Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Generale Synode van de Gereformeerde Kerken.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Generale Synode van de Gereformeerde Kerken.

13 minuten leestijd Arcering uitzetten

27 Augustus - Middagzitting.

Over het Zendings-consulaat wordt gerapporteerd door Dr. J. Hania. Na beantwoording van een vraag om informatie, wordt door de Synode besloten:

a. de deputaten voor de Zending onder Heidenen en Mohammedanen te danken voor hetgeen in deze materie door hen is gedaan van 1917—1920:

b. de aansluiting aan het Zendings-consulaat te bestendigen:

c. aan de nieuw te benoemen deputaten op te dragen, hierin, mits zoo zuinig mogelijk, naar bevind van zaken, te handelen.

Dr. Hania rapporteert ook over. een vraag ' van de Bijzondere Vergadering van missionaire arbeiders op Java, of in art. 23 der Zendingsorde de inlandsche kerken al of niet met opzet waren weggelaten en of dit iiu zoo blijven moest. Naar aanleiding van deze vraitg besluit dit rapport met het voorstel:

De Generale Synode draagt aan hare deputaten voor de Zending onder de Heidenen en Mohanunedanen op, om voor de volgende Generale Synode voor te bereiden, na ingewonnen advies van de Bijzondere Vergadering van missionaire Dienaren in Indië, eene wijziging van art. 23 en desnoods van andere artikelen der Zendingsorde.

Aldus wordt besloten.

Overeenkomstig een desbetrefifend rapport, door denzelfden br. uitgebracht, wordt dit besluit genomen:

De regeling omtrent sommige plaatsen naar art. 2 Zendingsorde laat deze Synode over aan hare deputaten voor de Zending onder Heidenen en Mohammedanen; desnoodig treden zij hierover in «verleg met de algemeene vergadering van missionaire arbeiders in Indië.

Rapport omtrent de huishoudelijke Uitgaven van Deputaten voor de Zending wordt uitgebracht door Oudl. H. Both, die de volgende mededeeling doet:

Uwe Commissie, aangewezen om de boeken en bescheiden van den Penningmeester te controleereu, heeft de eer Uwe vergadering te rapporteeren alles in volkomen orde te hebben bevonden, en stelt U voor onder dankzegging voor zijn nauwkeurige accuratesse decharge te verkenen.

Aldus wordt besloten.

Door Prof. F. W. Grosheide wordt rapport uitgebracht over het voorstel, dat Deputaten, wien belangrijke zaken worden opgedragen ter fine van advies, hun voorstellen of rapporten binnen anderhalf jaar ter kennis van de kerken brengen. Het rapport ontwikkelt eenige bezwaren hiertegen. Aan de beraadslaging hierover wordt door onderscheiden broeders deelgenomen. Na repliek van den Rapporteur besluit de Synode overeenkomstig het advies om op het bedoelde voorstel niet in te gaan.

Na het zingen van Ps 133 : 3 en dankgebed wordt deze zitting te 3 ure gesloten.

De volgende openbare zitting zal aanvangen Dinsdagmorgen te 9 ure.

31 Augustus. - Morgenzitting.'

Na de opening der vergadering wordt gezongen Ps. 39 : 3, en gaat de Voorzitter voor in gebed.

De Praeses herinnert aan den verjaardag der Koningin en stelt voor, het volgende telegram te zenden:

Aan H. M. de Koningin,

»De Gereformeerde Kerken in Nederland, »vergaderd te Leeuwarden in Generale Synode, «brengen Uwer Majesteit op dezen heugelijken »dag eerbiedig' hulde, met de innige bede, dat > de God aller genade temidden van alle be-»roeringen dezer tijden Uwe Majesteit bij den »voortduur bekrachtige en bekwame, opdat Uwer iMajesteits regeering nog lange jaren ons volk iten zegen zij".

Namens de Synode,

J. D. v. D. MUNNIK, Praeses.

Ds. Bteukelaar wordt geluk gewenscht met de Koninklijke onderscheiding hem verleend.

Ds. de Geus leest de notulen van de vergadering van Vrijdag j.l., welke worden goedgekeiurd en vastgesteld.

De Praeses doet mededeeling van eenige nagekomen stukken, welke, voor zooveel noodig, in handen van de betrokken Commissies worden gesteld.

In het vervolg zullen conclusiën van ingrijpende beteekenis vooraf worden gedrukt en rondgedeeld. Dit zal aanstonds worden toegepast op de conclusiën betreffende > het leerboek".

Ds. Duursema brengt rapport uit over Hoofd I van het Zendingsrapport: de Kerk van Soerabaja. De Synode vereenigt zich met de volgende voorgestelde conclusiën:

Ie De handelingen der Deputaten voor de Zending inzake de Kerk van Soerabaja goed te keuren;

2e voor de jaren 1920—'23 aan de Kerk van Soerabaja weder een subsidie uit de algemeene Zendingskas toe te kennen tot een maximum-bedrag van ƒ 1800 per jaar, wanneer aan de te benoemen Deputaten voor de Zending gebleken zal zijn, dat deze hulp noodig is.

Vervolgens brengt Ds. Brouwer rapport uit over de bemoeienissen van Deputaten voor de Zending met de kerken van Rotterdam, Delft, Amsterdam, Heeg, Middelburg en Utrecht. Overeenkomstig het advies besluit de Synode:

a. Den Deputaten dank te zeggen voor hunne bemoeienissen;

b. en den door hen verrichten arbeid goed te keuren.

Prof. Honig brengt praeadvies uit over het Rapport van Gedeputeerden naar art. 4 Zendingsorde (examen). De Synode besltiit overeenkomstig het voorstel:

Ie Aan deputaten naat Art. 4 der Zendings-Orde dank te zeggen voor hun arbeid;

2e Overeenkomstig het voorstel van de afgetreden deputaten in het vervolg niet 5, maar 8 deputaten te benoemen;

3e Bij eene revisie van de Zendings-Orde Art. 1 der Instructie voor de Gedeputeerden naar Art. 4 alinea 2 alzoo te wijzigen;

4e Eveneens overeenkomstig het voorstel van de afgetreden deputaten in Art. 7 van de Zendings-Orde uit alinea 1 het vak > kennis van de religie in betrekking tot het aangewezen Zendingsterrein c over te brengen naar alinea IV onder de Elenctiek.

Dr. van Andel rapporteert over het verzoek

van den Kerkeraad van de Kerk van Batavia om advies en zoo mogelijk goedkeuring over zijn besluit en de getroffen regeling, in zake de verhouding tusschen het HoUandsch sprekend en het Maleisch sprekend gedeelte der gemeente. Dit rapport zal in de Bijlagen achter de Acta in extenso worden opgenomen.

De Synode besluit overeenkomstig het advies:

1. dat het gewenscht is, in de gemeente te Batavia een splitsing naar de taal aan te brengen, zoo spoedig mogelijk gevolgd door een afzonderlijke institueering van het* Maleische gedeelte, met dien verstande, dat het aan de personen zelf worde overgelaten, bij welke ge meente zij wenschen te behooren;

2. dat de Synode de regeling dezer materie in bijzonderheden voor rekening van den Kerkeraad te Batavia laat, daarbij alleen wijzende op de wenschelijkheid van een juistere regeling van de positie van den Missionairen Dienaar des Woords;

3. dat van dit besluit bericht zal worden gegeven aan de Gereformeerde Kerk te Batavia.

Ds. W. Breukelaar rapporteert over de herziening van enkele salarisregelingen.

De Synode besluit, overeenkomstig het advies, als volgt:

Aan de te benoemen deputaten voor de Zending onder Heidenen en Mohammedanen op te dragen:

1. in te wachten het voorstel tot herziening der salarisregeling voor het personeel der kweekscholen, in uitzicht gesteld door den Raad van Toezicht, dit voorstel te beoordeelen, des noodig hierover nader advies in te winnen en daarna te dezer zake eene beslissing te hemen, met dien verstande evenwel, dat de salarieering van het personeel der Christelijk HoUandsch Inlandsche Kweekschool en van br. D. Koelewijn, Directeur der Keucheniusschool, de salarieering van het personeel der Gouvernements Kweekscholen niet zal mogen overtreffen;

2. Aan de Afzonderlijke Vergadering van Missionaire Dienaren des Woords op Midden-Java advies te vragen betreffende eene herziening van de traktementen van den Docent en Leeraar der Opleidingsschool voor helpers bij den dienst des Woords, over dat advies te oordeelen, en daarna de regeling dezer tractementen te herzien en vast te stellen zooals hun billijk zal voorkomen;

3. aan de regeling, sub 1 en 2 genoemd, terugwerkende kracht te verkenen tot 1 Jan. 1920, wanneer naar hun, oordeel de billijkheid dit mocht vorderen.

Prof. Grosheide leest pïaeadvies van de 4e Commissie over het Evangelisatie-rapport. Verschillende broeders bepleiten uitstel van behandeling. Aangenomen wordt een voorstel van Dr. de Moor, om de behandeling van dit rapport te verdagen tot de volgende Generale Synode, aangezien de Kerken niet voldoende kennis ervan hebben kunnen nemen..

Met betrekking tot wederberoepbaarstelling van iemand, die van den Dienst des Woords is afgezet, wordt het praeadviea van de Commissie voorgelezen door Oudl. D. Mulder; er volgt nu een eenigszins uitvoerige discussie, waaraan deelgenomen wordt door Prof. Greydanus. Prof. Bouwman, Ds. Breukelaar, Prof. Hoekstra, den Praeses, Ds. de Geus, Ds. Doornbos, Prof. Lindeboom, Dr. de Moor, en den Rapporteur.

De Synode, kennis genomen hebbende van dé vraag van de Part. Synode van Noord-Holland, spreekt uit, dat de vraag of iemand die van den Dienst des Woords afgezet is, weder beroepbaar zal gesteld worden, niet anders dan ten overstaan van Deputaten naar Art. 49 K.O. door de Classis kan beantwoord worden.

Middagzitting.

De zitting wordt heropend met het zingen van Ps. 2S : S.

De voorzitter deelt mede, dat is ingekomen een telegram van Ds. B. van Schelven, waarin hij bedankt voor den gelukwensch, op zijn jaardag ontvangen en Gods zegen toewenscht op den arbeid der Synode.

Oud. Francken rapporteert over de grensregelingen tusschen verschillende Kerken in Friesland, Zuid-Holland, Noord-Holland en Gelderland. De Synode aanvaardt de conclussies van de commissie.

Prof. van Gelderen leest het rapport van de 5 e Commissie over het verzoek der Part. Synode van Zuid-Holland (N.G.), om een weg aan te wijzen waarlangs repatrieerende Dienaren des Woords uit de Gereformeerde Kerken van Zuid-Amerika voor de Kerken in Nederland beroepbaar kunnen worden verklaard. Aan de discussie hierover wordt deelgenomen door Dr, de Moor, Prof. Bouwman, Ds. Landwehr, Prof. Grosheide, Prof. Lindeboom, Prof. Ridderbos, Prof. Greijdanus, Ds. de Geus, en Ds. Doornbos, waarna een voorstel van Dr. de Mopr wordt aangenomen, dat aldus luidt:

De Generale Synode

gezien het verzoek der Particuliere Synode van Zuid-Holland Z.G., dat de Generale Synode een weg aanwijze, waarlangs repatrieerende Dienaren des Woords uit de Gereform. Kerken van Zuid-Amerika voor de kerken in Nederland beroepbaar kunnen worden verklaard,

overwegende, dat de kerken der classis Buenos Ayres in het kerkverband der Gereform. Kerken in Nederland zijn opgenomen, en dat mitsdien voor de Dienaren dezer kerken de weg ter beroepbaarstelling in Nederland niet ten eenenmale mag zijn afgesloten,

besluit, dat Dienaren des Woords uit die kerken, wanneer de classis Buenos Ayres aangaande hun leer, leven en dienst goede getuigenis aflegt, door de classis binnen welke zij woonachtig zijn, zullen onderzocht worden omtrent hun kennis van de uitlegging der H. Schrift, de Gereform. leer en kerkregeering, ten overstaan van Deputaten naar art. 49 K. O.

Prof. Hoekstra brengt rapport uit over het voorstel der Prov, Synode yaii Friesland (N.G.) om onze jonge studenten ernstig te waarschuwen tegen het lidmaatschap van de N. C. S. V. en om opdracht te geven, dat bij alle Kerkelijke examina de examinandi inzonderheid onderzocht zullen worden ten aanzien van het standpunt met betrekking tot de H. Schrift, den Persoon en het Middelaarswerk van Christus en het stuk der Kerk. Aan de bespreking namen deel Prof. Lindeboom, Dr. van Es, Dr. Dijk en Prof. Honig. Deze besprekingen worden geschorst tot de volgende vergadering.

De openbare vergadering wordt gesloten. De Synode gaat in comité.

1 September 1920. - Morgen zitting.

Na de opening der vergadering wordt gezongen Ps. 119 : 53 en gaat de Praeses voor' in gebed.

Dr. Keizer leest de Notulen van de vorige vergadering, die-worden vastgesteld.

De Praeses deelt mede, dat is ingekomen een voorstel, door verschillende leden der Synode onderteekend, om rapporten uiterlijk zes maanden vóór de bijeenroeping der Gen. Synode te doen verschijnen. Dit voorstel wordt aangenomen.

Dr. de Moor leest het rapport van de Ie Commissie over de wijze, waarop het getuigenis (zie verslag van de zitting van 27 Aug.) zal uitgaan tot de Kerken. Besloten wordt:

1. het Getuigenis, waartoe 1.1. Vrijdag besloten werd, te doen uitgaan van deze Synode;

2. eene Commissie van drie broeders (een Hoogleeraar, een Dienaar des Woords en een Ouderling) aan te wijzen, die zoo spoedig mogelijk de Synode diene met een concept daarvan;

3. dit concept in druk te doen ronddeelen.

Voortgezet wordt de bespreking over het lidmaatschap der studenten van de N. C. S. V; Hierover voeren nog het woord Prof. Grosheide, Dr. de Moor, Ds. Breukelaar, Prof. Ridderbos, Dr. V. Es, Prof. Aalders, Dr. Keizer en de Rapporteur. Nadat door de Commissie was overgenomen een amendement van Ds. v. d. Munnik en door de Synode was verworpen een voorstel van Dr. Dijk en Dr. Keizer, om »uit te spreken, dat het niet op den weg der Synode ligt, om maatregelen te treffen tegen het deelnemen aan deze vereeniging", worden aangenomen de conclusies, zooals da Commissie ze voorstelt, behalve dat nog wordt toegevoegd het Ie gedeelte van een amendement van Dr. de Moor, »hun dit lidmaatschap ten zeerste ontraden". Het geheele voorstel, zooals het nu aangenomen is, luidt:

De Synode, kennis genomen' hebbende vao de voorstellen der Particuliere Synode / van Friesland (N. G.) en de Classis Harderwijk inzake de deelneming van Geref. studenten aan de N. C. V., besluit: a. op grond van de in het rapport genoemde overwegingen te verklaren dat, bij alle waardeering van het goede, door de N. C-S. V. bedoeld en gewerkt, voor Geref. studenten aan het lidmaatschap van de N. C. S. V. groote bezwaren \erbonden zijn; é. erbij allen, die geroepen zijn aan onze Geref. studenten leiding te geven, op aan te dringen, dat zij den studenten deze bezwaren onder het oog brengen en hun dit lidmaatschap ten zeerste ontraden.

Dr. Hania rapporteert over het verkrijgen van den doop voor de kinderen of van het H. Avondmaal voor zich zelf, van dezen of genen in Indië, die geen lid is van eene Geref. Kerk, doch vertoeft ter plaatse, waar wel eene Geref. Kerk is en om den Doop of het Avondmaal vraagt.

Dit praeadvies ziet eerst onder de oogen de vraag, of de Synode op dit verzoek moet ingaan, herinnert o.m. aan het besluit van deze Synode aangaande bediening van het H. Avondmaal in stichtingen en aan het advies van Prof. Rutgers in een dergelijk geval gegeven op de Generale Synode van Amsterdam in 1908 (Acta, Bijlagen blz. 131.134). De Synode besluit overeenkomstig het uitgebrachte praeadvies:

1. Wanneer in Indië, in de verstrooiing, leden van andere kerkelijke gezindten tijdeUjk vertoeven op plaatsen waar zij geene kerk van eigen belijdenis vinden, zich bij onze kerken of miss. predikanten aanmelden, om hetzij den H. Doop voor huime kinderen, hetzij voor zichzelf den toegang tot het H.' Avondmaal te vragen, niet zonder meer alle aanvragen behooren te worden afgewezen;

2. dat echter voor het verkrijgen van den H. Doop voor de kinderen, of van het H. Avondmaal voor zich zelf, in het algemeen deze voorwaarden worden gesteld:

a. dat de aanvrager in zijn eigen kerkelijken kring tot het laten doopen van zijne kinderen zonder getuigen en tot het gebruik van het H. Avondmaal is toegelaten;

b. dat zijn persoonlijke geloofsovertuiging overeenkomt met de Chr. geloofsbelijdenis inzake de hoofdstukken der Chr. religie;

c. dat zijn levenswandel onbesproken is; en d. dat hij gedurenda den tijd, dien hij ter plaatse waar hij den Doop of het Avondmaal verkrijgt, vertoeft, zich daar ook aan het kerkelijk toezicht onderwerpt; en

3. dat met het oog op de eigenaardige omstandigheden die zich hierbij kunnen voordoen, de bijzondere gevallen door den, kerkeraad of den miss. predikant ter plaatse moeten worden beoordeeld: waarvoor dan nog desgewenscht advies worde ingewonnen bij de „Afzonderlijke vergadering" van miss. dienaren óf bij de classe Batavia.

Overeenkomstig een desbetreffend rapport, uitgebracht door Dr. Offringa, besluit de Synode inzake den steun . voor den Medischen Dienst van de Kerk te Djokja, aan deze Kerk desgevraagd een jaarlijksche bijdrage van f1200 te blijven verleenen tot de volgende Generale Synode.

Ds. Duursema rapporteert over het bijwonen van conferenties door Deputaten.

Overeenkomstig het rapport besluit de Synode; Ie. de handelingen van Deputaten voor de Zending in zake het bijwonen van conferenties en dergelijke goed te keuren;

2e. aan te benoemen Deputaten voor de Zending een voorzichtig gebruik van uitnoodigingen ter bijwoning van eonferenties en dergelijke vergaderingen aan te bevelen, met inachtneming van de bepalingen te dezer zake van de Synode 1905;

3e. aan te benoemen Deputaten voor de Zending op te dragen, ook voortaan bij voorkomende gelegenheden de belangen der Zending bij de Regeering of bij bepaalde regeeringspersonen te bepleiten.

(Wordt vervolgd).

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 12 september 1920

De Heraut | 2 Pagina's

Generale Synode van de Gereformeerde Kerken.

Bekijk de hele uitgave van zondag 12 september 1920

De Heraut | 2 Pagina's