Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

„Versterkt met kracht in de ziel”.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

„Versterkt met kracht in de ziel”.

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ten dage, als ik riep, zoo hebt Gij mij verhoord; Gij hebt mij versterkt met kracht in mijne ziele. Psalm 138 : 3.

Op pijnlijke wijze neemt de klacht toe over zwakte.

Wat mea eigenlijk scheelt, weet mea zelf niet ea weet de geneesheer niet, maar men voelt zich zoo zwak, Mea is van de geringste inspanning moede. Men voelt zich zoo at, ea kan niet meer. De pols gaat trager, slaat leaiger. Ëa tenslotte hoort men dat het aaa 't hart schort, zoader dat mea recht goed weet, of au die zwakte uit het hart komt, of dat het zwakke hart slechts gevolg is vaa een kwaad dat we oader de ledea hebbea. Met „versterkeade middelen" poogt men die voonkruipende verzwakking dan te stuitea. Een luchtkuur in de hooge bergea doet soms goed. Door het aemea van beweging poogt mea weer op zijn verhaal te komea. o. Als het bloed maai weer krachtig kloppen wilde, als de slappe spieren maar weer aansterkten, als de zenuwen zich m^ar weer spannen lieten 1 Wat zou men gelukkig, overgelukkig zijn, als men, al ware het maar voor ééa dag, zich weer eeas sterk, krachtig ea als aangegoid gevoelde. Ea als mea dan, uitgereden om wat frissche lucht te scheppen, een sportteriein voorbij komt, ea daar oudea en jongen van hua volle levenskracht genietea ziet, au, dan misgunt mea dat dea gelakkigea wel niet, maar haast zou men het hun toch benijden.

Vooral drukt die zwakte, zoo ze aanhoudt, ea ten leste ook onze geestelijke vermogens ondermijnt. Wie zich frisca, geiond en sterk voelt, kan heerlijk ook met zijn hoofd werken. Urenlang. Het spant wel in, maar mat niet af. £n mits niet overdreven, verhoogt die spanning zelfs nog de kracht van onze geestelijke vermogens. Wie ia het volle bezit van zija kracht is, is vlug van opvatting, helder ia zija denken; hij beeft moed, het werken gaat hem spelend en lachend af. £n juist daardoor voert hij 't dubbele uit van anderen. En ook dit heerlijk voorrecht gaat

almeer te loor, hoemeer het lichaam ocder zwakte gaat lijden. Dan wijkt de frischheid en het ferme zelfbesef. Men is overprikkeld. De slaap wordt onregelmatiger eu minder vast. Er komt een opzien tegen alles. Men is van elke denk inspanning veel spoediger moede en mat. Het geheugen begeeft u herhaaldelijk. Ds uiting vlot u niet zoo meer. En reeds zwak in uw zenuwen, voelt ge u door die verzwakking óók van uw geestelijk vermogens steeds meer gedrukt.

En ten slotte komt dan soms ook het derde stadium, bet inslaan van de zwakte z« de ziel.

Dat hoeft op zichzelf niet. Integendeel. Keer op keer ziet ge, hoe ingezonken lijders, die bijna, niet meer kunnen, t0'"h in de ziel'^sterk blijven, j*, juist bij het inzinken van hun levenskracht, te heerlijker de kracht van het geloof openbaren en door hun traeen heen zoo blij lachend juichen kunne» in het éénig deel dat ze in hun trouwen God en Vader be zitten.

Maar regel is dit niet. Maar al te dikwijls ziet ge de inzinking van de ziel volgen op de inzinking van heel den verzwakten persoon, en stuit ge op een moedeloosheid eö machteloos heid, die u in dezen verzwakten lijder den mensch, naar den beelde Gods geschapen, nau welijks doet terug vinden. Er is dan geen juichtoon meer, maar altoos één klagen. Ge voelt dat uw medelijden wordt gewekt, en toch is er eeii bestraffing op uw lippen. Wie met zijn God lijdt, lijdt zóö niet.

Toch komt die zwakte van de ziel volstrekt niet alleen bij de zenuwzwakken en zwakken van hoofd voor. Als het innerlijk leven uit andere oorzaak uit zijn verband is gerukt, komt het herhaaldelijk voor, dat ge ingezonde lieden ontmoet, die blozend van kracht en gezondheid naar het lichaam zijn, en roemen in de sterkte van hun spieren, en die toch in hun ziel alle innerlijke kracht missen. Willoos, besluiteloos, geslingerd her-en derwaarts. Neergeplofd en moedeloos bij het minste wat hen tegenslaat.Onder alles tobbend en zuchtend. Nooit op eigen beenen loopend, maar altoos op anderen steunend, Tastetid naar den wand, om niet neer te vallen. Levend zonder geestdrift, zonder hooger bezieling, bij alles donkeraiende. Ze kunnen aiet, en ze durven niet, en als ze even een eind den weg op zijn geweest, dribbelen ze, uit angst van mis te stappen, weer teiug. Hun geloof is daarom wel niet weg, maar ook dit geloof wei kt niet. Ze bidden nog wel, maar hun gebed dringt niet roeer door. Ze kencen 't worstelen van Jacob niet meer, die den Heere niet los liet, . eer hij een zegen ontving. Ea overvalt hua dan tegenspoed, dan slaan ze ten slotte geheel neer, ea geraken ze in dien ellendigen toes and, die hun gemoedsbestaan zoo vaak deed vergelijken met het „vaatdoekachtige”.

Die zwakte van ziel bij een steik lichaam, komt dan gemeenlijk op of uit een ontruste conscientie, of uit een de ziel afmattende omgeving, of uit geheel bijzondere beproeving en verzoeking, waarin het God believen kan, zijn kinderen in te leiden. Verdriet, bitter zielsverdtiet over zijn huisgenooten, het verlies in den dood van een zeer dierbaar pand, onverdiende smaad en laster, waartegen men niet meer opkan teleurstellir.g in zijn beste verwachtingen, ontreddering van den toestand, waarin we verkeeren, wraakzucht en nijd die u achtervolgt, verliezen waarop ge niet verdacht waart, een taak waartoe ge gedwoogen wordt en die uw kracht verre te bo/en gaat, een drinkbeker, o, zoo bitter, cje u op de hand wordt gezet, en dien ge moet, maar dien ge nog niet kunt drinken.

Dan wilt ge wel, maar ge kunt er niet tegen op, en juist omdat ge niet kunt, nog niet kunt, neemt de zwakte van ziel de overhand, en wordt ge er ten le.'te geheel door overmeesterd.

Komt men u dan met de gewone geestelijke „versterkende middelen" aandragen, dan wekken deze eer usv wrevel op, dan dat ge er naar grijpen zoudt.

Op zichzelf heel lieve menschea kunnen u dan zoo voorpreeken, hoe 't alles toch Gods liefde is, waarin ge berusten moet. Mst een deelnemend hart pogen ze u te troosten. Ze spreken u van het kind Gods, dat door kastijding tot hooger heiligheid moet komen. Woorden, woorden en altoos weer woorden, maar die u als laffe spijs zijn, waar ge niet naar taalt. Ea het eenige wat u nog goed doet, 't is niet wat ze zeggen, maar de liefde die ze u betoonen. Ze lachen ten minste niet om uw lijden, en gaan niet, als kondt ge hun niet schelen, onaandoeulijk voor u voorbij.

Het is er mee als met den prediker op den kansel. O, al zijn redeneeriagen zcudt ge hem gunnen; die treflfen u niet en raken u niet.

Maar als ge aan dien prediker merkt, dat hij de beladenen van ziel op zijn hart draagt en als met een electrischen vonk van een hooger liefde u overglansen wil, dan, ja, doet die prediker u goed, en keert ge huiswaarts, dankbaar, dat ge ia Gods huis toch opgingt.

Toch geeft ook dit slechts tijdelijk soiaes. Straks zinkt ge in uw zwakte van ziel weer terug in die o, zoo benauwende, ondragelijke matheid van uw innerlijk zielsbestaan. En gestuit wordt die zwakte in u ddn eerst, als ge doet wat vin David bij Ziklag staat opgeteekend: Hij sterkte zich in den Heere zijn God.

Wat ge in zulk een toestand van aeraechtighed van ziel behoeft, is kracht, sa kracht in de slap geworden ziel kan alleen uw God u instorten. En als uw God u dit doet, dan juicht ge raet dienzelfden David uit uw Ziklag naar den Hooge : Gij hebt mij versterkt met kracht in mijne ziel. En als ge dit betuigen kunt, dan leeft ge op, en wordt het weer één jubel in uw ziel, en roemt ge met Divid: „Ik zal U loven met mijn geheele hart, want ten dage als ik riep, hebt Gij mij verhoord !”

Kracht in uw ziel is herstel in u van dat zelfstandig vermogen, waardoor de werking van uw geloof weer vanzelf met bejielicg in uw hart opwaakt. EQ die kracht kan er niet door een woord of een zedelijke werking van buiten af worden ingebracht. Kracht in uw ziel moet van binnen, in het middenpunt van uw hatt, worden aangebracht. En dat kan Hij alleen, die den toegang tot de binnenkamer van uw ziel heeft, en daar nieuwe levenskracht in de aderen uwer ziel kan doen uitvloeien.

Kracht in het centrum vaa uw ziel door uw God aangebracht, doet op eenmaal alle gezonken zielskrachten in u opleven. Zooals water, dat inzinkt tot op den v? ortel van de verdorde plant, het vei flenste blad in eens weer doet bloeien, en de bloem weer zwellen doet, en heel de plant met nieuw leven vervult, zoo ook werkt die kracht, die uw God u instort, op heel de plante uwer ziel, zoodat op eenmaal door alle takken en twijgen, door alle blad en bloesem het vernieuwde leven weder gaat ritselen.

Als er weder kracht van God in uw ziel komt, dan helt ge het hoofd weer op, het moede hart begint weer met nieuwe frischheid te kloppen. Ge komt op uit uw iaziDkiag. Ge kunt weer. Ge gelooft weer. Ge voelt weer levensmoed door uw aderen stroomen. Het is of een centenaaarsgewicht u van de schouders gleed. En met vasten tred gaat ge weer voort op uw levensweg.

Niet altoos komt die kracht Gods op het eerste gebed. Ook om. tot het ware gebed te komen, moef ge eerst kracht van uw God ontvangen. Ge gevoelt dit. zelf, als het eerst een stamelen bleef, waarin ge toch uw God niet kondt ontmoeten. Tot het is, of op eens de nevel optrekt, en het inzicht in de hemelen klaar en helder werd. Eerst dan voelt ge de nabijheid van uw God. Zoo eerst voelt ge dat uw bidden waarlijk bidden geworden is. Dat bidden zelf is u het eerste bewijs, dat ge kracht ontvangen hebt. En nu vloeit, nu stroomt het. Golven van kracht ruischen door uw ziel heen. En uw God heeft u weer rijk gemaakt. Rijk, omdat weer zijn kracht 'm. uw zwakheid werkte.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 17 mei 1908

De Heraut | 4 Pagina's

„Versterkt met kracht in de ziel”.

Bekijk de hele uitgave van zondag 17 mei 1908

De Heraut | 4 Pagina's