Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een groet uit de hemel

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een groet uit de hemel

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Johannes aan de zeven gemeenten die in Azië zijn: genade zij u en vrede, van Hem Die is en Die was en Die komen zal, en van de zeven Geesten, Die voor Zijn troon zijn; en van Jezus Christus, Die de getrouwe Getuige is, de Eerstgeborene uit de doden en de Overste van de koningen der aarde."

(Openbaring 1:4-5a)

U moet de groeten hebben van... Dat doet je altijd goed, als je van iemand de groeten krijgt. Dan heeft men aan je gedacht. Dan is er even contact geweest. Een groet heeft altijd iets van een bemoediging. Johannes moet ook de groeten overbrengen. Hij zal wel nooit gedacht hebben zo'n opdracht te krijgen. Verbannen naar zo'n stil eiland. Wat zou daar nu voor hem te doen zijn? Maar op dat stille eiland wordt de eenzaamheid van zijn bestaan en de eentonigheid van de dagen doorbroken door hoog bezoek. De verheerhjkte Christus geeft Johannes een opdracht waarvan hij niet durfde te dromen! Opschrijven, alles wat hij zou horen en zien. Heel de toekomst van de kerk en van de wereld.

Maar daaraan gaan de groeten vooraf. Groeten voor de zeven gemeenten. En die staan model voor de hele kerk. Want het getal zeven is de uitdrukking van een veelheid en een volheid. De kerk op aarde krijgt in het strijdperk van dit leven de groeten uit de hemel.

1. De inhoud van die groet

Genade. In dat woord noemt Johannes ook zijn eigen naam. Want Johannes betekent: de Heere is genadig. Als een man die zelf heeft geleerd wat genade is en die zelf uit die genade leeft, mag hij die genade meedelen, doorgeven aan de zeven gemeenten.

En genade is het eerste dat we nodig hebben. Want we hebben een berg van schuld waar we niet overheen kunnen kijken. Een schuld die we alleen nog maar groter kunnen maken. En nu komt van de hemel dat wonderlijke woord: genade. Het enige waarop te hopen valt. Het enige waarvan we wat kunnen leven.

De Heere ziet zondige, schuldige mensen aan in genade, om Christus' wil. Hij geeft genade voor schuld. Genade die onze schuld bedekt, genade die ons redt uit onze verlorenheid. Genade die ons God leert kennen in Zijn grondeloze barmhartigheid.

Genade. Dat wil zeggen dat er niets van ons wordt verwacht en niets van ons wordt gevraagd. Genade zoekt ons op waar wij liggen in onze zonde en ellende, in onze vervreemding van God.

En die genade hebben we nodig van begin tot eind. We krijgen geen genade om voortaan op eigen wieken te drijven. Nee, het begin was genade en het vervolg is genade, en het einde zal nog genade zijn. Op Uw genade wil ik leven, op Uw gena de doodsnik geven.

En vrede. Dat is het gevolg van de genade. Want waar we onze schuld zien, daar hebben we geen rust, daar worden we opgejaagd. Rust noch vrede wordt gevonden, om mijn zonden, in mijn beend'ren, dag of nacht. Maar waar de Heere komt met Zijn genade, daar verdwijnt de onrust. Daar daalt een vrede in ons hart, die alle verstand te boven gaat. Wij dan, gerechtvaardigd zijnde uit het geloof, hebben vrede bij God door onze Heere Jezus Christus.

Dan wordt gena van waarheid blij ontmoet, De vrede met een kus van 't recht gegroet.

Dat is de groet, die de kerk van haar Koning krijgt: genade en vrede. Genade voor mensen die alles verzondigd hebben. En vrede voor mensen die in oorlog leefden met de Heere.

Zo worden wij ook gegroet, aan het begin van iedere kerkdienst. Genade zij u en vrede... Al zou de Heere anders niets zeggen, was het dan niet ruimschoots voldoende? Maar nu is er geen dienaar, ook Johannes niet, die genade en vrede kan geven. We mogen in Gods Naam de gemeente groeten, in opdracht van de Koning genade en vrede verkondigen. We moeten er zelf ook van leven. Genade en vrede meedelen - dat kan de Heere alleen. Daarom verbindt Hij aan de groet ook Zijn Naam.

2. De Afzender van die groet

Van Hem Die is en Die was en Die komen zal.

Dat doet meteen denken aan de Verbondsnaam: Ik zal zijn Die Ik zijn zal. De God Die Dezelfde blijft. Bij Wie geen verandering is of schaduw van omkering. Hij is Dezelfde in Zijn liefde, Dezelfde in Zijn trouw, Dezelfde in Zijn genade. Zoals Hij was, zo is Hij en zo blijft Hij. Wat een vertroosting voor mensen die zo veranderlijk zijn als het weer. Vandaag zus en morgen zo. Dan op de top van de berg, en dan weer in een diep dal. Vandaag beloven en morgen weer vergeten. Maar Hij zal nooit herroepen wat Hij eenmaal heeft gesproken. Dat mag een pleitgrond zijn: Heere, Uw macht is groot. Uw trouw zal nooit vergaan.

Maar hoe krijg ik nu deel aan die genade en aan die vrede? Stuiten die niet af op mijn harde hart? Nee, want de groet komt ook van de zeven Geesten Die voor Zijn troon zijn. Na de groet van de Vader volgt de groet van de Heihge Geest. Vanuit het heihge der heihgen, waar God woont, wordt Johannes geleid in het heihge, waar de kandelaar staat met de zeven armen. Het beeld van de Heihge Geest. Er is maar één Geest, maar het zevental drukt iets uit van de veelheid en de volheid van Zijn werk. Zeven Geesten voor de troon. Zeven Geesten Die uitgezonden zijn in alle landen. Die Geest in Zijn zevenvoudig werk hebben we allemaal nodig. En die Geest heeft de Heere beloofd aan allen die Hem zonder ophouden daarom bidden. Die Geest kan het meest harde hart openen, het meest verduisterde verstand verüchten, de meest verkeerde wil ombuigen. Hij kan het, want Hij is de Heere Die levend maakt. En Hij wil het, want Hij doet niets liever dan Christus verheerhjken.

Christus... Ja, daar valt de Naam waarmee de groet eindigt. Want Hij is het Die dat alles mogelijk heeft gemaakt. Jezus Christus, de getrouwe Getuige. Uit het heihge treedt de apostel nu het voorhof binnen. Daar staat het altaar waarop het offerbloed wordt gesprenkeld. Nu mag hij de groeten overbrengen van Hem Die de gemeente heeft gekocht met Zijn bloed. De getrouwe Ge­ tuige. Want Hij is gekomen om als Profeet ons de wil van God tot onze verlossing bekend te maken. En het Woord dat Hij spreekt is betrouwbaar, u kunt er staat op maken. Hij heeft Zijn getuigenis bezegeld met Zijn eigen bloed.

Want Hij is ook Priester Hij heeft het offer van Zijn leven gebracht. Maar de dood kon Hem niet houden. Vandaar dat Hij Zich bekend maakt als de Eerstgeborene uit de doden. Er is nog nooit iemand teruggekomen, zeggen de mensen soms. Maar Hij is teruggekomen aan de andere kant van de dood. Hij is de Eerstgeborene. De Eerste Die de dood moest loslaten. En door Zijn opstandingskracht roept Hij dode zondaren tot het leven. Want als Hij de Eerstgeborene is, dan volgen er nog veel meer.

Indien de Geest van Hem Die Jezus uit de doden heeft opgewekt in u woont, zo zal Hij Die Christus uit de doden heeft opgewekt, ook uw sterfehjke hchamen levendmaken door Zijn Geest Die in u woont.

En dan tenslotte: de Overste van de koningen der aarde. Daar hebben we Zijn derde. Zijn koninkhjk ambt. Ziet, een Koning zal regeren in gerechtigheid. Hem is gegeven alle macht in hemel en op aarde. Hij moet als Koning heersen tot Hij alle vijanden onder Zijn voeten zal hebben gelegd. Hebt u al voor Hem geknield? Hem uitgeroepen tot Koning over uw leven? Niemand heeft er ooit spijt van gehad, deze Koning te hebben gediend. Al Zijn onderdanen zingen van harte: zo moet de Koning eeuwig leven.

We kregen de groeten van de Drieënige God. Van Hem Die is en Die was en Die komt. Van de zeven Geesten voor de troon. En van Jezus Christus, de Profeet, Priester en Koning. Maar een groet moet beantwoord worden. Stel je voor, dat ons genade en vrede zouden worden verkondigd, en we zouden doen alsof we niets gehoord hadden... U weet niet wat u terug moet zeggen? Dat wil de Heihge Geest u leren.

O Geest, geleid ons tot de Zoon. Breng ons, o Heer, voor 's Vaders troon, Schenk ons de Geest, o Vader. Bij d' overzaal'ge wenteling In deze Goddelijke kring Koom' 't hart u immer nader

Totdat w' ontheven van dit stof Uitgalmen in uw hemelhof Met al Uw dienaars samen: De zeven Geesten voor de troon Zij met de Vader en de Zoon Lof en aanbidding. Amen.

Bergambacht

W. van Gorsel

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 juni 2000

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's

Een groet uit de hemel

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 juni 2000

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's