opgemerkt

Réveille

Dat dr. W. wan 't Spijker op de Ger. Synode der Chr. Geref. kerken bij de geestelijke verzorging der militairen van die realiteit uitgaat, getuigt niet van een christeljjk gereformeerde levensovertuiging. In doorsnee is de geestelijke verzorging doordrenkt met popularisme, humanisme en sociale verzorging.

Hier heeft ook de chr. geref. kerk mede schuld aan, want in het blad „Reveille" geeft ds. Paigée geen getuigend geluid als redactielid van „Reveille", doch enkel algemene artikelen, die ook door een niet-theoloog geschreven konden zijn, bijv. over vakantie (Reveille mr. 11 wan '69) of theologisch aanvechtbaar, bijv. over arbeid {Reveille nr. 14 van '70) waar hij zegt: „in het zweet uws aanschiijns zult gij uw brood eten". Maar wie met de Bijbel komt aandragen, mag niet verzwijgen, dat er ook een Nieuw testament is, waar door Cihristus verlossing ook de negatieve machten hun geldigheid hebben verloren. Verder geef ik hier enkele gedeelten uit „ Reveille", die om een weerwoord roepen, doch alle redactieleden zwijgen.

Reveille nr. 11 van '69, een plaatbespreking, waarin voorkwam „God zag de wereld aan en brak in tranen uit". Dit nu neem ik niet. Zo is God niet. Zo ken ik Hem niet uit de Bijbel. Zo kan ik ook niet van Hem houden! Ik kan niet houden van een God, die het kapot gemaakte speelgoed van zijn kinderen afpakt. Wel van een God die zegt „Ik maak alle dingen nieuw! En ik kan niet houden van een God, die ten slotte in zelfmedelijden in elkaar stort en begint te janken. (Poort).

Reveille nr. 19 wan '70 wordt over die maagdelijke geboorte van Christus gesproken met daarbij een foto van een meisje in bikini.

Politieke vragen zijn geloofsvragen zegt Van der Poel in „Reveille nr. 4 van '70" en daarbij de zaligspreking als politiek gebed. Eén voorbeeld. Zalig die hongeren en dorsten naar gerechtigheid, en gebukt gaan onder vervolging ter wille van de gerechtigheid. En wij vermoeden, dat dit niet alleen u en mij betreft, maar onze saroenfeving in haar geheel, met haar regels. Dat het dus moet betekenen: Wie ernaar streeft gerechtigheid te bewerken, mee te werken aan een permanente verbetering van de wetgeving en van de tenuitvoerlegging van de straf, aan een rechtvaardger verdeling van het bezit, aan een samenlevingsverband, waarbij man en vrouw, wolwassenen en kinderen, professoren en studenten, werkgevers en werknemers, elkaars partners zijn en wie ter wille van een dergelijk streven naar gerechtigheid belasterd wordt, schade lijdt in ziijn eer en reputatie, zijn vermogen, zijn vrijheid — woor hem geldt de belofte.

Dit is de realiteit en als ds. Scbening allang blij,is dat ds. Pagée hoofd-legerpredikant wordt en de oecumenische ontwikkeling toch niet te keren is, dan heeft de geestelijke verzorging geen zin meer, of er zal weer christelijik gereformeerd geluid gehoord moeten worden. Predikanten die enkel zaaien in opdracht van hun Zender en niet naar de mens kijken, door de geestelijke verzorging op te splitsen, waardoor meer mogelijkheden komen voor onze predikanten. Of zou het niet beter zijn de overheid financieel te ontlasten en de geestelijke verzorging in deze stijl op te heffen. Er liggen dan taken voor de kerkeraden in de garnizoensplaatsen (ook voor de ouderlingen). 

Giessenburg, T. de Groot.

E.O. II

Uit het commentaar over de E.O. meent ondergetekende te mogen concluderen dat u niet afwijzend staat tegenover het gebruik van de radio. Dat u de E.O. karakteriseert als de beste omroeporganisatie had mijn sympathie. Die sympathie kreeg echter weer een geduchte knauw door de er onmiddellijk achtergevoegde woorden „minst slechte". Mijn eerste gedachte was: „Waarom moet dat nu zo?" Dat de E.O. slechts een klein gedeelte van het dagprogramma kan (mag) vullen kan toch kwalijk aan diezelfde E.O. verweten worden. Alhoewel ik begrip heb voor uw mening, nl. dat de grondslag van de E.O. niet precies in dezelfde lijn ligt als die van het R.D. vond ik een en ander toch wel heel erg negatief gesteld. Vandaar mijn vraag: „Zou u kans zien eens duidelijk te omschrijven wat naar uw mening de taak is van ons reformatorisch volksdeel t.a.v. de radio en zijn omroeporganisaties? Er zijn dacht ik verschillende mogelijkheden, o.a.: 

a. Beslist géén gebruik van radio. 

b. Wèl radio, maar ons verder afzijdig houden van alle omroeporg., incl. de E.O. 

c. En bloc lid worden van de E.O. om vervolgens al onze invloed aan te wenden deze omroep in onze richting te verbeteren. 

d. Samen trachten een reformatorische radio-omroep te stichten zoals het ook gelukt is een Ref. Dagblad in het leven te roepen. Dat deze ref. omroep ook slechts een klein gedeelte van het dagprogramma zal vullen, zullen we dan moeten aanvaarden.

Zelhem J. W. Hendriksen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen