Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Leendert Vroegindeweij

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Leendert Vroegindeweij

7 minuten leestijd

EEN MARSKRAMER ZETTE EEN KIST MET BOEKEN IN EEN BOERENSCHUUR EN GING WEG. HET DEKSEL ZAT POTDICHT. MAAR EEN JONGE ZOON VAN DE BOER SCHROEFDE MET VEEL MOEITE DE KIST OPEN. NU KON HIJ ZIJN LEESHONGER GAAN STILLEN. TOEN DE KOOPMAN TERUGKWAM, WAS DE KIST WEER OP SLOT.WIE WAS DEZE JEUGDIGE BOER? LEENDERT VROEGINDEWEIJ.

Biografie

Leendert werd geboren in 1901 te Middelharnis. Zijn vader was de bekende oefenaar J. Vroegindeweij, die ook boer en wethouder was. Het gezin Vroegindeweij telde één meisje en vier jongens, die allen predikant werden. In de gezinsopvoeding werd voorgeleefd en aangeprezen de zalige dienst des Heeren. Leendert werkte in zijn jeugd op de boerderij van vader. Later werd de begeerte om predikant te worden zo sterk dat hij ging studeren. Alle academische examens werden ‘cum laude’ afgelegd. Na zijn doctoraalexamen stelde hij zich beroepbaar. Uit elf beroepen werd Wilnis gekozen. Op zondag 5 oktober 1930 deed hij intree. Verder diende hij de gemeenten van Waddinxveen (1934), Papendrecht (1949), Gameren (1954) en Delft (1959-1966). In Delft ging hij met emeritaat. Na een kort ziekbed overleed hij in augustus 1969. Op zijn begrafenis waren minstens 1500 personen aanwezig. In de rouwadvertentie stond geheel Psalm 25 vers 6 (berijmd) afgedrukt. Bij het geopende graf werd gelezen Johannes 1:19-34 en Romeinen 8:28-39!

Vroegindeweij was een gewaardeerd medewerker van prekenbundels, het Gereformeerd Weekblad en andere bladen. Zijn standaardwerk was De troost der verkiezing, een pastorale uitleg van de Dordtse Leerregels. In de pastorie bleef hij ijverig studeren. Geestelijke autoriteiten voor hem waren: Augustinus, Brakel, Boston, Calvijn, Comrie, Kohlbrugge, Luther en Teellinck. Beroepen kreeg hij uit: Dinteloord, ’s-Grevelduin-Capelle, Groot-Ammers, Montfoort, Maartensdijk, Sprang, Oud-Beijerland en Wezep.

Enkele citaten:

Geloof

‘Elk mens ligt door erf- en dadelijke zonde onder de toorn van God. Nu komt tot hem de prediking van het Evangelie. Christus wordt aan zijn voeten neergelegd. De Heiland wordt niet alleen voorgesteld, maar ook aangeboden. Ieder mens laat deze Christus liggen. Als de onwederstandelijke werking van de Heilige Geest niet tot de mens komt, blijft hij in de zonde en in de wereld leven. Hij weet en gelooft niet dat hij een verloren mens is. Als God Zich over hem ontfermt, wordt de ontdekking en overtuiging in hem gewerkt door de wet. En als dan het Evangelie geopenbaard wordt, krijgt deze mens een verrukkend gezicht van Christus. God schenkt het geloof. En van deze gelovige geldt het: ‘Wie in de Zoon gelooft, Die heeft het eeuwige leven.’ Hij is verlost van de toorn. Daarom moge een ieder onwillige het geloof zoeken bij God.’

Christen

‘Een christen is iemand die twee dingen heeft geleerd: hij kan Gods geboden niet houden en hij kan niet in Christus geloven. Maar aan deze verloren zondaar gaat de Heilige Geest Christus openbaren. In hem is een genegenheid tot de Heere Jezus ontstoken. Zo aanvaardde hij het vonnis des doods en erkent zich schuldig. Hij belijdt voor God zijn zonden en voelt zich een gebrokene van hart. Hij smeekt als de verloren zoon om een kruimel genade. De schuldige wordt ertoe gebracht Christus aan te nemen. Ik geloof niet dat het met een kerkganger in orde is als hij deze vernedering en openbaring van Christus niet kent. Je leert deze zaken enkel door ervaring, niet uit een boekje. Met al deze geloofskennis blijft men een goddeloze! Hebben wij allemaal kennis aan deze weg tot Christus?’

Heiligmaking

‘Door de rechtvaardigmaking verandert er niets in de mens, want deze ontvangt hij alleen door toerekening. Verandert er in de heiligmaking ook niets? Deze vraag beantwoorden we ontkennend. De Dordtse Leerregels wijzen met nadruk op een verandering. De Geest ‘opent het hart dat gesloten is en vermurwt dat hard is… In de wil stort Hij nieuwe hoedanigheden.’ Art. 24 der N.G.B zegt hetzelfde. Het geloof ‘maakt tot een nieuwe mens en doet hem leven in een nieuw leven’. Deze heiligmaking is een werkelijke verandering. Zij is er van begin tot het eind door het geloof. De zonde wordt meer en meer gedood, doch de mens draagt daar geen roem van weg. Het is zijn werk niet. De enige grond der zaligheid blijft het volbrachte werk van Christus.’

Kerkganger

‘Daar wandelden eens twee kerkgangers op een zondagavond naar huis. Zij praten wat na over de preek. De één sprak: ‘Eerlijk gezegd, vond ik de dominee wel wat erg ruim vanavond.’ De ander reageerde: ‘Hij bracht toch wel het Evangelie. Je kunt er niets tegen zeggen.’ Er zijn wel voorgangers waar men deze ruimte van het Evangelie, week na week, jaar na jaar mist. In de ene gemeente preekt men alleen voor de bekeerde mensen en in een andere gemeente alleen voor de onbekeerde. In de ene gemeente horen we bijna niets van de ontzaglijke waarschuwingen uit de Bijbel. In een andere gemeente klinkt de aanbieding van genade bijna niet. Och, die prediking van ons. Wat is hij gebrekkig, omdat ons leven met Christus gebrekkig is.’

Geest

‘Het Evangelie is niet altijd Geest, soms is de prediking daarvan letter, soms is zij Geest. Wanneer is deze prediking letter? Als zij geen vrucht draagt en er geen kracht van uitgaat. Zo kan de prediking van de wet Geest zijn, voor zover er onderwijzende, ontdekkende en veroordelende kracht van uitgaat. Het Woord Gods – Wet en Evangelie – komt in de ontmoeting met de zondaar openbaar als dodende letter, of als levendmakende Geest, al naar dat God Zijn vernieuwende Geest onthoudt, of Hem Zijn werk laat doen. Dat is de reformatorische leer.’

Bevinding

‘Er is één nood der kerk en alle andere noden zijn daarvan een gevolg. Er is de nood van gemis aan Schriftuurlijke-bevinding. Dikke boeken staan vol met rationele kennis, maar wat hebben we daaraan voor het leven van Gods gemeente? Predikers en gemeente hebben nodig een bevindelijke kennis van de waarheid: van onze verlorenheid, de openbaring van Christus, onze rechtvaardigmaking, ja, van alles wat nodig is. Deze nood mocht heel de kerk ontroeren en beroeren.’

Doop

‘Wat betekent mijn doop? Dat mij in de belofte alles geschonken is en dat wordt ín mijn doop bezegeld en bekrachtigd. Aan iedere gedoopte is de Heere Jezus, vergeving van zonden, het nieuwe hart en het kindschap Gods in belofte geschonken. In de weg van wedergeboorte en geloof kan ik deel krijgen aan die schenkingen. Een andere weg is er niet. Hier geldt: ‘Strijdt om in te gaan door de enge poort.”

Gevoel

‘Om ons geloof op de zaken van het Woord te kunnen funderen, moeten we dat door een bijzondere genade hebben gehoord, gezien en aangenomen. Nee, het geloof is niet op het horen gegrond, maar op het Woord dat we hebben gehoord en op het Lam, Dat we hebben gezien. Wanneer? Toen wij arm, benauwd, hongerig en ellendig waren. Aan anderen vertoont Christus Zich niet. Als we zo onszelf niet hebben gevoeld en toch denken dat wij Christus hebben gezien, dan vergissen we ons en beelden ons wat in.’

Tot slot

Ds. L. Vroegindeweij gaf duidelijk onderwijs uit Gods Woord. De fundamentele waarheden van Reformatie en Nadere Reformatie heeft hij geleerd en verdedigd. Hij was een deskundig en bewogen apologeet die nooit kon zwijgen over de noodzakelijkheid en dierbaarheid van Jezus Christus. Persoonlijk had hij geleerd te beven voor Gods majesteit en gerechtigheid (Mozes), maar ook kon hij met blijdschap getuigen van de verlossing en genadige vergeving (Christus). Op velerlei wijze preekte hij liefdevol op een eenvoudige, glasheldere wijze over het werk van God in de mens. Zijn preek- en schrijfarbeid werd wel vergeleken met de boodschap van Elia. Hij wees in zijn tijd op een tekort in de prediking.

Vroegindeweij riep de gereformeerde gezindte regelmatig en indringend op, door middel van preek en pen, om zich te bekeren tot God en te geloven in de Heere Jezus. Heeft dit appèl ook voor het heden betekenis?

Leerbroek, A.B. Goedhart

Dit artikel werd u aangeboden door: Hersteld Hervormde Kerk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 februari 2019

Kerkblad | 24 Pagina's

Leendert Vroegindeweij

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 februari 2019

Kerkblad | 24 Pagina's