Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Buitenland.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buitenland.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Engeland.

Frankrijk.

Het gevoelen van Kerke­ lijke mannen over den oorlog met Transvaal.

De bekende redacteur van de Revienw of Revieuws, de heer W. T. Stead, zond eene brochure de wereld in, onder den titel: „Zal ik mijn broeder den Boer slaan? " Een af druk dezer brochure werd aan alle predikanten en geestelijken van Engeland gezonden. Uit de antwoorden die de heer Stead ontving, blijkt het duidelijk, dat ook onder bedienaren van den Godsdienst een oorlogskoorts is uitgebroken. Zeer velen ontkenden, dat de Boeren van de Transvaal broeders van de Engelschen zijn. Een predikant der Anglicaansche kerk beantwoordde Stead's vraag toestemmend en meende dat men daarop trots moest zijn. Een Wesleyaansch predikant antwoordde, dat "hij een oorlogspreek gehouden had. Over het algemeen heeft de heer Stead zich verwonderd over de houding van Christelijke mannen in dezen oorlog. Op de „Christian Conference" vroeg' de heer Stead, of het wel aanging om te twisten over wierook en kandelaars, wanneer de Chris tenheid haar stem moest verheffen om een zondigen 'oorlog te voorkomen, een oorlog van wraak en van weerwraak.

Het is niet te ontkennen dat het volk roept om oorlog, ten einde Majuba te wreken. Toen de heer Stead te Leek over het behoud van den vrede sprak, trad een soldaat op het platform en vroeg het woord om „den moord op Majuba" in herinnering te brengen. Men wil den oorlog niet om de grieven der „uitlanders", maar om de nederlaag op Majuba te wreken. Stead noemt zich een vriend van Rhodes en Jameson, maar spreekt zijne overtuiging uit, dat Engeland zijn suprematie in Zuid-Afrika niet behoeft te handhaven door eenen oorlog. „Wij hebben de helft van de blanke bevolking, en vier vijfden van de gekleurde; wij hebben negen tienden van het land, negen tienden van den handel, en de geheele kust. Hoe kunnen dan de Boeren onze suprematie in gevaar brengen als men deze feiten in het oog houdt — de Boeren, die een kleine natie van onkundig volk zijn ? Het is belachelijk te . zeggen dat onze suprematie in gevaar is."

Voorts toont de heer Stead aan dat wanneer de Uitlanders waarlijk behoefte hadden aan de voorrechten die raen zegt dat zij noodig hebben, dan zouden zij er zelven voor strijden en iet de hulp van Engeland hebben ingeroepen.

Dat niet alle kerkelijke mannen in Engeland e oorlog met Transvaal goedkeuren, is ons geleken op de Groningsche Synode, waar de fgevaardigden der Presbyteriaansche en de fgevaardigde der Calvinistische Methodistische erk van Wales de politiek van Chamberlain, ie een oorlogmoest ten gevolge hebben, afkeuren. Ook heeft Dr. Lunn, die Zondag 8 October e Londen in de St.-James' Lower Hall predikte en getuigenis gegeven tegen de gouddorst die ie de machthebbers in Engeland openbaren. ij sprak over Jozua 7 : 2 r en zeide dat de roof an Achan 'van den gouden tong en van het abylonisch opperkleed de twee speciale gevaen afbeeldden waaraan alle beschaafde natiën loot staan: e begeerte naar opeenstapeling an rijkdommen en de begeerte naar weelde. eze hartstochten ondermijnden de beschaafde olken der oudheid. Als Engelschman betreurde Dr. Lunn het, dat de Transvaalsche regeering an de Engelschen niet dezelfde rechten geven wilde die de Transvalers in de Kaapkolonie enieten, maar was ook overtuigd dat de oorlog uitgebro'ken was door toedoen van kapitalisten en financiers en dat daarom Achan's tong dienst deed om Zuid-Afrika te verdeden, zoodat het geslachten lang niet kon worden vereenigd. De houders van mijnaandeelen dringen op een oorlog aan, in de hoop dat deze zou leiden tot annexatie, waardoor hunne aandeelen zeer in waarde zouden rijzen. Dr. Lunn besloot zijne predikatie met de opmerking, dat wanneer de zonde van Achan bezocht werd aan het geheele volk, God zeer zeker de zonden aan onze bestuurders zou bezoeken indien wij als volk, deze zonden laten begaan zonder daartegen te protesteeren."

De redactie van de Independent, het orgaan der congregationalisten vergelijkt de Boeren met het Israel van Zuid-Afrika, en de omringende Engelschen met de Egyptenaars, Babyloniërs of Assyriërs. Maar al is het dat de Independent zou verlangd hebbben, dat een oorlog werd voorkomen, " men is er ver van af om de ware oorzaken van de begonnen bloedige worsteling te zoeken in wraakzucht en gouddorst.

De officieuse Synode en de conferentie van Lyon.

Toen de oorlog van 1870 geëindigd was, achtte de heer Thiers, de eerste president van de Fransche republiek het natuurlijk, dat de Gereformeerden hetzelfde voorrecht begeerden 't welk' de Lutherschen bezaten, en zoo werd dan op verzoek van een invloedrijk Gereformeerde aan de Gereformeerde kerk toegestaan eene Generale Synode te houden, die door de regeering werd saamgeroepen. Dit geschiedde in het jaar 1872.

Nu zou men verwachten dat deze Synode zich aanstonds geplaatst had op het standpunt der vorige Synode en daarom de confessie van La Roebelle had laten gelden! Doch dit deed zij niet. Er werd eene „declaration de foi" van weinige regels opgesteld die men aan het hoofd van de htu.gie plaatste die door de Conseil Central goedgekeurd en daardoor door de regeering gesanctioneerd is.

Er waren echter ook liberalen ter Synode afgevaardigd. Deze hebben alles wal hun mogelijk was in het werk gesteld om het aanne< men van de „declaration de foi" tegen te houden. Zij hebben niet doorzien dat de Synode door het opstellen van eene nieuwe geloofsbelijdenis, uit een paar regels bestaande, hare kracht zoodanig verzwakte, dat het maar een quaestie van tijd zou zijn, om door de zich toen noemende orthodoxen als broeders en als wettige leden der Synode erkend te worden.

Maar dit inzicht ontbrak. De liberalen verstonden niet dat de Synode van 1872 een geheel nieuwe geloofsbelijdenis opstellende, zich op liberaal standpunt plaatste, door de leiding des Heiligen Geestes bij de vorige wettige vergaderingen der Gereformeerde kerken in Frankrijk te ontkennen. Daarom zijn de liberalen, toen op de eerste zitting besloten werd eene declaratie van geloof vast te stellen, niet meer op de tweede zitting verschenen. Zij wisten ook uit te werken dat de regeering geen tweede Synode meer toestond. De staatslieden, die toen aan het roer waren wisten niet waaraan zich te houden; aan de eene zijde drongen de orthodoxen aan op eene nieuwe officieele Synode, om de besluiten van die van '72 te gaan uitvoeren; de liberalen drongen er bij de regeering op aan, dat geen Synode zou worden saamgeroepen. Niet wetende waaraan zich te houden, onthielden zij zich.

Men zal vragen, maar waarom dan niet vergaderd, zonder daartoe door de overheid te zijn saamgeroepen? Men moet weten dat de Fransche Gereformeerde kerken even als de Roomsche kerk door een concordaat aan den staat verbonden zijn. De predikanten ontvangen staatstractement. Wanneer nu eene Synode het besluit nam om eene zekere categorie van predikanten af te zetten, dan zou dit, toch geen effect sorteeren v/anneer de staat hun niet het tractement onthield.

Toch werd hoe langer zoo meer gevoeld dat de Gereformeerde kerken niet zonder synodale vergaderingen konden leven. Daarom werd het denkbeeld geopperd om officieuse synodale vergaderingen saam te roepen. En inderdaad kwam in 1879 de eerste officieuse generale Synode te Parijs samen. Ze bestond uit afgevaardigden van particuliere Synoden. In 1881 werd een nieuwe Generale Synode te Marseille gehouden, waar wel de oude Gereformeerde kerkenordening werd bevestigd, maar eene nieuwe werd opgesteld, terwijl ook de Déclarationdefoi van 1872 opnieuw werd aanvaard als accoord van kerkelijke gemeenschap. Na'81 hebben de officieuse Synoden geregeld om de drie jaren plaats gehad. Ongeveer twee derden van de kerken en de predikanten die den Gereformeerden naam dragen sloten er zich bij aan.

Maar de orthodoxie verwaterde van lieverlede, vandaar . dat er nu en dan stemmen opgingen om vereeniging te zoeken met de liberalen. Daardoor werd het mogcUjk dat men met de liberalen eene conferentie ging houden. Men was toch uit den zelfden stam gesproten, men had gemeenschappelijke belangen, vi^aarom zou men niet samen komen om die belangen met elkander te bespreken? De evangelischen of orthodoxen stelden, als zij zich voor eene conferentie met de liberalen uitspraken, hun geweten_ gerust, met de gedachte, dat louter uitwendige belangen op die conferentie met liberalen zouden worden behartigd. De laatste officieuse Synode van Bordeaux sprak zich ook in dien geest uit. Maar nu weder een conferentie met afgevaardigden der liberalen staat gehouden te worden, is de spraakverwarring in deze groot. Sommigen beweren dat op de te Lyon te houden conferentie louter administratieve dingen mogen behandeld worden; anderen zeggen: de kerken krijgen door de conferentie een hoofd en een hand om te handelen 1

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 29 oktober 1899

De Heraut | 4 Pagina's

Buitenland.

Bekijk de hele uitgave van zondag 29 oktober 1899

De Heraut | 4 Pagina's