Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het Protestantisme in de bollenstreek in verleden, heden en toekomst II. (Slot)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het Protestantisme in de bollenstreek in verleden, heden en toekomst II. (Slot)

15 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wij mochten toen ook de gemeenten Bennebroek, Hillegom, Lisse, Sassenheim en Noordwijk bezoeken. Onze acti? heeft in deze plaatsen niet het succes gehad als in andere gemeenten, welke wij bezochten. De kennismaking met deze plaatsen deed ons tot de overtuiging komen, hoe de prachtige streek tusschen Haarlem en Leiden meer en meer verroomscht en hoe de Protestanten steeds meer aan invloed, vooral op politiek gebied, inboetten. Wij hebben daar toen meermalen over geschreven in De Protestant en dit leidde tot de kennismaking met den predikant der Ned. Herv. gemeente te Hillegom. En uit deze kennismaking is de samenwerking met de afdeelingen Hillegom en Lisse van Protestantsch Nederland ontstaan en deze leidde tot een eerste onderlinge samenkomst met bestuurders van genoemde afdeelingen en van de afdeeling Haarlem der Evangelische Maatschappij. De vraag werd besproken, wat er gedaan zou kunnen worden, om den Protestanten invloed in deze streek te versterken. En het resultaat is d«ze bijeenkomst. Wij bepalen ons dus thans tot de bollenstreek, tot Holland s bloementuin.
Allereerst zullen wij het dus hebben over het Protestantisme in deze streek in het verleden. We zuilen teruggaan tot 1880, omdat de regeering toen is begonnen met de uitkomsten der tienjaarlijksche volkstelling te geven naar de godsdienstige gezindten. En we moeten dadelijk een conclusie trekken, die iederen Protestant zal verblijden. Wij dachten niet anders, of het Protestantisme had hier aan kracht verloren, wat ons zoo droef kon stemmen. Wanneer wij de geschiedenis der reformatie in ons land nagaan, treft het ons altijd, dat in de duinen langs de Noordzee, in de bosschen van Kennemerland en ook zuidelijk van Haarlem, de hagepreeken werden gehouden. Hier waagden onze vaderen het leven, om het evangelie te hooren. Hier dronken de harten de woorden in van God's Woord, dat door Luther uit het stof der kloosters was te voorschijn gehaald, hoorden zij de boodschap, dat de rechtvaardige door het geloof zal leven en niet door de werken. En we leefden mee, als we Gerdes' boekjes ,,In de duinen" en „Uit de duinen" lazen. Maar, de cijfers hebben ons anders geleerd. De werkelijkheid zal wel zijn, dat er in de duinstreek van Noord- en Zuid-Holland een bevolking is gebleven, trouw aan de Roomsche kerk. Het bewijs daarvoor is, dat er vanaf Alkmaar, tot aan Schiedam bijkans geheel of sterk overwegend Roomsche dorpen zijn gebleven. Die dorpen waren Castricum, Heemskerk. Wijk aan Zee, Santpoort, Schoten, Bennebroek, Heemstede, Hillegom, Lisse, Sassenheim. Noordwijkerhout, Voorhout, Warmond en verderop ook Wassenaar, Wateringen, Poeldijk, Kwintsheul en ook Noordwijk. Het is nog niet zoo heel lang geleden, dat de sterke ontwikkeling dezer plaatsen een aanvang narï. Vijftig jaar geleden waren de meeste plaatsen nog kleine dorpen of althans een derde of vierde van wat ze r.u zijn.
Een feit is echter en dit stemt ons dankbaar, dat van de 12 gemeenten, welke wij zullen bespreken, er* tv,\.c **uii ..» groote meerderheid Roomsch in meerderheid Protestantsch zijn geworden, terwijl in andere gemeenten het Protestantisme sterk is gegroeid. In Bennebroek was de bevolking in 1880 voor driekwart (74.6 procent) Roomsch en voor een vierde Protestant. In 1920 was het percentage Roomschen tot 56.3 gedaald en in 1931 was de meerderheid Protestantsch geworden. De gevoelige klap voor Rome kwam in de jaren 1880—1890, toen het percentage van 74.6 tot 53 terugliep. Toen ging het weer stijgen, want in 1900 bedroeg het 57.7, in 1920 was het echter weer minder, n.l. 56.3. Door den bouw van het Chr. Krankzinnigengesticht te Vogelenzang is de bevolking van Bennebroek in meerderheid Protestantsch geworden. Van de 2157 inwoners waren in 1931 er 949 of 44 procent Roomsch-Katholiek.
Veel sterker nog spreken de cijfers van Heemstede. In 1880 was het percentage der Roomsche bevolking 73.4 en dit daalde in 1920 tot 44.8, terwijl de Protestanten van 26.6 tot 55.2 stegen. De bevolking van Bennebroek steeg in 50 jaar van 662 tot 2157, die van Heemstede van 3165 tot 14417. Voor Heemstede zijn de cijfers voor de Roomschen in de jaren 1920—1930 nog iets ongunstiger geworden, n.l. 44.6. De plaatsen, waar het Protestantisme is vooruitgegaan, zijn Lisse, Sassenheim. Warmond. Rijnsburg. Öegstgeest. Noordwijk en Katwijk. We moeten deze plaatsen verdeelen in die, welke overwegend Roomsch en die. welke overwegend Protestantsch waren.
De overwegend Roomsche waren Lisse. Sassenheim. Warmond en Noordwijk. Van deze vier gemeenten geeft Lisse in de jaren 1880—1910 voor de Protestanten een stijging van 33.2 tot 41.4 procent. De Roomsche bevolking vermeerderde van 1459 tot 3212, iets meer dan een verdubbeling, de Protestantsche van 726 tot 2267. zoodat deze dus meer dan verdrievoudigde. Helaas komt dan Rome weer te stijgen en gaat het percentage Protestanten achteruit. Rome stijgt tot 59.4. het Protestantsche deel daalt tot 40.6 procent. Van 1920—1930 is de Roomsche bevolking echter van 59.4 tot 56.7 procent teruggeloopen.
Sassenheim gaf het aantrekkelijkste beeld van deze vier gemeenten. In 1880 had het 1177 inwoners, waarvan 53.4 procent Roomsch, 46.6 Prot. In 1910 bedroeg het aantal inwoners 2945 en was het aandeel der Protestanten tot 53.2 geklommen, dat der Roomschen tot 46.7 gedaald. Toen was het de tijd geweest voor de Protestanten, om te waken, dat zij de meerderheid behielden. Helaas is dit niet geschied. Tien jaar later, toen het aantal inwoners tot 3754 was geklommen, was Rome alweer in de meerderheid met 51 procent. In 1930 bedroeg het aantal inwoners 5260, waarvan 2569 Roomschen, dus 48.8 procent. Men begrijpe van onzen kant deze cijfers goed.
In Warmond is het telkens eenige wisseling. Van 1880—1890 stijgt het percentage Protestanten van 31.6 tot 33.9, om dan in 1920 terug te loopen tot 28.9. Maar in 1920 is het weer gestegen tot 33.3 en in 1930 weer gedaald tot 31.1. Ten slotte Noordwijk. Wij hadden ons Noordwijk steeds gedacht als een in meerderheid Protestantsche gemeente, omdat de gemeenteraad geen Roomsche meerderheid had. Maar al*in 1880 was Noordwijk in meerderheid Roomsch, n.1. voor 50.9. In 1900 was het percentage ruim 50.8, om in 1910 te stijgen tot 51.5. Maar in 1920 krijgen de Protestanten met ruTm 50.2 de meerderheid en is Rome 2 procent verminderd. De Protestantsche meerderheid bleef niet behouden, daar in 1930 Rome weer 51.1 procent heeft, n.1. 5192 van de 10130 inwoners.
Komende tot de drie overwegend Protestantsche plaatsen, moeten de cijfers daarvan ons tot groote dankbaarheid stemmen. Nemen we eerst Rijnsburg, de Protestantsche burcht. De bevolking vermeerderde er van 1880 tot 1930 van 2050 tot 4515 inwoners, verdubbelde dus ruim, maar het aantal Roomschen daalde van 181 tot 135, of in procenten van 8.8 tot 3 procent. Toch moet men ook hier nog waken, want in 1910 was het aantal Roomschen zelfs tot 114 gedaald en van 1910—1920 klom het aantal Roomschen met 1ho procent.
Ook Katwijk geeft mooie cijfers voor ons Protestantsch gemoed. De bevolking vermeerderde van 5829 in 1880 tot 15630 in 1930 en het percentage Roomschen daalde van ruim 9.6 tot 5.4 prcoent. " In Oegstgeest was in 1880 al een Protestantsche meerderheid en was de verhouding 45.2 procent Roomsch en 54.8 Protestant. Maar in 1920 waren die verhoudingen 31.7 Roomsch en 68.3 Protestant. Echter, van 1910 tot 1920 haalde Rome op van 30.1 tot 31.7. Sindsdien liep Rome weer sterk terug, n.1. tot 25.8 procent in 1930. Hier zien we bij Rome dus een 2e daling in 50 jaar van 45.2 tot 25.8 procent. Deze drie in meerderheid Protestantsche gemeenten hebben zich dus schitterend gehouden.
Slechter verging het 't Protestantsche deel in de twee bijna geheel Roomsche gemeenten: Voorhout en Noordwijkerhout. In Voorhout klom de bevolking in de jaren 1880—1930 van 1091 op 3196. maar het percentage Protestanten daalde van 17.7 tot 15.2. Van 1880—1890 zien wij een kleine stijging, n.1. van 17.7 tot 18.4, maar dan komt de teruggang, n.1. tot 12.8 in 1910. In 1920 is er dan weer een stijging tot 13.6 en van 1920—1930 van 13.6 tot 15.2.
In Noordwijkerhout ging de bevolking in dezelfde 40 jaar vooruit van 1513 tot 6275, het percentage Protestanten daalde van 12 tot 10.9. Men zal dit gering noemen, maar de cijfers zijn ernstiger, omdat de jaren 1880—1910 een voortdurende stijging te zien gaven. Van 1880—1890 van 12—13.8 procent, van 1890—1900 van 13.8 tot 14.8 procent, van 1900-1910 van 14.8 tot 15.8 procent en dan komt in de volgende 10 jaar opeens de terugslag van 15.8 tot 11.5 procent en van 1920—1930 tot 10.9 procent. En nu tenslotte Hillegom, de plaats met het meest typische beeld van allen. Ook hier was reeds in 1880 een Roomsche meerderheid en die is er altijd gebleven. Maar er is telkens een schommeling. In 1880 was de verhouding 52.8 procent voor Rome en 47.2 voor de Protestanten. De volgende 10 jaar gaat Rome vooruit tot 54.1 procent en dalen de Protestanten tot 45.9 procent. Dan opeens dalen de volgende 10 jaar de Roomschen tot 52.4 en komen de Protestanten op 47.6 procent. De Protestanten komen dus in 1900 0.4 procent boven 1880 uit. Toen was het voor de Protestanten de tijd geweest, om de Roomschen in te halen. De R. Katholieken kwamen van 1890—1900 van 2045 op 2810 zielen, vermeerderden dus met 765 zielen, de Protestanten kwamen van 1736 op 2551 en vermeerderden dus met 815 zielen of 50 meer dan Rome. Helaas kwam weel de teruggang, in 1910 was het aantal Protestanten verminderd tot 46.5, in 1920 tot 44.5 procent. De bevolking steeg in die 20 jaar van 5361 tot 9052,'de Roomschen gingen vooruit van 2810 tot 4982, dus met 2172 zielen, de Protestanten van 2713 tot 4070, dus met 1357 zielen. Van 1920—1930 steeg de bevolking van 9052 tot 10812 zielen, dus met 1760 zielen. Pjome ging vooruit van 4982 tot 6114. het andere deel van 4070 tct 4698 zeilen. Rome kwam dus in 1930 op 56.4 procent, het andere deel daalde tot 43.6 procent.
Wanneer we' deze cijfers hebben beschouwd, kunnen we beter begrijpen, dat de Protestanten in politiek opzicht hebben verloren. Immers in 1880 was de politieke emancipatie van Rome nog niet begonnen. Dr. Schaepman moest dien arbeid nog aanvangen. De meeste burgemeesters waren nog liberaal en Protestant, zelfs in gemeenten met een sterke Roomsche meerderheid kwam dit in den raad niet tot uitdrukking. In Bennebroek b.v. waren in 1880. ofschoon de bevolking voor drievierden Roomsch was, van de 7 raadsleden maar 2 Roomsch, 4 waren Protestant, 1 Israëliet. De burgemeester en de Secretaris waren Protestant, ook de beide wethouders.
beide wethouders. In Hillegom, met 52.88 procent, waren 4 van de 7 raadsleden Protestant en tot 1924 toe waren van de 13 raadsleden 7 Protestant. In Lisse, waar de bevolking in 1880 voor tweederden Roomsch was, waren 4 van de 7 raadsleden Protestant. Ook de burgemeester was Protestant. Eerst in 1893 kregen de Roomschen hier de meerderheid in den raad. In Sassenheim waren in 1880 echter reeds 4 van de 7 raadsleden Roomsch. Later is die meerderheid veranderd in een Protestantsche en dat is nu nog het geval. Was in 1880 de burgemeester Protestant, thans heeft Sassenheim een Roomsche burgemeester. Ook Noordwijk had heeft nog een in meerderheid Protestantschen raad, doch heeft thans ook een Roomschen burgemeester. Politiek gesproken heeft het Protestant tisme in de overwegend Roomsche plaatsen zijn macht ingeboet. Een gevolg van de evenredige vertegenwoordiging, dus ls daar niets onbillijks in. Alleen krijgt of liever neemt Rome thans meer dan haat toekomt. Onbillijk toch is, dat in Hillegom, Lisse, Sassenheim en Noordwijk Roomsche burgemeesters zijn. En nog onbillijker is, dat Rome de meeste en beste functies voor zich opeischt. Op bekwaamheid wordt niet meer gelet, de laatste secretaris-benoeming te Hillegom getuigt daarvan.

Wij hebben nu gezien, hoe het met het Protestantisme in het heden staat, althans wat de cijfers in de politieke verhoudingen betreft, wat de cijfers betreft, in enkele gemeenten zijn die zeer moedgevend, in andere, als Heemstede, Hillegom, Lisse, Sassenheim en Noordwijk, geven deze aanleiding tot krachtige bezinning, vooral in deze gemeenten heeft het Protestantisme een groote en een grootsche taak te vervullen. In politiek opzicht is onze invloed verloren gegaan, maar in economisch opzicht is er nog veel te doen. En over het economische gedeelte hebben wij het nog in het geheel niet gehad. Wij zullen dit gedeelte dan ook eerst thans behandelen, omdat dit ons hoop geeft voor de toekomst. Wanneer de Protestantsche werkgevers deze dingen zien als van groot belang voor deze streek, en voor ons vaderland, hebben zij het in de hand, om deze streek voor het Protestantisme te winnen. Immers is het grootste gedeelte van het grondbezit in Protestantsche handen en zijn de meeste en grootste werkgevers in het bloemistbedrijf Protestant. Beschouwen wij eens de gegevens, die men ons heeft verstrekt. In Heemstede zijn van de 13 bloemisten 9 Protestant en 4 Roomsch. Van een Roomschen werkgever vinden wij opgegeven, dat hij alleen Roomsch personeel in dienst heeft, van een Protestantschen werkaever, dat de meesten zijner arbeiders Roomsch zijn. In Bennebroek zijn van de 17 bloemisten 8 Protestant, waarbij de grootste werkgevers.
In Hillegom zijn van de 108 werkgevers in het bloembollenbedrijf 43 Protestant, waarbij de grootste bedrijven, enkele ondernemingen zijn gemengd, ruim 50 zijn Roomsch. Er zijn Roomsche werkgevers, die ook enkele Prot. arbeiders in dienst hebben, doch veel meer komt voor, dat Prot. werkgevers Roomsche arbeiders in dienst hebben. Een Protestantsche firma heeft 26 Roomsche en 23 Prot. arbeiders, een andere Prot. firma 6 Roomschen en 3 Protestanten, nog een Prot. firma 7 Roomschen en 5 protestanten. Verschillende Prot. firma's hebben voor de helft Roomsche arbeiders, andere enkel Roomsche arbeiders, maar Prot. kantoorpersoneel. Van de ruim 50 Roomsche werkgevers te Hillegom hebben 30 land. dat vroeger in eigendom aan Protestanten behoorde. Dit is eigenlijk de quintessens van ons geheele betoog, dat is het kardinale punt. Wanneer het grondbezit van Protestanten verloren gaat, boeten we onzen invloed in. En als daar dan bij komt, dat de Protestantsche werkgevers Roomsch personeel nemen, dan voelt men toch, dat Rome het op den duur moet winnen.
In Lisse tellen we 86 bloemisten, waarvan 32 Protestantsche firma's. Ook hier zijn onder laatstgenoemde, die een geheel of bijkans geheel Roomsch personeel hebben. Hier vinden wij 17 Roomsche firma's, die eigen en huurland van Protestanten hebben, al zijn er ook eenige Protest, firma's die land van R. Katholieken Jiebben gekocht of van dezen in huur hebben. In Noordwijkerhout zijn van de 26 werkgevers 8 Prot. firma's. Een paar Roomsche firma's hebben ook eenige Prot. arbeiders in dienst, een Prostest. firma echter 6 Protest, en 12 Roomsche arbeiders.
Van Sassenheim, hebben wij, zeer tot onze spijt, geen voldoende gegevens. Hier zijn echter een 40-tal Protest, bloemisten en daarbij zijn niet de kleinste. Hier hebben de Roomschen veel gewonnen, doordat Protest, werkgevers veel Roomsch personeel hebben. Van de 7 Roomsche werkgevers in het bloemistbedrijf te Warmond zijn er 4 Protestant en 3 Roomsch. Te Voorhout zijn van de 31 werkgevers 24 Roomsch en 7 Protestant. Bij de Protestanten is een firma, die 6 Prot. en 5 Roomsche arbeiders heeft. Te Katwijk zijn 16 bloemisten, waarvan 12 Protestant en 4 Roomsch, te Noordwijk 21, waarvan 11 Protestant en 10 Roomsch.
Het grootste deel van het grondbezit is echter nog in handen van Protestanten, tot Lisse was dat voor een aantal jaren zelfs drie vierde deel. Te Lisse, Hillegom en Sassenheim hebben de Protestanten de meerderheid van het grondbezit. En ook het grootste deel der belastingen wordt door hen opgebracht. Toch hebben zij op politiek gebied hun invloed verloren, welke invloed Rome alleen heeft verkregen, doordat zij de meerderheid der arbeiders bezit. Dit heeft tot gevolg gehad, dat men groote Prot. werkgevers uit de gemeentebesturen heeft gestooten en arbeiders daarvoor in de plaats heeft gekozen. welke Rome willig dienen. Te laat heeft men in gezien, van hoe groot belang deze dingen waren. Een werkgever vertelde ons voor eenige jaren, dat zijn firma, wanneer dit noodig was, land zou kunnen koopen van een Roomschen eigenaar. Dat was een afspraak van sedert jaren. Toen de firma het land noodig had, zeide de Roomsche eigenaar, dat hij het land niet mocht verkoopen aan Protestanten, de pastoor wilde het niet hebben. Thans is dat land eigendom van drie Roomsche kweekers.
Een andere groote werkgever vertelde ons, dat wanneer alle Protestantsche werkgevers zouden hebben gedaan als hij en Protestantsch personeel in dienst zouden hebben, de bollenstreek niet meer overwegend Roomsch kan zijn. Deze uitspraak was voor ons van de grootste beteekenis en heeft ons niet los gelaten. Want er kan nog veel gedaan worden. Nog biedt de toekomst een hoopvol aspect. Wij zeggen natuurlijk niet. dat de Protestantsche werkgevers hun Roomsche personeel op straat moeten zetten. Dat zou niet Christelijk zijn. Maar bij uitbreiding en vervanging kunnen zij er zeer zeker rekening mede houden. Wil men weten, van hoe grooten invloed dit is, vóór 12 jaar was de streek tusschen Schagen en Den Helder uitsluitend Protestantsch. Alleen in Schagen en Den Helder woonden Roomschen, maar niet op het platteland. Te Breezand, tusschen Schagen en Den Helder, woonden twee Roomschen.
Men is daar begonnen met de bloembollenteelt. Protestantsche zoowel als Roomsche kweekers uit de bollenstreek kochten er land. Nu is te Breezand een Roomsche kerk gebouwd met 1000 zitplaatsen en daarbij staat het Evangeliesatiegebouw, dat er 13 jaren geleden kwam, met zijn 160 zitplaatsen. Zóó verovert Rome Noord-Holland, zóó verdringt Rome ons van onzen grond. Meent men, dat Rome met onze belangen rekent? Gebood niet pas de geestelijkheid. dat de Roomsche werkgevers in het bloembollenbedrijf, niet gezamenlijk met de Protest, werkgevers over een nieuw arbeidscontract mochten onderhandelen? Bij Rome spreekt de geestelijkheid en haar stem is wet. Daarom, als wij denken aan wat het Protestantisme in de bollenstreek in de toekomst zal zijn, dan zeggen wij: zie naar het verleden eerst. Prachtig werk is door de Protestanten verricht, in Lisse wist men het Protestantsche deel op te voeren van 33 tot 41.3 procent, in Sassenheim wist men zelfs de meerderheid te krijgen tot 53.2 procent.
In Noordwijk gebeurde hetzelfde, zelfs in Voorhout en Noordwijkerhout ging het Protestantsche deel vooruit, in Voorhout met 18.4, in Noordwijkerhout tot 15.8 procent. Ook in Hillegom was er tot 1900 vooruitgang. Maar toen is de teruggang gekomen, terwijl Rome door een krachtig élan vooruitging. Maar nog is er een toekomst, die vol is van perspectief. Echter alleen, wanneer alle Protestanten hun taak verstaan. Wanneer de Prot. werkgevers zich aaneen scharen en bedenken, dat het gaat om hun eigen zaak ook, maar ook om het hoogste goed. Dat is: of in ons land straks de macht geheel aan Rome zal zijn, ook in economisch opzicht.
Wij gelooven, dat God ons hier een taak aanwijst. Van wat kerk of richting men ook zij, men zal toch niet willen, dat ons goede Nederland weer een Roomsch land wordt? Laat ieder, ook iedere Protest. arbeider, dan zijn taak verstaan. Rome arbeidt systematisch. In Noordholland heeft het al ontzaglijk veel gewonnen en de kerk arbeidt in plaatsen als Bergen en Heilo, die het nog niet kon winnen, in meerderheid Roomsch te krijgen. Kloosters en groote gestichten worden in die gemeenten gebouwd, het eene na het andere. En straks zal men met groote groepen monniken en nonnen de meerderheid verkrijgen. Protestanten, de bollenstreek, deze schoone tuin van Holland, kan nog veroverd worden vóór het Protestantisme. Veroverd in vreedzamen krijg en met eerlijke middelen. Alleen door niet langer Rome te sterken in haar opbouw, maar door te steunen uw eigen Protestantsch bezit en Protestantsche menschen. Wanneer veler oogen hiervoor mochten opengaan, zal het moeizame werk van het zoeken en ordenen van cijfermateriaal ruimschoots beloond zijn en zal er in ons hart een danktoon zijn aan God, die ons voor dit werk wilde gebruiken. Velsen. G. VOET.

Dit artikel werd u aangeboden door: Protestants Nederland

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 augustus 1933

De Klok | 4 Pagina's

Het Protestantisme in de bollenstreek in verleden, heden en toekomst II. (Slot)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 augustus 1933

De Klok | 4 Pagina's