Christelijk Boekenweekgeschenk
De werkgroep Chrlstelijk Boekenweekgeschenk begint duidelijk vaste vorm aan te nemen. In de boekenweek (2-11 maart) krijgt men In elke boekhandel bij besteding- voor een bepaald bedrag (f 17,50) een boek cadeau. Gegeven de instelling van de schrijvers der moderne literatuur is daar door de Jaren heen weinig christelijks bij geweest, eerder het tegendeel. Daarom is het een goed idee geweest, dat enkele christelijke boekhandelaren het initiatief namen voor een alternatief boekenweekgeschenk.
Na een te snelle start vorig jaar is er thans een goed uitgevoerd boekje gekomen, geschreven door ds. J. J. Poort, onder de titel „Wie is mijn naaste?" Vijf verhalen, zijn de „Vijf praktische oefeningen in naastenliefde". Zo luidt tenminste de ondertitel.
Poortboebje
Het boekje is helemaal een Poortboekje. Een detail uit een gesprek, een ontmoeting, een situatie wordt een verhaal. Wijlen ds. J. T. Doomenbal schreef eens aan het adres van een hulpprediker, die in het kerkblad geschreven had, niet in de kerkbodekolommen te zullen schrijven als er geen nieuws was, dat hij zich dan maar eens moest zetten aan een beschrijving van „De najaarsnevels, die zich weven over de weilanden en rondom de hofsteden van dat geheimzinnige land aan de zeekant", waar hij nog nooit tijd voor vond om het te ontdekken, en „Hoe de regenbuien er op komen uit de zee en het kerkvolk er zijn weg vindt naar het kerkdorp". Welnu, het is een gave alles te ktmnen schrijven over alles, zonder iemand te worden, die als een specialist veel weet van iets tot hij tenslotte alles weet van niets. Iemand die veel schrijven kan is daarom nog iemand anders dan een veelschrijver. Poort kan veel schrijven, al zijn zijn boeken wel van een bepaald genre, gemakkelijker leesbaar op een achtermiddag in een luie stoel. Maar dan pakt hij je ook helemaal.
Thema
Het thema: „Wie is mijn naaste? Praktische oefeningen in naastenliefde", is goed gekozen. Het Christelijk Boekenweekgeschenk is georganiseerd door een werkgroep, die grosso modo uit de Gereformeerde gezindte komt. En al zou de werkgroep breder mikken (en hopelijk krijgt het ook breder bereik), de boekhandels van orthodoxe signatuur zullen in eerste instantie in ieder geval met dit boekje werken, en het op hun beurt weer onder in eerste instantie orthodoxe mensen brengen.
Welnu, zit het met de naastenliefde daar wel goed? Of we altijd wel zo goed in de gaten hebben, dat God weliswaar de zonde haat, maar de zondaar zoekt, is de vraag. Naastenliefde is denk ik een appellerend woord voor allen, ook In orthodoxe kring. Daarom vind ik het thema goed gekozen. Is het toevallig, dat dit bundeltje van Poort inzet met het verhaal over de ouders van Henkie, die hij ontmoette op een ouderdag in de kazerne en die hem zeiden, dat het met Henkie niet goed ging, want: „verkeerde vrienden", „biljarten", „televisie kijken bij de buren". Maar toen Poort zei - want dat is een levensecht verhaal -: het is Jullie „schuld", „in zonden ontvangen en geboren immers?", toen stond de wagen stil. Boos worden was de reactie. Alsof Christus niet zei, dat wie zich vernedert, verhoogd zal worden.
Was er een uitgestoken hand naar Henkie? Ik denk, dat zulke voorbeelden legio zijn. Als er met „Henkie" iets is, heeft ieder het gedaan, de school, de vrienden, vul verder maar in. Maar het ,in zonden ontvangen en geboren" wil dan maar moeilijk beleefd zijn. Mag ik het ook heel wijd doorvertalen? We kunnen het volk voor de gehoorzaamheid aan Gods gebod opvorderen (inzake het arbortusvraagstuk bijv.) en terecht, maar zijn we in evangelisatiedrang er ook bij om in de Bijlmer, in onze grote steden, er met het evangelie van Gods opzoekende zondaarsliefde present te zijn? Is er de uitgestoken hand of alleen maar de opgeheven vinger? Het luistert hier nauwl
Duur betaald
Poort heeft vijf verhalen geschreven, die geen „leer" zijn, maar „leven", geen „onderwijs", maar „biecht". Het zijn eigenlijk vijf persoonlijke ervaringen van de auteur geweest, waarvoor hij, naar hij zegt, duur heeft betaald. Naast het verhaal over Henkie is er het verhaal over het kind, dat in de kerk, toen Poort de registers opentrok (over hel en verdoemenis) het op een huilen zette en door moeder haastig weggetrokken werd uit de kerk (of van de dominee weg?). Zou het kind kerk en christendom de rug hebben toegekeerd, vraagt Poort zich nu na dertig jaar af? Het kan zijn, dat Poort hier te diep filosofeert, maar als hij bloot wil leggen, dat er oordeelsprediklng zonder rechte bewogenheid kan zijn, dan geeft hij terecht een waarschuwend signaal.
Het derde verhaal gaat over een militair, die in beschonken toestand een jongen (op weg naar zijn verloofde) aanrijdt: dood! Zijn loopbaan kun je wel afschrijven. Maar toen Poort in de kazerne een toespraak hield, waarin hij wees op de komst van Christus niet voor rechtvaardigen maar voor zondaren, en hij wees op de moordenaar aan het kruis, die met Hem in het paradijs zou zijn, toen was de reactie: „Moest dat nou?" Ik kan me indenken, dat dat „een bittere nabetrachting" gaf. Maar wordt het - zo vraag ik kritisch - alleen daarom „volslagen donker" bij de auteur?
Te persoonlijk
De volgende twee verhalen over kinderschoentjes, die zelfmoord van vader voorkomen en over complimenten voor de toiletjuffrouw, die ook dorst heeft naar waardering, leze de lezer zelf. Mooi geschreven, dat is waar. En toch, als ik met een kritische noot mag eindigen, heeft ds. Poort toch zichzelf niet teveel bloot gegeven, door té persoonlijk te worden en dan bedoel ik niet, dat hij situaties oproept, die nog herkenbaar zijn, maar dat hij eigen gevoelens, frustrerende ervaringen in de kazerne ook, teveel projecteert op zijn arme lezers? Al voel je door alles heen het lijden aan gebrek aan communicatie in liefde tussen mensen binnen de gemeente en met mensen die buiten zijn, bewogen over wie ten dode wankelt. En daarom zeg ik: Tolle lege; neem en leesl Want ds. Doomenbal had wel gelijk!
Nav. „Wie is mijn naaste" door ds. J. J. Poort; uitgave Werkgroep Chr. Boekenweekgeschenk; 70 blz.; In de boekenweek gratis bij besteding van ƒ 17,50 aan boeken, daarna ƒ4,90.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 maart 1978
Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 maart 1978
Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's