Loting bij 'letteren' was ontoelaatbaar
De Brauw over Utrecht
Minister De Brauw (wetenschapsbeleid) is van mening, dat de aan de universiteit te Utrecht gehouden loting voor plaatsing in de faculteit der letteren een toestand geschapen heeft, die „in elk geval" had moeten worden voorkomen.
Met de loting — „een op zichzelf in dit stadium reeds ontoelaatbaar te noemen maatregel ter beperking van de toelating" — werd vooruitgelopen op een nog niet tot stand gekomen wetsbepaling. De gang van zaken is bepalend geweest bij het nemen van de beslissing om de aanvankelijk in het voorontwerp van wet tot herziening van de regeling betreffende de toegang tot het afleggen van universitaire examens opgenomen bepaling m.b.t. het verlenen van terugwerkende kracht "aan de inwerkingtreding te schrappen.
Aldus blijkt uit het antwoord van de minister op vragen van de KVP-Kamerleden Nelissen en Ter Woorst. Minister De Brauw spreekt in het antwoord de hoop uit, dat de herziening van de toelatingsregeling nog voor het zomerreces van 1972 zal zijn afgehandeld.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 oktober 1971
Reformatorisch Dagblad | 8 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 oktober 1971
Reformatorisch Dagblad | 8 Pagina's