Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Kleine tentoonstelling toont grote betekenis van Domstad in de Middeleeuwen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kleine tentoonstelling toont grote betekenis van Domstad in de Middeleeuwen

Utrechtse archieven officieel geopend

6 minuten leestijd

Vandaag, maandagmiddag, wordt door de staatssecretaris van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk werk, de heer H. J. L. Vonhoff, het nieuwe gebouwencomplex van het Gemeentelijk Archief en het Rijksarchief voor de provincie Utrecht van het Algemeen Rijksarchief officieel in gebruik genomen. „Nieuw" is echter niet geheel juist meer: sinds 1968 zijn de archivarissen en ander personeel reeds werkzaam in deze uitstekend geoutilleerde gebouwen aan de Utrechtse Alexander Numankade, op het terrein dat vroeger weidegrond was van de Diergeneeskundige Faculteit van de universiteit.

Door allerlei omstandigheden is de opening door een vertegenwoordiger van het Rijk nog steeds uitgebleven, maar vandaag is het dan zo ver. Pas nu zullen de beide archivarissen, dr. M. P. van Buijtenen van het Rijks- en dr. J. E. A. L. Struick van het Gemeentearchief dit gebouwencomplex helemaal als „hun" eigendom beschouwen, dat zijzelf als het ware vanaf de grond hebben opgebouwd. Als een voorbeeld van goede samenwerking, die er tussen beide instellingen moet zijn, gaat de officiële opening gepaard met een kleine, maar uiterst geselecteerde, tentoonstelling over „Utrecht en zijn bisschoppen in de Middeleeuwen". Tijdens de persconferentie kregen wij een uitstekende indruk van het werk en het materiaal, dat de archivarissen onder hun beheer hebben. Voor de expositie heeft men uiteraard ook stukken in bruikleen, o.a. van het Bisschoppelijk-, Centraal- en Oud-Katholiek Museum en van de Universiteitsbibliotheek.

Onpartijdig

Vóór de rondleiding werd ons duidelijk gemaakt, hoe de structuur van ons archiefwezen in elkaar zit, terwijl er na zich een levendige discussie ontspon over de principiële houding van de archivarissen tegenover de overheid: deze houding moet onpartijdig zijn en bijvoorbeeld niet weigeren bepaalde stukken aan een burger ter hand te stellen, die de overheid wel heeft ingezien om ze tegen hem te kunnen gebruiken. In allerlei zaken, of het gaat om vaststellen van een kadaster of allerlei geschillen tussen civiele personen kan men terecht bij de archieven, waarvan een der voornaamste taken het dienstbetoon is. Dat maakte dr. Van Buijtenen ons — voor zijn beurt sprekend en zijn collega herhaaldelijk in de rede vallend — op krachtige wijze duidelijk, waarbij hij er niet voor terug deinsde, zijn gezinsleven, Friese verleden en werk in de oorlogstijd als illustraties ten tonele te voeren... Hij is wel iemand, die bereid lijkt, geheel te leven voor zijn werk en hij verklaart dan ook — vol zelfkennis? „voor dit werk moet je wel een beetje gek zijn." Een wijs woord.

Dr. Struick, naast archivaris ook wel stadsgeschiedschrijver van Utrecht met een aantal goede en fraaie publicaties op zijn naam, is wat voorzichtiger in zijn uitingen, maar duidelijk evenzeer verkikkerd op zijn vak. Van beide heren horen we, hoe de verstandhouding der instellingen is. In Den Haag zetelt als overkoepelend orgaan het Algemeen Rijksarchief. Dit heeft onder zich in alle provincies — uitgezonderd Zuid-Holland dat onder het Haagse Algemene archief ressorteert — een apart Rijksarchief voor de desbetreffende provincie, tien in totaal. In deze archieven is voor een groot deel opgenomen, wat overgebleven is van de vroegere overheden, met name van de bisschoppen, die tevens wereldlijke heren waren. Daarnaast houden bepaalde instellingen — overeenkomstig de indeling van de trias politica — hun eigen verantwoordelijkheden ten aanzien van bewaren van hun archieven. Dat geldt b.v. Waterschappen en gemeentebesturen en sommige rechtskundige stukken. De voormalige provinciale archieven zijn echter door het Rijk overgenomen evenals de rechterlijke.

De taak van het gemeentelijk archief is uiteraard beperkter, maar beide hebben drie principes: bewaren, bewerken en toegankelijk maken voor het publiek. Dat laatste aspect, „dienstbetoon" komt door personeelsgebrek echter nog veel te weinig uit de verf. Wat dat bewaren betreft: naar dr. Struick 'opmerkt is in principe elke hedendaagse geschreven ambtelijke brief of stuk een archiefstuk, dat bewaard zou moeten blijven. Het is echter erg moeilijk uit te maken, wat over 100 jaar belangrijk gevonden wordt van wat men nu bijeen brengt. Hij bestreed krachtig de opvatting, dat er onderscheid gemaakt moet worden tussen oud en nieuw archief: een stuk van een jaar oud is evengoed te bewaren als iets, dat eeuwen oud is. De onpartijdige opstelling van de archivaris kan ook daaruit blijken, dat deze benoemd is — althans de gemeentearchivaris .— door de Gemeenteraad, niet door B. en W.

Ruimte

Beide instanties zitten nu in één complex, waarvan alleen het gemeente-gedeelte in 1967 werd aanbesteed voor 1.806.100 gulden. De Rijksgebouwendienst zorgde voor de realisering en in juni 1968 was de eerste oplevering een feit. In het gehele complex heeft het Rijk twee maal zoveel ruimte als de gemeente, maar het gebouw is op de groei gemaakt en er zijn voorlopig nog honderden meters beschikbaar voor de vele documenten, die nog binnenkomen, zoals ook complete familiearchieven, die worden afgestaan. 

De nog niet benutte ruimte kon men overigens al weer tijdelijk kwijtraken: een bekende fabriek in conserven wilde graag wat meters als magazijn huren.... Ondanks de mooie nieuwe behuizing blijven er echter wel zorgen; men is bang, dat de bezuinigingen van Biesheuvel ook dit archief zullen treffen en de personeelsbezetting is al onder de maat, zodat wel gewerkt wordt met gratis krachten, die helpen „klappen". Weliswaar is het archief geen sluitpost meer op de begroting, zoals vroeger, maar er blijven nog grote wensen over. 

Opvoedend

De educatieve taak kan zo ook nog niet naar behoren vervuld worden, al is in principe ieder van harte welkom, zowel a.s. promovendi, die gegevens nodig hebben als onderwijzers met hun schoolklassen. Bovendien worden colleges gegeven in dit gebouw voor de opleiding van hoger archiefpersoneel. Én reeds nu zijn er plannen voor wat meer permanente tentoonstellingen. Zo is het b.v. volgend jaar 850 jaar geleden dat Utrecht stadsrechten kreeg, iets dat dr. Struick niet zomaar onopgemerkt kan laten passeren.

Beeldvorming

Trouwens, door deze tentoonstellingen krijgt men een wat andere kijk op het werk van een archivaris, van wie men algemeen dacht, dat dit een wereldvreemde snuiter was, die de hele dag tussen stoffige acten en folianten zat om te ontdekken, dat zijn verre voorvader wegens roof in de gevangenis was gestorven of — eveneens wegens roof, maar dan op groter schaal — als nieuwe rijke in de adelstand terecht kwam. Welnu, dat beeld behoeft herziening en een bezoek aan deze archieven kan daarbij van grote dienst zij" De huidige tentoonstelling duurt nog tot 1" december. Men kan zijn hart ophalen o.a. aan prachtige verluchte getijdenboeken, oude acten, brieven, gebruiksvoorwerpen, beelden van keizers en bisschoppen, allerlei over David van Bourgondië, ook in zijn Terwaanse periode, enz. enz.

Muziek

Aardige bijzonderheid is de muziek uit de bandrecorder: de melodie van een middeleeuws handschrift wordt gezongen door studenten in de muziekwetenschap o.l.v. mevr. prof. dr. Helene Wagenaar-Nolthenius. De heer Vonhoff, zelf historicus, zal ongetwijfeld met meer dan plichtmatig genoegen deze tentoonstelling voor geopend verklaren en wij kunnen ieder, die belang stelt in de middeleeuwse geschiedenis van de bisschopstad, een bezoek aan de Domstad en deze tentoonstelling aanraden. De mooi geïllustreerde catalogus bewijst goede diensten en de inleidende artikelen van de archivarissen zijn zeer de moeite waard.

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 15 november 1971

Reformatorisch Dagblad | 6 Pagina's

Kleine tentoonstelling toont grote betekenis van Domstad in de Middeleeuwen

Bekijk de hele uitgave van maandag 15 november 1971

Reformatorisch Dagblad | 6 Pagina's