Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Is er een Roomsch gevaar?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Is er een Roomsch gevaar?

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

iDe Maasbode wijdde een artikel aan bovengenoemd onderwerp. Het grootste Roomsche dagblad in ons land meende, dat men hier te doen had, nu ja met een predikantenbeweging. Misschien heeft de predikantenlijst, sinds kort boven de Klok, deze bewering wel op haar rekening. Wie echter van een predikanten-beweging spreken gaat, wete, dat men niet te maken heeft met officieren zonder leger. Inderdaad, de oogen der gemeente gaan open. Juist gemeenteleden zijn het in verschillende streken van ons land, die de predikanten aansporen hun oogen ook open te doen. In deze beschouwing van de Maasbode vond het Haagsche Dagblad De Avondpost (4 Juni) weer aanleiding en zijn licht ook over te ontsteken. Een artikel, dat allicht onze aandacht ontgaan was,, al werd onze naam daarin genoemd en een citaat uit de Klok aangehaald, had niet een bevriende hand 't ons toegestuurd.
Ik ben de Avondpost zeer dankbaar voor dit artikel; natuurlijk niet omdat het blad tracht te bewijzen, dat Roomsch gevaar een fictie is; maar wijl dit blad, dat van tijd tot tijd een goed-Protestantsch geluid hooren laat, in dit artikel zijnsondanks op allerlei wijst, wat juist het Roomsche gevaar doet vermoeden. Zulke medestanders kunnen we gebruiken. Hun getal is, dankzij de tot nu toe heerschende politiek, nog minimaal. Maar 't zal wel toenemen, wanneer Protestantsche achterstand in den lande en tegelijk opmarsch van Rome dit gevaar al klaarder illustreeren gaan. De Avondpost dan vraagt: „Wij kijken om ons heen en vragen: waar is toch eigenlijk dat Roomsche gevaar? Want wij zien het niet. Neen, wij zien het niet. Nu kan men tegen ons niet zeggen, dat dit een tekort aan Protestantsch bewustzijn vormt. Want ons Protestantsch bewustzijn is sterk genoeg. Herhaaldelijk zijn we met katholieke bladen, en ook met apologetische roomsche organen, over centrale punten uit hun leer, en centrale verschillen tusschen katholiek en protestant, in polemiek geweest. Wij hebben misschien eerder last van een soms iets te sterk Protestantsch bewustzijn dan van het tegendeel. Daaraan kan het dus niet liggen, als wij het Roomsche gevaar niet zien. Waaraan dan wèl? Zou het misschien ook kunnen zijn, dat het er niet is?" en merkt dan op, dat wij altijd nalaten, positief en concreet te zeggen, waarin het Roomsche gevaar zou schuilen.
Men wil dus cijfers en feiten. Mij dunkt, dit feit dat het blad zelf ons onder de oogen brengt, spreekt al: „Zeker, het percentage van de Hervormde Kerk is sterk achteruitgeloopen. Zij heeft haar )laats als grootste kerkgenootschap in 1930 aan de R.K. Kerk moeten afstaan." Althans, wanneer men er niet blind voor is, dat ook de numerieke meerderheid van een Kerk een factor is en een gevaar in zich sluiten kan. Aan wie de Hervormde Kerk haar percentage verloren heeft, doet minder ter zake. Zij hééft het verloren; en de Roomsche Kerk zal ongetwijfeld op allerlei manieren het feit dat zij het grootste kerkgenootschap van Nederland is, uitbuiten.
Doch ik kan hiervan gereedelijk afstappen. De Avondpost wil cijfers om het Roomsche gevaar te illustreeren. Welnu, ik las daar juist, dat oud-minister Mr. Terpstra voor de onderwijzers der Christelijke scholen in de Pinksterweek een rede hield over ,,de moreele defensie onzer scholen", waarin volgens het verslag in de Standaard ook deze passage:
„Gewezen wordt op den achteruitgang der geboorte-cijfers, en op den relatieven achteruitgang van Hervormden en Gereformeerden onder alle kinderen in Nederland beneden den leeftijd van tien jaar (1920: Hervormd 38.14 %, Gereformeerd 8.8 %; 1930: Hervormd 29.47 %, Gereformeerd 8.5'%). Hiertegenover staat de sterke vooruitgang der R.K. (1920: 38.28 %; 1930:'41.69 %; terwijl in 1935 van de 100 wettig geboren kinderen er meer dan 45 een R. K. vader hadden). Blijven in de komende jaren deze cijfers zich in dezelfde lijn bewegen, dan is te voorzien, dat over 20 jaren de meerderheid der geborenen R K. zal zijn en oinnen afzienbaren tijd de meerderheid van ons volk."
kunnen wijzen op daling van 't geboortecijfer bij de Protestanten in N. Holland ben. het IJ. Al tientallen van jaren houdt men zich daar met geDoortebeperking en wat dies meer zij, op. En het gevolg? Och. dat weet de Avondpost immers evengoed als wij: verroomsching van dat oorspronkelijk zóó door en door Protestantsche deel van ons land. Is er een Roomsch gevaar? Gewis! Omdat er een Protestantsch gevaar is! De Protestanten hebben, dankzij allerlei nieuwere theoriën, hun eerstgeboorterecht in die landstreek verkwanseld. Nu plukken zij de bittere vruchten en moeten al in menig dorp ervaren, dat zij door een kleine, mischien ook groote Roomsche meerderheid overstemd en geregeerd worden.

(Ontbreekt)

Roomsche firma's, o.a. in de kleedingsindustrie, verbazen; maar zich ook meer dan eenmaal ergeren, dat in deze groote zaken, misschien op een of twee na, al het personeel Roomsch is; en de Protestanten die er zijn, meer dan eens voor de keus komen te staan: Roomsch worden of !

Tenslotte de politiek. Natuurlijk heeft Rome een derde der bevolking, dankzij de zuidelijke provinciën, en dus een derde van de Kamerleden. En dus van de tien ministers vier die praktiseerend Roomsch zijn en nog één, die niet praktiseert; tenminste toen hij tot minister van Waterstaat benoemd werd. Steekt hier nu een Roomsch gevaar in of niet? Wat is er in de Tweede Kamer bij het voorloopig verslag omtrent het enquete-voorstel van den heer Wendelaar in de Ossche zaak gezegd? Wie dat verslag nauwkeurig leest, heeft wel gemerkt, dat het nu juist niet alleen een predikanten-beweging is, die het Roomsche gevaar ziet; doch dat men ook in dat politieke lichaam lont gaat ruiken.

Volledigheidshalve voeg ik hier nog bij hoe er in onze Koloniën door de missionarissen wordt gewerkt met man en macht. In Oost en West werkten 587 priesters, geholpen door 540 Religieuse broeders en 2156 zusters: monniken en nonnen dus. Vergelijk deze getallen met die van onderscheiden Zendingsgenootschappen en men zal beseffen, dat niet zonder reden ook van uit Indië klacht op klacht ons bereikt. Natuurlijk, wij leven in een vrij land, met Protestantsche staatsinstellingen. We hebben er niet op tegen, dat er geen boot naar Indië vertrekt, waarop een contigent dezer Religieuze broeders en zusters is. Maar 't ging over het Roomsche gevaar!

De Avondpost schreef verder: „Zit „het Roomsche gevaar" dan bijv. in de toeneming van wat men noemt Roomsche benoemingen? Wij moeten verklaren ook dit niet te zien. Wij gelooven niet — en drukken ons zacht uit — dat onze katholieke landgenooten in dit opzicht de schaal naar hun zijde zien overslaan. En verscheidene zeer hooge functies zijn nog nooit door een katholiek bezet; wij hebben vroeger reeds gezegd, waarom wij dit begrijpelijk vinden, en komen daar nu niet op terug."

Inderdaad, tot dusverre hebben we nog geen Roomschen Gouverneur-Generaal in Oost-Indië gehad. Maar overigens! Geen Roomsche voorzitters van de Tweede Kamer? Behoort die zetel de laatste jaren niet steevast aan de R. K. S.? Geen Roomsche Commissarrissen van de Koningin? In Brabant en Limburg is er geen denken aan. dat ooit een Protestant zou worden benoemd. En in het overwegend Protestantsche Overijssel bezit een Roomsche de zetel, tevoren steeds door Protestanten ingenomen. Geen Roomsche Opperbevelhebber in het Leger? Maar tot welke Kerk behoort dan de familie van Voorst tot Voorst? Geen Roomsche burgemeester beneden den Moerdijk? Maar is er wel eenige kans, dat in het Roomsche Zuiden ooit een Protestantsche burgemeester wordt benoemd? En hoe gaat het boven den Moerdijk? Bijv. in de Bollenstreek? Toch een overwegend Protestantsch deel van ons land! Komt er niet de eene Roomsche burgemeester na den anderen? En is die plaats eenenmaal bezet, dan blijft ze niet alleen voor de Roomschen, maar komt naast den burgemeester, o! zoo geleidelijk, een Roomsche secretaris en een Roomsche gemeenteontvanger. Vraag dat maar eens in die bloeiende gemeenten van Zuid-Holland. Of wij dan zóó exclusief zouden zijn, dat wij geen Roomschen Commissaris, burgemeester, ontvanger in ons land zouden dulden?"

Daar gaat het niet om. Maar de Avondpost meent, dat het Roomsche gevaar een waandenkbeeld van enkele dominé's is. Daartegen argumenteer ik. Tenslotte, de Avondpost schrijft: „Een van de grootste goederen, die ons volk bezit: zijn vrije, democratische staatsinstellingen, zijn burgerlijke en maatschappelijke en staatkundige vrijheden worden door Rome in ons land niet aangetast. Wij zeggen natuurlijk niet, dat het tegenover het complex van vrijheden, dat men „geestelijke vrijheid" noemt, principieel op dezelfde wijze staat als anderen. Dit is niet zoo. De Roomsche k e r k-leer wijst de geestelijke vrijheid, ook de geloofsvrijheid, af, de Roomsche s t a a t s-leer aanvaardt haar zeer positief in een land als het onze."

Toch schijnt het, dat het blad niet volkomen zeker is van zijn zaak. Het maakt reserves, 't Vindt dat Rome in zijn propaganda soms te ver gaat en het „Protestantsche sentiment vergeet te ontzien"; en schrijft dan:

"De bekeeringsveldtocht naar de Noordelijke provincies, dien men eenige jaren geleden wilde ondernemen, zooiets als een nationale kruistocht, was een geweldige misgreep. Mis is ook het oprichten van kapelletjes aan de grens van katholieke provincies, als om te doen zien, op welken heiligen grond men komt. Ook zijn wij van oordeel, dat de katholieke beweging zich in het algemeen veel meer dan noodig is van andersdenkenden heeft afgescheiden in eigen organisaties. Zoo is er meer. Zeer te betreuren is, dat men nog zoo vaak in katholieke bladen — vooral in kleine, parochiale orgaantjes — over het Protestantisme, over andersdenkenden in het algemeen, op onverdedigbare wijze geschreven vindt.

Ook dit brengt de Avondpost, zeer tot c.ns genoegen, onder de aandacht: „In De Maasbode lazen wij, dat de Provincies Noord-Brabant en Limburg „arbeidsterreinen (worden) van de Gereformeerde Evangelisatie, die op verschillende plaatsen bureaux vestigde om lectuur te verspreiden en voorlichting te geven." Het blad voegde er bij: „Wij laten dit voor hetgeen het is. "Het zou ons welkom zijn geweest, indien, inplaats van dit ietwat dubbelzinnige woord, het volstrekte recht van zulk een optreden ware erkend." Dit zijn al te maal symptomen, dat ook door de Avondpost wel iets van het Roomsche gevaar wordt vermoed. Laat het blad daarom geen kritiek geven op hen die het ondankbaar — niet onvruchtbaar — werk op zich namen om ons volk, ixi de zoogenaamde coalitie-politiek maar a. te veel geblinddoekt, de oogen te openen voor onze Protestansche vrijheden en voir het gevaar deze te verliezen. Neen! niet alleen door het vooruitdringen van Rome, maar door eigen slaperigheid en slapheid.

Wij zijn het met de Avondpost eens, dat er voor alle Protestantsche Kerken in ons land, maar vooral voor de Hervormde Kerk, „met haar prachtige, rijke verleden reden is voor zeer ernstige zelfbezinning " Want een Kerk is in het volksleven een macht. Ten goede of ten kwade. Daarvan levert de geschiedenis de meest sprekende bewijzen. Maar wanneer wij met vele anderen, van allerlei kerkelijke richting, wijzen op een gevaar dat dreigt, laat dan ieder waarlijk Protestantsch journalist ons steunen, althans waardeeren. Voor ons genoegen of voordeel hebben we deze taak waarlijk niet ter hand genomen. Het is Rome zelf, dat vooral met haar conferenties voor niet-kathólieken ons uit de tent heeft gelokt. Me dunkt, cijfers en feiten, boven aangehaald, hebben wel iets te zeggen.

Tenslotte dank aan het Haagsche blad. dat althans de moeite deed ons te bestrijden. Lang genoeg zijn wij doodgezwegen. De Christelijke pers heeft gedaan alsof wij niet bestonden. Wanneer dan een voornaam blad als de Avondpost, steeds in geëleveerden stijl gehouden, licht werpt op onzen strijd, kunnen we niet anders dan dit toejuichen, al is het dat we 't niet in allen deele met elkaar eens zijn.

Dit artikel werd u aangeboden door: Protestants Nederland

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 augustus 1938

De Klok | 4 Pagina's

Is er een Roomsch gevaar?

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 augustus 1938

De Klok | 4 Pagina's