Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

RUSTIG BOEK VAN BREMMER OVER ONSTUIMIGE JAREN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

RUSTIG BOEK VAN BREMMER OVER ONSTUIMIGE JAREN

Oranjes 'opstand' was een bijbels gegronde rebellie tegen de tiran

10 minuten leestijd

Hoever mag een reformatorisch christen in onze tijd gaan met zijn verzet tegen de overheid of bepaalde wetten? En kan zo'n christen omwille van zijn geweten op een punt belanden dat hij meent de wettige vorst te kunnen afzweren? Kan reformatie gepaard gaan met rebellie of hoort dat laatste begrip thuis in de sfeer van ongeloof en revolutie, waartegen Groen van Prinsterer van leer trok? Is rebellie gelijk te stellen met de burgerlijke ongehoorzaamheid die we steeds meer om ons heen opmerken? En was Willem van Oranje een van God gegeven leider of een oproerkraaier die uit was op verbetering van eigen positie?

Het zijn allemaal indringende vragen en ze worden niet alle voor iedereen afdoende beantwoord, maar ze geven wel aan waarmee de Vrijgemaakt Gereformeerde theoloog en ('amateur', zegt hij bescheiden) historicus dr. R. H. Bremmer uit Enschede zich bezig houdt in zijn jongste boek, dat eigenlijk geboren is binnen de vereniging 'Protestants Nederland'. Nu komt dat niet zo vaak voor, maar op zich zou dat nog geen reden zijn om ruime aandacht voor Bremmers boek te vragen in dit blad. De besproken materie is onze interesse waard.

Het boek heet 'Reformatie en Rebelhe' en draagt als ietwat breedsprakige ondertitel: 'Willem van Oranje, de calvinisten en het recht van opstand. Tien onstuimige jaren: 1572-1581'. Men ziet het, dit boek gaat over een zeer aangelegen zaak: de geboorte-ure van de Nederlandse staat (zij het voorlopig in republikeinse vorm) en daarmee ten nauwste verwant: de geboorte van de Gereformeerde (voor anderen wellicht liever: Hervormde) Kerk hier te lande. Bremmer weet er veel van en de these van zijn boek is de veel nauwere band tussen de gereformeerde religie en de natievorming dan gewoonlijk binnen de kring van vakhistorici voor aanvaardbaar wordt gehouden.

Orangistisch

Laat ik echter meteen zeggen dat ook voor iemand die, zoals de schrijver van dit artikel, historisch werd gevormd in de school van P. Geyl, een overtuigd repubhkein en iemand met weinig oog voor de factor religie in de gebeurtenissen der zestiende eeuw, dit boek van Bremmer zeer geloofwaardig overkomt. Toch wil hij staan in de orangistische geschiedschrijvingstraditie, in de lijn van Groen van Prinsterer en daarmee toch ook A. A. van Schelven en H. Smitskamp.

Maar een emotionele verdediging van het aloude drievoudig snoer 'God, Neerland en Oranje' is dit boek niet te noemen. Daarvoor is het, ondanks de goed leesbare stijl, te wetenschappelijk-verantwoord opgezet, al proeft men op de achtergrond - niét op de voorgrond - de overtuiging dat het Gods vinger is die de historie schrijft.

Maar een emotionele verdediging van het aloude drievoudig snoer 'God, Neerland en Oranje' is dit boek niet te noemen. Daarvoor is het, ondanks de goed leesbare stijl, te wetenschappelijk-verantwoord opgezet, al proeft men op de achtergrond - niét op de voorgrond - de overtuiging dat het Gods vinger is die de historie schrijft.

Biografieën

Natuurlijk had Bremmer ook een nieuv.'e Oranje-biografie kunnen schrijven vanuit gereformeerd gezichtspunt. In 1933 is dat wel door Van Schelven gebeurd (toen aan de Vrije Universiteit). En dat werk is - helaas toen! - in de bezettingsjaren herdrukt, maar later zijn er nauwelijks meer omvangrijke en beredeneerde levensbeschrijvingen over de Zwijger verschenen die èn van voldoende wetenschappelijk gehalte waren èn uitgingen van een heldere gereformeerde theorie en overtuiging.

Prof. A. Th. van Deursen van de Vrije Universiteit (om zo te zeggen kleinzoon van Van Schelven en zoon van Smitskamp) schreef, samen met de Vlaming prof. H. de Schepper, dit jaar ook een herdenkboek over prins Willem, maar dat boek heet 'Willem van Oranje een strijd voor vrijheid en verdraagzaamheid' en dat is wel een andere invalshoek dan die van de Vrijgemaakte predikant, die promoveerde op prof. Herman Bavinck als dogmaticus, maar die ook naam maakte met historische studieën als 'Van Opstand tot Koninkrijk'.

Kerik en natievorming

Nu het boek zelf. In 1974 sprak dr. Bremmer op uitnodiging van onze vereniging over de (eerste) synode van Dordrecht, die in 1574 werd gehouden en die na 'Emden' en het Convent van Wezel vaste vorm gaf aan de Gereformeerde Kerk van onze gewesten op het moment dat die in heftige strijd gewikkeld waren om hun voortbestaan als onderdrukt gebied van de Spaanse Habsburgers óf als vrije natie. Bremmer bleef verder aan het herdenken: de tweede synode van Dordrecht (1578), de vrij bekende synode van Middelburg (1581) die werd gehouden in hetzelfde jaar dat de Hollandse Staten-Generaal eindelijk Filips II niet langer erkenden als hun wettige heer en vorst. Over al deze zaken sprak Bremmer en schreef hij, waarbij vooral de relatie tussen de politieke en kerkelijke aspecten van de 'opstand' zijn aandacht had. Let wel. Bremmer spreekt over de 'opstand' en dat is een term waarmee wèl Geyl overweg kon, maar waartegen geheide calvinisten nogal wat bezwaren koesterden. Immers, die afzwering en heel die Tachtigjarige Oorlog was in hun ogen een geloofsworsteling tegen Rome en Spanje - liefst in dié volgorde - en derhalve op hoger plan dan een ordinaire opstand of revolutie.

Tirannendoders

Toch is het juister om de strijd als opstand te betitelen zonder daarmee tot heiligschennis te vervallen. Bremmers eerste hoofdstuk is 'Het recht van opstand' en daarin bespreekt hij de denkbeelden van de reformatoren, Calvijn voorop, maar ook Zwingli en Beza en de Franse 'monarchomachen' (tirannendoders). Centraal bij de laatsten staat de 'Vindiciae contra tyrannos' (verdediging tegen de tirannen), wel terecht toegeschreven aan de Franse edelman Philippe du Plessis-Mornay. Deze was in de jaren rond 1580 adviseur van prins Willem en zijn (?) boekje vond ook in ons land en Engeland veel aftrek. Voortbouwend op Calvijns gedachtengoed wordt hierin uiteengezet dat lagere magistraten de plicht en het recht hebben hogere overheden en zelfs de vorst terug te roepen tot het zich houden aan Gods geboden. Er is een tweevoudig verbond tussen God, de koning en het volk. Maar het verzetsrecht van particulieren kent de 'Vindiciae' niet zonder meer. Het is er wel als zij aantoonbaar strijden voor Gods zaak en niet voor hun eigenbelang.

Gewapende religie

Opmerkelijk in dit geschriftje dat in Bremmers betoog een voorname plaats inneemt is ook de opvatting over het verdedigen van de ware religie. Dat mag volgens Du Plessis-Mornay ook met wapenen gebeuren. Zo zijn zij die sneuvelden tegen de Turken en Saracenen te zien als christelijke martelaren. De kerk mag niet worden verbreid door wapens, maar er wel op rechtmatige wijze door worden verdedigd. Daarvoor mag ook een particulier persoon de wapenen opnemen, maar hij moet daartoe wel met een buitengewone roeping zijn geroepen. Als de koning tot tiran is geworden mag het volk als geheel zich tegen hem teweer stellen. Het is daarom denkbaar dat de Vindiciae ten grondslag heeft gelegen aan het Plakkaat van Verlatinge waarmee Filips II als Heer der Nederlanden werd afgedankt. Dat was geen overhaaste daad, want al te lang hield men ten onzent de fictie vol dat de koning zo kwaad nog niet was, maar dat hij werd misleid door boze dienaren.

Interventie plicht

Bremmer wijst op nog een ander aspect van het recht (en ik zou bijna zeggen de plicht) tot verzet in het toonaangevende boekje dat in 1579 in Bazel verscheen: dit, dat vorsten verplicht zijn onderdanen van naburige landen te hulp te komen als die worden onderdrukt door hun tot tiran verworden vorst. En hèt argument voor deze interventie-politiek is dat de Kerk van Christus over heel de wereld één is. De strijd tegen de tiran moet altijd gaan om drie zaken: de 'pietas' (vroomheid, Gods wet handhaven en Zijn Kerk beschermen), de 'iustitia' (gerechtigheid die tirannen moet bedwingen als zij het gemenebest dreigen te vernielen) en de 'charitas' (liefde die de onderdrukten te hulp komt). Welnu, tegen de achtergrond van deze denkbeelden moet men ook de latere handelwijzen van prins Willem en zijn medestanders verstaan. Zij waren zeker geen dolle revolutionairen en het Wilhelmus heeft gelijk in het laatste couplet: 'dat ick tot gheenen tijden/Den Coninck heb veracht'. Maar er kan een moment komen dat men God de Heere als hoogste Majesteit terwille van de gerechtigheid meer moet gehoorzamen dan de wettige landsheer.

Helse duivel Alva

Na dit theorie-hoofdstuk komt Bremmer meteen tot de praktijk: de opstand en het begin in Holland en Zeeland in voorjaar 1572. De strijd werd hier en elders niet alleen gewapenderhand gevoerd. Ook de pen en tekenstift in pamflet en lied was soms een geducht wapen. Daarvan noemt Bremmer soms aardige voorbeelden. In maart 1572 verschenen te Gent vlugschriften gericht tegen de hertog van Alva. Daarvoor werd een spottende variant op het 'Onze Vader' gehanteerd. Alva heette 'Helse duvel, die tot Brussel zijt, / uwen naam ende faam zij vermaledijd, uw rijk verga zonder respijt' enz.

Het zijn inderdaad tien onstuimige jaren die in dit boek beschreven worden vanaf het beleg voor Den Briel tot en met de afzwering van Filips II en de Apologie van prins Willem. Deze 'tien jaren' -het zijn niet dezelfde als de bekende tien jaren van de jonge Republiek waarover Robert Fruin schreef, maar juist de voorafgaande periode - worden door Bremmer in elf hoofdstukken aldus samengevat: De opstand. De vuurproef. Het front achter het front (voorbereiding van de synode van Emden), Terug naar het Vaderland: Gereformeerde kerk in opbouw, Pacificatie van Gent, Religievrede, de Unie van Utrecht, Scheiding der geesten (o.m. Oranje tegenover Petrus Datheen), Een nationale synode van alle Nederlanden (Middelburg 1581 waar Oranje helemaal tegenover Datheen kwam te staan) en Crisis en vastberadenheid.

Progressieve opstand

In dit hoofdstuk gaat Bremmer ook in op de vraag of de opstand als conservatief danwel progressief moest worden beschouwd, waarbij hij de opvattingen van Geyl, H. A. Enno van Gelder, L. J. Rogier bespreekt. Geyl en Rogier vonden de opstand een conservatieve zaak. Van Gelder een moderne. Bremmer kiest de kant van Van Gelder (auteur van o.a. 'Revolutionaire reformatie') en stelt zich op tegen de visies van de vrijzinnige socialist Geyl en de rooms-katholieke Rogier, al ergert Bremmer zich aan Van Gelders typeringen van de calvinisten als dweepziek en fanatiek. Ik zeg niet dat ik in alles Bremmer kan volgen, maar hij maakt aannemelijk dat 'de opstand juist aan de gereformeerden zijn welslagen dankte tegenover tirannie en onderdrukking door het Spaanse eenheidsbewind. Het was hun vastberadenheid die de crisis in het begin van de jaren tachtig heeft overwonnen'.

Actuele problemen

Na dit slothoofdstuk volgt nog een Epiloog: 'Reformatie, macht en verzet'. Die acht ik wat minder geslaagd. Het is een poging tot actualisering van de opstand in die zin dat zoal geen lijnen worden doorgetrokken naar het heden dan toch wel noties van thans (recht en alom aangevochten gezag van de overheid) worden vergeleken met problemen van toen. Dat is voor historici een hachelijke zaak. Voor de predikant Bremmer kan het mogelijk wel, maar dat neemt niet weg dat die Epiloog veel weg heeft van een aanhangsel dat er - mogelijk op verzoek van de uitgever? - ook nog aan moest worden toegevoegd. Max Weber, Herbert Marcuse, Horkheimer, J. Douma, B. Holwerda en zelfs Ed van Thijn worden opgevoerd en de sporen van het calvinisme worden teruggevonden, ook in de Glorious Revolution van Engeland anno 1688 en in de Amerikaanse Onafhankelijkheidsverklaring van 1776.

Het boek van Bremmer is, zoals inmiddels duidelijk zal zijn, een zeer waardevolle bijdrage aan onze kennis van de begintijd der Tachtigjarige Oorlog. Nog niet eens vanwege verrassende ontdekkingen, nieuwe vondsten of opmerkelijke theorieën. Maar wel vanwege de rustige betoogtrant waarmee Bremmer zonder veel ophef duidelijk maakt dat de gereformeerde religie de natie heeft 'gemaakt' en dat de opstand geen revolutie was, geen ongelovige daad van anarchie, maar een op reformatorische beginselen gestoelde ontwikkeling. Waarbij men pas ten langen leste de Majesteit Gods moest 'obediëren in der gerechtigheid', maar toen hadden koning Filips en zijn afgezanten alhier het ook wel zo verschrikkelijk bont gemaakt dat de onderzaten geen andere uitweg openstond.

'Reformatie en Rebellie' van dr. R. H. Bremmer is smaakvol uitgevoerd, gebonden met stofomslag (met de geuzepenning en bedelnap), bevat een aantal buitentekst- illustraties in zwart-wit, telt 291 blz. en kost sedert 1 januari 1985 ƒ 47,50. Het boek is keurig verzorgd, met veel noten, bibhografie van Bremmer, registers en bijlagen. Enkele kleine onnauwkeurigheden, waarop ik de auteur al na lezing der drukproeven wees, werden niet verbeterd. Zo sprak Geyl over de geschiedschrijving niet van 'een voortgaande discussie', maar van een 'discussie zonder einde'. En Romein wordt óf Jan Romein of dr. J. M. Romein genoemd, nooit J. Romein. Maar deze uitgave van T. Wever te Franeker is alleszins een waardevol boek. Leden van de Christelijke Boekenclub kunnen het via 'Boekensteun' met korting bestellen voor ƒ 33,90.

Dit artikel werd u aangeboden door: Protestants Nederland

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 december 1986

Protestants Nederland | 8 Pagina's

RUSTIG BOEK VAN BREMMER OVER ONSTUIMIGE JAREN

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 december 1986

Protestants Nederland | 8 Pagina's