. De onwil om ons leven in de dienst van God te besteden is groot. Juist het hjdensevangehe laat ons zien hoe diep de weerstand tegen Christus bij ons zit. Kijk maar goed in de spiegel van de gehjkenis. Nee, we komen er niet onderuit door te wijzen naar de Joodse leiders. Ook in de lijdenstijd 2000 zijn de woorden van Revius actueel: "'t En zijn de Joden niet. Heer Jesu, die U kruisten." De Heiüge Geest past de gehjkenis op óns leven toe. Of nog persoonlijker: op mijn leven. En als ik eerhjk word gemaakt voor God, dan moet ik behjden dat ik geen haar beter ben dan de wijngaardeniers. Zolang de Geest mijn weerstand niet breekt, werk ik Jezus uit mijn leven weg. Ik denk zónder Hem beter af te zijn dan mét Hem.
Maar dat is de grootste vergissing die we kunnen maken. Dwaasheid. De pachters dachten dat ze de erfenis konden verwerven door de zoon van hun heer te doden. Maar het trieste is dat ze de wijngaard juist verspelen (zie vers 41). Dat is het ergste wat er is. Dat is de eeuwige ondergang met zijn eeuwige onvruchtbaarheid. Weet u - het Koninkrijk van God kunnen we alleen beërven mét Christus. Wat een waarschuwing gaat er van deze gelijkenis uit! Hebben we al lezend in de spiegel gekeken? En dan niet vluchtig zodat we denken: "ja maar, zoals die pachters ben ik niet." Dan ontbreekt het ons aan zelfkennis. De Heihge Geest leert het ons anders. En het is helemaal niet erg als we geschrokken zijn van deze gehjkenis. Dat doen we weleens te weinig. We kunnen zo onbewogen onder het evangehe blijven. Dan is het al genade als we schrikken. En er is Gode zij dank ook zoiets als een heilzame schrik die ons uitdrijft tot de Heere. Wie moet belijden zo'n ontrouwe pachter te zijn? Wie hoor ik zeggen: "Heere, de vrucht - dat is inderdaad een teer punt in mijn leven"? Dan is er maar één weg: ons verootmoedigen voor het aangezicht van God. Hij geve dat juist de komende lijdenstijd een periode van diepe verootmoediging zal zijn. Om zo ook de hoogte van de verwondering te leren kennen. Voor het geloofsleven kunnen de hjdensweken een onvergetehjke zegen betekenen. Weleens gemerkt? Soms kunnen we naar deze weken verlangen omdat we worden meegenomen naar Golgotha. Waar Christus als de Gekruisigde de schuld van al Zijn volgehngen verzoend heeft, m- clusief de schuld van hun onvruchtbaarheid. Maar aan het kruis heeft Hij ook de Heiüge Geest verworven. En het is de Geest Die mij bekeert en vernieuwt tot een trouwe pachter die het biddend zingt: "Leer mij, o God van zaUgheden, mijn leven in Uw dienst besteden."
Alblasserdam J.C. Schuurman
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 maart 2000
Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 maart 2000
Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's