Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Anti-christelijk boekenweekgeschenk

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Anti-christelijk boekenweekgeschenk

6 minuten leestijd

„Ik heb grote belangstelling voor de manier waarop mjn medeburgrers de tijd „doden", want, naar het schijnt, moet men de tijd dood krijgen alsof hij niet vlug genoeg voorbij gaat. Bravo voor de zelfmoordenaars die hem de keel afsneden en tonen dat ze hem als waardeloos beschouwen, wat hij in feite ook is."

Deze slecht geschreven en naar inhoud verbijsterende zin is een citaat uit het „boekenweekgeschenk", dat van tot 11 maart gratis wordt aangeboden aan ieder, die voor ƒ 17,50 aan boeken koopt. Een geschenk, dat in de tot heden ongehoorde oplage van maar liefst 360.000 exemplaren is gedrukt. En dat louter gif bevat.

De geestesgesteldheid van de schrijver, Mamix Gijsen, wordt niettemin achter in het boekje omschreven als „himianistisch-rationalistisch" (pag. 107), maar men kan beter zeggen: volslagen nihilistisch. Ook wordt betoogd, bij monde van prof. Garmt Stuiveling, dat Gijsen een „begrijpend psycholoog" is, een „anekdotisch beschrijver en een ironisch verbeelder". Maar wie het boekje gelezen heeft, zal het wellicht vergaan .zoals het mij verging ...dat hij het met walging sluit en terzijde legt.

Zorg

Drieërlei zorg vervult me, als ik er aan denk hoe dit „geschenk" straks bij honderdduizenden gratis over de toonbank gaat. Een zorg voor de lezers, een zorg voor de verantwoordelijke instantie die het uitgeeft en een zorg voor de haast tachtigjarige schrijver zelf.

Allereerst de lezers. Gezien de propaganda en de gigantische oplage zal dit boekje in handen komen van zeer velen. In het bijzonder: in de handen van de schoolgaande jeugd. Want jaar op jaar is dat een „must"...een (on-)heilig „moeten": in de „Boekenweek" moet je toch beslist, wil je meetellen en wil je geen slechte beurt wegens ongeïnteresseerdheid maken, het „boekenweekgeschenk" gelezen hebben! Stellig zal het ook op menige litteratuurlijst van „verplichte boeken" prijken voor overgangsrapport of eindexamen. En met het oog daarop is het waarschijnlijk wel dienstig hier en daar te vermelden wat de jeugd in handen (en in harten?) krijgt.

Emotieloos

„Overkomst dringend gewenst", zo heet deze bundel van zeven losse verhalen. Maar de titel dekt alleen het eerste verhaal (dat dezelfde benaming heeft); met de andere zes heeft het niets uitstaande. Wat wel de gehele lading dekt, dat is de tekening, die onder de titel op het omslag staat. Typerend voor de gehele inhoud. U ziet daar namelijk een man op een viaduct, die volkomen onbewogen, emotieloos, staat te kijken naar een frontale botsing tussen twee auto's op de weg beneden hem. Dat is punt één.

Punt twee: aan weerskanten van die weg, ingebouwd in de zijkanten van het viaduct, ziet u (links) „manneke pis" en (rechts) een beeld van Maria' met het Kind. Punt drie: wat aan ongelukkigen uit de ene, aangereden auto tuimelt, toont louter bloot...

Zo is de inhoud van dit boekje. Geheel emotieloos verhaalt Gijsen van een zevental botsingen, ongelukken die hij in de duistere tunnel van het leven heeft waargenomen. Waargenomen... vanuit de hoogte van zijn viaduct. Zonder een hand tot redding te hebben uitgestoken. „Humanistisch-rationalistisch"...? En die botsingen vinden plaats tussen erotiek en religie in: tussen die twee beelden in nissen aan de muur. Beide beelden beheersen, flankeren, de ongelukkigen. Maar redden hen evenmin als Gijsen, die „er boven" staat...

En wat die ongelukkigen zelf betreft...wat „er uit komt",.dat is alleen maar „vlees" en bloot en naakt. En daar is het boekje dan ook tot walgingstoe van voL.zelfs de allerlaatste zin van het laatste verhaal is daar nog aan gewijd, als Vera, verpleegster van beroep, zegt: „met een stem die uit de diepste onderwereld der erotiek opsteeg: Een verpleegster moet de zieken helpen" (104)...

Anti-christelijk

Maar ook dat andere begeleidend verschijnsel, de religie, krijgt doorlopend een beurt. Altijd negatief. Men hoeft niet te zeggen, dat dit een „onchristelijk" boekje is. Het is ronduit en ongegeneerd: anti-christelijk. Ik spreek dan nog niet eens van de vloeken (soms zelfs „viertalig vloeken") die dit geschrift ontsieren. Maar wel van het spottend schrijven over „de goede man Job", God als Schepper(14,19,98) en het verschrikkelijke stuk over martelaren: „Ik heb altijd een weerzin gehad tegen martelaren. Ik stond als kind helemaal aan de kant van de jongen, die bij het aanschouwen van een groep christelijke martelaren in het Colosseum aan zijn vader zei: Kijk, pa, dit leeuwtje heeft geen christen!" (39).

Men kome mij vooral niet aan met de tegenwerping, die dan zo graag gegeven wordt door „literaire" critici: „Maar dat moet je van de schrijver nemen...want dat is allemaal zo functioneel!" Het is helemaal niet functioneel. Het is totaal nergens functioneel. Het is aversie tegen Kerk en christendom. Het is het schoppen tegen eigen rooms-katholiek verleden. Het is het afreageren van onverwerkte frustraties Aan honderdduizenden in den lande aanstonds aangeboden als „geschenk".

Normen

Hoe is het mogelijk dat dit wordt uitgegeven? Uitgegeven door „de Commissie voor de Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek St de Vereniging ter Bevordering van het Vlaamse Boekwezen"? Wat zijn hun normen? In elk geval geen Bijbelsel Wat dan? Humanistische? Nihilistische? Anti-christelijkeP Schunnige? Zijn dat, anno 1978 na Christus, in Nederland, de Normen voor De Collectieve Propaganda van, hèt Nederlandse Boek" („Boek" met een hoofdletter...)? Als iets begrijpelijk is, dan wel dit, dat de Werkgroep Christelijk Boekenweekgeschenk dit jaar opnieuw: (voor de tweede keer in successie) het noodzakelijk geacht heeft met een eigen geschenk te komen. En dit „algemene geschenk radicaal af te wijzen...

Schrijver

Mijn derde zorg geldt de schrijver. Inderdaad: een man van faam. Veel-gelezen...zeer erudiet...hoogleraar (onder zijn eigen naam dr. J. A. Goris), in 1074 geëerd (?) met de „Prijs der Nederlandse letteren". Maar is deze man niet zwaar ziek? Een haast tachtig-Jarige man, die zeven verhalen schrijft zonder ook maar enige boodschap? Gevuld met enkel somberheid, uitzichtloosheid, fatalisme? Zich verzettend, schamperend, tegen alles wat met God en godsdienst te maken heeft? Zich verlustigend in een onophoudelijke stroom woorden uit de erotiek? Lichtekooien, impotentie, prostraten..ze komen de lezer permanent voor ogen. Het meest van allen: De „bh". Is het niet intens zielig en triest? Over 24 hoeren gaat bijvoorbeeld het tweede verhaal, die op bezoek gaan bij 12 schepelingen. Wat zegt de oud-professor er van, met zijn gefrustreerde religie en erotiek door elkaar heen? „Meisjes van goede wil..." (34)!

Hoe is het mogelijk, dat dit product van geestelijke ellende als „geschenk" het Nederlandse lezerspubliek wordt aangeboden! Een ziek product van een- zieke man. Die zichzelf aldus beschrijft:„Een oude man op een bank — hij ziet er nog kras uit, al kraken zijn knoken als een verroeste meccano. In zijn grijs-groene katogen staat niets te lezen, geen verdriet, geen spot; alleen, als je goed kijkt, een allesomvatende radeloosheid, want hij heeft nog maar enkele Jaren te leven.." (22).

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 maart 1978

Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's

Anti-christelijk boekenweekgeschenk

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 maart 1978

Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's