Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Generale Synode VAN DE Gereformeerde Kerken in Nederland.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Generale Synode VAN DE Gereformeerde Kerken in Nederland.

13 minuten leestijd Arcering uitzetten

Woensdag 16 Augustus 1899.

Morgenzitting.

De zitting wordt geopend.

De presses heet welkom Prof. Beuker, afgevaardigde van de Christelijke Gereformeerde kerk in Noord-Amerika, die; voor de eerste maal ter Synode tegenwoordig is.

De prseses deelt nog mede dat Ds. J. H. Donner wegens zijn hoogen leeftijd niet als adviseerend lid tegenwoordig kan zijn en drukt zijn leedwezen hier over uit.

Aan de orde wordt gesteld „de opleiding tot den dienst des Woords." De afgevaardigden van de onderscheidene particuliere Synoden lichten de voorstellen der Synoden toe. Sommigen Synoden wenschen, dat de Generale Synode een besluit neme in den geest van het voorstel van Prof. Bavinck, anderen dat door de Generale Synode deputaten zullen worden benoemd om met de vereeniging voor Hooger Onderwijs te onderhandelen over het voorstel Bavinck, terwijl eindelijk derden geen mogelijkheid zien den toestand vooralsnog te veranderen.

Vervolgens geven de afgevaardigden van de particuliere Synoden van Drente, Gelderland, Utrecht, Noord-Holland en Friesland inlichtingen aangaande de voorstellen harer Synoden in zake de gymnasiale opleiding. Al deze provinciën wenschen dat de gymnasiale opleiding te Kampen zoo spoedig mogelijk door de kerken zal worden losgelaten. Echter zóó dat aan verkregen rechten niet te kort worde gedaan. Utrecht en Friesland begeeren echter eerst loslating van de gymnasiale opleiding nadat eenheid in de opleiding zal zijn verkregen.

De prEeses stelt nu voor te behandelen: „'t prediken van studenten en candidaten."

De particuliere Synoden van Groningen, Friesland en Overijssel zonden' voorstellen in, uitsprekende dat aan studenten, die twee jaar de theologische studiën hebben gevolgd, vrijheid worde gegeven, nu en dan onder opzicht van den kerkeraad voor de gemeente een stichtelijk woord te spreken. Deze voorstellen worden toegelicht, uit welke toelichting blijkt dat men liefst zag dat studenten niet preekten alvorens zij prseparatoir waren onderzocht, maar dat men, omdat deze bepaling zoo moeilijk te handhaven schijnt te zijn, ten slotte tot 't doen van het genoemde voorstel is gekomen.

Middagzitting.

De heer Mulder brengt 't financieel rapport van de Theologische School uit. Na de verdiensten van den overleden penningmeester. Ds. Nederhoed, te hebben herdacht, lees Z.Ed. de balans over 1896/97, '97/98 en '98/99 van de kas der school en van de kas voor de uitbreiding der school en constateert, dat de uitgaven de inkomsten overtreffen en dat maatregelen moeten genomen om in het telkens terugkeerend te kort te voorzien.

De preeses stelt aan de vergadering voor de vertegenwoordigers van de Presbyterian church van Engeland, Rev. B. Bell, pred. te Manchester, en Rev. E. Roxburgh, pred. te Oldham en den vertegenwoordiger van the Methodist Calvinistic Church of Wales en verzoekt Ds. Lion Cachet, die met deze broeders ter Synode verschijnt, deze afgevaardigden welkom te heeten en hen te verzoeken zitting te nemen.

Vervolgens brengt Ds. Bos verslag uit van de handelingen der Curatoren van de Theologische School. Uitvoerig deelt Z.W.E. mede al wat betrekking had op de oprichting van het gymnasium, aan de Theologische School verbonden, terwijl Curatoren voorstellen: iste, dat de gymnasiale opleiding niet worde overgegeven aan eene vereeniging, alvorens eenheid in de opleiding is verkregen, en ten 2de dat aan de gymnasiale opleiding eene óde klasse worde verbonden. Daarna gaat Z.W.E. tot het Theologische deel der opleiding over. Curatoren hebben den arbeid onderling verdeeld, wat betreft het bijwonen van de lessen en de examens. Evenals door de leeraren van het gymnasium, zoo werden ook door de professoren der School met lust en opgewektheid de lessen gegeven. Gymnasiasten en studenten woonden geregeld de lessen bij en legden zich over 't algemeen met ijver op hunne studiën toe.

Na 't overlijden van Ds. Nederhoed is de heer Mulder te Kampen tijdelijk als penningmeester opgetreden, terwijl met i October a.s. Dr. H. H. Franssen, emeritus predikant, definitief als penningmeester zal optreden. Curatoren stellen voor dat de Synode bepale dat door de kerken eene tweede collecte worde gehouden voor de Theologische School. Curatoren hebben, waar de arbeid van den tegenwoordigen redacteur van de Bazuin tegen 31 December a.s. ten einde loopt, als redacteur benoemd Prof. Dr. H. Bavinck terwijl zij den tegenwoordigen redacteur Ds. Gispen hartelijk dankzeggen voor den arbeid door Z.W.E. verricht.

Komt aan de orde 't Rapport van Deputaten tot oefening van het verband tusschen de Gereformeerde Kerken en Theologische Faculteit der Vrije Universiteit te Amsterdam, hetwelk wordt uitgebracht bij monde van Ds. Klaarhamer. Deputaten rapporteeren o. a. dat zij geroepen werden om te adviseeren inzake de benoeming van een hoogleeraar in de Theologische Faculteit der Vrije Universiteit; dat zij door 't bezoeken van de colleges en 't bijwonen van de candidaats-examens toezicht op het onderwijs hebben uitgeoefend met 't oog op 't bepaalde in Art. i en 2 der „Overeenkomst; " dat zij geen aan-of opmerkingen hebben te maken; dat door de nieuwe benoeming aan hun uitgedrukten wensch omtrent voorziening in 't onderwijs in de Canonische en Exegetische vakken voor 't Nieuwe Testament wordt voldaan; dat zij geen aanmerkingen behoefden te maken op den wandel der studenten; dat 29 candidaats examina plaats hadden en 2 promoties tot Doctor in de Heilige Godgeleerdheid; en dat zij in zake het onderteekenen van 't bekende formulier voor de professoren van de Theologie een advies van eene meerderheid en minderheid hebben ingediend.

De presses stelt voor, om aan Prof. Biesterveld. Ds. Van Proosdy en Dr. Honig op te dragen na te zien den Authentieken tekst van de Drie Formulieren van Eenigheid en de Liturgie (uitgegeven door Prof. Rutgers) en rapport hiervan uit te brengen op de volgende Synode. Alzoo besloten.

De Synode benoemt als leden der Commissie, die Vrijdag 18 Augustus prseadvies zal uitbrengen over alle punten die betrekking hebben op „de Opleiding tot den dienst des Woords, " Ds. Bos, Ds. Littooy, Ds. Van Schelven en Dr. Honig, en de ouderlingen, v. Bleek, v. d Bijl, Elshout en De Jonge en als prseadviseurs Prof. Bavinck en Prof. Rutgers.

Donderdag 17 Augustus 1899.

Morgenzitting.

Aangezien blijkt, dat de Synode van de Christelijk Gereformeerde Kerk in Noord-Amerika, die van de kerken in Oost-Friesland en Bentheim en die van the Origenal Succieders in Schotland bereid zijn te voldoen aan het verzoek van de Gereformeerde Kerken in Nederland, om wederzijdsche afvaardiging met adviseerende stem, zoo wordt door de commissie ad hoc, bij monde van Ds. v. d. Velden voorgesteld, aan de afgevaardigden dezer Kerkengroepen, voorzooverre tegenwoordig, adviseerende stem te verleenen.

Namens de Commissie, die prssadvies heeft te geven over de punten saamgevat onder 't hoofd „Kerkenorde, " stelt Prof. Lindeboom voor: dat de Synode zich vereenige met 't voorstel van de particuliere Synode van Friesland dat 't niet wenschelijk is, dat een dienaar des Woords, die nog geen twee jaar eene kerk heeft gediend, door eene andere kerk wordt beroepen. De Synode vereenigt zich met dit prasadvies.

Prof. Rutgers leest 't rapport van Deputaten tot hulp aan die Catechiseermeesters, die door de actie van 1886 hun inkomen hebben verloren. Uit dit rapport blijkt dat jaarlijks de som van / 400 ontvangen is, om hiermede een weinig steun te bieden. Voorts wordt voorgesteld dat deze Synode opnieuw deputaten benoeme.

Alsnu ontvangt Prof. Beuker, afgevaardigde van de Christelijke Gereformeerde kerk in Noord-Amerika, 't woord, om de groeten van de kerke die Z.Hooggel. deputeerden, over te brengen. Na herinnerd te hebben aan zijne betrekking tot de Gereformeerde kerken in Nederland, schetst hij den toestand van de Christelijk Gereformeerde kerk, welke nu nog slechts 138 kerken telt maar die zich toch gestadig uitbreidt. Daarna bespreekt hij de verhouding tot de Dutch Reformed Church. Zeer verheugd waren de broeders met de komst van Prof. Kuyper wiens optreden met groote geestidrift is begroet. De kerken drijven Zending onder de Indianen in Noord-Amerika. Na verzoek van den prKses, zegt Prof. Wielenga dank voor de interessante toespraak en goede wenschen, wederkeerig aan de Christelijk Gerefomeerde kerk van Noord-Amerika en aan Prof. Beuker den rijken zegen Gods toebiddende.

Achtereenvolgens brengen nu Rev. Bell en Rev. Roxburgh de heilbeden van de Presbyterian Church van Engeland over. Geestdrift wekt hunne mededeeling, dat de Christenen in Engeland sterk afkeuren 't optreden van Chamberlain tegen Transvaal. Op verzoek van den praeses zegt Ds. Lion Cachet de broeders met eene sierlijke toespraak dank.

Hierna houdt Rev. Edwards, gedeputeerd door de Methodist Calvinistic Church of Wales eene belangrijke toespraak. Hieruit blijkt, dat in Wales een Gereformeerd kerkelijk leven bloeit; krachtig leeft het besef, dat men moet blijven wandelen in de lijnen door Calvijn getrokken en dat men het op prijs stelt met de Gereformeerde kerken in Nederland te correspondeeren.

Middagzitting.

De prseses stelt voor te behandelen de zaak der Zending. Hij leest voor wat door enkele particuliere Synoden dienaangaande is geoordeeld en geeft gelegenheid deze uitspraken toe te lichten. Benoemd wordt de volgende commissie van prasadvies: Ds. Breukelaar, Dr. Van Goor, Ds. Dijkstra, Ds. Hessels, Ds. Donner, Dr. Wagenaar, oudl. Eleveld, oudl. Hekman, oudl. Sluis, en als prseadviseurs Ds. Klaarhamer, Prof. Rutgers, en Prof. Biesterveld.

Prof. Noordtzij leest 't rapport van Deputaten voor de Correspondentie met de Hooge Overheid. Uit dit rapport blijkt, dat sinds de vorige Synode het aantal plaatsen, waar eene Gereformeerde kerk wordt gevonden, weer is toegenomen en nu bedraagt 633. Waren in 1892 op 113 plaatsen meer dan ééne Gereformeerde kerk, door samensmelting is dit getal tot 47 geslonken.

In 't geheel zijn thans 684 Gereformeerde kerken bij de Hooge Regeering bekend. O. a. stellen deputaten voor: dat de Synode besluite, dat de deputaten hunne instructie aldus mogen opvatten, dat zij, uitgezonderd wanneer de Generale Synode bijeen is, op den verjaardag van Hare Majesteit de Koningin de zegenbede der kerken aan Hare Majesteit overbrengen; en dat de Synode aan de kerken een opwekking doe uitgaan, om op den Zondag voorafgaande aan den verjaardag van Hare Majesteit bijzonder haar in dankzegging en gebed te gedenken. Aanstonds neemt de Synode dit voorstel met groote instemming aan.

Komt in een schrijven van Prof. Kuyper, meldende dat Z.Hooggel. wegens de ongesteldheid zijner gade, vooreerst Zwitserland nog niet kan verlaten en hij dus tot zijn leedwezen verhinderd is ter Synode te verschijnen. De presses spreekt zijn leedwezen over deze omstandigheid uit.

Deputaten voor art. 36 worden gecontinueerd.

Ds. Notten rapporteert namens de commissie van prssadvees over verzoeken tot de Synode gericht en over de verhouding tot andere kerkformaties en groepen. De Synode vereenigt zich met het in dit rapport voorgestelde.

Vrijdag 18 Augustus 1899,

Morgenzitting.

Aan de orde wordt gesteld 't rapport van de Commissie van preeadvies in zake „Opleiding tot den dienst des Woords." 't Advies der Commissie luidt: De Generale Synode, constateerende de onmogelijkheid om de beide opleidingsscholen thans te vereenigen, bestendige den bestaanden toestand en handhave en bevestige de Theologische School als de inrichting der Kerken voor de opleiding tot den dienst des Woords.

Over dit advies wordt 't woord gevoerd door Prof. Lindeboom, Prof. Rutgers, Prof. Noordtzij, Prof. Biesterveld, Ds. Notten, Prof. Wielinga, oudl. Elshout, Ds. Littooy, Ds. Bavinck Sr., Dr. Honig, Prof. Bavinck, Dr. H. Hj Kuyper en Ds. Van Schelven. Mït algemeene stemmen wordt het voorstel aangenomen. Eveneens wordt aangenomen 't voorstel om niet andermaal Deputaten te benoemen.

Vervolgens komen in behandeling enkele voorstellingen die betrekking hebben op de Theologische School en die aldus luiden:

1. De Synode machtige Curatoren der Theologische School, om, indien zich eene geschikte gelegenheid voordoet-en de financieele lasten der kerken er aanmerkelijk door worden verlicht, het Gereformeerd gymnasium aan eene particuliere vereeniging over te dragen, altijd echter met dien verstande, dat op verkregen rechten geen inbreuk worde gemaakt, dat het' Gereformeerd karakter van het gymnasium geen schade lijdt, en dat het gymnasium zelf gevestigd blijve ter plaatse, waar de Theologische School zich bevindt.

2. De Synode geve aan Curatoren der Theologische School het recht, om aan het bestaande Gereformeerd gymnasium, dat thans vijf klassen telt, een zesde klasse toe te voegen, mits daarbij rekening houdende met den financieelen toestand der school en aan de nieuwe regeling geen terugwerkende kracht verleend worde.

3. De Synode geve aan Curatoren in overweging, om het jaarlijksch schoolgeld van het gymnasium op minstens honderd gulden te bepalen, en voorts aan de ouders of voogden, die leerlingen op het gymnasium zenden, mede te deelen, dat de kostende prijs van het gymnasium ongeveer 200 gulden bedraagt in de hoop, dat de vermogenden onder hen den vollen prijs zullen betalen.

4. De Synode keure overigens de wijzigingen goed, die door Curatoren in het Reglement voor de gymnasiale opleiding aan haar worden voorgesteld.

5. De Synode neme in art. 13 van het reglement voor de Theologische School de in de vorige acta vergeten woorden op: „voor de toelating tot de Theologische studiën zal een on^

derzoek worden ingesteld naar de beweegredenen, die geleid hebben tot de keuze van het ambt van dienaar des Woords."

Deze voorstellen worden alle aangenomen.

Ook wordt aangenomen 't volgende voorstel van de Commissie van Prseadvies, nadat de redactie door Dr. Wagenaar gewijzigd is:

6. De Synode kome terug op het bepaalde in art. 134 sub. 30. van de Synode van Middelburg en spreke uit: dat het geenszins aan Theologische studenten vergund zal zijn om op uitnoodiging van een kerkeraad in de gemeente een stichtelijk woord te spreken, tenzij dan na twee jaren Theologische studiën te hebben volbracht en op een geleverd preekvoorstel van de hoogleeraren consent te hebben herkregen — en slechts ZQO dikwerf het door de Hoogleeraren zal worden toegestaan.

Insgelijks vonden instemming deze voorstellen. 7. Ter versterking van de financieele positie der Theologische School:

ff. Richte de Synode een dringend en vriendelijk verzoek aan de kerken, om van nu voortaan jaarlijks twee afzonderlijke collecten voor de Theologische School te houden.

b. Wekke correspondenten op, om hun arbeid voort te zetten en uit te breiden en deele mede, dat de inning der contributies voortaan onder leiding van den nieuw benoemden penningmeester, Dr. H. H. Franssen geregeld zal plaats vinden.

c. Zende rechtstreeks aan alle kerken eene circulaire waarin zij worden opgewekt, om ter voorziening in het met i November waarschijnlijk te verwachten tekort van ongeveer 10, 000 gulden, thans vóór genoemde datum aan den •penningmeester Dr. H. H. Franssen te Zwolle eene extra gift-te doen toekomen, opdat de Curatoren niet genoopt worden tot het opne men van geld tegen hooge rente.

d. Machtige Curatoren, om, indien onverhoopt deze laatste poging niet slagen mocht, het ontbrekende geld op te nemen en daarvan terstond aan de kerken mededeeling te doen.

8. De Synode neme de voorstellen aan, die door Curatoren in zake het Kerkblad worden gedaan, verandere dienovereenkomstig het weekblad in een maandblad, late door Curatoren berekenen het bedrag dat jaarlijks door elke provincie voor dit blad zal moeten betaald worden, naar den op de Synode te Middelburg Art. 163 aangenomen maatstaf, stelle het maandblad ook voor een abonnementsprijs van één gulden 'sjaars verkrijgbaar en blijve de uitgave er van met die van de Bazuin verbinden, maar zoo, dat de berichten, gelijk tot dusver, tijdig aan de Heraut worden toegezonden.

9. De Synode spreke uit, dat onder het peremptoir examenvak, genaamd kennis van den inhoud der Heilige Schrift, niet te verstaan is Bijbelsche Geschiedenis als zoodanig of eenig speciaal Theologisch vak als Canoniek of Historia Revelationis maar kennis van den hoofdinhoud van de Bijbelboeken, zoodat blijke, dat de examinandus in de Schrift genoegzaam thuis zij.

10. Wat betreft het verband der kerken met de Theologische Faculteit der Vrije Universiteit bestendige de Synode den bestaanden toestand, neme de rapporten, te dier zake door Deputaten voor dat verband ingediend, in de Acta op ter overweging voor de kerken, kome dan later, indien deze ingewikkelde zaak beter voorbereid en van alle kanten bezien is, op dit verband terug, dechargeere genoemde Deputaten, met dank voor de genomen besogne, en ga tot benoeming van nieuwe Deputaten over.

Prof. Lindeboom brengt ter sprake 't Rapport van Deputaten tot oefening van het ver-Isand tusschen de Gereformeerde kerken en de Theologische Faculteit der Vrije Universiteit en dat verband zelf. Ds. Klaarhamer dient hierop van antwoord.

e Wordt vervolgd.)

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 27 augustus 1899

De Heraut | 2 Pagina's

Generale Synode VAN DE Gereformeerde Kerken in Nederland.

Bekijk de hele uitgave van zondag 27 augustus 1899

De Heraut | 2 Pagina's