Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Dieper verstaan van de boodschap

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Dieper verstaan van de boodschap

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Vorig jaar verscheen het elfde deel van de Studiebijbel Oude Testament onder redactie van dr. M.J. Paul, drs. G. van den Brink en drs. J.C. Bette. Dit elfde deel is gewijd aan de boeken Ezechiël en Daniël.

Voor wie niet eerder een deel van de Studiebijbel onder ogen kreeg wijs ik erop dat bij de verklaring van de tekst links de Hebreeuwse brontekst is opgenomen met daaronder de weergave in Nederlandse transcriptie en daar weer onder een zo letterlijk mogelijke vertaling. Rechts daarvan zijn op de linkerpagina dan de tekst in Herziene Statenvertaling, Willibrordvertaling, Groot Nieuws Bijbel en de Nieuwe Bijbelvertaling opgenomen. Aan de uitleg zowel van de tekst van Ezechiël als Daniël gaat een inleiding vooraf. Eerst wordt de persoon van de profeet behandeld en daarna zijn boek. Bij het boek Daniël komt dan in het tweede inleidende artikel de tweetaligheid ervan naar voren. In de vertaling is dit uiteraard niet zichtbaar, maar Daniël 2:4 t/m Daniël 7 is niet in het Hebreeuws maar Aramees geschreven. Aramees was de voertaal van het neo-Babylonische en vervolgens het Perzische rijk. In die richting wordt in de Studiebijbel de verklaring gezocht. De hoofdstukken waarin de koningen van deze rijken een plaats hebben, inclusief Daniël 7, zijn in de taal van dit rijk opgesteld. De inleiding op Daniël bevat nog een derde artikel gewijd aan de datering van dit boek. Op grond van vooral de slothoofdstukken van Daniël meent de meerderheid van de oudtesta-mentici dat dit boek in de tweede eeuw vóór Christus moet worden gedateerd. De reden is dat de machtsontwikkelingen van het Seleucidische en Ptolemeïsche rijk tot en met het optreden van Antioches Epiphanès hier worden beschreven. In de Studiebijbel wordt een pleidooi gevoerd voor de traditionele datering in de zesde eeuw vóór Christus. Daarmee wordt rechtgedaan aan het zelfgetuigenis van dit Bijbelboek.

Op de uitleg van de tekst van beide Bijbelboeken volgen een aantal excursen. Gerelateerd aan Ezechiël vinden we onder andere een excurs over Gog en Magog en over het tempelvisioen. Ten aanzien van het tempelvisioen wordt erop gewezen dat een letterlijke, of wat naar mijn overtuiging in dit verband feitelijk een betere uitdrukking is, een literalistische verklaring, onwaarschijnlijk is. De onvolledigheid van de beschrijvingen van de tempel en de geografische problemen die een letterlijke interpretatie met zich meebrengt, wijzen in een andere richting. Iets explicieter zou ikzelf ook nog gewezen hebben op de scheiding tussen de stad en de tempel in dit visioen.

Daarnaast zou ik uitdrukkelijker hebben aangegeven dat het Nieuwe Testament meerdere handvatten biedt voor de interpretatie van dit visioen. Jezus is de belichaming van de tempel van Ezechiël als woonplaats van de heerlijkheid des HEEREN. Dan moet vooral Johannes 1 vers 14 genoemd worden. Vervolgens moet gewezen worden op Zijn gemeente als de nieuwtestamentische tempel (vgl. o.a. Ef. 2 :20-22). Tenslotte vinden alle oudtestamentische profetieën over het herstel van stad en tempel hun uiteindelijke vervulling in de neerdaling van het nieuwe Jeruzalem uit de hemel. Dat is een stad zonder tempel, omdat God en het Lam haar tempel zijn. Hier is van belang te beseffen dat een vervulling nooit minder maar wel meer kan en mag zijn dan de oorspronkelijke voorzegging deed vermoeden. Terecht wordt in de Studiebijbel opgemerkt dat een symbolische opvatting van het tempelvisioen niet onverenigbaar is met het geloof in het toekomstige herstel van Israël. Een van de excursen gerelateerd aan Daniël is gewijd aan de uitdrukking ‘de zoon des mensen’. Deze uitdrukking vinden we in Daniël 7 vers 14. Menig Bijbellezer ontgaat dat wanneer Jezus Zich de Zoon des mensen noemt, in ieder geval in een aantal gevallen, Daniël 7 vers 14 als achtergrond moet worden gezien. In die context wijst het eerder op de verhevenheid, ja goddelijkheid van de geschilderde persoon. Deze aspecten en nog meerdere andere komen in het bewuste excurs naar voren.

De Studiebijbel is een verklaring van niveau als het gaat om een grondige verklaring van de tekst. Vergelijking met een door vele gemeenteleden gebruikt Bijbelcommentaar als Matthew Heny is niet billijk en zinvol. Noch naar de Studiebijbel noch naar Matthew Henry. Henry heeft devotionele aspecten die de Studiebijbel niet heeft, maar de Studiebijbel gaat weer dieper in op de oorspronkelijke betekenis en context. Zij vullen voor dagelijkse Bijbelstudie elkaar goed aan. Door de Hebreeuwse tekst met transcriptie en interlineaire vertaling. De Studiebijbel is vooral ook een aanrader voor hen die de eerste beginselen van het Hebreeuws kennen maar toch op dit punt nog wat begeleiding nodig hebben. Het deel op Ezechiël en Daniël is ook representatief voor de grondige wijze waarop relevante eigentijdse secundaire literatuur is meegenomen. Terwijl veel eigentijdse Bijbelverklaringen in meer of mindere mate het zelfgetuigenis van de Schrift te weinig verdisconteren, geldt dat zeer zeker niet voor de Studiebijbel. Het is een prestatie van formaat dat een betrekkelijk klein aantal mensen met de Studiebijbel een commentaar van dit niveau op inmiddels het overgrote deel van de Bijbelboeken heeft gegeven. Een hartelijke zegenwens over de verdere voortgang van dit project is zeer zeker op zijn plaats. Gebruik van dit commentaar kan een wezenlijke bijdrage leveren aan een dieper verstaan van de boodschap van de Schrift.

Boven-Hardinxveld, ds. P. de Vries


dr. M.J. Paul, drs. G. van den Brink en drs. J.C. Bette (red.), Ezechiël-Daniël, Studiebijbel Oude Testament, Centrum voor Bijbelonderzoek 2014; ISBN 978-90-77651-30-8; Hardback. 1034 pagina's, prijs € 65,-

Dit artikel werd u aangeboden door: Hersteld Hervormde Kerk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 2 april 2015

Kerkblad | 24 Pagina's

Dieper verstaan van de boodschap

Bekijk de hele uitgave van donderdag 2 april 2015

Kerkblad | 24 Pagina's