Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

„Uitderkoren in Hem”.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

„Uitderkoren in Hem”.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Gelijk Hij ons uitverkoren heeft in Hem, vtför de grondlegging der wereld, opdat wij zouden heilig en onberispelijk zijn voor Hem in de liefde. Epheze i : 4.

Wie van heeler harte de Uitverkiezing belijdt, maar in die belijdenis meer op eigen inzicht doolt, dan zich nauw aan de Schrift houdt, vervalt zoo licht in de dwaling van een bedenkelgk individualisme. Met zulk een individualisme is dan bedoeld, dat men elk persoon, elk uitverkorene als een op zich zelf staand individu neemt, en voor het verband waarin we tot elkander en tot de geheele geestenwereld staan, geen genoegzaam oog heeft.

Zes reizigers, die toevalligerwijs, zonder elkaar te kennen, in eenzelfde spoor-coupé plaats namen, en zoo saam twee, drie uren sporen, zitten al dien tijd zeer dicht zelfs naast elkaar, maar bi^ven toch individuen. Straks stappen ze uit, misschien zelfs zonder een woord gewisseld te hebben, en gaan weer elk huns weegs, meest zonder elkaar te kennen en om aUicht eikaar nimmermeer te ontmoeten. Maar heel anders is het met een gezin. Vader, moeder en vier kinderen zijd dan ook zes personen; maar personen die brj elkaar hooren, die in één familieband staan, en saam één organisch geheel vormen. Reeds aan deze vergelijking voelt ieder, hoe 't heel iets anders is, of er sprake is van zes losse, op zichzelf staande individuen, dan wel of ge te doen hebt met zes organisch saamhangende personen, die als leden van één gezin door banden van bloed en van liefde met elkaar verbonden zijn, en saam één eenheid uitmaken.

Juist dit verschil nu is het, waarop niet minder nauw dient gelet, zoo ge u verdiept in de Uitverkiezing. Ook dan toch rijst de vraag: Zgn die uitverkorenen op zichzelf staande individuen, oftewel zijn het personen die bi^ eikaar hooren, die in één grondverband staan, en saam één machtige eenheid vormec? £n staande nu voor die vraag, valt niet wel te loochenen, dat maar al te velen de uitverkiezing opvatten ah doelende op een schier eindeloos tal individuen, die op zichzelf zijn te nemen, en dat het organisch besef bij de uitverkiezing maar al te vaak te loor gaat.

Bevreemden kan dit niet. Het woord zelf van uitverkiezing toch leidt er zoo licht toe. Uitverkiezing toch doet zoo licht denken aan een hoop dooreengemengde echte en valsche paarlen, waar de kennershand, door het kennersoog gelsid, de echte paarlen uitzoekt, en dan natuurlqk ontbreekt tusschen die als goed en deugdelijk verzamelde paarlen elk verband.

Juist hiertegen echter gaat nu de Schrift met beslistheid in. Zij toch komt er gedurig op terug, dat de uitverkorenen saam één Lichaam vormen; dat dus de uitverkorenen in dit Lichaam als eigenaardige organen elk een eigen plaats innemen; en dit wel zoo, dat ze niet tot een Lichaam ineen zijn gezet, want dat is met een lichaam nooit het geval, maar dat ze in dat Lichaam als bij elkaar hoorende uitgegroeid zijn. Niet in verband gebracht zgn, maar in organisch verband zrJD opgekomen. En dat ze als levende leden niet anders dan in dat verband denkbaar zijn. Een lid los van het Lichaam gedacht, is dood.

Juist om dit nu tot in zijn diepsten oorsprong uit te drukken, legt de apostel er in zijn brief aan de Efezen zoo sterken nadruk op, dat God ons „uitverkoren heeft in Christus", niet eerst na Golgotha, maar voor de grondlegging der wereld.

Ge voelt, hoe diep dit gaat.

In de gemeene voorstelling staat 't veelal zóó voor onze verbeelding, dat we eerst in zonde, geheel buiten elk verband met Jezus leefden. Aan dien toestand is toen een einde gemaakt, doordien de Christus ons gepredikt is, en we tot bekeering zijn gekomen. En van die ure af hooren we dan als geloovigen bij onzen Heiland, en hopen op z^n heil.

Zoo en niet anders moet 't dan ook wel den eersten t^'d na onze bekeering, voor onze verbeelding staan. Eerst onze ziel geheel buiten Christus. Onze ziel en Christus twee. Toen eerst oczs ziel met Christus in verband gebracht. En daarna eerst onze ziel bQ Jezus, en Jezus bij os ze ziel behoorende.

Intusschen wijst nu de Schrift er ons met nadruk op, dat 't zoo wel schijnt, en dat 't zich zoo wel aan ons voordoet, en voordoen moet, maar dat er onder en achter dat allss toch nog iets heel anders ligt, waarvan we aanvankelijk geen flauw besef self» hadden, eo d«t dit wondere Uerta bestaat, dat we reeds lang vóór onze bekeering, ja vóór onze geboorte, en, nog sterker, tot vóór de grondlegging der wereld inet Christus in geestel^k verband stonden. En dit wel omdat we niet maar van vóór de Schepping, ja van vóór de grondlegging der Schepping uitverkoren waren, maar dat we van vóór alle eeuwen uitverkoren waren in Christus yestus.

Dt betrekking tusschen Jezus en ons is dus niet pas begonnen na onze toebrenging, maar draagt een eeuwig karakter. Christus zelf was uitverkoren tot Hoofd van het alomvattende mystieke Lichaam. In zijn uitverkiezing tot dat Hoofdschap was het Lichaam mede gezet, en met dat Lichaam waren al de leden van dit Lichaam gegeven, ook al zouden ze eerst veel later aan dit Lichaam uitkomen. Het is hetzelfde wat in 't jonge wicht gezien wordt b.v. bij het tanden krijgen. Die tanden zgn voor het Lichaam onmisbaar. Eerst zaagt ge ze er niet. Toch kwamen ze daarna niet van buiten naar het lichaam toe, maar van binnen uit het lichaam op. Dus waren ze reeds b^ de geboorte in kiem en aanzetsel met het hoofd van het kindeken gegeven.

En zoo ook was, al stond het mystieke Lichaam eerst veel later uit Christus gevormd te worden, toch heel dat Lichaam, en in dit Lichaam eik lid, van meet af in Christus gegeven. Een ieder die ten leven zou komen, was in Christus voorgekend, in hem uitverkoren en van voor de grondlegging der wereld met het Hoofd van het Lichaam.In verband gezet.

Raadseltaal voor ons.

Hoe zou 't anders? Zoo dikwijls we de grens van het eindige overschrijden, werpt telkens het raadsel des levens ons in dit ondoorgrondelijk mysterie terug. Ge weet het, alleen God Is oneindig, maar eindig is zelfs het Heelal. Doch poog dit nu in en door te denken, hos groot dan ook het Heelal moge zijn, eens, ergens, heeft 't dan toch zijn einde, zij'n grens, zijn uitersten kant, en achter die grens, achter dien buitensten kant, wat is daar dan?

We weten het niet, en kunnen het niet weten, en zelfs de vraag er naar verbijstert ons. Om het diepste levensmysterie te verstaan, zouden we zelven oneindig moeten wezen, en oneindig is alleen God.

Doch één genade viel ons te beurt.

Waar wij, omdat we eindige schepselen zijn, ook onzen band aan den Christus niet anders dan ais eindig zouden gevoelen, en daardoor vervalschen, heeft het Gode beliefd een lichtstraal uit den Hooge voor de geloovigen In het mysterie te doen glansen, en bij dien glans zien we nu op eenmaal over de grens van het eindige heen tot In het oneindige, waaruit het alles opwelt, en zóó toont zich de band aan Christus als tot In de uitverkiezing terUg gaande.

We zijn uitverkoren in Hem.

En nu is niets los meer. Nu Is er niets dat ook anders kon zcjn. Nu is uw band, uw levensband aan Christus gegrondvest tot In het wezen der dingen, gelijk God dit in zijn raadslag verordend beeft.

Reeds van eeuwigheid af, toen Gods raad de uitverkiezing uitgaf, waart ge uitverkoren in Hem.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 28 juli 1912

De Heraut | 2 Pagina's

„Uitderkoren in Hem”.

Bekijk de hele uitgave van zondag 28 juli 1912

De Heraut | 2 Pagina's