Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uit de Pers.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit de Pers.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Des lezens overwaard is wat Si Balaka in Holl. Kerkblad over de methode van Zending op Java schreef:

De woorden van Haan zijn volstrekt niet overdreven : »de Europeanen hebben zich stinkende gemaakt in hun oog." Dat neemt natuurlijk niet weg, dat er uitzonderingen zijn. Doch de algemeene verhouding is zooals H. die teekende. En zeer terecht noemde hij dat een groote moeitijkheid voor den arbeid der zending. Want hoe zal de Europeaan, die als zendeling den Inlander wil naderen, hem aan het verstand brengen, dat hij niet komt om zich rijk te maken; hoe zal hij hem aan het verstand brengen, dat hij nietri-A.z.x Java komt om te halen, maar om te geven^ niet om zijn eigen belang maar om dat van den Javaan?

Hij kan het zoo duidelijk zeggen, als maar mogelijk is, de Javaan neemt het natuurlijk niet aan. Hoe zal hij, die toch ook tot het volk der «indringers en overheerschers" behoort, den Javaan aan het verstand brengen, dat hij nu eens niet komt om te heerschen, maar om te dienen? Dat klinkt den Javaan zóó ongeloofelijk in de ooren, dat hij het niet kan aannemen. En daarom, al is die zendeling nog zoo ncderbuigend vriendelijk jegens hem, hij vertrouwt hem niet, hij denkt: er zal wel wat achter zitten, die blanke heeft zijn doel met zijn vriendelijkheid en ik zal oppassen voor hem. Daarom is het uiterst moeilijk voor den Europeeschen zendeling om ingang te vinden bij de Javanen, die nog buiten het Christendom staan. En terecht zei met het oog daarop zendeling Haan: «Door Europ. zendelingen Java te willen bewerken voor het Christendom is naar den mensch gesproken onmogelijk." «Een Europeesch zendeling vermag op Java met het Evangelie schier niets." Haan zag het dan ook zeer goed in dat de zendelingen door Tnlandsche helpers moeten werken. »Deze", schreef hij, «moeten de baanbrekers der zending zijn en kunnen het wezen, omdat zij zonder vooroordeel te wekken, met de Mahomedanen kunnen spreken en zonder argwaan te wekken, het Evangelie kunnen brengen in de huizen en harten van hunne broeders naar het vleesch."

En Haan gaf dit nu niet maar eens als zoo'n idee van hem, zoo'n gedachte, die hij nu eens over de methode van zending op Java wou hebben, om maar te verschillen met anderen.

Neen Haan had over die zaak blijkbaar nagedacht en had de lessen der historie ter harte genomen.

«Ik beroep mij, " zoo spreekt hij dadelijk na de boven aangehaalde woorden, «op de geschiedenis der zending van Java's Oosthoek en de Preanger-Regentschappen en bij name op den arbeid van wijlen Mr. Anthing en de Gereformeerde zending in Bagelen. Uit die geschiedenis toch blijkt dit, dat overal waar deze inlandsche helpers komen, een M-eg voor hen open ligt om het Evangelie te prediken en dat zij in elke desa zielen vinden, begeerig naar het woord, dat van verzoening en genade spreekt."

Ik weet in Java's Oosthoek heeft deheerCoolen door Javanen het Evangelie verbreid en de heer Mr. Anthing deed hetzelfde in de ommelanden van Batavia, gelijk Mevr. Fhilips het deed op Midden-Java. Dat nu door hen wel inlandsche helpers werden gevonden, die aan hun ijver niet de voldoende kennis paarden, is te betreuren en heeft nadeelige gevolgen gehad. Doch daarmee is het stelsel, door Haan aangeprezen, in het minst niet veroordeeld.

Ik ben vast overtuigd, dat dit stelsel het eenige goede is op Java onder de gegeven verhoudingen van blank en bruin. Wel geef ik toe, dat het optreden van miss.artsen mee kan werken om den Europeeschen zendeling vertrouwen te doen krijgen bij de nog buiten het Christendom staanden. Doch al te hoog moet men den invloed van den miss.arts ook weer niet aanslaan, want geloof maar, er zullen er heel wat zijn, die niet ten volle begrijpen, dat die medische hulp hun uit liefde en vanwege de Christenen in Holland toekomt; meer dan een zal denken, dat het van Gouvernementswege is. Ik zeg daarom: ook behalve en naast de medische zending zal toch vooral volgens het stelsel, door Haan bepleit, moeten gearbeid worden in de zending tot stichting van Javaansche kerken. Ik leg op het laatste den nadruk gelijk Haan ook deed. Hij schreef toch immers: «door hen ("de inlandsche helpers) moet de Europeesche zendeling in aanraking komen met de bevolking, om zoodra de tijd daar is, dat deze inlandsche helpers de volle bediening des Woords kunnen erlangen, zich geheel aan haar te onttrekketi" Op die door mij gecursiveerde woorden van Haan moet u vooral letten. Haan wilde niet, dat de Javaansche gemeenten jaar in jaar uit onder den Europeeschen zendeling zouden blijven staan en de helpers slechts in zijn dienst. Neen hij wilde kerkstichting, hij wilde instelling, van de door Christus verordende ambten. De inlandsche helpers moesten ten laatste tot «de volle bediening des Woords" komen en dan moesten de Javaansche kerken geheel op zichzelf, geheel onafhankelijk van den Europeeschen zendeling staan, die zich «geheel moet onttrekken."

Zie dat stelsel, door Haan verdedigd, moet naar mijn bescheiden meening door de Geref. Kerken in haar zendmgsarbeid op Java worden toegepast. Natuurlijk sluit dat stelsel in zich, dat de Geref Kerken dan de opleiding van helpers moeten ter hand gaan nemen. Want, gelijk ik al zei, er zijn zoowel in Oost-als West-en Midden-Java vaak helpers uitgezonden, die, niet of slechts zeer gebrekkig onderwezen zijnde, geen voldende kennis hadden. En zulken, de historie van Midden-Java leert het, kunnen veel schade doen, Doch hiermee ligt het stelsel in het minst niet geoordeeld. De Geref Kerken zullen, als zij dit stelsel aanvaarden, haast vóór alles bedacht moeten zijn op het openen van een goede opleidingsschool voor inlandsche helpers. Voor die school moeten zij dan niet schaars maar zoo ruim mogelijk te werk gaan in het aanstellen van flinke leeraars. De Javaansche jongelingen moeten daar degelijk onderwezen en paedagogisch geleid worden; dat zal den zendingsarbeid ten goede komen. En met Haan zeg ik «zoodra de tijd daar is'' moeten zij die daarvoor geschikt zijn, als Javaansche bedienaren des Woords optreden in zelfstandige Jav. kerken. Geve de Heere, dat het tot heil van Java's bevolking door den arbeid der Geref Zending daartoe kome.

Vooral in verband met het belangrijke werk van Ds. Adriaanse over Sadrach in het licht gezonden, en waarvan de lezing niet genoeg kan worden aanbevolen, dringt zoo steeds meer de vraag op den voorgrond, of de Zendingsvrienden niet te zeer en te lang als patroon willen optreden, en of ze wel genoegzaam rekening houden met de gaven en krachten die de Heere ook in den Javaan zelven werken wil.

Dat Sadrach, haar geruchten, nu tot de Apostolische Gemeente zou zijn overgegaan, bewijst niets hiertegen.

Indien onze Missie onmenschkundig optrad, en de Apostolische Gemeente toonde betere wijsheid te bezitten, is het Sadrach dan euvel te duiden, dat hij ons den rug toekeert?

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 2 juli 1899

De Heraut | 4 Pagina's

Uit de Pers.

Bekijk de hele uitgave van zondag 2 juli 1899

De Heraut | 4 Pagina's