Veel ontslagen bij water- en wegenbouw
DIT JAAR 9000 Door beleid van regering orderportefeuille sterk teruggelopen
DEN HAAG — Nog vóór 1972 zullen in de sector grond-, wa t e r- en wegenbouw 7850 werknemers ontslagen zijn. Dit is medegedeeld door de „Raad van grond-, water- en wegenbouw" van de „Stichting Raad van Bestuur Bouwbedrijf", die in oktober een enquête heeft gehouden onder de ondernemers in genoemde sector.
Reeds in oktober was een zodanige vermindering van de orderportefeuille voelbaar, dat aan een groot aantal onder de bouw-cao vallende werknemers ontslag is aangezegd of op korte termijn zal worden aangezegd. Gerekend naar de gemiddelde arbeidsbezetting in het derde kwartaal (ongeveer 57.000) betreft dit 13,8 procent. In deze cijfers zijn de seizoeninvloeden buiten beschouwing gelaten.
Uit de reacties van bedrijven zou bovendien gebleken zijn, dat grote aantallen werknemers alsnog zullen worden ontslagen, als de toevloed van nieuwe opdrachten zich niet op tenminste gelijk niveau als in voorgaande jaren zal handhaven.
Bij ongewijzigd overheidsbeleid zal dit naar schatting nog eens bijna 5 procent of 2500 ontslagen noodzakelijk maken. Daarmee zou het totaal aantal ontslagen in deze sector kunnen oplopen tot 10.500.
In het Noorden (Friesland, Groningen en Drente) zullen naar verhouding de meeste ontslagen vallen, namelijk 22,5 procent en in het zuiden de minste (9 procent).
De oorzaak van de terugloop van de orderportefeuille moet naar het oordeel van de raad gezocht worden in het beleid van de regering. De beslissing van het kabinet, begin dit jaar, om ƒ 135 miljoen van de uitgaven te blokkeren, heeft tot gevolg dat de verschillende overheidsinstanties grote terughoudendheid betrachten bij het verlenen van opdrachten tot het uitvoeren van werken.
De terughoudendheid bij het verlenen van opdrachten door overheidsinstanties wordt volgens de raad kennelijk ingegeven door het schrappen in het Rijkswegenfonds van 75 miljoen gulden en het verminderen van het bedrag voor onderhoud met 5 miljoen gulden. Ook worden genoemd het korten van de uitkeringen aan provincies voor wegenbouw met 20 miljoen gulden en het verlagen of schrappen van subsidies aan de overige lagere overheden voor werken in de sector grond-, water- en wegenbouw.
WERKPROJECTEN
„Er Is bij de rijksoverheid en de lagere publiekrechtelijke lichamen een omvangrijk bestand van werken aanwezig, die in de komende twee tot drie jaar zullen worden uitgevoerd". Dat antwoordt minister drs. J. Boersma van sociale zaken op een vraag van het Kamerlid E. Wieldraaijer (PvdA) of de regering een aardige portefeuille met werkprojecten achter de hand heeft om deze bij oplopende werkloosheid in uitvoering te kunnen brengen.
Volgens minister Boersma omvatte op 1 september het werkenbestand 4.365 projecten. De kosten daarvan bedragen ƒ 3,6 miljard. Hun uitvoering zal 2.200.000 manweken of 50.000 manjaren vergen. Dit werkenbestand voorziet in de te verwachten behoefte, aldus minister Boersma.
Als het ter bestrijding van de werkloosheid nodig is een extra-werkenprogram uit te voeren, dan dienen daarvoor extra middelen ter beschikking te komen, zo heeft de minister meegedeeld.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 3 november 1971
Reformatorisch Dagblad | 6 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van woensdag 3 november 1971
Reformatorisch Dagblad | 6 Pagina's