Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De heerlijkmaking (4)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De heerlijkmaking (4)

Wij zullen allen veranderd worden.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

WIJ HOORDEN DE VORIGE KEER DAT, HOEWEL DE HEERE JEZUS AAN DE ZIJNEN AL IN DIT LEVEN DE HEERLIJKHEID GEEFT, ZIJ TOCH NOG MOETEN STERVEN. HOEWEL OOK VOOR GODS KINDEREN DE DOOD DE BEZOLDIGING DER ZONDE IS, GELDT TEGELIJKERTIJD DAT HUN STERVEN TOCH GEEN BETALING MEER IS VOOR HUN ZONDEN, MAAR EEN AFSTERVEN VAN DE ZONDE EN EEN DOORGANG TOT HET EEUWIGE LEVEN. IN HET UUR VAN STERVEN NEEMT DE HEERE NAMELIJK DE ZIJNEN OP IN ZIJN HEERLIJKHEID. DAN MOGEN ZIJ DE ERFENIS ONTVANGEN DIE HIJ VOOR HEN BEREID HEEFT EN ZULLEN ZIJ CHRISTUS IN HEERLIJKHEID AANSCHOUWEN. OP DIE DAG ZULLEN ZIJ OOK VOLKOMEN NAAR GODS BEELD VERNIEUWD ZIJN, TERWIJL ER NIETS MEER ZAL ZIJN WAT NOG DE EENHEID KAN VERSTOREN ONDER DEGENEN DIE VERKEREN VOOR GODS TROON.

Als we dit alles gehoord hebben, kan de vraag bij ons opkomen waarom Christus dan toch nog moet wederkomen. Hierop willen wij in deze aflevering ingaan, waarbij wij dan ook willen nadenken over wat er op de opstandingsdag gebeurt met de rechtvaardigen en de goddelozen. In een volgende en laatste aflevering hopen wij dan nog stil te staan bij de heerlijkheid van de nieuwe hemel en de nieuwe aarde.

Waarom moet Christus nog wederkomen, aangezien na het sterven het oordeel al plaatsvindt (Hebr. 9:27)? Voor de triomferende Kerk geldt immers dat zij nu al eeuwig bij de Heere mag zijn, terwijl de zielen van de goddelozen na hun sterven al op de plaats van het eeuwig oordeel zijn. Bovendien zijn de satan, de hel en de dood reeds door Christus overwonnen. Hoewel dit waar is, is nog niet in vervulling gegaan wat wel voorzegd is, namelijk dat al Christus’ vijanden zullen worden tot een voetbank onder Zijn voeten (Ps. 110:1; 1 Kor. 15:24-25). Hoewel de satan overwonnen is, gaat hij nog rond als een briesende leeuw (1 Petr. 5:8). Al is de dood door Christus overwonnen, toch moeten zelfs de Zijnen nog sterven. Ondanks dat de Heere Jezus alle macht heeft in hemel en op aarde, leven velen nog in grote goddeloosheid. Als een mens aanziet wat voor ogen is, zou het erop kunnen lijken dat niet de Koning der koningen, maar de machtigen van deze wereld het voor het zeggen hebben (1 Kor. 1:26). Babylon is nog niet gevallen (Openb. 18).

Daarom roepen in de hemel de heiligen onder het altaar het uit: ‘Hoelang, o heilige en waarachtige Heerser, oordeelt en wreekt Gij ons bloed niet van degenen, die op de aarde wonen?’ (Openb. 6:10) Niet alleen in de hemel wordt er gezucht om de wederkomst, ook de Kerk op aarde smeekt: ‘Uw Koninkrijk kome’ (Matth. 6:10; Luk. 11:2; Rom. 8:23; Openb. 22:17). Zelfs de schepping, als in barensnood door de gevolgen van de zonde, is zuchtende (Rom. 8:22). Hoort de Heere ook u zuchten?

Daar komt iets belangrijks bij. Van de triomferende Kerk zijn wel hun zielen al in de hemelse heerlijkheid, maar nog niet hun lichamen. Terwijl het toch de troost voor de Kerk is dat zij met ziel en lichaam, beide in leven en in sterven, het eigendom van Christus mag zijn. De Heere Jezus heeft naar ziel en lichaam geleden (Zondag 15, vraag en antwoord 37; 1 Petr. 2:24), opdat degenen die Hem van de Vader gegeven zijn, Hem naar ziel en lichaam zouden toebehoren. Hoewel het behoud van de ziel het allervoornaamste is (Spr. 4:23; Matth. 10:28), geldt toch dat de lichamen van Gods kinderen leden van Christus en tempels van de Heilige Geest genoemd worden (1 Kor. 6:15 en 19). Daarom is hun verlossing pas volkomen als ook hun lichaam in heerlijkheid opgewekt zal zijn.

Ten slotte is er nog een reden waarom de verlossing voor de Kerk, die al Boven mag zijn, nog niet volkomen is. Er worden er in de hemel nog gemist, die er niet gemist kunnen worden. Zelfs als de dag van Christus’ wederkomst aanbreekt, zullen er nog kinderen van God op aarde zijn. Er zijn er die levend zullen overblijven tot de toekomst des Heeren (1 Thess. 4:15 en 17). Zij zullen niet ontslapen (1 Kor. 15:51), maar op de jongste dag bijeenvergaderd worden (Matth. 24:31; 1 Thess. 4:17).

Daarom ziet de Kerk uit naar Christus’ heerlijke wederkomst. Dan zal de dag aanbreken waarop de boze en zijn helpers voor eeuwig het zwijgen wordt opgelegd en wordt de satan, die een al overwonnen vijand is, geoordeeld (2 Petr. 2:4; Judas:6). Voorgoed zal de Heere Jezus dan een einde maken met alle goddelozen en hun goddeloosheid (Ps. 110; 1 Kor. 15:25). Alle machthebbers van deze wereld moeten op die dag hun macht inleveren (1 Kor. 15:24). Dan zullen alle dingen aan Christus onderworpen zijn (1 Kor. 15:28).

Als de Heere Jezus wederkomt, gebeuren er meer heerlijke dingen. De doden zullen uit hun graven worden opgewekt. De verwachting van de opstanding der doden vindt zijn grond in de opstanding van Christus Zelf (1 Kor. 15:13-20). Daarom wordt Christus ook de Eersteling genoemd van degenen die ontslapen zijn. Het is niet zonder reden dat Hij wordt aangeduid als de Eersteling. Op het oudtestamentische Pinksterfeest, ook wel het wekenfeest genoemd (Lev. 23:15-22; Deut. 16:9-12), werden de eerstelingen van de oogst aan de Heere geofferd. Als de eerstelingen aan de Heere geofferd waren, gold voor de gehele oogst dat deze geheiligd was (Deut. 26:2; Rom. 11:16). Hetzelfde geldt ook voor Christus en Zijn Kerk. Hij is de Eerstgeborene uit de doden (Kol. 1:18; Openb. 1:5), na Wie er nog een grote schare zal volgen.

Daarom wordt er ook door de apostel, door de Heilige Geest geïnspireerd, over het begraven als over een zaaien gesproken (1 Kor. 15:36-37). Omdat het sterven, maar ook de ontbinding van het lichaam toch een oordeel is, spreekt de apostel over het begraven als over een zaaien in verderfelijkheid, in oneer en in zwakheid (1 Kor. 15:42-43). Stof moet stof worden. Stof zal echter niet altijd stof blijven; op de jongste dag wordt het opgewekt in onverderfelijkheid, heerlijkheid en kracht (1 Kor. 15:42-43). Het beeld is duidelijk. De begraafplaats wordt vergeleken met een akker en het gestorven lichaam met een graankorrel die in de aarde valt, om onder de grond het stervensproces te ondergaan. Eenmaal breekt echter de dag aan dat het nieuwe leven uit de aarde zal spruiten.

Hoe moeten wij ons de opstanding der doden voorstellen? De zielen van Gods kinderen worden immers na het sterven al opgenomen in heerlijkheid, terwijl de zielen van de goddelozen na het sterven geworpen zijn in de buitenste duisternis? Op de opstandingsdag zullen de zielen van de gestorvenen weer met hun lichamen verenigd worden. Daartoe zal Christus als Hij wederkomt de zielen van hen die in Hem ontslapen zijn met Zich wederbrengen (1 Thess. 4:14-16).

Alle lichamen van hen die gestorven zijn, zullen dus eenmaal opgewekt worden. Toch is er een groot verschil. Het oorspronkelijke lichaam is een aards en natuurlijk lichaam (1 Kor. 15:40, 44 en 48). Het is, als gevolg van de zonde, aan de vloek onderworpen en daarom ook vergankelijk. Met recht moet het een lichaam des doods genoemd worden (Rom. 7:24). Als op de jongste dag de lichamen van de goddelozen opgewekt worden is dat opdat niet alleen hun zielen, maar ook hun lichamen geworpen worden in het helse vuur (Matth. 5:29-30). Hun opstanding zal zijn tot versmaadheden en eeuwige afgrijzing (Dan. 12:2). Als echter op diezelfde dag de lichamen van Gods kinderen opgewekt worden, zijn deze niet meer aan de vloek en de dood onderworpen. Het zullen hemelse en geestelijke lichamen zijn (1 Kor. 15:40, 44 en 48). Terwijl hun oorspronkelijke lichaam het beeld van Adam droeg, zal hun opgewekte lichaam het beeld van Christus’ verheerlijkt Lichaam mogen dragen (1 Kor. 15:46-49).

Een laatste vraag die hier nog gesteld moet worden is wat de opstandingsdag betekent voor hen die dan nog niet gestorven zijn. Ook op de jongste dag zullen er nog van Gods kinderen op de aarde zijn. Hoe moeten zij van hun lichaam des doods verlost worden? Op de dag van Christus’ wederkomst behoeven zij niet te sterven, maar zullen zij veranderd worden (1 Kor. 15:51-52). Hun lichamen zullen dan van verderfelijk, onverderfelijk worden en van sterfelijk, onsterfelijk (1 Kor. 15:53). Dat alles zal in een ‘punt des tijds’ gebeuren. Van het ene op het andere ogenblik zullen zij, als de bazuin zal klinken, door de Heere Zelf voor de hemelse heerlijkheid gereed worden gemaakt.


Een laatste vraag die hier nog gesteld moet worden is wat de opstandingsdag betekent voor hen die dan nog niet gestorven zijn.


De dag van Christus’ wederkomst zal weldra komen. Dan zal de zon verduisterd worden en de maan haar schijnsel niet meer geven, terwijl de sterren van de hemel vallen (Matth. 24:29). Aller oog zal in die dag Christus zien (Matth. 24:30- 31). Dan zal Hij zitten op de troon Zijner heerlijkheid, terwijl de volken vergaderd zullen worden. Hij zal de schapen van de bokken scheiden; de schapen aan Zijn rechterhand en de bokken aan Zijn linkerhand (Matth. 25:31-33). Hij zal tot de Zijnen zeggen: ‘Komt, gij gezegenden Mijns Vaders! Beërft dat Koninkrijk, hetwelk u bereid is van de grondlegging der wereld’ (Matth. 25:34).

Waar zullen wij op die dag staan, ter rechter- of ter linkerhand? Wat een wonder als wij leerden verstaan dat wij ter linkerhand moeten staan, maar het mocht komen tot een breken met de zonden. Wat een wonder als wij leerden buigen onder het welverdiende oordeel en leerden smeken om genade. Wat een wonder als het waar mocht worden in ons leven dat de Heere ons nog wilde maken tot één van Zijn schapen. Dan zal het waar zijn: ‘Ziet, Deze is onze God; wij hebben Hem verwacht, en Hij zal ons zalig maken. Deze is de HEERE, wij hebben Hem verwacht, wij zullen ons verheugen en verblijden in Zijn zaligheid’ (Jes. 25:9).

Wouterswoude, ds. IJ.R. Bijl

Dit artikel werd u aangeboden door: Hersteld Hervormde Kerk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 4 februari 2016

Kerkblad | 24 Pagina's

De heerlijkmaking (4)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 4 februari 2016

Kerkblad | 24 Pagina's