Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een trieste afloop

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een trieste afloop

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

MEDITATIE

door J.C. Schuurman, Ridderkerk

Een veelbelovende eredienst

EH zij werden allen in de synagoge met toom vervuld, als zij dit hoorden. En opstaande wierpen zij Hem uit, buiten de stad, en leidden Hem op de top van de berg, waarop hun stad gebouwd was, om Hem van de steilte af te werpen. Maar Hij, door het midden van hen doorgegaan zijnde, ging weg. Lukas 4 : 28-30

WAT had het een goede eredienst kunnen worden in de synagoge van Nazareth. Jezus Zelf als voorganger! De Schriften zijn door Hem geopend en verklaard. Uit Zijn mond heeft Jesaja 61 geklonken als nooit tevoren. De eeuwenoude profetie is in Hem, de Gezalfde des Heeren, vlees en bloed geworden. Maar helaas wordt er door de inwoners van Nazareth afwijzend gereageerd. Dat is teleursteUend.Vooral voor Jezus Zelf. Bij het lezen van deze geschiedenis lijkt het aanvankelijk mee te vallen in Nazareth. Immers - in vers 22 schrijft Lukas dat zij Hem allen getuigenis gaven, en zich verwonderden over Zijn aan­ gename woorden. Dat lijkt veelbelovend. Alsof ze Jezus'boodschap zo aangenaam vinden. Ja maar, dat staat er niet.We kunnen beter vertalen datjezus "woorden van genade" spreekt (een vertaling die ook in de kanttekeningen van de Statenvertaling wordt genoemd). En dat zijn het inderdaad: woorden van genade. We hebben dat vorige week gezien. De profetie van Jesaja is één machtig getuigenis dat de Heere een genadig God is. En wat is het ook Jezus' diepste verlangen om zondaren te redden. Maar Hij kan Zijn genade in Nazareth niet kwijt. De synagogebezoekers komen niet verder dan verbazing.

Er is geen echte verwondering over Gods goedheid. Ze zijn meer verbaasd dat iemand bij hen uit het dorp, bij hen uit het stadje, zo'n hoge pretentie heeft. "Is deze niet de Zoon van Jozef? " zeggen ze tegen elkaar. "Wat verbeeldt Hij Zich wel! Hij, door God gezonden? Kom nou!" Het geroezemoes in de synagoge neemt toe. Er broeit een negatieve geest.

Daar komt nog iets bij. Ze zijn teleurgesteld omdat ze iets anders van Jezus hadden verwacht. Ze hadden gehoopt dat Hij wonderen zou doen zoals in de omliggende plaatsen. Nu is Nazareth aan de beurt. Ze zijn uit op sensatie, op bijzondere tekenen zoals Jezus die met name in Kapernaüm heeft verricht. Maar er is ondertussen geen behoefte aan Jezus Zélf als Zaligmaker. Weet u wat er in Nazareth ontbreekt? In één woord: geloof. Oprecht geloof in Christus. En ook honger naar het evangelie. Dat kunnen we duidelijk lezen bij Markus die schrijft dat Jezus Zich heeft verwonderd over hun ongeloof (Mark. 6:6). Zijn eigen plaatsgenoten verwerpen Hem als de Messias. En dan noteert Markus zo heel aangrijpend dat Jezus vanwege hun ongeloof geen krachten kan doen. De Heere staat voor een muur in de synagoge waar Hij als kind en jongere zoveel jaren gezeten heeft. Zijn werk wordt door het ongeloof geblokkeerd. En dat is nog altijd het geval. Ongeloof is voor Jezus een grote belemmering. Volgens Calvijn sluit ons ongeloof de toegang voor God af. Horen we hoe ernstig het ongeloof is?

Hoe leven wij onder het Woord? Gelovig of ongelovig? Met een ontvankelijk hart? Of zijn we bezig om ons innerlijk af te sluiten voor de Heere? Dat maakt een groot verschil. Ongeloof houdt de zegen tegen! Ongeloof doet ons geërgerd reageren op het evangelie van Gods genade. Daar worden we vanuit deze geschiedenis indringend bij bepaald. Hier tekent de verwerping van Christus zich al af. En dat juist door Zijn eigen mensen. Zelfs Zijn eigen broers hebben aanvankelijk niet in Hem geloofd. Hij is gekomen tot het Zijne, en de Zijnen hebben Hem niet aangenomen (Joh. 1 : 11). De dienst was zo veelbelovend begonnen. Bij wijze van spreken: Jezus Zelf op de kansel. Een reeks beloftewoorden vol genade. Een bijzonder rijke verkondiging. Geestelijk voedsel in overvloed. Maar de afloop is uiterst triest. In de tekst komt het verzet in alle hevigheid openbaar. Allen in de synagoge worden vervuld met toorn terwijl ze naar Jezus luisteren. Hier komt het verzet tegen Christus openbaar. Komende zondag begint de lijdenstijd 2004. In Lukas 4 ontwaren we al de contouren van Jezus' lijden, doordat een veelbelovende eredienst een verdrietige wending neemt.

In korte tijd gebeurt ontzaglijk veel. Alle bezoekers van de synagoge staan op. Ze werken de Heere Jezus naar buiten en nemen Hem mee naar een helling, net buiten de stad, met de bedoeling om Hem de diepte in te werpen. We moeten dat voor ons zien. Hij nadert de rand. Om Hem heen opgewonden mensen, leeftijdsgenoten met wie Hij op school heeft gezeten. Anderen die Hij van jongs af aan kent. Jezus' leven loopt gevaar! Nog een enkele duw, en Hij maakt een dodelijke, fatale val. En dan gebeurt er een wonder. Nazareth wil zo graag tekenen en wonderen zien zoals in Kapernaüm. Nu, ze krijgen een teken. Maar wel anders dan ze zelf willen. Tóch een teken van Jezus'macht. Opeens keert Hij Zich om.Vol majesteit. En we zien Hem dwars tegen de massa in teruglopen. Wordt Hij dan niet tegengehouden? Nee, dat kunnen ze niet. Er gaat zó'n enorme overmacht van Hem uit, dat de mensen als vanzelf wijken, of ze willen of niet. Ze kunnen niet anders. Ze worden door een onzichtbare kracht opzij geduwd, en er ontstaat een pad tussen de mensen door. Jezus daalt ongehinderd van de helling af om vervolgens Nazareth te verlaten. Als Overwinnaar! Moet u Hem zien gaan! Wat is Hij machtig! Geen mens die Hem nog kan tegenhouden. Hij heeft iets koninklijks. Hier zien we al dat Hem alle macht gegeven is.

Zijn ure is nog niet gekomen. Hij zal inderdaad door Zijn eigen volk de dood in worden gedreven. Maar niet déze dood. Daar mogen we wel heel verwonderd over zijn.

Hij zal straks een andere, ja de kruisdood sterven. Ook dan zal Hij worden uitgeworpen, buiten de stad. In zekere zin lijkt het gebeuren in Nazareth op het lijden straks in Jeruzalem. Het is er een voorspel van. Jezus heeft hier al geproefd hoe Hij vérworpen zal worden. Om de meest verschrikkelijke dood te sterven.

De Catechismus vraagt of de kruisdood een eigen betekenis heeft. Nou en of. Het is een vervloekte dood. Hier in Nazareth komt de toorn van mensen op Hem af. Maar... straks op Golgotha komt daar de toorn van God nog bij. Hier laten mensen Hem vallen, maar aan het kruis laat Zijn hemelse Vader Hem vallen. Dat maakt het lijden zo onnoemelijk zwaar. En het grootste wonder is dat Christus Zich op Golgotha niet heeft omgekeerd zoals op de berg bij Nazareth. Nee, Hij heeft Zich vrijwillig laten kruisigen, om de schuld van Zijn Kerk te verzoenen. Daarom is het maar heel gelukkig datjezus Zich niet van de steilte heeft laten werpen in Nazareth. Anders was de vloek van de zonde niet weggenomen en was er geen verlossing geweest. Dan zou de profetie van Jesaja niet vervuld zijn. Dan was er geen evangelie voor armen. En dan was er ook geen genezing voor gebrokenen van hart. En voor blinden was er geen uitkomst. Dan zou het jaar van Gods welbehagen nooit zijn aangebroken. Dan zouden we zonder meer zijn overgeleverd aan de eeuwige ondergang.

In gedachten zie ik de Heere Jezus Nazareth verlaten. Lukas schrijft in vers 30 zo aangrijpend dat Hij weg ging. Dat is wat! Als Jezus weg gaat, en dan op deze wijze! Maar Hij trekt verder. Eerst nog door Galilea. En straks naar Judea. Op weg naar Golgotha. Hebben we Hem nodig? Om die vraag kunnen we niet heen. Er is ons in Nazareth een aangrijpende spiegel voorgehouden. Zo kan het gaan. Nog altijd. Omdat ergernis en ongeloof het winnen. En laten we dat niet normaal vinden. Wij kunnen aan het ongeloof gewend raken. Maar de Heere went er nooit aan. Ik schreef al dat Jezus Zich volgens Markus over het ongeloof van Nazareth heeft verwonderd! Terwijl Hij ZijnVaderstad verliet, dacht Hij: "hoe is het mogelijk, dat ze Mij verwerpen, terwijl Ik het beste met hen voor heb!" Christus liep bij wijze van spreken hoofdschuddend weg.

Als we de eredienst in Nazareth vergelijken met onze kerkdiensten, is er het nodige onderscheid. Onze diensten verlopen doorgaans ongestoord. Zo noemen we dat. In de consistorie wordt er dikwijls voor gedankt dat alles in goede orde en ongestoord mocht plaatsvinden! Wat een verschil met Nazareth waar een woedende gemeente de Voorganger (met een hoofdletter) molesteerde. Zo behandelen wij onze voorgangers niet. Maar de vraag is wel wat er tijdens kerkdiensten in stilte met ons gebeurt? Moet de Heere Zich ook over ons ongeloof verwonderen? Zodat Hij ons, als we 's zondags de kerk verlaten, als het ware vanuit de hemel nakijkt en denkt: "hoe is het mogelijk! Weer niet gebogen! Nu heeft die jongen, dat meisje, die man, die vrouw voor de zoveelste keer de boodschap naast zich neergelegd, alsof ze niks gehoord hebben." Wat zou dat erg zijn. Hoe we het wenden of keren - er wordt altijd op het evangelie gereageerd. Ook géén reactie is tóch een reactie. En God weet wat er in ons hart leeft. Of we ons verzetten of zelfs verharden onder de verkondiging, of... dat we Zijn heil- en troostrijk woord geloven. Dat kan gelukkig ook. Al is het misschien vol aanvechting. "Ik geloof Heere, maar kom mijn ongelovigheid te hulp." Maar we laten ons wel leiden. Als arme zondaren die het volledig van Gods genade moeten hebben. En als gebrokenen van hart die zich tot Hem om genezing wenden. En als gevangenen die snakken naar bevrijding. En als blinden die maar één verlangen kennen: "dat ik ziende mag worden, Heere!"

Was dat maar de reactie van Nazareth geweest. Dan was er geen sprake geweest van een trieste afloop maar van een zegenrijke vrucht. Want wie met zijn nood tot Jezus vlucht, ootmoedig en gelovig, wordt niet afgewezen. Dan zullen we ervaren dat Hij inderdaad de Gezalfde des Heeren is van Wie Jesaja profeteerde. De Zaligmaker voor Wie geen nood té groot is.VoorWie geen mens té arm is.VoorWie geen hart té gebroken is. VoorWie niemand té gebonden ofte blind is. Gelukkig, ja zalig wie met overgave onder het Woord zit. Die wordt van zondag tot zondag gezegend. En die mag onderweg zijn naar het Koninkrijk van God dat komt, om eenmaal voorgoed Thuis te komen bij God en het Lam dat Zijn bloed op Golgotha heeft gegeven.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 februari 2004

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's

Een trieste afloop

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 februari 2004

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's