Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

DE LENTEKOE.

V.

Een zeer vroolijk feest is ook het Maanfeest. Men gelooft namelijk in China, dat de maan den menschen bijzonder veel zegen brengt. Al weken te voren, wordt eiken avond in de straten vuurwerk afgestoken, iets waar de Chineezen trouwens altijd heel veel van houden. Kinderen trekken met hun bonte lantaarns rond, en de zoogenaamde maankoeken worden gebakken. Deze koeken worden op den avond van het eigenlijke feest, als de maan helder schijnt, met allerlei vruchten en lekkernijen op tafeltjes voor de huisdeuren gezet, waarna de bewoner des huizes en zijn gezin nederknielen. Hij brandt wierookkaaörsen, buigt negenmaal diep voor de maan, en betuigt zoo den eerbied dien hij en de zijnen voor haar hebben. Evenwel moet de maan tevreden wezen m.et den aanblik en de geur der vruchten en koeken. Ouders en kinderen eten samen alles smakelijk op.

Maar niet alleen aan hun goden offeren en rooken de Chineezen, zij doen het ook aan de zielen der gestorvenen. Die afgoderij met de dooden oefent grooten invloed op het openbare l leven in China. Ook hebben de priesters er een schoone gelegenheid door om het bijgeloovige en misleide volk uit te zuigen.

De Chineezen meenen in hun blindheid, dat het leven der gestorvenen in het doodenrijk, waar alle zielen naar toe gaan, volkomen gelijkt op het leven hier op aarde, wel te verstaan, het leven in het Chineesche rijk. Wat de mensch hier behoett, dat heeft hij, zoo denkt men, ook noodig in de onderwereld. Is nu iemand gestorven, dan wordt hém dadelijk alleriei, dat hij hier zoo gebruikte, b. v. kleeren, een bed enz, nagezonden in het doodenrijk. Alles echter wat in de onderwereld zal aankomen, moet eerst onzichtbaar gemaakt worden, en dit geschiedt door het te verbranden. Natuurlijk heeft men daarginds ook, en vooral geld noodig. Om dit den dooden te brengen, neemt men papierengeld, 't Zijn echter geen banknooten, maar nagemaakt geld, dat uit een verfoeliede stof bestaat, die juist voor dat doel bereid wordt. Men zoekt zooveel mogelijk van dit geld bijeen te krijgen, verbrandt het dan, en de zaak is in orde.

Dat men zoo goed zorg draagt het geld niet te vergeten, heeft een bijzondere reden. Want al had ook de doode alle kleederen en al wat hem verder dienen kon meegekregen, toch heelt hij in het doodenrijk een som gelds bepaald zeer noodig. De Chineezen meenen namelijk dat iemand in de onderwereld gekomen, dadelijk voor het doodengericht wordt gebracht. Dan wordt hij onderzocht, en 't zou heel best kunnen gebeuren dat de rechters een hard vonnis over hem uitspraken, hem zware straffen oplegden. Maar heeft zulk een ziel nu maar geld, dan is er wel raad. Zij geeft dan wat aan de politie in de onderwereld en nogwat meer aan de rechters, en die doen dan allen een oogje dicht, zoodat men er voor het gerecht makkelijk afkomt.

De bloedverwanten en vrienden op aarde dóen zelf ook hun best om den doode uit de moeite te helpen. Ze geven hem namelijk veel betere kleeren en andere zaken mee dan hij ooit op aarde gedragen of gebruikt heeft. Want, zoo denkt men, nu zullen de politiedienaren en gevangenbewaarders in de onderwereld den gestorvene veel genadiger behandelen dan wanneer hij in armoedige kleeding en met weinig moois verscheen. Immers uit die mooie kleeren zal de onderwereldsche politie begrijpen, dat zoo iemand ook een welgevulde beurs heeft, en een goede behandeling goed zal beloonen, wat een arm mensch niet kan doen.

Gij ziet wel, van recht en billijkheid is zelfs in dit doodenrijk geen sprake. Een schrijver zegt dan ook hierover: > De Chineezen brengen de toestanden van hun eigen land op die van de onderwereld over en meenen dat de ambtenaren, met welke de zielen van het doodengericht te doen krijgen, evenzeer zijn om te koopen als die van hun eigen gerechtshoven."

't Is echter begrijpelijk, dat de blinde heidenen zooveel moeite doen om hun vrienden uit het doodengericht te helpen zooveel zij kunnen. Dit gericht heeft, zoo zeggen zij, een voorzitter, den koning der onderwereld. Verklaart nu die koning iemand onwaardig voor het Paradijs, dan wordt zulk een al naarmate zijn schuld groot is, aan allerlei straffen en kwellingen onderworpen.

Vaak zijn het zware gevangenisstraffen, welke de geesten daar ginds moeten ondergaan. Meestal echter moeten zij om boete te doen, weder terug naar de aarde om daar verder te leven, doch nu niet als menschen maar als dieren. Is dit laatste vonnis over iemand uitgesproken, dan wordt zijn lichaam, ineen daartoe vervaardigd werktuig, in stukken gebroken, en daarna veranderd in een vogel, een kreeft, een varken of eenig ander beest. De ziel wordt dan in dat dier gebannen, om zoo haar leven voort te zetten. Past nu zulk een gebannene als dier goed op, dan mag hij allengs overgaan in hooger staande dieren, b.v. van een varken in een paard, en eindelijk wordt hij dan weer mensch. Is hij dit nu eenmaal, dan natuurlijk staat hem ook weer de weg open, om door goede daden het Paradijs te verdienen; van zaligheid uit genade weten de Chineezen niets. Gaat echter de ziel ook in een kreeft of een aap voort met zondigen, dan kan zij steeds zwaarder worden gestraft en in al lager staande dieren gebannen worden, 't Is dus mogelijk, volgens de Chineezen, dat muggen rondvliegen en katten en honden voortloopen met de zielen van gestorven menschen er in. Welk een zotte leer! En toch, niet alleen bij de Chineezen maar bij vele andere heidenen ook, treft men dit dwaze geloof aan,

AAN VRAGERS.

Een volgende vraag van onzen lezer L. v. V. is, waarom men zegt: »een heet hangijzer".

Er zijn een aantal namen en voorwerpen die langzamerhand als niet meer noodig buiten gebruik raken, b. v. snuiter^ zuinigje^ pennetnes., tonderdoos enz. Zoo ook hangijzer en treeft. Deze twee voorwerpen dienden en dienen nog wel om daarop een koekepan of iets dergelijks te zetten, waarin boven een vuur iets gebakken of gebraden wordt. De pan rust dan op zulk een hangijzer, dat zelf in de schoorsteen zijn steunpunt heeft. Zulk een ijzer wordt natuurlijk heet, en wie 't onvoorzichtig aanpakt brandt zich, 't Is dus heel begrijpelijk dat men met »een heet hangijzer" bedoelt: een lastig geval, dat moeilijk te behandelen is.

P. M. K. te R. Om deze moeilijkheid op te lossen, zouden we ten eerste veel meer ruimte behoeven dan in dit blad kan worden toegestaan, en ten tweede zeer ver boven het begrip gaan van hen, voor wie de afd. Voor Kinderen toch allereerst is bestemd, al nemen we 't in den regel heel ruim. Doch het is veel beter, wijl uw vraag eigenlijk alleen in een lang betoog en nog beter in een gesprek is op te lossen, dat u een predikant om de uitlegging vraagt, welke deze zeker gaarne zal geven. Uw vraag is zoo redelijk, dat niemand u bescheid zal weigeren.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 5 september 1897

De Heraut | 2 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 5 september 1897

De Heraut | 2 Pagina's