Abba, Vader
Leer ons bidden, zo vroegen de discipelen. Want ze merkten telkens, dat Jezus verkwikt en gesterkt van het gebed terugkwam.
En Jezus voldeed aan hun verlangen. „Bidt gij dan aldus: Vader...." De discipelen zullen al meteen hebben opgekeken. Want volgens de exegeten, o.a. Kittel, Theol. W., Band 5, p. 985, gebruikt Jezus hier het Aramese woord: Abba! Dat moet de joden heel vreemd in de oren geklonken hebben. Abba is n.1. de Aramese uitroep van een kind, dat vader nodig heeft. Bij ons: pappa!
Dat was voor de joden al te familiair. God was voor hen wel de Vader van het uitverkoren volk. Israël was Gods Zoon. Maar dat bleef allemaal in de benaming steken. Het kwam niet tot een beleving van Gods werkelijke vaderschap. God bleef de eisende, de gebiedende, de wetgever, die pietepeuterige vervulling van allerlei wetjes verlangde, en die anders verschrikkelijk straffeu zou. God bleef voor hun besef ver af, hoogverheven, ongenaakbaar.
Jezus echter maakte nu ineens volle ernst met dit vaderschap van God. Hij plaatst dit midden in het leven. Vandaar ook, dat Jezus herhaaldelijk zegt, dat wij moeten worden als de kinderen, indien wij het Koninkrijk zijns Vaderr willen binnengaan.
Dit koninkrijk nu is tegelijk de rem tegen oneerbiedige gemeenzaamheid met God. Het is de koning van hemel en van aarde, tot wie wij in de kinderlijke houding komen te staan.
Daarom leert Jezus ons ook bidden: Onze Vader, die in de hemelen zijt. . . . Deze Abba-roep vinden we letterlijk slechts één keer in de evangeliën, n.1. Mare. 14 : 36. Dat is in Gethsemané. Jezus tracht hier zijn God weer dichtbij zich te trekken door de benaming: Abba. Het is het smeken van het kind in uiterste nood, van Jezus, die nu de last van de zonde van heel de wereld gaat torsen.
Verder komt deze uitdrukking nog terug in Rom. 8 : 15 en Gal. 4 : 6. Paulus zegt hier, dat God de Geest van zijn Zoon in ons heeft uitgezonden, die in onze harten roept: Abba, Vader.
De Geest van zijn Zoon. . . . Wij mogen Jezus nazeggen: Abba, Vader. Hij verdiende dat voor ons door zijn sterven en opstanding. En het is ook alleen die Geest vann Jezus Christus, die aan die kreet, die uit onze harten in zondennood opstijgt, de junste klank en timbre geeft, die ons behoudt voor een heiligschennende banaliteit en die toch alle angst uit ons wegvaagt.
Abba, Vader! Hebt u al eens God in de ogen gezien, en ook zo vol vertrouwen en eerbied, in kinderlijke overgave, tot Hem gezegd: Abba, Vader, hier is uw kind: ik heb U lief: ik kan niet zonder U; Vader, in U rust ik en in uw handen beveel ik mijn geest?
Naschrift: Br. de Berdt was zo vriendelijk om ondanks de drukke voorbereidin gen voor zijn vertrek bovenstaande gedachten in schets aan ons te zenden. Hij had het echter niet meer klaargespeeld om die schets helemaal uit te werken. Daarvoor was zijn tijd te kort. Ik heb daarom er zelf de laatste vorm aan gegeven.
Ik wilde er nog aan toevoegen: Het is merkwaardig, dat in Nederland de roomskatholneken nog al gemoedelijk met God omgaan en zo gemakkelijk spreken van Ons-lief-Heertje. In het Portugees ns het juist andersom. Daar gebruiken de protestanten de naam voor vader, die ook in de familie wordt gebezigd, n.1. „paii, terwijl de rooms-katholieken de deftige term gebruikens ,,padre, waarmee zij overigens ook de priesters aanspreken. Ook tutoyeren de protestanten God, terwijl de rooms-katholieken God met Gij en „U” aanspreken. Datzelfde verschil tussen rooms-katholneke en prote- antse gebeden vindt men ook in het Frans.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 september 1960
In de Rechte Straat | 20 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 september 1960
In de Rechte Straat | 20 Pagina's