Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Eerlijk ?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Eerlijk ?

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Tijdens de jongste verkiezingen voor de Staten-Generaal had men van alle zijden de kiezers, die tot de Ned, Hervormde kerk behooren, tegen Dr. Kuyper in het harnas gejaagd, als bezielde hem geen andere toeleg, dan om deze kerk en alwat met deze kerk samenhing te verderven.

Dit gaf Dr. Kuyper aanleiding tot het publiceeren van deze korte, ter zake dienende verldaring:

De ondergeteekende, van onderscheidene kanten vernomen hebbende, dat vele Antirevolutionaire kiezers, die tot de Ned, Hervormde kerk behooren, beducht zijn gemaakt, als zou de overwinning der Antirevolutionaire partij uitloopen op schade voor de Ned. Hervormde kerk, gevoelt zich gedrongen desaangaaude het navolgende te verklaren:

i". dat hij een beslist tegenstander is van de scheiding van Godsdienst en Staatsrecht. De souvereiniteit van God Almachtig moet naar zijn vaste overtuiging ook in het staatsrecht erkend, gehuldigd en geëerbiedigd worden.

2". dat hij evenzoo een beslist tegenstander is van de scheiding van kerk en staat-, gelijk de Liberale partij die wel bepleit, maar zelve niet aandurft, en dat hij daarentegen steeds, evenals Groen van Prinsterer, het publiekrechtelijk karakter der kerk van Christus verdedigd heeft.

3". dat hij met de geheele Antirevolutionaire partij daarentegen steeds aandrong, en aandringen blijft, op herstel van de geldelijke zelfstandigheid der kerk, en uit dien hoofde het beginsel voorstaat, om de gelden, die aan de kerken toebehooren, niet langer onder het beheer van den Staat te laten, maar onder het beheer der kerken zelve te brengen. Art. 20 is door hem dan ook steeds zóó uitgelegd, dat alle kerken, wat zij nu uit de Rijkskas trekken, behouden zouden, maar dan in vast kapitaal.

4°. dat hij zelf geadviseerd heeft, om in de eerstkomende vierjarige periode deze kerkelijke quaestie te laten rusten, en ze niet aan de orde te stellen.

S". dat hij, afgezien van de politiek, als Godgeleerde, als Canonicus, en als Belijder van den Christus, aan de Ned. Hervormde kerk geen anderen eisch stelt, dan dat zij voor het gezag der Heilige Schrift weer buige, en terngkeere tot de Belijdenis der vader en., gdijk die met het bloed onzer martelaren bezegeld is.

60. dat hij, en met hem aUe Gereformeerden, zoodra dit zal geschied zijn, met dankbare vreugde weer met alle broederen, de aloude eenheid van de kerk onzer vaderen in dezen lande zal helpen herstellen;

en 70. dat hij, zoolang dit uitblijft, zeer zeker in verzet komt tegen al wal in de Ned, Herv, kerk den Christus verloochent en tegen God en Zijn Woord wederpartij dig is, maar op prijs stelt, waardeert en liefheeft, al wat in die kerk uit God geboren is en gelijkvormigheid vertoont met den Beelde zijns Zoons.

Na welke verklaring hij zich de vraag veroorlooft, of hierop niet ieder Christen met hem cL en amen zegt.

De lezers van de Heraut zullen na lezing van deze verklaring, niet anders kunnen getuigen, dan dat hier kortelijk krek hetzelfde standpunt geresumeerd was, dat sinds 1878 steeds ten opzichte van de Neder. Herv. kerk door ons was ingenomen.

Nooit schreven we in een anderen geest.

Steeds straalde dit ons bedoelen in al onze artikelen uit.

Met het oog op bewering van het tegendeel veroorloofden we ons dan ook in ons nummer van 27 Juni aan de redactie van het Gron. Volksblad deze vraag voor te leggen:

Toch willen we haar daarom te woord staan, en haar afvragen: Of dan de Ned, Herv. Kerk en het Synodale Genootschap eensluidende begrippen zijn ?

Zou ze deze vraag nu eens pertinent willen beantwoorden ?

Zegt ze nu : /a, dan sta hier als tweede vraag: Of de Nederlandsche Hervormde kerk dan pas in 1816 geboren is? En zoo niet, ot haar dan vóór 1816 iets van een Synodaal Genootschap bekend is ?

Haar eigen conclusie zal dan ook moeielijk een andere kunnen wezen dan deze: De Ned, Herv. kerk heeft bijna twee en een halve eeuw bestaan zonder een Synodale organisatie, en die Synodale organisatie is haar pas voor ruim 80 aren opgelegd.

Aan deze conclusie toegekomen, vragen we haar dan al verder: Wat hebt gij lief, waarvoor strijdt gij ?

Voor de Ned. Herv. kerk, of voor die Synodale organisatie ?

Aan haar de keuze.

Laat ze zich rond en open uitspreken.

En dan zal ze wel moeten concludeeren: Wat ons lief is, en hetgeen waarvoor we strijden is de kerk der vaderen, en niet de Synodale organisatie van Minister Van Manen.

Uitnemend!

Maar waaraan werd nu die kerk der vaderen gekend, alvorens die Synodale organisatie haar werd opgelegd ?

En ook c!an is geen tweeërlei antwoord mogelijk. , i

De stukken wijzen het uit.

Die kerk werd gekend aan haar Belijdenis, aan haar Catechismus, aan haar Dordtsche regelen, aan haa? ' Kerkenordening.

Én nu verder: Stelt Dr. K. zich hiertegen, of heelt hij niet nu reeds dertig jaren rusteloos juist voor alle deze echte kenteekenen van de kerk onzer vaderen gestreden ?

En dit nu zoo zijnde, zoo sta hier als slotvraag : Kan de redactie van het Gron. Volkabl, staande houden, dat de Synodale organisatie in de Ned. Herv. kerk de souvereiniteit van Christus over zijn kerk in deze kerk tot haar recht doet komen ?

Dit was wel zoo in de Belijdenis, in den Catechismus, en in de Kerkordening van de kerk der vaderen.

Maar dit is niet alzoo in de Synodale organisatie.

Die Synodale organisatie heeft de koninklijke souvereiniteit van Christus in deze kerk op zij ezet en verdrongen.

En waar nu dtie. gegevens vaststaan, welke tegenstrijdigheid is er dan in, dat Dr, K, tweeërlei etuigt:

Ter eene zijde, dat wie aan deze Synodale organisatie gehoorzaamheid en trouw belooft, te ort doet aan de rechten die aan Christus' oninklijk sou/erein gezag over elke kerk toeomen.

En nochtans ter andere zijde, dat hij de kerk der vaderen, voor zoover ze nog onder deze Synodale organisatie, haar leven voortzet, op prijs stelt, waardeert en liefheeft.

Hiervan kregen nu de lezers van de Banier en van het Ned. Volksblad niets onder de oogen, dan wat blijkt uit dit citaat, in laatstgenoemd blad te vinden:

Onder het opschrift Banier het volgende: t Eerlijkheid'^ zegt de

sMen zal zich nog herinneren dat Dr, Kuyper voor de algemeene verkiezingen dezes jaars een zevenvoudige verklaring aflegde ten opzichte van zijn goede gezindheid jegens de Ned, Herv. Kerk, Die verklaring moest natuurlijk dienen ter geruststelling van alle Ned, Herv, Kiezers, teneinde hunne stem te winnen voor de Antirevolutionaire candidaten.

Enkelen mogen zich hebben laten winnen, het gros der leden onzer Kerk hebben als kiezers getoond geen vertrouwen te stellen in de verklaring.

Vanwaar dat wantrouwen ?

Op die vraag zullen wij geen antwoord geven ; maar ieder, die den loop der dingen op kerkelijke, school-en politiek terrein met aandacht en belangstelling gevolgd heeft, zal deze vraag, als voor hem overbodig, niet doen.

In het heden ligt ook hier 't verleden.

De geruststellende verklaring dateerde van 7 Juni; dus ongeveer een week vóór de verkiezingen.

De Heraut van 27 Juni, dus het nummer n^ den dag der herstemming, bevatte een stuk, waarin aangetoond, althans betoogd wordt, onder Ned, Herv. Kerk niet hetzelfde te verstaan als Synodale Genootschapskerk,

Opmerkelijk verschijnsel, niet waar ?

Daardoor bleef er van de geheele verklaring zeker niet bijzonder veel over!

Maar enfin, zij had dan toch dienst gedaan voor de beide verkiezingen; ofschoon de toelichting wat laat verscheen, ze kwam toch!

Het bestaande wantrouwen zal er wel niet door verminderd zijn of worden en van de eerlijkheid van den man, die de verklaring aflegde, zal men moeilijk een hoogen dunk kunnen hebben of behouden! W."

Let wel op: de eerste verklaring stond in de Standaard., en werd door alle antirev. organen overgenomen. De tweede werd geplaatst in het kerkelijk weekblad Be Heraut., en geen a.-r. orgaan maakte er melding van.

In de bovengenoemde zevenvoudige verklaring werd zelfs het uitzicht geopend van een terugkeer van dr. Kuyper naar de Herv. Kerk, zoodra deze weder zich plaatste op den grond der Formulieren en naar de inzettingen der ouden liefde. Een krasse verklaring, als men zich herinnert, dat de jsaamsmelting" van Afscheiding en Doleantie ging op accoord van nimmermeer de Herv, Kerk als kerk te zullen erkennen.

Maar een dag nd, de herstemming komt in een Gereformeerd weekblad de toelichting: met de Hervormde kerk is niet bedoeld de Hervormde kerk! Is het vreemd dat men vraagt, of bij Dr, Kuyper dan alle goede trouw in de politiek ten ondergegaan is? En verklaren alle antirevolutionairen zich met ziilk een manier van doen solidair ?

- In minderen graad kan men den weerslag vinden in sommige Gereformeerde weekblaadjes. Met de stemming raasde men wèl tegen Dr, Bronsveld en de Chr, Historischen; overigens was er geen vuütje aan de lucht. Nu kakelt men weer lustig voort over de »synodale genootschapskerk" die de merkteekens draagt der «valsche kerk, " 't Kan weer lijden. Totaal vergeten zijn de Doleerenden, dat zij zelf, door hun uittreding, mede schuld dragen van het voortduren der overheersching in de Herv. Kerk door de Modernen.

Sommige a, - r, bladen jammeren hartbrekend over den tweeden val des heeren Heemskerk, Na de openbaarmaking van Dr. Kuypers > toelichting" in de Heraut moet men zich eerder verwonderen dat hij zooveel stemmen kreeg. Het blijkt voor de zooveelste maal, dat de schuld der scheuring op politiek terrein niet hgt bij Mr. Lohman of Dr, Bronsveld, maar wel degelijk bij Dr. Kuyper en zijn volgelingen. Wie z^ dien man nog op zijn woord geloovcn, casuist als hij is?

Nu laten we de publieke aanranding van iemands karakter, die hierin schuilt, rusten.

En W. uit de Banier, én de schrijver in het Ned. Volksblad zullen ook van deze hun woorden eens rekenschap geven aan Meerder dan wij.

Maar wat we wel vragen willen is, of dit nu eerlijke voorlichting van zijn publiek is.

Beide schrijvers weten toch, dat Mr. Groen van Prinsterer steeds geëischt heeft dat de Kon. Besl. van 1816 en 1852, waarbij de Synodale organisatie is ingesteld, zouden worden ingetrokken, als onwettig genomen.

Zij weten toch, dat vóór 1886 alle Gereiormeerden in de Ned. Herv. kerk het over de noodzakelijkheid, om deze organisatie te vernietigen, eens waren.

Zij weten, dat, om nu slechts één naam te noemen. Dr. Hoedemaker nooit moede is geworden, tegen deze Synodale organisatie te protesteeren.

En onderwijl ze dit weten, , lazen ze in een verklaring van Dr. Kuyper, dat hij aan de Ned. Herv. kerk den eisch bleef stellen, om zich weer te buigen voor het gezag der Schrift, tot de belijdenis onzer vaderen terug te keeren, en alzoo de aloude eenheid van de kerk onzer vaderen te herstellen.

Er werd alzoo in de verklaring zoo duidelijk mogelijk uitgesproken wat steeds als eisch gesteld was.

Toen we nu, op 27 Juni, datzelfde nogmaals uitspraken, door op de tegenstelling tusschen de Synodale organisatie en het lichaam der Ned. Herv. kerken te wijzen, deden we dus niets anders, dan precies hetzelfde in andere woorden formuleeren, en nader toelichten.

En desniettemin hebben deze beide schrijvers den droeven moed, om wie zichzelven alzoo volkomen gelijk bleef, publiekelijk te beschuldigen van politieke oneerlijkheid; en zulks zonder dat ze hun lezers in staat stellen hun onware bewering te controleeren.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 26 september 1897

De Heraut | 4 Pagina's

Eerlijk ?

Bekijk de hele uitgave van zondag 26 september 1897

De Heraut | 4 Pagina's