Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

OOST EN WEST.

XV.

IN GESPREK.

Drie weken later was de oude heer weder nagenoeg geheel hersteld, en liet Karel verzoeken eens bij hem te komen. Inmiddels was deze laatste, zonder veel moeite, te weten gekomen, wie de man was, dien hij uit de handen der kwaadwilUgen had bevrijd. De heer Van der Zaanden, zoo heette de bewoner van het fraaie huis op de Keizersgracht, was een Amsterdamsch koopman, of liever hij was dat geweest tot zijn zestigste jaar en genoot thans rust. Hij was een der voornaamsten geweest onder de deelhebbers rn de beroemde Oost-Indische Compagnie, die schatten verdiende en in sommige jaren wel eens een som zoo groot als twee derde van het geld, dat men in de zaken had gestoken, als winst kon boeken.

Zoo had dan onze koopman groote schatten verzameld, kon hij een woning laten bouwen, waarvan de buitenlui als ze in stad kwamen, zeiden: „'n huus as 'n kark, " en dat door de vreeradeUngen werd bewonderd. En wij, die zooveel later leven doen dat nog, als we die groote gebouwen zien, zoo als er thans bijna nooit meer voor een enkel gezin gesticht worden; huizen waarin men verdwalen kon, waaraan marmer noch kostbaar hout, noch versiering gespaard was, en wier tuinen ware lusthoven mochten heeten. 't Was er alles groot en ruim, al zouden wij veel niet geriefelijk en een aantal kamers b.v. veel te laag van zoldering vinden.

Om zulk een huis te stichten en te bewonen, moest men wel iemand zijn van vermogen. Want de bouw kostte veel, het onderhoud niet weinig; 't moest behoorlijk worden gemeubileerd, en men had heel wat dienstboden noodig om voor alles zorg te dragen. Daarbij werd aan kunstig werk toen veel meer gedaan dan nu. Reeds uitwendig hadden zulke huizen soms fraaie versieringen. Binnen vond men vaak de muren niet met behangsel beplakt, maar kunstig beschilderd. Zulke schilderstukken brengen nog in onzen tijd bij verkoopingen veel geld op.

Of nu de heer Van der Zaanden bij alle aardsche schatten, ook den hemelschen bezat, de parel van groote waarde, is mij niet gebleken. Er waren ook in dien tijd velen, die louter dachten aan wereldsch gewin, aan grootheid en rijkdom, maar het koninkrijk Gods, dat we toch 't eerst moeten zoeken, geheel vergaten. Zelfs in de beste tijden, toen er uiterlijk althans meer vreeze Gods bestond dan nu, was toch het getal der ware belijders van den Heere altoos een klein kuddeke. En dat zal wel steeds zoo zijn. Want de Heere Christus zegt ons duidelijk, dat de poort wijd en de weg breed is

tot het verderf en velen daarop wandelen. Daarentegen noenat Hij de poort eng en den weg smal, die voert ten leven, en zegt dat weinigen 'dien vinden. Zoo blijkt dat er meer buiten God dan met God leven, en dat zien we ook wel om ons heen. Zoo nu was het, goed beschouwd, ook in vroeger dagen, al blijkt het ongeloof en de afval van God nu meer openlijk, algemeen en sterk. De heer Van der Zaanden wordt ons geteekend als een „homme de bien" een recht schapen man. Maar tot de zaligheid is meer noodig.

De oude deftige heer ontving den jonk­ h man uiterst vriendelijk, bedankte hem har­ f telijk voor hetgeen hij gedaan had, en voegde er bij: „Voortaan staat mijn huis voor u open, d en voor al de uwen. We zullen ons allen het een eer rekenen met hen kennis te maken, en stellen prijs op de vriendschap van den man, die mij het leven heeft gered. Als uw bezigheden het toelaten, hoop ik dat we u vaak zullen zien."

„Indien dat van mijn bezigheden afhing, waarde heer, " sprak Karel met een droevig lachje, „zou ik u wel eens tot last kunnen worden!"

„Wat bedoelt ge? "

„Ik heb geen bezigheden, " antwoordde de jonkman, somber; „ik zoek ze reeds lang, maar voor een vreemdeling zijn vele wegen gesloten."

„Maar, " sprak de koopman, „ge behoort immers, gelijk ik van mijn vrouw vernam, tot de réfugiés. En voor die doen wij Hollanders, vooral de Amsterdammers, graag wat zij maar kunnen. Dat verzeker ik u."

„Ik ben er van overtuigd, mijnheer, " hernam Karel, beleefd buigende, „maar met ons is 't een bijzonder geval. En ik zal nog wel lang moeten wachten, eer ik vind wat ik zoek."

„Als het niet onbescheiden is, '' vervolgde de oude heer, „zou ik niet iets meer mogen weten ? Wel heb ik van mijne vrouw een en ander vernomen; maar gij kunt mij toch het best inlichten. Wellicht kan ik u van dienst wezen, en dat zou werkelijk het grootste genoegen zijn dat ge mij kondt aandoen."

Weer boog Karel, al gevoelde hij ook opnieuw, hoe moeielijk het zou wezen aan het verlangen van den gastheer geheel te voldoen. Hij verhaalde meer uitvoerig een en ander van de lotgevallen die hen hadden getroffen, hoe ze uit Frankrijk hadden moeten vluchten, in Dene marken allerlei tegenspoed hadden ondervon den, en nu in de Nederlanden gelukkiger hoopten te zijn. „Mijn vader zoowel als ik", zeide hij ten slotte, „zouden liefst weer in den krijgsdienst treden, als in het leger van den prins plaats voor ons was."

„Nu, " sprak de koopman, „ik kan ten minste naar waarheid verklaren, dat ge de kunst van aanvallen en verdedigen goed verstaat. Ik ben een man van zaken en niet van den degen. Maar elk in zijn vak."

Toen Karel vertrok, was 't met de zekerheid een vriend en beschermer te hebben gevonden, op wien hij kon rekenen. In zijn hart kwam een gevoel van dank op aan den Heere God, die, al was op het oogenblik nog niet verkregen wat men wenschte, toch hem uitzicht op beter dagen had geopend. Want, dat wisten ook de réfugiés wel, de groote heeren van Amsterdam konden, als zij wilden, veel doen. Hun armen reikten ver en zij zett'en soms koningen en vorsten naar hun hand. En al was hij niet aan stonds geholpen, toch werd het Karel duidelijk dat men hem niet zou vergeten, toen hij, thuis komende daar een fraaie schilderij vond, die thans zeker zooveel duizenden zou gelden, als toen honderden, 't Stelde voor een gezicht op Amsterdam en is vele jaren in de familie bewaard gebleven. d b h g

Deed het allen genoegen zulk een aandenken te ontvangen, toch kon het den man des huizes, graaf De Raye, niet opbeuren uit de droeve stemming, waarin hij verkeerde. Ook wat Karel mededeelde van het gehouden gesprek bemoedigde hem weinig, daar hij in den loop des tijds maar al te zeer had ervaren, hoe weinig op menschengunst te bouwen valt.

Doch wat hem ook drukken mocht, hij ging met al zijn nood en zorg tot den Heere God, die aller hart in zijn hand heeft en alles leidt naar Zijn wil. Op dien God hoopte en wachtte hij, wel wetende, dat het verhoogen niet komt uit het oosten, noch uit het westen, noch uit de woestijn maar van den Heere. L

En ’t zou blijken, dat hij niet te vergeefs op Hem vertrouwd en stil op het heil zijns Gods gehoopt had.

AAN VRAGERS.

Onze lezer K. te B. vraagt wat de geschied schrijver P. C. Hooft bedoelt, als hij zegt, dat de koning van Frankrijk, met zijn draken komt; daar draken toch slangen zijn.

Dat hier geen slangen worden bedoeld is dui­ a delijk. De koningen van Frankrijk hadden in g hun dienst ruiters, die dragonders heetten, een d woord ook bij ons welbekend, in 't Fransch dragons.

Dit woord nu beteekent letterlijk draak en de Fransche dragonders heetten daarnaar, omdat zij de afbeelding van een draak tot hun veldteeken hadden. Hooft vertaald letterlijk den naam, dien zij in het Fransch droegen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 10 april 1904

De Heraut | 4 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 10 april 1904

De Heraut | 4 Pagina's