Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Van de redactie

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Van de redactie

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ook de nu voor u liggende uitgave van ons maandblad is een dubbelnummer, met een gevarieerd aanbod aan artikelen.
De zomer van 2011 was veelbewogen, onder andere door de moordpartij in Noorwegen. Een zieke geest, Anders Behring Breivik, schoot 69 jongeren dood op het Noorse eiland Utoya, nadat er nog eens acht mensen overleden na zijn aanslag in de Noorse hoofdstad Oslo.
Hij meenden een daad te moeten stellen om de regerende Noorse Arbeiderspartij te treffen. Hij noemde zijn daden 'gruwelijk, maar noodzakelijk'.
Breivik dacht met zijn gruweldaad de Noorse samenleving te behoeden tegen machten, die voor hem als bedreigend voor die samenleving overkwamen. Hij maakte, door zijn waanideeën gedreven, een vergissing. Een democratische rechtstaat is tegen dit soort uitwassen bestand. Hij bereikte – uiteraard onbedoeld – het tegendeel van wat hij beoogde.
Nee, Breivik was en is geen bedreiging voor de rechtstaat.
Bedreigingen hiervoor komen uit een geheel andere hoek, minder bruut, meer subtiel. Dat zien we in het bijzonder in ons land. Pressiegroepen die geen methoden en strategieën schuwen om hun visie ingang te doen vinden.
De Nederlandse democratie had tot voor kort het kenmerk dat er alle ruimte, respect en tolerantie was voor minderheden, vooral als die minderheden op principiële gronden bezwaar hadden en maakten tegen de gangbare mores.
Zo kon in het verleden iemand, die principieel tegen de militaire dienstplicht was, zijn diensttijd in een vervangende sfeer uitdienen. Er was ruimte voor zo iemand. Maar die ruimte en dat respect lijkt wel verdwenen uit de Nederlandse samenleving.
De hetze, die het COC is begonnen tegen de zogeheten 'weigerambtenaren' en de schaapmakke gedweeheid, waarmee gemeentebesturen zich naar de eisen van het COC voegen, vormen een bedreiging van de democratische rechtstaat. Het beginsel van respect en tolerantie geldt juist in dit opzicht niet meer.
Datzelfde speelt zich af in het onderwijs. Op alle scholen moet – aldus het COC – voorlichting worden gegeven over homo/biseksualiteit. Deze vormen van seksualiteit moeten tijdens de lessen seksuele vorming niet als afwijkend, maar als één van de gelijkwaardige mogelijkheden worden gepresenteerd.
Zou het COC wel eens hebben gehoord van artikel 23 in de Grondwet, waarin de vrijheid van richting en inrichting van het onderwijs is gegarandeerd? De met groot fanatisme uitgevoerde lobby van het COC heeft al veel 'succes' gehad.
Veel politici haasten zich aan dit standpunt adhesie te betuigen.
Te vrezen valt dat deze organisatie niet zal stoppen tot de klassieke grondrechten zoals vrijheid van godsdienst, van meningsuiting en van onderwijs, definitief onderhorig zijn gemaakt aan de visie die het COC heeft op het gelijkheidsbeginsel, één van de sociale grondrechten. Dit is een wezenlijke bedreiging van de rechtstaat, zoals die in Nederland gestalte heeft gekregen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Protestants Nederland

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 augustus 2011

Protestants Nederland | 36 Pagina's

Van de redactie

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 augustus 2011

Protestants Nederland | 36 Pagina's