Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Onrustig is ons hart …

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Onrustig is ons hart …

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Velen van u zullen de bovenstaande woorden herkend hebben. Althans, dat is te wensen. Het zijn bekende, diepe woorden van de eerste bladzijde van Augustinus’ Belijdenissen, het boek waarin hij beschrijft hoe de Heere Zijn genade in zijn leven groot gemaakt heeft. De strekking van de woorden zal daarmee wel duidelijk zijn: het leven van de zondaar wordt getypeerd als een bestaan zonder ware rust, terwijl de christen geleerd heeft in leven en sterven te rusten in het verlossingswerk van een genadig God. Nu gaan we dit keer in deze bijdrage op die zaak, het hart van het Evangelie, niet in het bijzonder in. Deze woorden van de kerkvader kwamen bij me boven, vanwege de onrust die zich ook de afgelopen weken weer zo scherp aftekende in de mensenwereld.

In de eerste plaats denk ik aan de dreiging van de Mexicaanse griep. Wat betrekkelijk klein begon, neemt intussen afmetingen aan van wereldformaat. Elke keer volgen nieuwe meldingen en tekenen zich nieuwe bedreigingen af. Bedreigingen die door onze verantwoordelijke minister zo ernstig genomen zijn dat de totale Nederlandse bevolking tweemaal ingeënt zou kunnen worden. Opnieuw worden we als mensen geconfronteerd met de kwetsbaarheid van ons leven. In een tijdperk waarin we menen dat bijna alles maakbaar is en af te regelen valt, doet een verschijnsel als dit ons krimpen tot onze eigenlijke proporties. En … dat geeft velen onrust. Het verontrust dat ons bestaan zo aantastbaar blijkt. Het verontrust ons hart, tenzij we rust vonden in God! In dit verband geef ik u een aantal zinnen in overweging die ik las in het boekje Psychologie van het ziekbed, van de medicus dr. J.H. van den Berg. Het betreft een passage waarin hij een treffend signalement geeft van de hedendaagse mens. Let wel, hij schreef deze regels in 1952! Hij constateert dat de gedachte aan ziekte en bederf door de mens van nu hoe langer hoe meer vermeden wordt. Hij schrijft: ‘Waar al deze dingen gebeuren, wordt de vergankelijkheid van ons bestaan – in feite de eerste menselijke werkelijkheid – tot een verhulde en daardoor veel gevaarlijker bedreiging, worden ziekte en dood tot catastrofen, die de mens, volledig onvoorbereid, elk moment in de rug kunnen bespringen. De huidige mens is te vergelijken met de jonge Buddha, die, door zijn opvoeders ver gehouden van elk menselijk leed, ongewoon kwetsbaar werd voor alles wat niet paste in zijn kunstmatige paradijs. Het is zeker niet toevallig dat in onze dagen zoveel gedacht en geschreven wordt over de angst. Wij leven niet met de werkelijkheden van ons bestaan, die zich juist door deze ontkenning in de vorm van een onbestemde angst aan ons opdringen. De angst is de bodem van ons schijnbaar zo vrolijke en gezonde leven. Het is te verwachten, dat de moderne mens een moeilijke zieke is. En een slechte ziekenbezoeker. Een moeilijke zieke, omdat het ziekbed hem een taak dicteert, waarop hij het minst berekend is: de confrontatie met de kwetsbaarheid van zijn lichaam en de vergankelijkheid van zijn leven.’ Tot zover deze ‘ontleding’ van de menselijke geest. Van de onrust zo u wilt, die allerwegen te tasten is. Het is voor ieder die niet rust in de Heere hoogst verontrustend als zijn ‘kunstmatige paradijs’ zo kwetsbaar blijkt.

Er is in de actualiteit nog iets wat deze onrust zo zichtbaar maakte. Ik doel op het sterven van een mens, die in de ogen der mensen een koning was, een koning van de popmuziek. Uitweiden over deze zaak doe ik liever niet. Het is aangrijpend genoeg als een mens de tijd met de eeuwigheid verwisseld heeft. De wijze waarop de wereld het beleeft kwam mij echter bizar voor. De verbijstering waaraan mensen kennelijk lijden is onthullend. Het is een onthulling van al die onrustige harten. Het is een onthulling van een armoede en een nood die mij diep aangrijpt. Overigens, Augustinus drukt in de bewuste woorden uit wat hij zelf proefondervindelijk kende. Welk een onrust was zijn deel geweest toen hij zich al die jaren volgezogen had met de geest der wereld? Zonder verontrust te zijn door de gedachte aan de Heere, het gericht en de eeu-wigheid. Dat is nog wel het meest verontrustend: de zondaar kan en zal zonder de ontdekking van Gods Geest rusten in zijn verlorenheid. En leeft ‘rustig’ onder de toorn van God. Wat dat voor rust is, is geen vraag.

Intussen kent ook het hart dat wel tot de ware rust kwam zijn onrust. Er zal toch niemand onder de lezers zijn die meent dat het genadeleven storeloze rust inhoudt. Wáár geloof is rusten in het volkomen werk van Christus. Het is zich in leven en sterven Zijn eigendom weten. Echter, in het strijdperk van dit leven kan je ziel danig in je ‘ontrust’ zijn om met Psalm 42 te zingen. Wellicht herkent deze of gene het bij zichzelf. Onrustig is ons hart: soms vanwege geestelijke strijd, soms vanwege zorgen die zich aandienen in dit tijdelijke leven. En voor een van die zorgen wil ik in deze bijdrage ten slotte ook graag de aandacht vragen. Bij alle berichten die betrekking hebben op het wereldgebeuren, zoals hiervoor benoemd, kunnen andere dingen soms aan de aandacht ontsnappen of begínnen aan de aandacht te ontsnappen. Ik denk aan de sombere berichten betreffende de werkloosheid die fors dreigt op te lopen. We zijn intussen gewend aan nieuwsitems over beursval, overheidssteun aan banken en dergelijke dingen meer. Er slaat onder de mensen op dat punt vermoeidheid toe. Op het gevaar af dat we aan de concrete noden ten gevolge van de economische crisis voorbij zien. Bijvoorbeeld aan de nood van dreigend of zelfs al gekregen ontslag. In uw nabijheid zijn ze er wellicht, in de gemeente waartoe u behoort. Mensen die met deze zorg te maken kregen of krijgen. Vergissen we ons niet. Dan gaat het om het dagelijks levensonderhoud, het gezin en de kinderen. Het gaat om het dak boven ons hoofd. Kunnen we nog blijven wonen in het huis dat ons thuis werd? Als u weet van mensen en gezinnen die met deze ‘onrust’ te maken krijgen, leeft u alstublieft met ze mee. In de eerste plaats biddend. Tegelijk niet alléén biddend, maar ook praktisch.

Als het u of jou zelf aangaat, hoop ik van harte dat we in de nood toch rusten mogen in de Heere, in Zijn goede en voorzienige zorg. Ik kan dat gemakkelijk schrijven. Een dominee wordt zo rechtstreeks niet door de recessie getroffen. Het is dan ook met veel voorzichtigheid dat ik het noteer. En toch. Niets is er waar dé rust in wordt gevonden, hoor ik in Psalm 73. Rusten in Hem geeft geen beschaming. Het maakt in de armoede rijk. We bevelen u van harte in Gods hoede aan. Hij Die Elia in de crisis van de Krith voedde door de raven.

Dit artikel werd u aangeboden door: Hersteld Hervormde Kerk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 juli 2009

Kerkblad | 12 Pagina's

Onrustig is ons hart …

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 juli 2009

Kerkblad | 12 Pagina's