Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Gods weg van vrede

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Gods weg van vrede

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Dit boek van Horatius Bonar, uit het Engels vertaald door L.J. van Valen, is uitgegeven bij Den Hertog-Houten. 114 blz. f 16,90.

H. Bonar (1808-1889) behoorde tot de vriendenkring van Robert Murray MacCheyne. In Engeland werden 300.000 exemplaren verkocht.

En ik kan die belangstelling voor dit boek goed begrijpen, want het is bijzonder fijn geschreven. Het grondthema is de rechtvaardiging van de goddeloze.

Ik heb er zoveel in aangestreept dat het onmogelijk is dat allemaal te citeren. We moeten ons dus beperken.

Hoe radikaal snijdt hi j bv. elke poging tot zelfredding af door aan de lezer dit voor te houden:

Oordeel zelf!

"De mens behoeft niet te proberen om een goed woord over zichzelf te zeggen, of om aan te voeren dat hij niet schuldig is, tenzij hij kan aantonen dat hij God met geheel zijn hart liefheeft en altijd heeft liefgehad. Wanneer hij dit in waarheid kan belijden, dan is hij in alles een goed mens en geen zondaar, zodat hij geen vergeving nodig heeft. Hij zal de weg naar het Koninkrijk zonder het kruis en zonder de Zaligmaker vinden.

Maar, als hij dat niet kan belijden, 'wordt zijn mond gestopt' en is hij 'verdoemelijk voor God'. Al legt hij nu een uitwendig goed leven aan de dag, en al denken anderen nu gunstig over hem, dan zal het oordeel hem hiernamaals toch treffen. In dit leven kunnen de menselijke oordelen de overhand hebben, maar als Gods dag komt, zal zijn geval op de werkelijke verdiensten worden getoetst. Dan zal de Rechter van allen de aarde richten en de zondaar zal tot schande worden gesteld" (p. 17).

Als de Geest werkt …

"Wanneer de Heilige Geest de ogen van onze ziel opent, zien wij dit duidelijk. In de overtuiging van zonden ziet de zondaar zichzelf, zoals hij is en zoals God hem steeds gezien heeft. Dan verdwijnt iedere dwaze gedachte over eigen algehele of gedeeltelijke goedheid. De dingen in hem, die hem als goed voorkwamen, blijken nu zo verkeerd te zijn. Deze dingen zijn zo erg verkeerd, dat alle zelfgemaakte steunsels onder hem wegvallen. Alle hoop op de zaligheid, door een vermeende goedheid in zijn natuur, wordt nu weggenomen. Hij ziet dat hij zichzelf niet kan verlossen en God ook niet kan helpen om hem te verlossen. Hij is verlorenen hulpeloos. Al zijn doen, zijn indrukken, zijn worstelen, zijn bidden, zijn gaven, zijn soberheid en wat niet al, geven hem geen verlichting van zijn gevoel van schuld en betekenen daarom geen rustplaats voor zijn verontruste ziel" (p. 19).

Ontmaskering

Radikaal ontmaskert Bonar de veel voorkomende poging om op grond van een vrome voorbereiding een soort recht op Gods gunst te verwerven:

"Zij denken dat het een rechte en veilige weg is om op het biddende, werkende en vrome ik te rusten. En dat noemen zij nog nederigheid! Zij noemen het gelukkige vertrouwen van de eenvoudige gelovige, die Gods Woord dadelijk ter harte neemt en hierop rust, vermetelheid of dweepzucht. Maar van hun eigen ellendige onzekerheid die uit hun eigen werken voortkomt, spreken zij als van een nederige hoop". "Ze maken van het gebed een instrument van eigengerechtigheid. Het gebed wordt dan een prijs van onze aanneming bij God, het geld dat wij betalen om in Gods gunst te komen". "Wij misleiden onszelf door troost te trekken uit onze goede daden, gevoelens, plannen, gebeden of bevindingen, en spreken van vrede waar geen vrede is. Geen mens kan zijn dorst lessen met zand of met water uit de Dode Zee. Zo kan geen mens rust vinden vanuit zijn eigen natuur, hoe goed deze hem ook voorkomt, of vanuit zijn eigen werken hoe godsdienstig die ook mogen zijn" (p. 24-25).

Gods genadige liefde onze enige grond

Dat behandelt Bonar in hoofdstuk 3. "In het ongeloof zijn altijd twee zaken begrepen nl. een goede gedachte over zichzelf en een verkeerde gedachte over God. Zolang deze twee zaken de overhand hebben, is het voor de zoekende ziel onmogelijk om rust te vinden" (32).

Daarna: "Het kruis betekent voor ons de betaling van onze straf, de uitdelging van onze schuld en het teniet doen van het handschrift dat tegen ons was. En wanneer het kruis de betaling inhoudt, dan is Zijn opstanding Gods kwitantie, ondertekend met Zijn eigen hand, om de hele som kwijt te schelden. Ons geloof is geen aanvulling van de betaling, maar eenvoudig de erkenning van onze kant van de betaling die de Zoon van God gedaan heeft" (46).

Geloof nu!

Dat is de titel van het indringende hoofdstuk 9. "U bent ernstig, maar ik vrees dat u van uw ernst uw Christus maakt. U gebruikt uw ernst als een reden om Christus niet onmiddellijk aan te nemen. U denkt dat uw ernst u tot het geloof zal brengen, tenminste als u maar volhoudt en uw ernst diep genoeg is.

Ik moet u echter zeggen dat uw ernst verkeerd gericht is. Het is een ernst in het ongeloof, die u als vervanging aanwendt voor een ernst die gericht is op het eenvoudige geloof in Jezus. U moet niet proberen door uw ernst uw gewetensangsten te sussen. Het is een ongelovige ernst, welke nooit ware vrede voortbrengt. Wat God u vraagt is het eenvoudige geloof in het getuigenis dat Hij van Zijn Zoon gegeven heeft" (73).

Vol liefde

Zo vervolgt Bonar met grote liefde de (vrome) zondaar tot in alle schuilhoeken van zijn ziel, waar hi j probeert een eigen gerechtigheid op te bouwen om zo een klein beetje hoop te koesteren op Gods gunst. Maar telkens laat Bonar dan zien dat dit valse vertrouwen op eigen goede of vrome werken een belediging is van Gods liefde die Hij in Christus heeft geopenbaard.

"Zo willen de zondaren hun zelfgemaakte gronden niet loslaten om zich alleen in de armen van Christus te laten vallen. Waarom? Omdat zij nog steeds op deze gronden vertrouwen en niet op Hem die in het Evangelie tot hen spreekt. In plaats dat ik deze inspanningen tot deze voorbereidende werkzaamheden bij u aanmoedig, wijs ik erop dat zij alle slechts droevige kenmerken zijn van een eigengerechtige geest" (75). "Want wij worden door het geloof gezaligd en niet door pogingen om 'een onwillige God' te bewegen ons geloof mede te delen" (75-76).

Zeer pastoraal is ook het hoofdstuk over het gevoel van een zondaar te zijn. Kortom: het is een gouden boekje dat ik met de meeste klem bij u aanbeveel.

Dit artikel werd u aangeboden door: In de Rechte Straat

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 oktober 1988

In de Rechte Straat | 32 Pagina's

Gods weg van vrede

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 oktober 1988

In de Rechte Straat | 32 Pagina's