Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Pasen in 1 Korinthe 15 (1)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Pasen in 1 Korinthe 15 (1)

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Meditatie

W.Chr. Hovius, Apeldoorn

Preken en geloven, in veelheid, verscheidenheid en eenheid

Hetzij dan ik, hetzij zijUeden, alzo prediken wij en alzo hebt gij geloofd. 1 Kor. 15: 11

Wanneer we enige keren samen mogen nadenken over het feest en de boodschap van Pasen in 1 Korinthe 15, dan is opvallend dat de apostel Paulus eigenlijk vrij plotseling de opstanding aan de orde stelt. In de voorafgaande hoofdstukken schreef hij over geheel andere zaken. Mogelijk is hem gebleken uit ontmoetingen of door correspondentie dat het hart van het Evangelie werd aangetast, soms moedwillig soms zelfs in een zekere argeloosheid. Paulus laat dat niet maar begaan. Hartstochtelijk en onstuimig verdedigt hij de kern van de bijbelse bood­ schap dat Jezus lichamelijk is opgestaan en leeft. In onze tekst doet hij dat door te wijzen op de prediking van en het geloof in de opstanding en de Opgestane Zelf.

1. De veelheid van de getuigen

Hoe meer getuigen er van een gebeuren of van een feit zijn hoe vaster en betrouwbaarder is het geloof erin.

Nadat de apostel Pasen ter sprake heeft gebracht als ook naar de Schriften geschied wijst hij op de vele getuigen. Want als het erom gaat dat Pasen 'bewezen' moet kunnen worden, wel, dan moeten de getuigen er maar bij gehaald worden.

Welgeteld zij er van de levende Heiland tien verschijningen vermeld. Ver over de vijfhonderd gelovigen hebben Hem levend gezien. Wat een geweldige hoeveelheid ooggetuigen van Pasen zijn er! Maar de apostel brengt onder de getuigen vooral de officiële vertegenwoordigers van de moedergemeente in Jeruzalem voor het voetlicht. Dat waren mannen van naam en gezag die er niet van verdacht konden worden maar praatjes op te hangen. En zij die Hem aanschouwd hebben gaven door wat God in Christus gedaan heeft en steeds weer kwamen daardoor mensen tot het geloof. En Paulus bindt de gelovigen in Korinthe op het hart dat zijn prediking geheel en al overeenstemt met de Paasboodschap van de allereerste en voornaamste getuigen van de opstandmg. Hij staat met hen m een rij en op één lijn: 'hetzij dan ik, hetzij zij lieden, alzo prediken wij'!

Wanneer voor het gerecht en waar dan ook 'in de mond van twee of drie getuigen alle woord bestaat', wel dan is Pasen toch een onloochenbaar feit vanwege de veelheid van de getuigen.

Bent u, ben jij ook een geloofsgetuige? Zeker, wij kunnen niet in directe zin ooggetuigen van de opstanding heten, want wij waren er lang nog niet toen de Heiland verrees. Maar dan kunnen we toch levende getuigen zijn, die geestelijk uit onze dood opgewekt, levend gemaakt met en door Hem, krachtig getuigen van de waarheid van Pasen. Hebben ook wij het bij ondervinding dat Jezus leeft?

Een eenvoudige christin antwoordde op de roep 'God is dood': 'hé, dat is vreemd, ik heb zojuist nog met Hem gesproken'! Toen er verbaasd haar aanzagen vertelde zij eenvoudig hoe de levende Heiland ook Zich aan haar had geopenbaard en wat Hij voor haar betekende. Eén uit de kring van omstanders werd door haar getuigenis gegrepen! Heerlijk wonder van genade wanneer ook wij onder de vele getuigen een plekje hebben gekregen.

2. De verscheidenheid van de getuigen

Hetzij dan ik, hetzij zij lieden, ... Hoe groot is de verscheidenheid onder de Paasgetuigen. Meteen al bij het begin werd dat duidelijk. De opgestane Levensvorst verscheen vele malen maar ook op veel verschillende manieren. En Paulus zelf spreekt over het onderscheid tussen de andere apostelen en zichzelf in de plaats die wordt ingenomen in de Kerk en in wat verricht werd aan arbeid. Er is ook grote verscheidenheid onder de gelovigen, niet alleen in huidskleur, cultuur en afkomst maar ook in de toeleiding tot het geloof en in karaktereigenschappen. Wijlen ds G. Boer zei eens 'al Gods kinderen gaan over een verschillend spoor maar zij passeren dezelfde knooppunten'. Er zijn onder de ware gelovigen mensen die heel leerstellig zijn ingesteld, anderen wat meer mystiek, en weer anderen sterk diaconaal ingesteld. Dat de Koning van Pasen een zo grote verscheidenheid toont onder de instrumenten waarvan Hij Zich bedient is bepaald niet bedreigend voor de boodschap! De orde van de genade vertoont grote overeenkomst met die van de natuur. Eén en Dezelfde is Heere over beide.

Wat kunnen we in het voorjaar, rond Pasen, niet zoveel grassoorten en bloemen en planten zien uitlopen en in bloei staan. Wat doet dat feestelijk aan! Wel, zou het anders in de gemeente van de Heere Jezus zijn in de kring van Zijn volgelingen en getuigen? En wat is het rijk wanneer Gods kinderen elkaar aanvullen en bijvallen in plaats van zich tegen elkaar te keren en elkaar afvallen.

De apostel legt er nadruk op dat in alle verscheidenheid door hem zelf en door de anderen gepredikt wordt. Hij bezigt daarbij het woord 'als een heraut uitroepen'. Ze gaan voor de Koning als verkondigers uit. En die Paasprediking is er nog steeds, die gaat door, ook wanneer deze brief in de gemeente van Korinthe wordt (voor)gelezen. Niet voor niets bezigt Paulus in het werkwoord de tegenwoordige tijd. En wij mogen zeggen dat deze verkondiging tot op vandaag ook onder ons plaatsvindt door verscheidene boodschappers.

Laten we ons hoeden voor eenzijdigheden, in de prediking en in onze beoordelingen. Vergelijken we in de gemeenten maar nooit de dienaren met die hem voorafgingen. Vaak zijn we dan onbillijk. Hebben we oog voor de veelkleurigheid die de Heere aanbrengt in de gemeente onder Zijn kinderen en Zijn dienaren? Een Paulus was anders dan een Petrus, een Johannes dan een Thomas. Zo is er ook verscheidenheid van gaven en van bedieningen. Kunnen en mogen we van elkaar niet veeleer en veel meer leren als we leerjongeren van Christus mogen zijn dan dat we elkaar beconcurreren? 3. De eenheid van de getuigen

Niet alleen de veelheid en de verscheidenheid van de getuigen noemt en tekent Paulus maar het gaat hem juist ook om de andere kant van de zaak. Er heerst immers in de veelheid en de verscheidenheid bij God geen wanorde! Zij staan, om zo te zeggen allen in een gelid en ze maken deel uit van een kring.

Ik las de opmerking 'bij de (estafette-) loop van de Paasprediking is er maar één fakkel, één toorts, die steeds wordt doorgegeven' !

Wie aan de werkelijkheid van de opstanding gaat tomen en wrikken die raakt het hart van het evangelie en is eigenlijk bezig alles ongedaan te maken wat God in Zijn Zoon door de kracht van de Heilige Geest gedaan heeft! Er is nu eenmaal een kern, een substantie, een centrum van het evangelie waarmee alles staat of valt. En daarin zijn allen die van en rondom de levende Heiland zijn bij alle verscheidenheid een. Dat is het historisch heilsfeit van Pasen.

Daarom schrijft de apostel 'hetzij dan ik, hetzij zij lieden'..., met andere woorden: 'het doet er eigenlijk helemaal niet toe wie het doet en zoals het gedaan wordt' als maar het ene fundament in de prediking gelegd wordt van Jezus Christus, en Die gekruisigd en opgestaan. God brengt door de eeuwen heen en tot op vandaag toe mensen met Zich als de levende God en met Zijn grote daden die Hij gedaan heeft in Christus in aanraking en levende gemeenschap door middel van de prediking van de apostelen en hun opvolgers. Er is een gemeenschappelijk getuigenis dat niet verandert.

En daardoor komen mensen tot het geloof. Opvallend is dat, bij het woord 'prediken' de apostel de tegenwoordige tijd bezigt en bij het woord 'geloven' de aoristus. Eens en voorgoed wordt geloofd, wordt men tot het ware geloof gebracht. En de inhoud van dat geloof is geen andere dan die van de prediking. Zo prediken wij en zo zijt ge tot geloof gekomen. En die met het ware geloof begiftigd worden door de Heilige Geest via de prediking laten zich, gewillig gemaakt, funderen op de onwankelbare grondslag van Christus en Zijn volbracht werk in kruis en opstanding.

Hoe machtig straalt de eenheid van prediking en geloof door in dit Paasgetuigenis van de heidenapostel. Wat wordt deze eenheid ervaren onder Gods kinderen vanuit soms heel verschillende kerken. Wie zich blind staart op de instrumenten waarvan de Koning der Kerk Zich bedient, op voorgangers en kerken, komt onherroepelijk tot partijschap. Dan is er geen rijke verscheidenheid maar jammerlijke verdeeldheid. Maar wie het om de ware God en om die ene Heiland gaat kent zelfs gemeenschap met de in tijd zo ver van ons verwijderde apostelen die wortelt in de gemeenschap met de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. En nu al wordt ervaren dat de Heere zijn volk 'enerlei weg, enerlei hart en enerlei spraak geeft'. Er is maar één prediking en er is maar één geloof. Daardoor en daarin wordt verstaan wat Pasen betekent en schenkt: veelheid, verscheidenheid en eenheid, in en dankzij Hem, Die dood geweest is en weer levend is geworden en leeft tot in alle eeuwigheid. Hem zij de heerlijkheid en de eer en de kracht!

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 mei 2001

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's

Pasen in 1 Korinthe 15 (1)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 mei 2001

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's