Het Caterchetisch Onderwijs - pagina 12

jongen ons wees naar het geschrift aan de w a n d O m nog een voorbeeld te noemen : Gij zult niet begeren uws naasten vrouw, knecht, dienstmaagd, beesten of iets, dat het zijne is. ( W e volgen hier Luthers K L Catechismus). Het kind v r a a g t : „ W a t is dat ?" D e vader a n t w o o r d t : „Wij moeten G o d vrezen en liefhebben, dat wij de vrouw, de ondergeschikten of het vee van onze naaste niet v a n hem weglokken, aan hem onttrekken of afkerig v a n hem maken, maar hen aansporen om te blijven en te doen, wat zij schuldig zijn". Het heeft mij verwonderd, dat wij eigenlijk nooit eerder hebben gedacht aan deze opvatting van de kwestie : vraag en antwoord. E e n kind heeft geen dezer gaven Gods : vrouw, ondergeschikten, vee. Het krijgt v a n vader en moeder te horen, hoe ouders hebben te leven en leven in gevolge Gods H e i l i g Gebod. W e moeten hier wel uitroepen : „ W e l k een ontzaggelijke verantwoording legt Luther op de ouders !" A l s we eerlijk zijn, zullen we moeten erkennen, dat het toch niet minder kan en mag. Bij de Doop hebben we beloofd, dat we ons kind dit zouden zeggen en het opvoeden zo, dat het, onder beding van Gods genade, dit alles straks ook zaL kunnen zeggen, wanneer het v o l wassen is geworden. Bladeren we eens verder Luther's Kleine Catechismus door, bestemd voor ouders, die hierin op de vragen van hun kinderen antwoorden met de bedoeling, dat ook de kinderen dit antwoord later zelf zullen mogen geven, en lezen we eens het onderwijs omtrent de Doop, dan zien we, dat Luther boven dit hoofdstukje heeft gezet: „Het Sacrament des Heiligen Doops, zoals een huisvader dat aan zijn gezin in alle eenvoud voorhouden moet". N a vele vragen als : „ W a t is de D o o p ? M e t welk W o o r d Gods is de Doop verbonden ? W a t geeft of nut ons de Doop ? W e l k e zijn de woorden of beloften Gods aan allen, die geloven ? Hoe kan het water zulke grote dingen d o e n ? " —. wordt dan door het kind gevraagd : „Maar wat beduidt dan toch zulk een waterdoop ?" Luther legt dan weer klaarblijkelijk de vader het antwoord in de m o n d : „Hij beduidt, dat de oude A d a m i n ons door dagelijks berouw en boete moet verdronken worden en sterven met alle zonden en boze lusten; en dat daarentegen dagelijks moet te voorschijn komen en opstaan een nieuwe mens, om in rechtvaardigheid en reinheid voor G o d eeuwig te leven". E n dan vragen wij op onze beurt, of het geen buitengewoon zwaar en gewichtvol werk is, ons k i n d dit antwoord te moeten geven, indien wij zelf vreemdeling zouden zijn van zulk een genade ? W a t maken we ons er toch heel goedkoop en gemakkelijk 11

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen