Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uit het Woord

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit het Woord

......Uit een onweder......

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Job. 38 : 1.

In het diepzinnige boek Job gaat het over het probleem van het lijden. Job worstelt er mee, en zijn vrienden worstelen er ook mee. In allerlei gesprekken trachtten ze de moeilijkheden te ontwarren en ze merken niet, dat ze nog veel meer in de verwarring komen! En nu, wanneer ze zich heelemaal vastgeredeneerd hebben, geen enkelen uitweg meer zien, komt de Heere God Zelf en antwoordt Job ,,uit een onweder". Genade wordt hem gepredikt. Neen, de Heere rechtvaardigt Zijne wegen niet, maar Hij wijst Job aan, dat Zijn doen enkel majesteit is, aanbiddelijke heerlijkheid, en dat Zijn gerechtigheid oneindig is. Zoo moet de lijder in zijn diepe smart tot ootmoed en volkomen vertrouwen gebracht worden, tot schuldbelijdenis en tot de erkenning, dat de Heere alleen God is. Hij doe, wat goed is in Zijne oogen: ,,daarom verfoei ik mij en ik heb berouw in stof en asch". ,,Uit een onweder", spreekt de Heere. Letterlijk en figuurlijk. Wij zijn er zoo aan gewend geraakt om, bijna zou ik zeggen, buiten den Heere om, het onweer als louter „natuurverschijnsel" op te vatten. Electrische ontlading van onweerswolken, gepaard gaande met een lichtverschijnsel, den bliksem, terwijl dan de donder ontstaat, doordat tengevolge van de hooge temperatuur, door den bliksem teweeggebracht, plotseling een hoeveelheid water van de lucht in waterdamp wordt omgezet. De lucht zet nu uit om, zoodra de damp door afkoeling weer water wordt, in te krimpen. De trillingen vap de lucht, die we dan hooren, noemen we donder. De bliksem wordt dus bijna gelijkertijd door den donder gevolgd en omdat het licht zooveel sneller gaat dan het gehoor, zijn we in staat te berekenen hoever het onweder wel van ons verwijderd is. Heele statistieken van blikseminslag worden gemaakt, het meteorologisch instituut te De Bilt voorspelt ons onweersbuien, en het is vaak vooral het onberekenbare, het grillige flikkeren van den bliksem, die zoo dikwijls doodt, wat den mensch ontzag inboezemt. En al meer wordt vergeten, dat hier evenmin als ergens, van grilligheid of toeval sprake is, maar dat de Heere Zelf ook in de onweders Zijn Almacht toont. De mensch ver-natuurlijkt meer, dan hij weten wil. Het Woord Gods komt ons anders vertellen! Met nadruk wordt ons gewezen op de majesteit Gods, óók in onweder. De Heere is het, Die door den donder spreekt.

,,'s Heeren stem, op 't hoogst geducht,
„Rolt en klatert door de lucht;
„Berst, met vreeselijk geluid,
„Op de groote waatren uit;
„Klinkt, met nadruk en vermogen,
„Heerlijk uit de hemelbogen:
,,'t Schepsel beeft en staat verwonderd
„Als de God der eere dondert. (Ps. 29 : 2)

We moeten van dat onpersoonlijke „het", het onweert, het licht, het dondert, eigenlijk af en 't moet ons brengen tot de diepe gedachte: de Heere HEERE spreekt ook hierdoor tot ons. Verstaan we die stem? De laatste dagen vooral leest ge voortdurend van „zwaar" weer. Overal. Menschen, naar hun werk gaande, getroffen door den bliksem. Opeens van den tijd voor Gods troon opgeroepen. Terwijl ik dit schrijf rolt opnieuw de donder. Verstaat ge al Gods stem? „Uit een onweder." Brengt het u tot diep zelfonderzoek bij al uw oppervlakkigheid? Voert het u tot verootmoediging in uw eigenwaan? Wordt ge erdoor gebracht tot een belijden van uw nietigheid, van uw zonden en schuld? God spreekt uit een onweder. Het is niet aan mij u te zeggen, al wat de Heere er door te kennen geeft. Voor den één anders, dan voor den ander. Hier wordt iemand herinnerd: Stof zijt gij, tot stof zult gij wederkeeren. Daar: waakt, want in de ure, waarin gij het niet meent, zal de Zoon des Menschen komen. En elders misschien verstomt de spot en de hoon. Maar het beste is het, wanneer de ziel luistert, wat de Heere te zeggen heeft, en het „in uw hoede zijn wij veilig en geborgen" doordringt in het hart. Luther werd „uit een onweder" waarbij zijn vriend werd gedood, tot nieuw leven geroepen. Elia voer in een „onweder" ten hemel. „Uit een onweder" — Job vond hier het antwoord voor zijn moeiten en smart. In donder en bliksem werd de Wet des Heeren gegeven. Door het hemelvuur is Sodom verbrand. „Uit een onweder" nóg spreekt de Heere. Hoort gij Zijn stem? Zij uw antwoord „verdrukte en door onweder voortgedreven ziel: spreek Heere, uw knecht hoort!"

Dit artikel werd u aangeboden door: Protestants Nederland

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 juli 1937

De Klok | 4 Pagina's

Uit het Woord

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 juli 1937

De Klok | 4 Pagina's