Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Dochters van Jeruzalem

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Dochters van Jeruzalem

8 minuten leestijd

BIJBELSE FIGUREN

(Lukas 23:26-31)

%t vonnis van de kruisiging is over Jezus uitgesproken. Men wil het ook zo spoedig mogehjk voltrekken. De tocht van het Rechthuis naar Golgotha vangt aan. Met twee andere veroordeelden, moet ook Jezus Zelf de kruisbalk dragen. Een massa mensen gaat achter Jezus aan. „Een grote menigte van volk en van vrouwen volgde Hem" (27). Soldaten zijn er en priesters; gewoon volk en vrouwen met joelende kinderen. De stemming tegenover Jezus is vijandig. De spot en hoon die tevoren Zijn deel waren, zetten zich hier voort. Naar de ziel diep gekrenkt door dit alles, en op Zijn Uchaam de bloedige sporen van geseÜng en mishandeüng, gaat daar de Man van Smarten, dragend Zijn kruis. Moe en mat, wordt de last van de zware kruisbalk Hem te zwaar. Ene Simon van Cyrene, komend van de akker, wordt gedwongen de kruisbalk van Jezus over te nemen. Op dat moment ziet Jezus tussen de vijandige menigte een groep vrouwen, die Hem met tranen en weeklachten bejammert.

Wat waren dat voor vrouwen? Er is gedacht, dat het de vrouwen geweest zijn, die Hem gevolgd waren van Gahlea om de Meester te dienen. Zeker zullen die er geweest zijn en geweend hebben om hun Meester. Maar dat was een wenen in stilte, uit hefde tot Hem. Een andere mening is, dat hier bedoeld worden aanzienhjke vrouwen uit Jeruzalem, die zich bezig hadden gehouden met de toebereiding van de bedwehnende drank, die men de kruisehngen gewoonÜjk toediende. Het meest waarschijnhjke is, dat het vrouwen geweest zijn van allerlei slag. Jezus spreekt hen straks aan als: „Gij dochters van Jeruzalem." Inwoonsters van Jeruzalem, vrouwen uit het volk. Gedrongen door nieuwsgierigheid, zijn ze uit de achterbuurten komen aanlopen om het schouwspel te zien. Ze zijn gekomen, zoals ze bij elke terechtsteUing er zullen geweest zijn. GevoeUg van natuur, hcht bewogen van gemoed, willen ze toch het sterven van een gekruiste aanzien. En als die vrouwen zien, dat Jezus niet verder kan, dat een ander de kruisbalk moet gaan dragen, dan barsten ze in tranen uit. Ze slaan zich op de borst, verheffen hun stem en beklagen luidkeels Hem, Die als een misdadiger wordt weggeleid. Hun medeleven is méér dan dat van klaagvrouwen.

die voor haar weeklagen betaald werden, maar verder geen enkele band hadden met wie ze beklaagden. Want deze vrouwen van Jeruzalem wenen over Jezus en niet over de twee andere veroordeelden. Ze voelden enige band met Hem. Kenden zij Jezus misschien, omdat Hij haar kinderen had gezegend?

Bij alles watjezus ondervond op Zijn smartenweg aan verachting en smaad, doet het medeüjden van deze vrouwen weldadig aan. Wie zou in zulke omstandigheden geen behoefte hebben aan medelijden? De Heere Jezus, de Zoon van God, was ook waarhjk Mens. En naar Zijn menseUjke natuur heeft Hij behoefte gehad aan meeleven, aan mensehjke vertroosting. Dat bUjkt uit Zijn klacht tot Petrus: „Kunt gij dan niet één uur met Mij waken? " Op zichzelf had dit wenen van deze vrouwen iets liefehjks. Met Simon van Cyrene die Zijn kruis droeg, waren de vrouwen de enige vriendeHjke verschijning in de voor Jezus zo bittere smartengang. Wenende vrouwen op de Via Dolorosa!

Hoewel dus deze vrouwen zich gunstig onderscheidden van die hatende en tierende menigte, toch keurt Jezus haar wenen over Hem af. Plotse- Hng keert Hij Zich om. Hij spreekt de vrouwen aan. Hij zegt tot hen: „Weent niet over Mij, maar weent over uzelven en over uw kinderen." Hij heeft de tranen van deze hchtbewogen vrouwen niet nodig. Want dit wenen is oppervlakkig. Ze wenen om de tragiek van het gebeuren. Dat men zulk een goed en hoogstaand Mens tegen Zijn wil naar Golgotha leidt om gekruisigd te worden, dat grijpt hen aan en doet hen wenen. Maar het blijft hen onbekend Wie Jezus eigenhjk is en wat de aard van Zijn Hjden is. Ze hebben geen begrip van wat hier staat te gebeuren. „De huilende vrouwen gevoelden er niets van, dat het Lam Gods ter slachting werd geleid; dat het pleit tusschen God en Satan, tusschen eeuwig verderf en hemelsche heerlijkheid voor al Gods uitverkorenen werd beslecht" (dr. A. Kuyper). Ze beseffen niet, dat Hij het gewicht van de zonde, de zwaarte van de toom van God draagt. Dat Hij geen martelaar, maar de van God gegeven Middelaar is. Wat nodig is, is niet medehjden, maar boete en berouw. De vrouwen van Jeruzalem moeten weten, dat zij door hun schuld Zijn kroon hebben gevlochten en Zijn beker gevuld.

„Weent niet over Mij." Want de weg van Jezus is geen doodlopende weg. Wat ondergang hjkt te zijn, is in feite doortocht van de hemelse Koning door de dood heen, naar de hemelse heerhjkheid bij Zijn Vader De heerhjkste vooruitzichten wachten Hem: troon en kroon, macht en majesteit. Er is voor de dochters van Jeruzalem wel reden om te wenen, maar dan over zichzelf. Wenen moeten zij over haar zonde en schuld, verbhnding en verharding, ellende en naderend oordeel. Donkere wolken zullen zich samenpakken boven de heihge stad, het heihg land en zijn inwoners. De Heere God zal de zonden van Israël bezoeken. Nog 40 jaar en dan zal Jeruzalem verwoest worden. Een vresehjk Ujden zal komen over haar, maar zeker over haar kinderen, die dan volwassen zullen zijn. Jezus wéét dat. En in Zijn ontfermende Hefde die over eigen Ujden heengaat, heeft Hij deernis met deze vrouwen. Hij waarschuwt haar eer het zover is: „Gij dochters van Jeruzalem, weent niet over Mij, maar weent over uzelven en over uw kinderen."

Deze vrouwen hadden kinderen bij zich. Sommigen zullen haar zuigeHng op de arm gedragen hebben. Of er waren vrouwen, die zwanger waren, die haar kind nog onder het hart droegen. Waarschijnhjk vandaar datjezus vervolgt: „Want ziet, er zullen dagen komen, dat gij zeggen zult: „Zalig zijn de onvruchtbaren en de buiken die niet gebaard hebben, en de borsten, die niet gezoogd hebben." De wraak van God zal over het schuldig Jeruzalem gaan. De stad zal uitgemoord en verwoest worden. Zó bange dagen zullen komen, dat men de kinderloosheid een geluk zal achten. Ja, zelfs zal men de dood verkiezen boven het leven en het uitroepen: „Bergen valt op ons en heuvelen bedekt ons." Ze mogen Jezus dan uit de weg ruimen, met Zijn dood is het niet uit: wanneer het groene hout niet gespaard wordt, dan zal het dorre hout zeker in het vuur geworpen worden. Dan gaat gebeuren, wat reeds Johannes de Doper profetisch aankondigde: „ledere boom, die in Mij geen vrucht draagt, wordt uitgehouwen en in het vuur geworpen" (Lukas 3:9)- Volgens de leidsheden van Israël was Jezus „dor hout", dat moest worden weggekapt. Men heeft Hem beschuldigd, dat Hij Zich de Zoon van God noemde en Zich daarmee schuldig maakte aan Godslastering. Maar Hij is onschuldig. Hij is werkelijk de Zoon van God. Hij is het groene hout. Het dorre hout is het volk dat zich schuldig maakt aan het vermoorden van profeten en dat de Messias verwerpt.

Dat voorzegde oordeel over Jeruzalem is in het jaar 70 na Christus gekomen. Israël wilde toen het juk van de Romeinse overheersing afwerpen, desnoods met de wapens. Ze hebben daarbij de kracht van de Romeinse legermacht onderschat. De Romeinse legers omsingelden de stad. Afgesneden van de buitenwereld, brak een hevige honger uit. Het leidde tot vresehjke tonelen, waarbij ouders met kinderen vochten om een stuk brood. De strijd tussen Joden en Romeinen was hard. Er vloeide zoveel bloed, dat de straten van Jeruzalem rood gekleurd werden. Er zijn ook zeer wrede dingen gebeurd. Zo ving de Romeinse veldheer Titus duizenden vluchtende Joden op. En in 't gezicht van de belegerde stad liet hij ze kruisigen, soms met 500 tegelijk. Rond Jeruzalem rees een mastbos van kruisen op. „Al de wallen van Jeruzalem met kruisen als bezaaid, en aan elk kruis een vloekende Jood, die hing weg te sterven, als spotbeeld van dat eene kruis waaraan Jeruzalem haar Koning gekruisigd had" (A. Kuyper).

Gaande naar Zijn kruis, doorleeft de Heere Jezus dit vreseUjk gebeuren. Het heeft Zijn eigen hjden verzwaard. Het lijden van Hem, Die bij de intocht in Jeruzalem, haar had toegeroepen: .Jeruzalem, Jeruzalem, hoe menigmaal heb Ik uwe kinderen willen bijeenvergaderen, gehjkerwijs een hen haar kiekens onder de vleugels vergadert, en gijlieden hebt niet gewild. Zie, uw huis wordt uUeden woest gelaten." De geschiedenis van de dochters van Jeruzalem leert ons, dat bij het Hjden van Christus, een bepaalde ontroering niet voldoende is. Dat bij al onze aandoening, bij al ons wenen, het bovenal nodig is, te wenen over onszelf. Over onze zonden en ellenden, zoveel en zo groot. De bekende Schotse godgeleerde Mac Cheyne heeft ervan gezongen:

„Ik deed als Jeruzalems dochters weleer, ik weende om de pijn van mijn lijdende Heer', en ik dacht er niet aan, dat ik zelf door mijn schuld Zijn kroon had gevlochten, Zijn beker gevuld. "

Tot de Heihge Geest hem ontdekte aan die zonde en schuld en hij vluchtte tot Jezus. In Hem werd hij vrijgesproken van zonde en schuld: „Ik boog me en geloofde... en mijn God sprak mij vrij." Wie leerde wenen over zichzelf, mag door de droefheid over de zonde heen, ook iets kennen van bhjdschap. De büjdschap van het geloof in de Heere Jezus Christus. Die ook kan met Mac Cheyne zingen: „Nu reis ik getroost onder 't heiligend kruis naar 't erfgoed daarboven, in 't Vaderlijk huis; mijn Jezus geleidt mij door de aardse woestijn; „Gestorven voor mij!"zal mijn zwanen lied zijn."

Ridderkerk

H. Hartman

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 31 maart 2000

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's

Dochters van Jeruzalem

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 31 maart 2000

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's